In het laatste verhaal 'Doppelgänger, poltergeist' gaat het om wie is wie. De hoofdpersoon, een universitair literatuurdocent, vertelt het verhaal van een begaafde leerling, dichter en vriend genaamd Marcus. Marcus laat zich het merendeel van zijn leven beheersen door de complottheorie dat de dode Elvis Presley niet de echte Elvis zou zijn. Zelf maakt de docent zich zorgen over één van de gedichten van de vriend, namelijk of hij hem daarin niet te kijk zet, eveneens een identiteitskwestie.