Eén goede middag!
Iedereen zal volgende situatie ongetwijfeld wel kennen. Je rijdt rustig (of gehaast) met je auto over het abominabele wegdek van de Belgische staat. Op weg naar de winkel, je werk, het café of doelloos rondrijdend om aan het gekrijs van van je rusteloze kinderen te ontsnappen. Een vijftigtal meter verderop zie je een duif. Hovaardig paraderend, het kopje onophoudelijk van voor naar achter en ze trippelt van links naar rechts. Je nadert, snelheid minderen doe je niet, en je gaat er dan ook vanuit dat ze op een twintigtal meter of op z'n minst voor jij er bent zal opvliegen. Nee hoor, ze kijkt je hersenloos aan met haar zwarte oog en wacht tot je dicht genoeg bent. Dan komen we bij vijf mogelijke scenario's.
De duif vliegt weg voor je er bent: in orde, niets gebeurd.
De duif trippelt net op tijd weg en je scheurt met je wagen langs haar heen (ik associeer een duif altijd met het vrouwelijke geslacht, zonder bijbedoelingen of enige vorm van sarcasme). Dit schrijf ik wel met een lichte glimlach moet ik eerlijk bekennen.
De duif trippelt weg maar maakt een inschattingsfout en je geeft ze een lichte, doch fatale schouderklop met het koetswerk van je bolide. Afhankelijk van de manier waarop je haar raakt vliegt de duif op onnatuurlijke wijze door haar luchtruim, maakt enkele salto's, dubbele schroeven en belandt dan, in een wolk van pluimen, op het veredelde wegdek. Als je aankomt op je bestemming kijk je vluchtig even of de duif schade heeft aangericht.
De duif vliegt op maar doet dit net te laat en je ramt haar flank met je voorruit. Zelfde vervolg als hierboven beschreven.
En als laatste het beste van allemaal: de duif blijft gewoon zitten, starend naar de blinkende machine (nu ja, soms blinkend) die op haar afkomt. Een onwetende hoop pluimen die wacht op wat gebeuren zal. Hier zijn terug verschillende mogelijkheden maar de meest voorkomende, bij mij, is de volgende: ik rem af, vloek, roep iets tegen de duif (mijn duifs is helaas ontoereikend) en wijk tenslotte uit. Dan kijk ik in mijn achteruitkijkspiegel en ik zou bijna geloven dat de duif lacht en als ik kon snavellezen zou ik zweren dat ze 'loser' zegt.
Voorgaande is herkenbaar maar wat ik meemaakte binnen de tijdsspanne van een half jaar deed me toch wat dieper nadenken.
Het betreft een opeenvolgende reeks opvallende duif-ontmoetingen.
Op de terugweg van Gent stopten ik en dé vrouw aan de verkeerslichten in Kluizen. Stralende dag, geen vuiltje aan de lucht en uitermate kalm op de baan. Geen auto te bespeuren. Plots hoorden we een salvo plofgeluiden. We keken elkaar onbegrijpend aan tot de laatste plofgeluiden de gekende witgrijze kwakjes op de voorruit vormden. Niet één, twee of drie maar minstens 10 omvangrijke, smerige kwakken. We schoten in de lach tot dé vrouw naar mijn zijraam wees en ik in de achteruitkijkspiegel de achterruit aanschouwde. De voorgaande plofgeluiden waren allemaal raak. Eens thuisgekomen bekeek ik de totale schade. De helft van de auto was ondergepoept door de bommenwerpers van het duivenlegioen. Alsof het geleide raketten waren. We waren de enige auto!!
Toen ik terugkeerde van mijn werk draaide ik het rond punt aan het milieupark in Assenede op en vloog er een kamikazeduif recht op mijn voorbumper af. Met een ultieme knik manoeuvreerde ze zich nog in de grill van mijn Volvo. Ik besefte pas achteraf dat dit bewust moet geweest zijn om zoveel mogelijk schade aan te richten. En dat heeft ze ook gedaan. Het levenloze, grijnzende kadaver moest ik zelfs verwijderen en had ik echt goed gekeken dan had ik vast en zeker een cyanidepil gevonden tussen de vleugels, die ze zonder aarzelen zou inslikken mocht ik haar levend gevonden hebben. 85 kosten voor de grill.
Het derde voorval speelde zich af toen ik 's morgens naar mijn werk reed. Ik draaide de expresweg op en 100 meter verder hoorde ik plots een bonk aan mijn rechterzijde. Ik keek verschrikt op maar zag niets. Ik bekommerde mij er verder niet om. Waarom zou ik dat ook doen op dit vroege uur. Een eind verderop steek ik een camion voorbij die zich aan zijn aangeduide snelheid van 90 hield. Pinker aan en kijken in de zijspiegel. Zijspiegel?? Huh... het eerste deel van het woord klopte wel maar waar was in godsnaam die spiegel naartoe?? Ik dacht aan gezichtsbedrog of een nest slapers in mijn oog (ook wel gekend onder de term slaapzand) die mijn beeld vertroebelden. Op het werk controleerde ik dit natuurlijk. De spiegel was weg, verdwenen... In mijn fantasie zag ik al een duif met zo'n lederen kapje en pilootbril triomfantelijk door de lucht vliegen, de spiegel als een trofee in de lucht... 25
Het vierde voorval was gisteren. Mijn vaste plaats op het werk was bezet dus parkeerde ik mij elders, logisch. Onder de bomen. Slecht idee.
's Avonds mocht ik genieten van een wit-grijs-roze vlekkenfestijn op mijn voorruit. Alsof ze doelbewust ook nog eens rode bessen hebben gegeten om de boel op te fleuren.
Als je dit alles in zijn geheel bekijkt kun je niet anders dan besluiten dat ik het slachtoffer ben van een duivencomplot. Een coalitie zelfs van de Oost- en West-Vlaamse duiven. Vanaf nu beter gekend onder de naam OWVD. Waarom? Dat vroeg ik mij af. En het antwoord meen ik gevonden te hebben. In mijn jeugdige jaren heb ik met enkele vrienden met zo'n loodjesgeweer op een duif geschoten. Ik wou het niet maar de groepsdruk onder 12-jarigen is ongekend. En ik schoot raak... Mijn excuses aan de duivenwereld. Al ben ik ergens wel blij dat het een duif was en geen koe.
Steba
|