Wat een
geluk dat de SS WIB 1992, het slagschip van de Belgische fiscus, nog voor anker
lag. Taxtor was van boven op zijn
uitkijktoren van het bovenste trapje naar beneden gedonderd, wellicht omdat
zijn zicht vertroebeld was door het langdurig turen over zee, of was het van
dat éne been dat niet meer mee wilt ? Of
was er te weinig licht in de ronde traphal waar een nis voor een klein flesje
Elixir dAnvers altijd voor handen was ?
Het zal altijd een mysterie blijven zoals dat van de zwarte gaten in het
heelal waar hij ook regelmatig naar zat te kijken.
Nu lag hij
daar. Taxmie die perfect wist wanneer ze
de zeewiersoep moest klaar hebben, had een feilloos aanvoelen dat bij gebrek
aan het tijdig opdagen van haar ega, ofwel een taxmeermin moest opgedaagd zijn,
ofwel, ongeweten, een Elexir dAnvers kraam moest geopend zijn. Ultiem kon het een overval van een zeerover zijn.
De
daadkracht die in het lijf van Taxmie inherent aanwezig was, dwong haar om het
uit te zoeken. En het duurde niet lang
of ze vond haar geliefde, totaal gehavend, onderaan de eerste trap. Ik had dat niet moeten doen, stamelde hij,
een boek lezen terwijl ik de trap afkwam.
Onmiddellijk
werd de kapitein van de SS WIB 1992 met
het SOS signaal over de telegraaf ertoe aangezet stante pede met de scheepsarts
over te komen om Taxtor te repareren. Zo
geschiedde. En meer dan dat. Er was ook nog een osteopaat, een
chiropractor en een esthetisch chirurg die uit hun bed werden gehaald om
bijstand te bieden.
Heel die
equipe, vloog als een windhond de toren op en vond daar de geteisterde. De dokterstassen werden boven gehaald en met
grote haast werden in de traphal, die een vreemd Antwerps geurtje had, de eerste zorgen toegediend. Per megafoon werden vier matrozen gevorderd
om Taxtor op een draagberrie naar zijn gezegende woonst over te brengen.
Het bleek
allemaal wel mee te vallen behalve voor de esthetische chirurg die door Taxtor
werd afgewezen met de woorden: ik doe dit jaar niet mee aan mr.
Universe. Ook de osteopaat kwam er
bekaaid vanaf toen hij hier en daar begon te duwen en te trekken waardoor de
dragelijke pijn veranderde in helse.
Tenslotte zou de chiropractor meteen even de ruggegraat van Taxtor
aanpakken wat eindigde in een schop met het goede rechterbeen tussen de ditos
van de medicus.
Eind goed,
al goed, dacht u. Niets daarvan. De drie extra-medici toverden uit hun tassen,
tussen de morfine, de verbanden, de injectienaalden en spelcomputers, een
boekje naar boven dat scheurbiljetten bevatten waarin de rekeningen werd
opgeschreven. De schoonheidsman, 500 ,
de osteopaat, 50 en de chiropractor 55 + verplaatsingskosten.
Taxmie zag
dat niet zitten en vroeg details. Kwam
daaruit naar voor dat de heren BTW hadden aangerekend. De moedige vrouw, van nature niet geneigd om
snel rekeningen te vereffenen, las Fiscoloog en had net opgemerkt dat die gasten
geen BTW moesten aanrekenen. Ze ging
meteen in de tegenaanval en dreigde met een klacht wegens oplichting.
Opluchting dan weer, was het deel van de kapitein toen hij zijn medisch
legertje terug aan boord kon brengen van de SS WIB 1992, zelfs wanneer hij aan
boord nog altijd Taxmie hoorde roepen dat het een schande was te trachten een
simpele vrouw met fiscale trucs om de tuin te leiden. Dat zouden wij, rechtsonderhorigen toch ook
nooit doen met de overheid.
Taxtor
(ondertussen gedeeltelijk hersteld).
|