We beslissen om toch nog een dag langer in Clarksdale te
blijven.
Tijdens ons verblijf hier hebben we gehoord over het legendarische Riverside
Hotel, waar we onze laatste nacht in Clarksdale zullen doorbrengen.
Een beetje idioot zou je denken, voor één nacht nog van hotel veranderen, maar
het speciale aan dit hotel is dat dit vroeger het ziekenhuis (enkel voor
zwarten) was waar zangeres Bessie Smith overleden is nadat ze een auto-accident
had (en niet naar een veel dichter, maar enkel voor blanken, ziekenhuis
mocht!!).
Rond de jaren 40 koopt de moeder van Frank Rat Ratliff (de 73 jarige
eigenaar) het verlaten ziekenhuis over en maakt er een hotel van. Op dit moment
was Clarksdale een bruisende stad waar zowel Muddy Waters als Ike Turner en
Sonny Boy Williamson en vele anderen optredens gaven. Je voelt het
waarschijnlijk al aankomen: na hun optredens bleven ze allemaal slapen in het
Riverside Hotel.
Eigenaar Rat toont ons alle kamers en wie waar heeft geslapen. Steffi en ik
kiezen de kamer van Muddy Waters, Marleen en Kathy kiezen die van Aretha
Franklin, The Staple Singers enz.
Nog een leuk weetje over het Riverside Hotel: in de kelder van het hotel zou
Ike Turner zijn Rocket 88 (wordt vaak als eerste rock n roll nummer omschreven)
geschreven hebben.
De kamers zijn authentiek (op een paar meubelstukken na), maar toch zeer proper
gehouden. Rat is ook een zeer vriendelijke en levensvolle mens. The Riverside
Hotel is zeker een aanrader voor iedereen die naar Clarksdale komt voor de
muziek!!
Na onze tour in het hotel rijden we door naar het
Cottonlandia Museum in Greenwood en zoeken het graf van de legendarische King
of The Delta Blues: Robbert Johnson. We komen aan bij en kerkje en vinden na
even zoeken zijn (meest waarschijnlijke) gra (want er bestaan er drie).
We rijden terug naar Clarksdale omdat we daar een afspraak
hebben met Bubba OKeif. Hij gaat ons een persoonlijke rondleiding geven in het
Wrox Museum (wat enkel op afspraak kan). Wrox is het bekenste radiostation in
en rond Clarksdale, vooral omdat zij één van de eerste zwarte radiopresentator
ooit hadden, Early Soul Man Wright. Het museum is eigenlijk nog in opbouw,
maar de gepassioneerde rondleiding van Mr Okeefe en de unieke verzamelstukken
maken veel goed.
Het is er misschien wat vuil en onafgewerkt, maar het is absoluut de moeite
voor muziekliefhebbers!!
S avonds eten we in Abes BBQ om ons daarna klaar te maken
voor een leuke avond in een echte Juke Joint.
Voor de mensen die zich afvragen wat dit is: vroeger wanneer de zwarte
arbeiders op de plantage werkten en zondag hun vrije dag hadden wou iedereen
zich natuurlijk amuseren op zaterdagavond.
Op zaterdag avond kozen ze één van hun houten hutjes uit en zetten ze alle
meubels buiten. En lokale blueszanger kwam dan muziek maken. Dit moeten de
meest ongelofelijke feestjes geweest zijn: een huisje in the middle of
nowhere, geen politie (geen regels dus, wat soms dan ook fataal afliep),
zelfgemaakt whisky of andere sterke drank, gambling, dansen, ... (de rest laat
ik aan de verbeelding over). Wanneer iedereen in de jaren 50 naar de stad trok
(Chicago, Memphis, enz) owv het feit dat de handenarbeid vervangen werd door de
machines op het platteland, werden deze huisjes gewoon vervangen door Juke
Joint Clubs.
Waar wij naartoe gaan is zon club (één van de laatste): Reds. Gelukkig is
Reds op wandelafstand van het Riverside Hotel en kan iedereen eens een pintje
drinken. Het optreden van Big A was zeer degelijk en vooral entertaining. Zeker
wanneer de vrouwelijke zanger over de grond begon te kruipen tijdens het nummer
Walking The Dog van Rufus Thomas (http://www.youtube.com/watch?v=2mfQzZvHog4).
Dit is natuurlijk meer elektrische Chicago Blues (wanneer iedereen naar de stad
trok deden de bluesmannen dit ook en konden ze niet echt gehoord worden met hun
akoestische gitaar, dus gebruikte iedereen een elektrische). Even wild als
vroeger was het niet, maar we hebben ons toch zeer goed geamuseerd.
Benieuwd of we ons de volgende morgen even goed zullen voelen .
Een vlug ontbijt in onze Legends Inn (uit het
vuistje), en dan op weg naar Indianola. In Tutweiler de marker van WC Handy
gevonden, nadat we instructies vroegen aan een cipier van de gevangenis, juist
naast de watertoren. Hier zou voor het eerst de blues ontdekt zijn en
belangrijker, WC Handy schreef er een artikel over.
Dan op weg naar het BB king museum in Indianola: prachtig museum,
weer te veel om allemaal te bevatten. In een fameuze regenstorm kletsnat Dockery
Farm bezocht. Hierwerkte Charley
Patton, Son House, Howlin Wolf, Sam Cooke, Roebeck pops staples en nog wat
anderen. Misschien is dit wel de geboorteplaats vd blues?
Terwijl Steffi en Kathy even tot rust komen in onze shack, rij ik
met Anthony naar Como. Daar leeft nog een van de laatste (er bestaan nog maar
een handvol) echte bluesman: RL Boyce. Hij speelt een stijl genaamd Mississippi
North Hill Country style, gekend van Mississippi Fred McDowell, RL Burnside, Jr
Kimbrough (grootste inspiratie geweest voor The Black Keys trouwens) enz. (RL
Boyce heeft nog gespeeld met die eerste drie namen trouwens).
We hebben een soort privé concert/jamsessie kunnen regelen, maar hoe we dat
gedaan hebben en het hele verhaal er rond moet je maar aan ons komen vragen en
wij zullen dit met alle plezier vertellen.
We kunnen jullie wel dit zeggen: het optreden was fantastisch en het was een
echte levenservaring, maar te lang en te speciaal om helemaal uit te schrijven
(onze excuses).
Toen
we terug kwamen zijn we nog even naar Ground zero (bluesbar) geweest, maar om
één of ander reden trok het daar op niet veel (hoe zou dat komen?).
We vinden een french bakery waar je een heel
behoorlijk ontbijt kan krijgen. Daarna bezoek van het Delta Blues Museum, weer
te veel om te bevatten. Interessante tentoonstellingen rond zangers, maar ook
de shack waar Muddy Waters zijn eerste (misschien wel belangrijkste) opname
heeft laten maken door Alan Lomax, staat hier. De plaats waar dit huisje
stond moeten we zeker vinden tijdens ons verblijf hier! We horen ook over de
juke joints: de huisjes, waar de (meestal zwarte) werkers s avonds en in de
weekend bijeen kwamen (ver van hun bazen) om muziek te spelen. Dit is een
verhaal apart: het ontstaan van de delta blues . We lopen wat rond in de Cat
Head Store en bezoeken nog een Rock and Roll/ Blues muzeum van een Nederlander:
dit is een overvol museum met weer te veel om te bevatten.
We doen wat inkopen in de lokale supermarkt en
rusten wat uit in de porch van onze Legends Inn met een Bud (Budweiser).s
Avonds dineren we in de Lady at the levee , waar onze vriend Sean Apple optreedt. Nadien trekken we naar de Ground Zero Blues
Club, waar alweer een andere band optreedt.
Vroeg op, de taxi in en naar de car-rental om onze auto op te
pikken: deze valt mee: een Toyota Camry. Na een vlug ontbijt in een Wendys
(groot verschil met wat we in NO kregen) rijden we eerst nog naar een typische
Louisiana plantation: de Oak Alley Plantation (suiker), waar we ontvangen
worden in traditionele klederdracht.
Heel knap, maar je mag natuurlijk niet te lang
stilstaan bij de historiek van de plantations (in die tijd hadden de meeste
plantage-eigenaars slaven). We kozen deze plantage uit, omdat daar op zijn
minst toch nog over verteld werd, en er een poging werd gedaan om hun
verblijven te illustreren.We konden daar ook al voor het eerst iets lezen over
de civil war (de southern states tegen de noordelijken, waarbij de slavernij
uiteindelijk zogezegd werd verboden door Lincoln, maar dat verhaal is te lang
om hier te schrijven). Dan verder gereden met onderweg mooie
"bayou"-zichten (= moerassen met mangroves).
In Mississippi nog een omweg gemaakt naar de hoofdstad, Jackson, om een pracht
museum te bezoeken over de civil rights: de Old Capitol Museum, waar je oa.
rechtszaken rond de slaven op een interactieve manier kan meemaken in de
supreme court. Het ontstaan van de civil war tussen de noordelijken (de
Union) en de zuidelijke staten (de Confederates) en de belangrijke rol die de
staat Mississippi hierin speelde wordt ons stilaan duidelijk.
We rijden verder naar Clarksdale, Mi., waar we 3
dagen boekten in een heel specialeaangekomen (al donker) in de Shack Up Inn, een
soort camping, maar dan wel een heel speciale: oude huisjes, die vroeger
dienden voor de arbeiders, en in dezelfde staat gehouden (oud meubilair, enz..)
met overal voorwerpen, te maken met de blues, maar tot onze verrassing wel met
airco (oef!). We trekken die avond nog het stadje in, op zoek naar eten dat
vinden we enkel in de Stone Poney, (waarvan we later de Stoney Poney maken)
een bar die ook pizzas serveert. Bij het verlaten van de auto hoort Anthony
dat er ergens een band speelt: weg die honger, en op naar de galerij, waar
binnen inderdaad een optreden plaatsvindt: Sean, een one-man band, ongelofelijk
goed en interessant, want Sean speelde nog met (en leerde van) Jack Owens en
Blind Bud Spires, RL Burnside, enz .Na het optreden geraken we aan de praat, en
krijgen we heel veel waardevolle tips voor ons verblijf: optredens, clubs,
enz Geslaagde eerste dag in Mississippi!
Toch eerst eens het zwembad uitgeprobeerd: zalig warm water.
Daardoor wat te laat vertrokken voor onze afspraak op Jackson Square voor een
geleide wandeling (aangeboden door de stad). Eerst nog vlug ontbijt in het Grand
Café, gekend voor zijn Café-au lait en beignets (heel lekkere oliebollen, met
zeer veel poedersuiker overstrooid). De waiters zijn allemaal in het wit en je
kan de bedrijvigheid in de keuken van buitenaf volgen. Op de afspraakplaats
aangekomen blijkt dat de toer al begonnen is (het beginuur was een uur
vervroegd omwille van het warme, maar niet aangepast op de site). Dan weer zon
super vriendelijk aanbod: we mogen naar het centraal bureau gaan om te kijken
of we nog een extra gids kunnen krijgen. Dat kon, maar een paar uur later.
Toevallig is er op het verdiep eronder een bekend lokaal radiostation, WWOZ
(zie dag 1). We vragen en krijgen een persoonlijke, individuele rondleiding
door het radiostation, een niet-commerciële organisatie, maar met alles erop en
eraan. Heel toffe ervaring.
De gids brengt ons nadien naar de French Market voor de
rondleiding en vertelt allerlei interessante weetjes, oa. dat de Mississippi
toch wel af en toe een gevaar voor overstroming betekent,het verschil tussen de verschillende
kookstijlen die we proefden: Cajun (meegebracht door de Canadese immigranten in
Louisiana), Creoolse ( ontstaan door Spaanse en Afrikaanse invloeden) en Bayou,
waarvan de Jambalaya en de Louisiana Poboy een voorbeeld van is. Achter de Poboy leeft een echte legende: the PoBoy
legend started in the 1920s in New Orleans when streetcar workers went on
strike. A local restaurant wanted to help these men out when they visited the
restaurant and provide a lot of food for a small amount of money. They took
French bread and stuffed it with just about anything they could find. They
called the sandwich the Poor Boy for the men they were trying to help.
Through the years the name was shortened to PoBoy, which remains a Louisiana
tradition today (uit: AFC Enterprises, Inc.). Wij nemen onze Poboys met Margaritas
en Daiquiris een kleine variatie op het thema.
Nu staat de Jazz Walk of Fame op ons programma, na een overtocht
over de Mississippi met de ferry (gratis). Leuke wandeling langs de rivier met
thema-punten (we kunnen de self guided audio tour volgen, op GSM gedownload),
waardoor we in stemming blijven door de muziekstukken die doorheen de audio
lopen.
We vinden nog wat toffe platenwinkels en een bluesbar:
voodoo-bar waar we wat blijven plakken met (ja, opnieuw) Margaritas.
Dan richting hotel, waar we onderweg weer een prachtervaring
hebben: een grote band, met een aantal heel jonge trommelaars, die een trots
optreden doen op straat.
Dan op naar de Preservation Hall, waar we al wachtend op het
optreden van 8 uur rechtstaand een pizza eten en een visbokaal met exotische
cocktail drinken. Het optreden is knap en veel te vlug voorbij. Het optreden
zelf was weeral schitterend. In ons ogen behaalt de Preservation Hall volledig zijn doel (de traditionele Jazz vereren en bewaren).
Eerst en vooral onze excuses dat het zo lang heeft moeten
duren voor we nog eens op het blog konden posten. De reden hiervoor is zeker
niet dat er niets valt te melden, maar eerder het tegendeel: we hebben tot nu
toe nog geen tijd gehad om verder te schrijven. Het goede nieuws is wel dat we
het kabeltje voor de fotos terug hebben gevonden en dat we ons blog dus nu
zullen kunnen vervolledigen met fotos
Dag 2: 08/07/2012 (zondag)
6u. De jetlag slaagt toe, iedereen is plots wakker.
We ontbijten in Croissant Dor Patisserie waar geen toerist
te bespeuren valt, perfect dus.
Na ons stevig ontbijt brengen we een bezoek aan het Visitor
Center van het (hou u vast) New Orleans Jazz National Historical Park. Dit is
een organisatie met het behoud van traditionele
jazz als hoofddoel. Veel was hier niet te zien, maar gelukkig was er een gratis
(en veel belovend) optreden op de middag: Uptown Jazz Orchestra performs with
adult and student performers, led by acclaimed trombonist, producer and teacher
Delfeavo Marsalis.
Et
Hethfdmljfldqldkmjdsqmj
Het optreden begon zonder de bandleider en dus enkel met de adult
students. Je kon echter meteen zien dat deze spelers goed opgeleid zijn, want
ze hebben de begeleiding van D. Marsalis niet nodig om toch fantastische muziek
te maken.
In een tweede deel van het
optreden lieten ze de jongere (en sommige zijn echt wel jong) aan de beurt.
Muzikaal misschien iets minder interessant, maar wel leuk om te zien. Je kan
zien hoe de bandleider/leraar met volle trots bezig was met zijn leerlingen.
In het derde en laatste deel
konden we de adult students samen met hun leraar aanschouwen. Hoe goed we het
eerste deel ook vonden, met Delfeavo Marsalis erbij was de muziek zelfs van een
nog hoger niveau
Fantastisch optreden dus, dit was
al zeker een deel van wat we kwamen zoeken in NO: de echte traditionele jazz.
Na het optreden bezoeken we het tweede deel van het Jazz
National Historical Park, namelijk The Old US Mint. Dit was een gebouw dat vroeger
gebruikt werd om, zoals de naam al laat merken, al de verschillende
dollar-munten aan te maken. Op het gelijkvloers kon je al de gebruikte machines
en toestellen die men hiervoor gebruikte aanschouwen.
Op de tweede verdieping was er een hele jazz-collectie dat de geschiedenis van
de Preservation Hall overliep. Preservation Hall is een concept dat opgestart
werd in 1961 om de traditionele jazz van NO te bewaren. Het is een zaal die er
van buiten (en van binnen) uit ziet alsof je nog steeds in de jaren 60 bent. Er
wordt geen eten of drank geserveerd, enkel muziek! Alleen de beste en meest
ervaren muzikanten van NO mogen hier dan ook optreden, wat maakt dat sommige
bandleden van The PH band dan ook op leeftijd zijn en regelmatig vervangen
moeten worden.
Na The Old Us Mint stappen we door the French Market (de
oudste weekendmarkt in NO), waar er nog een optreden plaatsvindt. Onderweg kom
ik (Anthony) een stand tegen waar een vrouw zat die kostuums gemaakt had voor
Freddie King (ietwat vergeten, maar toch onlangs opgenomen in de Rock & Roll
Hall of Fame blueszanger). Zij heeft ooit op Bourbon Street gewoond en ze liet ons
weten dat we savonds naar Frenchmen Street moeten gaan om nog echte jazz te
vinden.
Toen we aan het optreden aan kwamen (in het midden vd French
Market) zagen we enkel een violiste, gitariste en een zangeres, wat ons op het
eerste zicht een nogal vreemde combinatie leek. Hoe dichter we echter kwamen,
hoe beter ze klonken. Ze speelden verschillende gekende nummers (zoals
halleluja bv) op een geheel eigen en unieke stijl.
Na een paar nummers gebeurde er iets dat in NO waarschijnlijk elke dag zal
gebeuren, maar voor ons toch wel uniek was. Een oude man die voorbij fietste en
er uit zag of hij al een paar jaar op straat heeft geleefd kwam het podium en
vroeg of hij één nummer mocht overnemen van de zangeres. Op dat moment nam
iedereen van het publiek zijn/ haar hart vast, maar toen zette de oude man I
was booooorn by the river in en meteen stond het haar op je armen en de rest
van je lichaam recht. Hij zong dus het nummer A change is gonna come van Sam
Cooke (http://www.youtube.com/watch?v=gbO2_077ixs).
Nog net niet zo goed als Sam, maar goed genoeg om iedereen te verbazen en de
show te stelen.
Na dat nummer vroeg jij om nog een nummer te mogen spelen (volgens ons toch,
want we konden het niet echt horen), maar de gitariste wees wijselijk af (de
man had nu al de show gestolen).
Wat ons dus toch wel opviel in NO is dat er meer goeie muziek is dan enkel
Jazz. Hier lopen veel getalenteerde muzikanten rond en nog opvallender is
iedereen hier in de stad effectief veel geld aan hen geeft (zowel tips als het
kopen van cds). In België zou dit heel anders zijn denk ik
Na de tussenkomst van de oude man, was er niet veel meer aan
het optreden en zijn we doorgestapt naar Jackson Square, waar de stad ontstaan
zou zijn onder commando van generaal Andrew Jackson. Morgen krijgen we hier
hopelijk meer uitleg over omdat er dan een gratis tour (een actie van de stad)
te verkrijgen.
Na Jackson Square beginnen we aan een soort muziekwandeling.
We wandelen in noordelijke richting en starten in het Louis Armstrong park,
waar toch wel een aantal belangrijke gebeurtenissen hebben plaatsgevonden.
Een leuk weetje over Louis Armstrong park is dat hier
vroeger een hoop bordelen stonden en men zegt dat het nummer House of The
Rising Sun (vooral bekend door de versie van The Animals http://www.youtube.com/watch?v=bwAw9ThDQmk
, maar origineel van Woody Guthrie http://www.youtube.com/watch?v=UlbLs_bvimU
) over een bordeel dat ergens in dit park heeft gestaan gaat.
Eerst komen we langs het grote Louis Amstrong standbeeld. Satchmo
(genoemd naar de vorm van zijn mond: een satchel, wat zakje betekent) waarschijnlijk de meest gekende figuur die NO
heeft voortgebracht, met nummers zoals What a wonderful world (http://www.youtube.com/watch?v=m5TwT69i1lU
) en La vie en rose (http://www.youtube.com/watch?v=8IJzYAda1wA
).
Aan het begin van het park staat Congo Square. Dit is een
enorm belangrijke plaats geweest in het ontstaan van Jazz. Op zondag kwamen
alle slaven hier bijeen op hun enigste vrije dag om samen te dansen, zingen en
muziek te maken. Het was toen deze muziek samen kwam met meer klassieke muziek
dat de jazz zou ontstaan zijn (niet te verwarren met blues, want dat is op een
heel andere manier ontstaan, maar daar later meer over).
Na Congo Square nemen we vlug een kijkje in Basin street,
wat vroeger een bekende straat was omwille van al zijn jazzclubs (en
waarschijnlijk nog andere zaken). Jammer genoeg blijft hier zo goed als niets
meer van over dus stappen we maar verder.
We komen aan bij J&M Records, een bekende opname studio waar onder andere Fats Domino zijn hit Blue
Monday heeft opgenomen (http://www.youtube.com/watch?v=vC6q4roVvN0
)
Na onze wandeling nemen we een snelle verfrissing in het
hotel om daarna verder te gaan naarFrenchmen
Street. We eten in Adolfos (een klein Italiaans restaurantje boven een café)
en terwijl we wachten op ons eten gebeurde er iets heel ongewoons. Opeens
hoorden we muziek van op de straat steeds dichter en dichter komen. Adolfo vertelde
ons dat men dit een Second Line noemt. Dit is een soort parade die meestal
spontaan ontstaan als gevolg van het overlijden van een muzikant. Het speciale
hier aan is vooral dat men niet op een heel trieste manier door de straat stapt,
maar eigenlijk zeer vrolijke muziek maakt en al dansend het overlijden
verwerkt. Natuurlijk hadden we op dit moment onze fototoestellen op ons hotel
laten liggen, wat toch wel enorm jammer is want blijkbaar is het toch een
zeldzaam gegeven om zon een second line te mogen meemaken (aangezien ze
redelijk spontaan en ongeorganiseerd ontstaan). Gelukkig waren er andere mensen
die wel slim genoeg waren om iets mee te nemen om alles te kunnen vastleggen: http://www.youtube.com/watch?v=QCiCIUNGU1w&feature=related
De muzikant die overleden was: Uncle Lionel Batiste, drummer
van de Treme Brass Band.
Dit was een van zijn nummers, ook gespeeld tijdens de second line:
Na het eten gaan we naar the Spotted Cat om nog een optreden
op te pikken, maar echt tippen aan al wat we vandaag al hebben gehoord en
gezien kon het niet. Er was even een moment van opflikkering tijdens het
optreden toen de saxofonist van het optreden dat we op de middag hadden gezien
(in het visitor center) een paar nummers kwam spelen om dan weer door te gaan
(waarschijnlijk naar een ander optreden om daar wat mee te spelen).
Opvallend in deze stad is dus echt wel de muziekcultuur en het respect dat
mensen en muzikanten voor elkaar hebben. Er is een gevoel van community
(zoals ze in de vs altijd zeggen) waardoor volgens ons de muzikanten voldoende
(financiële) steun krijgen van het volk en dus echt kunnen leven van hun
muziek.
Vanuit culinair oogpunt nog even dit: Cajun, Swamp, Bayou, Creools, alles wat we
probeerden (van een PoBoy tot Jambalaya was uniek en lekker! Hierover later
meer.
Na een lange en vermoeiende dag kruipen we ons bed, want
morgen staat er weer enorm veel op de planning.
PS: vanaf nu gaan we telkens ons dagverloop zeer kort
posten, zodat jullie toch een beetje beter mee kunnen volgen en we zullen dan
later alles verder uitschrijven en vervullen met fotos en dergelijke.
Vandaag staat er ons een lange dag te wachten. We nemen de trein van kontich naar zaventem om 6u25 (veel te vroeg) zodat we één van de eersten kunnen zijn om een betere plaats voor mezelf (en mijn lange benen) te vragen. Tevergeefs blijkt nu, want sinds kort moet je hiervoor 80 euro bij betalen (vroeger was het first come first serve methode). Om 5u opgestaan voor niets dus... Onze vluht vertrekt tegen de middag en we doen een overstap in Atlanta om dan in New Orleans aan te komen rond 19u lokale tijd.
We starten onze muzikale reis, op zoek naar de roots van de Amerikaanse muziek dus in de stad waar de Jazz is ontstaan, de geboortestad van Louis "Satchmo" Armstrong en Jelly Roll Morton. Ons hotel (Bourbon New Orleans Hotel) is gelegen in het hart van The French Quarter (of Vieux Carré), DE streek waar je moet zijn als het over Jazz gaat. Aangekomen in ons hotel zet ik meteen de geweldige lokale radio post WWOZ Radio (WWOZ.org) op 90.7 fm om toch al in enige jazzsfeer te komen (hoewel we goed beseffen dat NO met tijd veranderd is hopen we toch om nog iets van de fantastische klassieke jazz te kunnen oppikken).
New Orleans is toch wel heel anders dan het Amerika dat we kennen met zijn rules en regulations. Het is de enigste stad waar je met alcohol (enkel in plastieke bekers en zonder paper bag) op straat mag rondlopen en de clubs en bars 24u open blijven. Het sumum van deze vrije en open levensstijl in New Orleans is Bourbon street. Gelukkig leunt ons hotel aan tegen deze straat en dat is dan ook waar de rest van onze avond zullen spenderen.
Bourbon street is zowat de bekenste straat in New Orleans. Het is de enigste straat in The French Quarter waar 'neon signs' toegelaten zijn en waar de straat volledig autovrij is (je kan er wel oversteken met de auto). We merken dan ook meteen dat we ogen tekort komen voor alles dat hier te zien is: alle soorten muziek, (strip)bars, bordelen, restaurants en mensen. We stoppen aan het Seafood Market Restaurent om te proeven van de typische cajun (franse kolonies die hier kwam vanuit Canada) keuken en om vanop het balkon alle actie op Bourbon street goed te kunnen bekijken. Aan de overkant van ons restaurant was een 'bluesbar' met een live optreden waarvan ik eerst dacht "leuk, daar kunnen we misschien straks naar toe". Totdat ik ze opeens een nummer hoorden spelen van Bruno Mars (met alle respect voor mensen die Bruno Mars (sorry Steffi) goed vinden, maar als ik een bluesbar binnen zou gaan en mij wat te drinken bestel om dan Bruno Mars te horen zou ik mij redelijk bedrogen voelen). Het was toen dat we wel door hadden dat we de originele oude jazz (die vroeger in deze straat met hopen was te beluisteren) hier niet echt zouden vinden. Niet zo erg, iedereen was toch zeer moe van de reis en er zullen nog wel genoeg plaatsen zijn waar we wel de goede oude jazz kunnen vinden. Tegen 23u kruipen we allemaal ons bed in want morgen hebben we een lange en zware dag voor de boeg.
Grtz.
Anthony, Marleen, Steffi, Kathy.
PS: we kunnen momenteel het kabeltje niet vinden om de foto's op de computer te zetten, dus daar zullen we nog even op moeten wachten.