Er was eens een heel mooi paleis onder het water. De koning en de koningin hadden 12 dochters. Eén van die 12 dochters heette Ariël.

Ze had rode haren en blauwe ogen. Ariël was altijd zo nieuwsgierig.

Op een dag zag ze een schip dat op de oceaan vaarde. Toen ze het schip zag , begon het te stormen. Opeens zag Ariël de mooie prins en opeens gleed de prins uit en viel over boord.

Ariël ging hem direct redden, want de prins was aan het verdrinken.

Toen Ariël de prins redde, ging ze direct op het strand met hem. Ze bleef daar tot hij wakker werd. Toen hij wakker werd, verstopte Ariël zich en de lijfwacht van de prins kwam aan.

Toen de prins wakker werd, zei hij:,, Hoe ben ik hier aangekomen"?  Zijn lijfwacht zei :,, Dat weet ik niet mijn prins. Maar ik ben blij dat jij nog leeft."

Toen Ariël in haar paleis ging, zei haar vader:,, Waar was jij al die tijd?" Ariël antwoordde :,, Ik ben naar boven geweest."

Haar vader zei :,, Hoe kan dit? Ik had je verboden niet meer naar boven te gaan! Weet je wat er kan gebeuren daar boven? Jij kan door een schip dood gaan!"

Ariël zei :,, Ja, vader ik ga het nooit meer doen." En Ariël ging weg tot in haar kamer. Haar 11 zussen vroegen :,, Waar zat jij? Wij waren bang dat je dood was."

Ariël zei :,, Ik ben tot boven geweest om al die mooie schepen te zien." Eén van haar zussen zei :,, Maar dit is gevaarlijk. Je kon dood gaan."

Ariêl zei :,, Ik ben niet dood en ik ben nog in leven."

Enkele jaren later had Ariël twee kinderen met een andere prins. Hij heet prins Thomas en ze leven lang en gelukkig tot het einde van hun leven.

EINDE!

Auteur: Théana