Jacobus de Meerdere is een volgeling en apostel van Jezus Christus.
In het Spaans en Portugees heet hij Santiago.
Hij werd geroepen terwijl
hij aan het vissen was met de boot van zijn vader Zebedeüs, samen met zijn
broer Johannes. Wellicht was hij een neef van Jezus. Tijdens de driejarige
rondwandeling van Jezus volgde Jacobus hem van zeer nabij en werd één van de
drie belangrijkste discipelen, naast Johannes en Petrus.
De Apostelen trekken de
wijde wereld in om het goede nieuws (het evangelie) te verkondigen. Volgens een
oude traditie gaat Jacobus de Meerdere als zendeling naar Spanje.
Eerst komt hij in Galicia, waar hij een christen gemeenschap sticht en
vervolgens naar de Romeinse stad Cesar Augusto, heden ten dage bekend als
Zaragoza.
In het boek Handelingen
lezen we dat hij door Herodes met het zwaard ter dood werd gebracht, als eerste
van de discipelen of apostelen.
De traditie wil dat de
leerlingen van Jacobus zijn dode lichaam naar Noord Spanje hebben vervoerd
(Galicië).
Volgens de legende was
zijn graf ontdekt op het sterreveld in Santiago de Compostella en had de lang
geleden overleden heilige ooit, op een paard gezeten, op wonderbaarlijke wijze ingegrepen
in een veldslag en daar vele Moren gedood.
De relieken worden nog
altijd bewaard in de basiliek van
Santiago de Compostella. En nog altijd trekken vele pelgrims naar die stad
en dat heiligdom. In Spanje is Jacobus de meest bekende en geliefde heilige
De schelp is het attribuut
van Jacobus de Meerdere. Deze is bevestigd aan zijn hoed, mantel of knapzak. De
Sint-jakobsschelp is hiernaar
vernoemd. Vandaar dat we op alle routes de schelp zien als herkenningsteken.
Jacobus de Meerdere is
onder andere de patroon van de pelgrims, de ridders, de hoedenmakers en
bejaardentehuizen.
Hij wordt aangeroepen tegen reuma en artritis
en om mooi weer en een goede oogst te geven.
Door heel Europa ontstaan
belangrijke pelgrimsroutes naar Santiago.
Vanaf circa 1100 vandaag
is de stad na Jeruzalem en Rome de belangrijkste bedevaartplaats.
Spreekwoord
"Dat is de ware Jacob" betekent: "Hij
is de man die we moeten hebben"; ik hoop hem dan ook nog tegen te komen.
|