De erg zeldzaam geworden
G E E L G O R S
(Emberiza citrinella citrinella)
Deze mooie cultuurvogel is stilaan aan 't bekomen van een spectaculaire terugval in de jaren '80 - '90. In deze periode heeft de natuur een gedaanteverwisseling ondergaan. Heel wat veranderingen kwamen tot stand, grotendeels door toedoen van menselijke inbreng. Zo verdwenen heel wat "Holle wegen" en de kleinschalige akkerbouw moest plaats ruimen voor de meer renderende massa produktie der gewassen. zoals maïsvelden, enz... Weer typisch aan de menselijke ingrepen in de natuur: Alles moet wijken voor het grootschalig geldgewin van de egoïst die de hedendaagse mens toch is. Door deze ondoordachte ingrepen heeft men wel een groot gedeelte van de bestaande biotopen der Geelgors verwoest. Het uitverkoren biotoop van de Geelgors is n.l. open terreinen met bosranden, aflopende bermen,struiken en heggen. Dat de Geelgors onze streken een tijdheeft vermeden is dan ook logisch en meer dan normaal. Door bepaalde ingrepen in de sector van het landbouwbeleid en de Natuurbescherming is er enig herstel waar te nemen. De Geelgors heeft dit ook gemerkt en met mondjesmaat komt hij terug afgezakt naar onze contreiën.
De Geelgors is praktisch in gans Europa terug te vinden maar is gedeeltelijk toch een trekvogel. Geelgorzen die wij hier in de winter tegenkomen zullen hun broedgebied vast en zeker in Noord Europa hebben. In de natuur bouwt de Geelgors zijn nest liefst vlak bij de grond. Dit kan in een lage struik zijn maar ook wel in een gedraaid kuiltje in het zand en wat beschut door een overhangende tal of hoog gras. 2 à 3 legsels worden er per jaar geproduceerd. Een legsel bestaat uit 3 à 6 vuilwitte eitjes met donkere vlekjes. De broedtijd zal 12 à 14 dagen vergen. De ouders voeren beiden hun kroost groot. Hun menu bestaat uit allerlei insecten zoals rupsen, sprinkhanen, vliegen, muggen, kevertjes, bladluizen, vlinders enz...
De Geelgors is goed te onderscheiden van zijn andere soortgenoten door zijn opvallende geel-bruine kleur, vooral de man dan. Bij de man zijn de schedel, wangen, kin en keel echt diep geel. Op de kruinbevindt zich een donker tot zwart-bruine V-tekening die doorloopt tot in de nek. Op de wangen bevindt zich een bruin, hoefijzervormige tekening en in de hals zie je twee bruinachtige baardstrepen. Het rugdek en de mantel zijn bruin met een groenachtige waas met een zwart-bruine pigmentbestreping. De stuit is kastanje bruin met een rossige gloed. Zoals bij de meeste vogelsoorten is het verenkleed van de pop veel minder gekleurd. Indien we het voornemen hebben en de uitdaging willen aangaan om met deze schitterende vogel te gaan kweken, bedenk dan dat we een vluchtje voorzien voor elk koppel. Wel rekening houden dat deze ruimtes volledig droog zijn en blijven. Wanneer we nu in een box-systeem kweken moeten we er zorg voor dragen dat de tussenwanden ondoorzichtig zijn. De Geelgors is in de rustperiode wel een zeer verdraagzame vogel maar kan in de broedperiode des te agressiever voor de dag komen. De man wil geen andere vogels in de buurt van het nest. Vooral vogels met een geel uiterlijke zijn niet veilig voor zijn aanvallen. Het kan zelfs zo erg worden dat zijn eigen pop er van langs krijgt. Dit furieus gedrag kennen we soms ook wel bij de mussen en andere vinkachtigen. Zorg daarom steeds voor een veilig plekje in de volière, waar de pop, indien nodig, kan gaan schuilen. Dit kan je best doen door een plankje hardboard onderkant in de vlucht op de bodem schuin tegen de zijkant te plaatsen. Een zorgvuldige selectie is van groot belang indien we de kweek tot een goed einde willen brengen. Kies daarom vooral rustige vogels. Met schuwe vogels zul je moeilijk tot nestbouw komen, laat staan dat de kweek zou lukken. Ook bij eventuele nestcontrole, indien je zover al geraakt kunnen problemen optreden bij onrustige ouders. We zegden het reeds dat de Geelgors zijn nest liefst dicht bij de grond maakt in de natuur. In de volière hoeven we daar wel geen rekening te houden, ze bouwen graag hun nest op een hoogte van 1 meter en zelfs hoger. Wel hoeven we rekening te houden dat de nestmandjes erg ruim hoeven te zijn omdat de Geelgorzen nogal een omvangrijke en soms wat slordige nest bouwen. Misschien nogal logisch omdat de pop alleen het nest moet afwerken, had je misschien wat anders verwacht van het zwakke geslacht.
VOEDING:
De kweek met de Geelgors vereist een uitgebreid voedselpatroon om aan de jongen te verstrekken. Een passende zaadmengeling met overwegend witzaad en/of andere graszaden, (haver, rogge, tarwe enz..) en een eivoeder mag zeker niet ontbreken op het menu.
SHOWVOGEL:
Spijtig genoeg vinden we de Geelgors tegenwoordig slechts sporadisch terug op onze tentoonstellingen. Indien je zou willen deelnemen aan een wedstrijd is het wel raadzaam om de standaard even te raadplegen. Voor wat de kleurmutaties betreft mag wel gezegd worden dat deze maar zelden voorkomen. De bruinmutatie is een van de geregistreerde bij de Geelgors. Er doen wel geruchten de ronde dat er reeds meerdere afwijkingen zouden gekweekt zijn. Als dit het geval zou zijn is het wel spijtig dat betreffende kwekers hier geen melding van maken. Geelgorzen komen pas het tweede jaar op volle kleur. Pas dan zal bij de man de kastanje bruine rug en stuit een rossige gloed vertonen. Zo zal in het voorjaar (dus buiten het TT-seizoen) de intensiviteit van de kop bij de man het felst zijn en zou de keurmeester hier rekening dien mee te houden tijdens de keuring. Wanneer we de puntjes op de i zetten moeten we toch concluderen dat de Geelgors geen gemakkelijke vogel is om hoge cijfers te scoren, of zou het soms aan de keurmeester liggen die deze vogel misschien onvoldoende kent ?
Toch even de meest voorkomende fouten aanhalen tijdens een keuring:
- Te slank van model - Bonte nagels
- Te smalle kop - Niet egal kleurdiepte
- Onderbroken V-tekening op de kop (alleen bij de man)
- Flankbestreping onderbroken - Borstband niet strak
- Wangtekening ongelijk - Onregelmatige tekening onderstaart
- Foutieve vleugeltekening met een witte band i.p.v. een lichtgele band.
BESLUIT: Een niet al te gemakkelijke vogel, zowel om te kweken als voor de TT.
|