*********************************
*************************************************************************
Welkom op deze blog !
Na ettelijke jaren twijfelen en stelen met de ogen, beslisten we de kerstperiode 2006 te gebruiken om één van onze dromen te realiseren : de aankoop van een motorhome.
We gingen er naar vele kijken maar de tweede die we zagen bleek uiteindelijk de goede te zijn.
In januari 2007 werden we dus eigenaar van onze eigenste Ford Granduca 72 en zijn we gestart met rondtrekken met ons huis op vier wielen.
Een goed jaar later, februari 2008 -en helemaal overtuigd van het zwervend vakantie vieren- hebben we een beter aan onze noden aangepaste MH gekocht, een zo goed als nieuwe Chausson Flash 09 op chassis van 3850kg.
In deze blog vinden jullie een aantal reisverhalen terug die jullie misschien inspireren om ook eens het avontuur te wagen...
Veel plezier !
Peter,Ingrid,Maarten,Robin +Kyra (PIMROK)
*********************************
*************************************************************************
Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
24-08-2008
Hoge Venen en Drielandenpunt 21-24 aug.2008
klik op de foto voor het fotoverslag
Donderdag 21/8
De Hoge Venen en mooi weer, we dachten dat het voor ons nooit samenhoorde (zie eerder verslag).
Bij onze aankomst op de parking in Sourbrodt donderdagmiddag scheen echter een flauw zonnetje en vooral : het was droog ! Na de lunch maken we de wandeling naar het Schwarzbach die we vorige keer door de overvloedige regen moesten stoppen. We komen voorbij het Russische kamp en langs mooie weidse veenlandschappen. Van ver zien we al het Schwarzbach dat eigenlijk ijzerrood ziet. Ook Robin en Kyra stappen de droge 11km uit. Na aperitief en avondeten wandelen Ingrid en ik nog effe tot in de bewoonde wereld. Deze keer krijgen we 's nachts geen paarden op bezoek en we slapen dan ook zeer rustig.
Vrijdag 22/8
De volgende ochtend staan Walk en kasteel Reinhartstein (Burch Metternich) op het programma, vooraleer we doorrijden naar onze eigenlijke bestemming : Ouren. De geplande wandeling van de stuw van Robertville naar Reinhartstein is slechts 1,6 km lang (H/T). Het kasteel, waar Ingrid en ik ooit eens te gast waren, is gesloten maar blijft ook langs buiten imposant. We hebben dus nog wat tijd en besluiten verder te stappen. Zo loopt de wandeling van 1,6km uit tot een dikke 8km. En.... 2 km voor aankomst....begint het te regenen. Eenmaal in de camper zetten de hemelsluizen zich helemaal open. We rijden door naar de nieuwe motorhomeplaats in Malmedy. Ruim en goed gedaan, maar zeker niet rustig. We kokerellen en lozen en nemen water, dat alles overgoten met badkuipen regen... Tegen drieën komen we aan op camping International in Ouren. Waarlijk idilysch gelegen, deze eenvoudige camping zonder internationale allures maar vlakbij het drielandenpunt België, Duitsland en Luxemburg. Lode en Anita (vrienden van Bruisend Wemmel, een afdeling van Pasar, het vroegere Vakantiegenoegens) staan ons al op te wachten, jawel...in de gietende regen. We rijden de motorhome meteen tot aan het kampeerveld waar Pasar voor het weekend zijn tenten opslaat. Overigens is onze timing perfect want de reeds aanwezige kampeerders zitten net in het cafetaria en de blauwe Chimay smaakt heerlijk.
Maar vooraleer overdaad schaadt, gaan we aan het werk en stellen we verder de gemeenschappelijke partytent op en helpen Bart bij het opbouwen van zijn camping car. Ik moet het herhalen : dat alles in de gutsende regen. Het terrein is inmiddels in een slijkveld herschapen en wij krijgen een gratis slijkbad. De andere kampeerders komen met mondjesmaat toe. Dit is een sterke groep want niemand haakt bij het ondergaan van deze toch wel behoorlijk mistroostige omstandigheden af. Integendeel, iedereen lijkt "foert, à la guerre comme à la guerre" te denken en trekt zich niks aan van de langdurige wolkbreuk en het slijk. Rond half acht is het tijd voor de kaasschotel en... wonder boven wonder : het stopt met regenen !
Na uitgebreid kennismaken met de andere gasten begeven we ons richting ons warm bed. Ik begrijp dat een aantal onder de tentbewoners wat jaloers zijn omdat wij in een warm en droog bed kunnen kruipen. Wat mij betreft : ik waardeer de luxe, maar ik zou zeker niet minder fun hebben mocht ik ook in een tentje geslapen hebben. In tegendeel : schitterende herinneringen aan mijn kampmomenten bij Jeugd en Wetenschap spoken voortdurend door mijn hoofd tot ik de ogen sluit voor een verkwikkende nachtrust.
Zaterdag 23/8
Die herinneringen aan de kampen met J&W zijn er onmiddellijk terug bij het ontwaken de volgende ochtend : het beleven van het nog stille tentendorp, het gesnurk dat hier en daar uit een tentje klinkt, de ranzig-vochtige geur die in de partytent hangt, hier en daar een slaperige kop die tevergeefs probeert om wakker te lijken....het lijkt alsof ik het gisteren nog meemaakte. Alleen is het in werkelijkheid meer dan 20 jaar geleden. Na een halfuurtje wandelen met Kyra door het natuurdal van de camping is het tijd voor het ontbijt. De koffie komt met mondjesmaat maar smaakt er niet minder om. Choco van anderen smaakt toch nét iets anders. Verse pruimenconfituur bij het ontbijt blijkt een culinaire voltreffer. Ook de jeugd wordt nu wakker.
Het jeugdige zwakke geslacht toont zich sterk en maakt zich net als de oude garde klaar voor een fikse wandeling langs de Our. De meeste jonge knapen passen voor de fysieke inspanning. We starten langs het mooi bewaarde dorpje Ouren, steken de brug over de Our over en komen bij het "Europese" monument. Dit is in tegenstelling tot wat velen denken niet het drielandenpunt maar een "denkmahl" voor de Europese gedachte die hier in deze meerlandenomgeving steeds aanwezig is geweest. Het echte drielandenpunt ligt wat verderop, aan de Our.
Langs prachtige boswegen komen we bij een project dat tot de herinvoering van de zoetwaterparelmossel moet leiden. Er wordt zowaar een heel studiecentrum gebouwd in een oude watermolen om dit project op te starten en te begeleiden. Dit past in het kader van een algemeen herstel van de Our en de Ourvallei tot de oorspronkelijke natuurlijke staat. Dat dit reeds een prachtig natuurgebied is, blijkt wanneer een zeldzame blauwrode ijsvogel voorbij het alziend oog van Bart en Ingrid flitst. Hier en daar heeft het oude boerenambacht plaatsgemaakt voor een moderne manier van broodwinning.
We nuttigen ons lunchpakket op de Luxemburgse camping "Tintesmuhle" (of Tëntesmillen in het Letzeburgs). Zoals uit de naam blijkt is dit een oude watermolen uit 1853 die in 1972 omgebouwd werd tot vakantiehuis en idylisch gelegen camping. De huidige eigenares die ons zeer gastvrij onthaalt is trouwens de achterkleindochter van de eerste eigenaar van de molen.
We hebben nog ongeveer 7 km voor de boeg en donkere wolken trekken zich samen boven het totnogtoe droge Ourwoud. Gelukkig bieden de sparren enige bescherming tegen de regen waarvan we niet gespaard blijven. Rond de klok van vijf steken we de Wagnerbrücke over van Duitsland naar België. De zon schijnt inmiddels opnieuw en dus is het tijd voor een Duitse Bit op een Belgisch terras. Zo komen we als één van de laatsten terug aan en we starten meteen mee de voorbereidingen voor de BBQ van vanavond. Lode kwijt zich meer dan uitstekend van zijn job als kok. De sfeer is schitterend. De ouderen leren mekaar kennen en de jongedames ontdekken de buren. Wanneer de "ouden" tegen middernacht onder zeil gaan, zingen de "jongen" nog volop mee kampliedjes onder gitaarbegeleiding van onze buren. Woodstock lijkt dichtbij, of heet dat tegenwoordig Werchter en Kievit en Dour en Maanrock ?
Zondag 24/8
Naar aloude gewoonte ben ik vroeg wakker. Na een halfuurtje benenstrekken met Kyra besluit ik de boel op gang te trekken. Ingrid - ook uitzonderlijk vroeg wakker- zet koffie in de motorhome, ik in de tent. We halen onze Cadac boven en algauw stijgt de geur van spek en eieren op boven de wigwams. De pistoleekes en koeken komen ook aan. Dat alles blijkt meer dan voldoende om iedereen opnieuw in de juiste stemming te brengen, al hebben sommige minder ervaren kampeerders niet zo'n beste nacht achter de rug.
Het ontbijt loopt uit en dra is het tijd om alles af te breken. Na de middag start er immers een internationale mountainbikewedstrijd die ook over onze camping loopt. Wanneer we niet op tijd weg zijn, zitten we dus vast tot 's avonds. De meesten zouden dat niet erg vinden, maar handig is anders. Met vereende krachten wordt alles netjes afgebouwd en opgeborgen. Het oude brood wordt aan de eenden gevoederd, de sangria, de rest van de omelet en het spek aan de buren.
Na de middag hebben we nog afgesproken in Rodt, aan het biermuseum. Robin, Robin, Dennis, Anita en Lode zijn dan al op weg voor de verderzetting van hun vakantie in Zwitserland. Ons Germien heeft ongekende kuren en stuurt ons langs onmogelijke wegeltjes zodat we als laatsten in Rodt aankomen. Dit wordt haar afscheidstrip, niets aan te doen. Deze 30km omrijden zijn er echt teveel aan. Enfin, we hebben nog net tijd om het plaatselijke biertje uit te proberen en ons lunchpakket te verorberen. Stilletjesaan keert iedereen naar huis terug en ook wij vatten onze terugweg aan. In Hamme vinden we onze Maarten terug aan wie het blijkbaar de afgelopen dagen ook niet aan veel heeft ontbroken.
Wij zijn weer wat rijker, tenminste aan herinneringen. Het is immers niet zo evident om -eens de 40 voorbij- nog veel fijne nieuwe mensen te leren kennen. Dat is ons gelukt dit weekend. Deze nieuwe ontmoetingen in combinatie met een zekere melancholie en nostalgische herinneringen aan de schitterende kampmomenten tijdens onze jeugd zullen nog lang in het geheugen gegrifd blijven. Bedankt Bruisend Wemmel !
Herbeumont en de Franse Ardennen 1-3 augustus 2008
Klik op de foto voor verdere beeldjes...
We trekken naar Herbeumont voor een weekendje tussendoor,althans dat is de bedoeling. De jongens blijven thuis, dus ik heb 2 dames mee.
Vrijdag
Tot onze verbazing staan er maar een tiental campers in Herbeumont. Het is dus zeer rustig. We maken nog een avondwandeling langs de oude spoorweg. Vooral Kyra is blij om haar pootjes te strekken. Een verdiende nachtrust wenkt.
Zaterdag
We beginnen onze gebruikelijke wandeling langs de Semois onder eens stralend zonnetje. Kyra ontpopt zich als een waterkieken. Naar het einde van de wandeling toe trekken de wolken samen boven ons hoofd en we besluiten te schuilen in het café van de watermolen. De Chimay smaakt heerlijk, het gesprek met de uitbaatster/eigenares van de Molen én de camping is bitter. De dame verwijt de gemeente Herbeumont dat ze toerisme met 2 snelheden mogelijk maakt : enerzijds gratis plaats voor motorhomes, anderzijds steeds meer belastingen voor de plaatselijke neringdoeners, lees : campings. We kunnen haar niet helemaal ongelijk geven, hoewel enige nuances op hun plaats zijn. Daar heeft de dame echter geen oor voor en we besluiten wijselijk om maar niet in discussie te gaan. Uiteindelijk biedt ze ons wanneer we verder willen trekken zelfs plasticzakken aan om ons te beschermen tegen de regen (we weigeren beleefd, wie weet wat heeft erin gezeten ) en ze zegt ons dat WIJ steeds welkom zijn omdat we sympa waren. Het is en blijft natuurlijk une commercante
Het weer wordt niet beter en we gaan ons geluk beproeven in Sedan. Tevergeeds want ook hier zijn er wolken en regen... De Burcht is ook niet toegankelijk voor viervoeters, dus beperken we ons bezoek tot de omwalling. Ik had het groter verwacht. We kuieren nog wat door de vervallen en troosteloze straten rond de burcht en bezoek het maison du tourisme waar we heel wat streekinfo sprokkelen. Hoewel men ons bevestigt dat we aan de burcht mogen overnachten en hoewel deze plek rustig en best aangenaam is, hebben we niets in deze stad te zoeken. We besluiten om verder te trekken naar Stenay waar een mooie camperplaats zou zijn. We volgen de oevers van de Maas en nemen het glooiende landschap in ons op. In Stenay vinden we nog net één plaatsje op deze nochtans vrij grote camperplaats aan een idylisch jachthaventje. Het is hier mooi en rustig en veel Belgische en Franse langverblijvers hebben dit ook begrepen. Wat wil je nog meer ? Voor 6 euro per MH heb je ook douches, WC's, gratis aperitiefbonnetjes in een plaatselijke restaurant en gratis entrée in het biermuseum wat verderop. We wandelen nog wat door het slaperige stadje, maken kennis met Dirk, de Voorzitter van Belgium Diving in Asse en leggen onze beide oren te slapen
Zondag
Onze ochtendwandeling brengt ons via de schilerachtige watermolen en de oevers van de Maas tot aan een kleine hydro-electiciteitscentrale; Op de terugweg lopen we door het stadspark en lang het biermuseum. Hondjes blijken welkom en -hoewel het niet de bedoeling was- gaan we toch maar kijken wat de Fransen aan ons Belgen kunnen leren over bier. We krijgen zowaar Nederlandstalige informatie en overal in het museum is de uitleg ook in het Nederlands. Dat is niet het enige waardoor we aangenaam verrast worden. Het museum is zowel qua didactische opvatting als qua uitwerking gewoonweg schitterend. Bijzonder interessant en een bierliefhebber kan hier volgens mij gerust een hele dag doorbrengen. Die tijd hebben we echter niet, want we willen nog voortrijden tot Monthermé.
Daar is ook een motorhomeparking langs de Maas. Hier komen we nog wel eens terug, het lijkt wel de Moezel. Het einddoel is echter de Roc De La Tour daar in Monthermé. We gaan hier een wandeling maken. Tegen alle regels in beginnen we eraan zonder kaart. We gaan enkel voort op de aanwijzingen op de bomen die uiteraard na enige tijd onduidelijk worden en tenslotte zelfs ontbreken. Omdat het toch de hele tijd naar beneden ging, besluiten we om maar in het wilde weg bergop te trekken. Uiteindelijk komen we terug bij onze camper aan de Roc de la Tour (anders zou u dit verslagje niet lezen) maar we hebben ongetwijfeld veel te veel (weliswaar mooie) kilometers gestapt. Ook op de parking van de Roc de la Tour mag je naar het schijnt blijven overnachten. Lijkt ons wel spannend, maar het is voor ons tijd om naar huis te gaan. Germien leidt ons weer langs de meest merkwaardige wegen (of moeten we paden zeggen?) en pas ruim 2,5 u latr zijn we terug in Hamme. Het was een mooi tussendoor weekend en we hebben een paar mooie camperplekken ontdekt. We gaan later deze streek zeker nog verder verkennen !
Het wordt een supergeorganiseerd campersite treffen in de mooie Kempen ! Amper aangekomen werden we door Wim en familie al opgeroepen om te gaan kaarten. Wie zich had verwacht aan een partijtje (strip?)poker kwam bedrogen uit. Oud en jong konden meedoen en ervaren en minder ervaren kaarters vonden plezier in het samenspelen. Nog een drankje achteraf en onder de wol...
Zaterdag
Gelukkig hadden we het niet al te laat gemaakt, de vrijdagavond want een zeer drukke en vermoeiende dag lag in het verschiet. Om 09.00 stipt bestegen we ons tweewielig stalen ros want om 10.00u stipt zouden we hoogst uitzonderlijk toegelaten worden op het militair domein. Uiteindelijk werd het met militaire stiptheid 10u40 vooraleer een militair wakker genoeg was om de poorten te openen en meteen lag de planning voor de verdere dag in de war. Het militair domein verdient een langer bezoek, maar dat kon dus niet. In ieder geval was het wat naief en oubollig opgebouwd natuurmuseum toch zeer de moeite waard, al was het alleen maar om de boeiende verhalen van de gids. Als oud-natuurgids gebeurt het me niet elke dag dat ik nog één en ander bijleer. We konden ook niet zoals nochtans was afgesproken doorheen het domein fietsen, dus met een omweg gingen we onderweg naar de ruïnes van een oude abdij. De opgravingen waren een volkomen privé-initiatief. Vanwege allerlei administratieve en andere regeltjes werd het aan de amateurarcheologen verboden om na een aantal jaren nog verder opgravinden te doen. Vandaag ligt de site er moederziel verlaten bij want de officiële instanties tonen zelf geen interesse. We hebben in Griekenland en Egypte al veel minder interessante sites gezien die commercieel uitgebuit worden, met medeweten van de overheid, maar respect voor het culturele erfgoed zit er bij ons in België niet ingebakken (en commercieel inzicht blijkbaar ook niet) De watermolen verderop onze tocht was nog wel volop in werking. Eén of andere folklorieke figuur die in de Kampioenen heeft meegespeeld (kan niet anders dan in een komische serie met zo'n kop - zie foto) houdt de graanmolen draaiende. De meesten onder ons hadden echter minstens evenveel aandacht voor de rijdende bar met Limburgse jenevers van allerlei soorten die de organisatoren hadden laten aanrukken voor de dorstigen. Gelukkig was het daarna niet zo ver meer naar de camperplaats, hoewel : voor ons toch meer dan ver genoeg
Na een snelle lunch stond er nog heel wat op het programma.
Een gemotoriseerde huifkar bracht de meest vermoeide onder ons naar een plaatselijke Mariagrot een paar km. verder. De moedigen bestegen opnieuw hun tweewieler om er te geraken en pastoor Wim zijn preek horen af te steken. Te voet ging het dan naar een zeer mooie molen die we konden bezoeken. Vandaar ging het naar een superdeluxe hotel voor....paarden. Man man man, die beesten hebben zelfs een sauna en een fitnesszaal, echt waar ! Bij de boerderij van Wim zijn nonkel maakten een aantal jongeren onder ons voor de eerste keer van dichtbij kennis met de uiers van de koebeesten. Het product van hun noeste arbeid mochten we aansluitend opdrinken. Mmmmm....zeker even lekker als de jenever (en je wordt er minder "moe" van... De superdrukke en leerrijke dag liep ten einde en na nog een ijsje uit het vuistje ging het opnieuw naar de camperplaats. Bij het Breugelfestijn 's avonds werd de afgelopen dag druk besproken en voor iedere kaarter was er nog een prijs.
zondag
Wie dacht uit te slapen kwam bedrogen uit. Er stond immers nog een bezoek aan het diamantmuseum op het programma. De supermoedigen waren dan eerst al vertrokken voor een mountainbiketoer. Amaai : hoedje af ! Het bezoek aan het diamantmuseum was boeiend. Vooral de verhalen van de oude ambachtsmannen wisten te boeien en te ontroeren. We leerden hoe de diamantindustrie welvaart bracht in de regio en aansluitend verval, toen het werk naar de lage loonlanden werd versast. Een bekend verhaal.
Toen was het echt tijd om dit superweekend af te sluiten. Super omdat : supergeorganiseerd, superboeiend, superplezant, supervermoeiend enzovoort. Het is eens iets anders dan een volkomen vrijblijvend en ongeorganiseerd treffen. Blij dat we met de relatief onbekende Kempen kennis gemaakt hebben !
Een weekendje uitblazen op de inmiddels welbekende camperplaats "Les Erables" in L'Escales. Een paar goede vrienden, een fles wijn, wandelen en een BBQ, meer moet dat niet zijn !
Onze wintertrip naar de Moezel in 2007 was ons niet goed bevallen. Hectoliters water regenden zich toen uit over onze hoofden en de oevers van de Moezel waren in onze ogen grauw en troosteloos. Omdat menig medecamperaar toch lyrisch bleef over deze Duitse wijnstroom, besloten we ze deze lente een tweede kans te gunnen.
Woensdag 30 april 2008
In de vroege avond komen we aan op camperplaats Treviris in Trier. Een half uur na aankomst zijn alle plaatsen ingenomen en spant een tijdens het hevig onweer ontstane regenboog zich voor onze ogen over de Moezel. We betalen aan de uitbater die langskomt 6 euro en bestellen onze broodjes voor de volgende dag.
Donderdag 1 mei 2008
Het is feestdag dus is het openbaar vervoer zo goed als niet voorhanden. We wandelen de 2,5 km langs de oever van de Moezel, naar de Romeinse brug en het stadscentrum. Onze kaart leidt ons eerst tot bij de ruïnes van de thermen. Daar kopen we een combiticket voor de belangrijkste bezienswaardigheden van deze oud-Romeinse stad. De ondergrondse gangen van de thermen zijn in ieder geval de moeite. We lopen nog wat verder tot wat overblijft van het amfitheater. Het is wel de eerste keer dat ik de catacomben van een amfitheater bezoek, maar van het theater zelf blijft behoudens de in de heuvel uitgegraven vorm niets meer over. Onderweg naar het keurvorstelijk paleis worden we overvallen door een hevig onweer. We schuilen onder de naaldbomen, bewonderen vrijende bomen en blijven redelijk droog. Het keurvorstelijk paleis is mooi van buiten, want je kan er niet in. De aanpalende protestantse kerk is binnenin wél indrukwekkend door haar ruimtelijkheid en eenvoud. Een groot contrast met de wat verder gelegen katholiekedubbelkerk/Dom waar men verondersteld wordt contemplatie te hebben voor een regenjas die aan Jezus zou toebehoord hebben. Ik wou dat wij onze regenjas bij hadden want het blijft druppelen. Tijd voor een broodje in het mooie oude centrum van Trier met vakwerkhuizen, pleinen en fonteinen en aansluitend bezoek aan het stadssymbool, de Porta Nigra, vroegere stadspoort en kerk. Het is tijd om op onze stappen terug te keren. We wandelen nog langs de thermen in het centrum. Deze blijken echter omgebouwd te zijn tot een congrescentrum. De oude muren, beschermd door een glazen structuur, doen enkel nog dienst als tafel voor de cocktails van weldoorvoede businessmen bij één of ander zakelijk evenement. Wij hebben nog 2,5 km terug te stappen langs de andere Moezeloever. We verlaten Treviris, op zoek naar een camperplaats in de buurt van Bernkastel-Kues. Dat mag geen probleem zijn gezien de veelheid van camperplaatsen tussen Trier en onze bestemming voor morgen. Denken we.
Zaten zo vol als een ei : Mehring, Ensch, Klusserath, Köweritch, Trittenheim, Neumagen-Dron....alles bij mekaar toch goed voor rond de 350 "officiële" plaatsen en de rest... We zijn dan die dag maar op de camping van Neumagen gaan staan. Daar betaalden we voor ons vieren exact 9 euro meer dan we zouden betaald hebben op de camperplaats aan de jachthaven waar het deur aan deur stond....
Vrijdag 2 mei
Na een rustige nacht rijden we verder naar Bernkastel-Kues. Onze verwachtingen waren hoog gespannen en werden ingelost. Dit is echt een mooi stadje met overal nog intacte vakwerkhuizen, het ene al smaller en schever dan het andere. Het zonnetje maakt zijn opwachting en meteen is iedere beschikbare terrasstoel bezet. We bezoeken nog een oude wijnkelder en besluiten verder te rijden naar Traben-Trarbach, de volgende grote stad langs de rivier. We zijn te optimistisch en kunnen spaarzaam gekleed nog net schuilen voor een onweer dat in alle hevigheid losbarst. De aanwezigheid van de andere Moezeloever kunnen we gedurende minuten enkel maar vermoeden. Nat en koud lopen we terug want de oude stadspoort waaronder we schuilden lijkt ons het enige wat de moeite van het bekijken waard is in deze grauwe stad. We rijden een aantal camperplaatsen voorbij, tot in Ernst. Het is nog vrij vroeg maar onze avonturen van de vorige dag indachtig besluiten we hier toch maar halt te houden. We vinden een plaatsje op de tweede rij aan de Moezel en genieten van de zon die inmiddels in al haar glorie opnieuw is verschenen. Heerlijke rust tot aperitieftijd. Ingrid en ik wandelen tot in het stadje en vinden een Weinstube waar we ons het genoegen van een paar glazen Lieblich laten welgevallen. In opperbeste stemming keren we terug naar de camper. Avondeten lukt nog net, waarna de dag er op zit.
Zaterdag 3 mei
We doen inkopen bij de lokale kruidenier en slager. Wat een verschil met het geur- en smaakloze grootkeukenvlees van bij ons. Wurst is nog echt worst en schnitzel is iets heel anders dan een gepaneerde varkensspiering bij onze slager.
Vandaag staat naast inkopen doen ook Burg Eltz op het programma. We rijden verder door langs de zonnige Moezeloevers en zoeken tevergeefs een parkeerplaats in het dorpje Moselkern want er is één probleem: de burcht is niet bereikbaar met de auto, laat staan met de camper. Ergernis troef tot een plaatselijke postbeambte ons aanraadt om terug te rijden tot het vorige dorpje en daar de bordjes met Parking Burg Eltz te volgen. Probleem twee : de straatjes worden alsmaar smaller en plots komen we een bord tegen met : maximumhoogte 2,5 meter, ruim 55 cm te laag dus. Er staat wel bij vermeld dat deze max.hoogte "rechts" geldt. Verkenning leert ons dat het gaat om een uitstekend balkon van een vakwerkhuis. Met enige voorzichtigheid kunnen we "links" net voorbijrijden. We volgen nog steeds de borden Parking Burg Elz en moeten hiervoor een zeer smalle helling nemen van zeker 15% met links en rechts alleen maar nog stijlere wijnvelden. Via een smalle doodlopende weg komen we uiteindelijk op een parking terecht aan de parking van restaurant Osterhof. Te betalen : 1,5 maar : mijn alziend oog bespeurt ook : Ubernachtung 4 ! Mmmm...dat is veelbelovend. We spreken af met de parkingmadam dat we nog zullen zien na de wandeling of we blijven overnachten. De wandeling héén van 2km naar Burg Eltz is peanuts want bergaf. Het slot dat sinds 800 jaar in het bezit is van dezelfde familie lijkt zo uit één of andere sprookjesfilm te komen. Het bezoek van de kamers en het museum met de "goudschat" is meer dan de moeite waard. De 2km terug gaan bergop en dat is andere koek. We zijn dan ook behoorlijk vermoeid wanneer we terug bij het Osterhof komen. De Lieblich lonkt en de rust op het terras tut wohl na de fysieke inspanning. Het varken gaat aan het spit op de binnenkoer en we krijgen het water in de mond. Dat gaat echter nog lang duren en we hebben geen zin om nog 2,5 u te wachten op enig eten. We hebben trouwens de lekkere Wurst van die ochtend in de camper. Deze (de camper) staat inmiddels zo goed als alleen op de parking, midden op het platteland en we besluiten eenparig om niet verder te zoeken. De camperplaatsen aan de oever langs dit deel van de Moezel zijn trouwens ook niet zo aantrekkelijk en vaak aan de drukke baan gelegen. Eigenlijk is dit een schitterend genietplekje.
Zondag 3 mei
Na een heerlijke nachtrust ontbijten we met de ramen open op deze mooie plek. Ingrid doet zelfs een ochtenwandeling in négligé Koblenz wacht echter. Camping Mosel-Rijn staat goed aangeduid. We hebben geluk : de afgelopen dagen zat de camping tjokvol en was er geen plaats. Deze ochtend rijden de meesten echter terug naar huis en we vinden dan ook een plaatsje op de eerste rij, precies waar de Rijn en de Moezel samenvloeien, met VIP-zicht op de Burcht en de "Deutsche Eck" We eten snel een broodje en nemen het pontje dat van aan de camping vertrekt naar de Deutsche Eck.Opvallend daar is het reusachtig monument met een 14m-hoog ruiterstandbeeld van keizer Wilhelm I, de grootvader van de laatste Duitse keizer. Naar stilaan goede gewoonte springen we op het plaatselijke toeristische treintje om een stadsrondrit te maken. Koblenz-stad valt eigenlijk wat tegen. Ze werd dan ook voor 80% verwoest tijdens WOII en bij de wederopbouw werd er duidelijk weinig aandacht geschonken aan het strektypische karakter. Koblenz is vandaag dan ook in de eerste plaats een administratief centrum. Wél bezienswaardig zijn de Castorkirche en de Jesuitenkirche, de Liebfrauenkirche, het keurvorstelijk slot en een gebouw met een man die om het uur zijn tong uitsteekt. En uiteraard is het goed flaneren op de Rijnpromenade. De kids keren terug naar de camper, wij steken met een veerboot nog de Rijn over, naar de burcht/citadel/fort. We kunnen nog net de laatste rit van de peperdure kabelbaan naar boven nemen waar een heerlijk zicht over de confluentie ons wacht. Het fort zelf hebben we snel bekeken, waarna de lange wandeling naar beneden volgt.
Robin en ik maken 's avonds nog een fietstocht naar het Weindorf, gebouwd in 1925 als tentoonstellingsruimte, en in '51 volledig vernieuwd. Met zijn 4 Winzerhäuser in vakwerkstijl uit verschillende Duitse wijnbouwstreken, is het een oord van jolijt. Van juni tot september worden hier elke avond wijnfeesten gevierd, maar ook de rest van het jaar kan men hier dagelijks terecht voor het drinken van een glaasje wijn. Mijn gedachten dwalen af naar wijlen Willy Deraes die -zo weet ik- hier memorabele dagen en nachten heeft beleefd.
Maandag 5 mei
Op de terugweg komen we voorbij Daun. Vorig jaar was de Rodelbaan bij het Wildpark tot onze grote ontgoocheling gesloten. Deze keer had ik me goed geïnformeerd en bij goed weer zou ze open zijn. De zon schijnt volop, dus dat moet lukken. Rond de middag komen we aan bij het wildpark. De Rodelbaan opent pas binnen een paar uur. Dus hebben we nog ruim tijd om een tochtje met de motorhome doorheen het wildpark te maken. Schitterend is dat. Sommige andere bezoekers met gewone auto bekijken ons en onze motorhome/4x4 met even veel verwondering als waarmee ze de herten, lama's, ezels en wilde varkens in het vrije bekijken. De everzwijnen hebben vrijwel allemaal kleine biggetjes (het is te zeggen, de zeugen hebben er...). Wat een mooi spektakel om die kleine ukken mama zwijn te zien volgen heuvel op, heuvel af, slijk in, slijk uit... We bezoeken ook nog de apenkloof -de jongens ontmoeten hun soortgenootjes- en tenslotte krijgen we nog een roofvogelshow met een krijsende vrouwelijke valkenier. Tijd voor de afsluitende rodelbahnritten. Jolijt gegarandeerd. We gaan net niet uit de bocht.
Op de verdere teruweg doet Germien raar en we maken een hele omweg van tientallen kilometer over de kronkelende plaatselijke Eifelwegeltjes. Heel mooi, maar eigenlijk willen we naar huis. Toegegeven, deze keer met enige heimwee naar de bij zonneschijn toch wel aantrekkelijke Moezel.
Bretagne, Paasvakantie (?), 26 maart tot 6 april 2008
klik op de foto hiernaast voor het fotoverslag !
Vorig jaar rond Pasen verkenden we bijna 2 weken lang Normandië om te eindigen bij de Mont-Saint-Michel. Dit jaar begonnen we waar we vorig jaar stopten en trokken we vanaf Dol de Bretagne, in de buurt van de MSM, Bretagne rond. Een reis van 11 dagen met onze nieuwe Chausson. Het werd een lange tocht (2350 km) waarover hieronder zo kort en bondig mogelijk het verslag.
Meer foto's kan je zoals steeds terugvinden door op de kleine foto hierboven te klikken. Het werden in totaal meer dan 300 kiekjes van het Noorden, het Westen en het Zuiden van Bretagne. Dit was immers een eerste verkenning. Later moeten we de 3 regio's nog eens gedetailleerder bezoeken.
Hoewel het Paasvakantie was in België; was dit nog niet het geval in vele Franse regio's (waaronder Bretagne). Dit had zo zijn gevolgen. Een overnachtingsplaatsje vinden was nooit echt een probleem. De vakantiesfeer was er echter niet helemaal omdat op heel veel plaatsen alle bezienswaardigheden, restaurantjes, cafeetjes en campings gesloten waren. Het werd niettemin een mooie reis.
Veel plezier met de samenvatting hieronder en vooral ook met de foto's !
Woensdag 26/3 Hamme-Wevelgem-Aumale
Late namiddag vertrek eerst richting Wevelgem voor het herstellen van onze koelkast en daarna naar Aumale, ongeveer halverwege Dol De Bretagne waar een camperplaats zou zijn bij de camping communale. De camperplaats is er blijkbaar niet meer maar we kunnen terecht op de camping die zeer mooi gelegen is tegen een heuvelflank aan. We hebben 311km gereden. Het regent de hele nacht pijpestelen.
Donderdag 27/3 Aumale-Cancale
De volgende ochtend is het ook vochtig in onze camper. Het douchewater loopt gewoon de gang in. Onderweg hadden we ook al gemerkt dat ons voorste dakluik een paar centimeter opent vanaf 70km/u. We nemen contact op met Vanomobil die ons een garage onderweg zal doorbellen. Onze buurman rijdt zich vast in het doornatte gras en we helpen hem een handje. Lang leve de achterwielaandrijving van Ford. Bovenop de miserie komt ook nog een luid getik vanonder het dashbord. We stoppen ettelijke keren om alles wat losligt onder de motorkap vast te maken maar dit helpt slecht gedeeltelijk. Geen nieuws van Vanomobil. Rond de middag komen we voorbij Caen waar we langs de autosnelweg een Chausson-dealer bemerken. We stoppen en wachten tot 14.00u tot deze open gaat. Ondertussen inspecteer ik zelf de doucheafloop en demonteer het afloopstukje. Dat had ik beter niet gedaan want de koppeling onderaan valt in de vuilwatertank. Die uiteraard niet bereikbaar is. Het gaat van kwaad naar erger... De man van Masters (de dealer) is erg bereidwillig maar moet naar zijn eigen zeggen een hele dag werken om de douche te demonteren en dat kan ten vroegste binnen een paar dagen. Ik bel Vanomobil die met hem praten maar ze komen er niet uit. Vakantie naar de vaantjes ? Plots herinnert Ingrid zich dat ze in de garage een luikje gezien heeft. Zogezegd zo gedaan en alles uitgeladen en zie....er komt een luikje tevoorschijn dat toegang geeft tot de onderkant van de douche. Alles is in een handomdraai vastgezet. Het lekkageprobleem lijkt een probleem van geloste siliconennaden bij de aansluiting van de douchebak. De vriendelijke dealer leent ons een siliconenspuit en we dichten één en ander zo goed als het kan. Toch al één probleem opgelost.
We rijden verder richting Dol De Bretagne. Het stadje is niet zo interessant. De grootste menhir van Bretagne (9m) ligt in de buurt en is een leuke introductie. Mont Dol lijkt ons niets en het is ondertussen al bijna avond. We rijden verder tot Cancale waar we makkelijk de overzichtelijke camperplaats vinden. Nog een wandeling tot het haventje en het strand langs het mooie paadje, wat oesters en cider op een terrasje (het is niet warm maar het zonnetje schijnt inmiddels) en dan terug naar de camper. Eten en een weldoende nachtrust na deze lange en stresserende dag. 384km gereden
Vrijdag 28/3 Cancale-Saint Jacult
Het douchen levert opnieuw waterproblemen, maar toch minder. Probleem dus niet helemaal opgelost. Foert, dat is voor Vanomobil wanneer we terug zijn Verder naar Pointe du Grouian, een eerste indrukwekkend zicht op de kustlijn Dan naar de uitgehouwen rotsen in Rothéneuf. De beelden zijn al even verweerd als de rest van de kust, toch mooi om zien en indrukwekkende omgeving We wandelen rond op de ommuring van Saint-Malo maar worden bijna weggeblazen. Regen, hagel en stormwind zijn ons deel. We willen wat oesters aanschaffen maar de walgelijke geur in de 2 winkeltjes bij de haven jaagt ons meteen weg. We rijden naar Dinard. De zeeer ruime camperplaats is gesloten, zo ook de campings. Verder naar St.Jacult dan maar. Daar pikken we het laatste deftige plaatsje in. Drie vierde van de parkeerplaats is inmiddels dmv een hoogtebeperker voorbehouden voor auto's. We hebben nog de moed om mosseltjes gaan te plukken. We staan immers samen met een achttal andere motorhomes maar op 100m van een schitterend strand. Vandaag 61 km gereden
Zaterdag 29/3 Saint Jacult-Plouha
Fort La Latte is schitterend gelegen op een landtong maar ook potdicht op slot. Geen bezoek in deze periode. Cap Fréhel is een indrukwekkende klif met een al even indrukwekkende vuurtoren erbovenop. Ook gesloten, uiteraard. Van de beschermde vogels die hier met duizenden zouden leven is evenmin een spoor te bekennen. Hier kan je ook overnachten en dat moet wel mooi zijn. Wij nemen enkel ons middagmaal. We rijden door naar Erqui en willen ons daar installeren. De camperplaats is zeer groot en vlak aan zee doch de plaatsen zijn zeer smal en de campers staan deur tegen deur. Toch maar niet We rijden naar Plouha. Daar is de ondergrond van de camperplaats verzopen. Er zijn dus veel minder plaatsen dan anders, maar we vinden toch nog een mooi plaatsje. Alles bij mekaar staan er een tiental motorhomes. Dit is een zalige plek. We nemen hamer en "beitel" en gaan oesters kappen en mosseltjes trekken. Heerlijk die oesters recht uit zee... We hebben 126km gereden
Zondag 30/3 Plouha-Ile Grande
We komen aan de Côte de L'Armor. Het landschap wijzigt. Pointe de L'Arquest ontgoochelt. Een supertoeristische plek waar men inmiddels het leven voor campers onmogelijk heeft gemaakt. We zijn er niet gewenst. Er is trouwens behalve een boottocht naar het eiland er rechttegenover niets te beleven. In Ploubazanec zou een kerkhof zijn met lege graven voor de op zee omgekomen en nooit teruggevonden zeelui. Het blijkt om een kerkhofmuur te gaan waartegen herdenkingsplaten zijn aangebracht. We rijden naar Plougrescant. Daar beleven we de wilde kust en zee van echt dichtbij. Indrukwekkend rollen de golven af en aan en geselen de granieten blokken langs de kust. Onderweg naar Ploumanach komen we voorbij heel leuke oude en nieuwe badstadjes. Ploumanach heeft een indrukwekkend strand en nog indrukwekkender roosbruine granieten blokken waar de zee tegenaan beukt. We rijden voorbij de niet zo rustige camperplaats in Trebeurden die vol staat en komen aan op de camperplaats van Ile Grande, vlakbij de gesloten camping communale. We zijn hier helemaal alleen, op 100m van de zee. Om 19.00u haalt de eigenaar die naast de plek woont zijn 5 euro op. Tijd om voor het aperitiefhapje te zorgen : alikruikjes. Lekker... We zouden wel een hapje willen gaan eten maar het plaatselijke restaurant....is gesloten.... We brengen een heel rustige nacht door.
Maandag 31/3 Ile Grande-Plougastel Dalouas
We beginnen de dag met een bezoek aan het gesloten vogelopvangcentrum waar geen kat of vogel te bekennen is. Hetzelfde bij de overdekte menhirs een paar km verder, maar dat is normaal...de gebruikers zijn hier al een paar duizend jaar geleden weggetrokken. In St-Duzec staat een gekristianiseerde menhir. In een zoveelste vlaag van opperste verstandsverbijstering en grootheidswaanzin heeft één of andere katholieke priester hier de menhir omgetoverd tot christelijk symbool, inclusief kruis erbovenop en lijdende jezus. 200 jaar katholicisme maakt een duizenden jaar oud symbool kapot. We rijden langs Cosmopolis waar ooit de eerste telefoonverbinding tussen het vasteland en Amerika werd tot stand gebracht. Hier zou een boeiende tentoonstelling over communicatie zijn. Maar....juist. We rijden door naar Morlaix waar het viaduct de stad in twee snijdt. In de namiddag beginnen we aan onze "bedevaart" langs de calvaires van Saint-Thegonnec, Guimilliau en Lampoul Guimilliau. De oude kerkjes, knekelhuizen en kalvariekruisen zijn interessant. Er is echter geen woord uitleg te vinden en de plaatselijke infokantoortjes zijn....dicht. Bon, we hebben het toch begrepen. Opvallend trouwens dat deze 3 dorpen die in het binnenland liggen en dus iets minder toeristisch in trek zijn alle drie zeer mooie camperplaatsen hebben. Ik heb zin om in Guimilliau te blijven, maar Ingrid wil nog verder naar La Martyre. De camperplaats daar is enkel een gedoogplaats en is niet prettig gelegen. Ik ben het rijden wat beu (268km sinds Plouha) en als de nood hoog is...vindt Ingrid een camping in Plougastel Doualas die volgens het boekje open zou zijn. Telefoontje : ja hoor, u kan bij ons terecht tot 19.00u. Het is 18.00u en we moeten nog 50km Moet dus kunnen. We komen na de nodige files net op tijd aan. Camping St-Jean is gelegen is een uithoek van P-D. We zijn vrijwel de enige gasten en staan hier goed en rustig voor 20 euro all in. Om de hoek is een mooi kerkje, vanaf volgende week opent het overdekt zwembad, maar daar hebben we nu niet veel aan. De sterrenhemel maakt veel goed.
Dinsdag 1/4 Plougastel-Dalouas tot Pointe du Van
Vandaag verkennen we de Finistère, het einde van de wereld, het meest westelijke deel van Frankrijk. Bij de Pointe de Penhir hebben we een eerste fabelachtig uitzicht. Het nabijgelegen Menhirveld "Alignements de Lagatjar" was ooit met bijna 1000 stenen even belangrijk als Carnac. De Pointe des Espagneuls biedt uitzicht op Brest aan de overkant. Het was reeds 4 eeuwen geleden een gekend strategisch punt en dat is het nog steeds. Na de gebeurtenissen van 9/11 een paar jaar terug, werd hier meteen een militaire post opgericht en het gebied werd afgesloten. Nu staat er geen verbodsbord en in principe mag je dus op deze parking overnachten. We rijden naar de onderste "landtong" via de Menez-Horn, de tweede hoogste heuvel (330m) van Bretagne. Overnachten is ook hier niet verboden en moet met dit uitzicht echt wel prachtig zijn, bij beter weer.... We rijden tot Douarnenez waar het toeristenbureau open is en een stadswandeling in de aanbieding heeft. De stad heeft echter heel weinig te bieden behalve het zeevaartmuseum dat uiteraard....gesloten is. Ook zijn motorhomes hier niet echt welkom. We mogen staan en overnachten aan de achterkant van de jachthaven, langs een drukke baan, naast een werf van EDF. En dat omdat het nog laagseizoen is. Anders mag het niet. Non merci. Wij weg. Naar de Pointe Du Raz, het echte einde van de wereld waar we zullen overnachten. Om de parking op te rijden betaal je 5 euro. Of als je wil overnachten : 10 . Non Merci. Wij weg naar Pointe du Van, 2 km verderop. Even mooi, veel rustiger, gratis en...met zicht op de Pointe du Raz. We staan hier met nog een andere Belgische motorhome. 's Nachts houden 5 rondzwaaiende bundels van de vuurtorens ons gezelschap onder de sterrenhemel. We dromen over de 189 km die we vandaag hebben gereden.
Woensdag 2/4 Pointe du Van - Quimper - Concarneau
Quimper is een leuke stad met nog tientallen authentieke vakwerkhuizen die allen boetieks herbergen. Hier vinden we toch een resto open en we verorberen met smaak onze eerste Bretonse pannenkoeken. Veel beter dan McDo ! 's Namiddags rijden we door naar Concarneau. De camperplaats bij het station bevalt ons helemaal niet. Maar er is nog een tweede plaats bij het ziekenhuis. De plaats is mooi gelegen, niet ver van een strandje, aan sportvelden en een park. Dit is eigenlijk een mix parking en sinds onze ervaring in het Zwarte Woud (zie verslag) zijn we daar een beetje bang voor. We zullen zien... We beslissen een tochtje te voet te maken langs de plaatselijke "corniche" naar het ommuurde stadje. Een betalende pont brengt ons Intra Muros waar toch een derde van de toeristische winkeltjes (nog even) open blijkt te zijn. Snel dus galettes voor mijn moeder gekocht en een paar magneten voor op ons klembord. Tegen zessen waren alle winkels en restaurantjes potdicht en namen we de pont terug. We kwamen terug bij de camper en alle auto's bleken verdwenen en er was nog één motorhome bijgekomen zodat we niet meer moederziel alleen waren. We bleven dus maar staan. De zonsondergang was schitterend, de nacht relatief rustig op het geronk van de vissersboten na. Vandaag 88km gereden.
Donderdag 3/4 Concarneau-Locmariaquer
Stenendag. Onze eerste stenen zien we bij Erdeven en we wandelen er tussen. Een plaatselijke bezoeker meldt ons vol trots dat hij zonet, na zeven jaar deze plek te bezoeken, ontdekt heeft dat er 100 meter verderop de mooiste menhirs staan, wel 6-7 meter hoog ! We treden in de man zijn voetsporen en ontdekken inderdaad zeer grote menhirs. We realiseren ons niet dat dit de enige plek is waar we tussen de menhirs zullen lopen vandaag... Het hunebed bij Crucuno blijkt in het recente verleden geplunderd te zijn voor de bouw van de naastgelegen boerderij. Het respect voor oude stenen is nog niet zo oud...
De verschillende "Alignements" dichter bij Carnac hebben tussen de 800 en de 1000 menhirs....en zijn niet vrij te bezoeken, ondanks een bordje dat het tegengestelde beweert. Reden : natuurbehoud en bescherming van de planten. Geleide bezoeken ? Nog niet in deze periode van het jaar mijnheer... We mogen dus alles vanachter de tuindraadafsluiting bekijken. Wat verderop is er toch een gammele uitzichttoren. Hoe belangrijk het natuurbeheer en de bescherming van de planten is blijkt uit de maaiwerkzaamheden met een splinternieuwe tractor die tussen de menhirs doorrijdt (en er af en toe ongetwijfeld eentje meeneemt). De grazende lammetjes verderop zijn wel idylisch maar toch fake met de tractor in het achterhoofd... De tumulus van St.Michel zou de grootste van Bretagne zijn. Er bovenop staat een recentere kapel. We kunnen hem zien (en de kapel ook), we kunnen er bovenop klauteren en dat is het, want....gesloten. In Locmariaquer bezoeken we het kleine maar interessante museum met de menhir géant. Ooit stond hij 20m hoog rechtop, maar nu is hij in vier gebroken. De tumulus kan je bezoeken en nu pas begrijp ik hoe één en ander in mekaar zit : de stenen die we vandaag vaak nog zien worden dicht gemaakt met keien en aarde en dit geheel vormt de tumulus... Oh ja : dit museum was tot onze grote vreugde open ! Haast ongelooflijk ! In Locmariaquer zouden 3 camperplaatsen zijn. De eerste bestond niet meer (verboden parkeren voor campers). De 2de voor de camping communal was herschapen in een werf en het ziet er niet naar uit dat die er opnieuw komt. We hadden 133km gereden en de camping communal leek te aantrekkelijk om nog naar de derde camperplaats te zoeken. We werden zeer vriendelijk ontvangen en mochten een plaatsje met zicht op zee uitzoeken. Er stonden nog een dertigtal motorhomes. Het campingrestaurant opende pas de volgende dag. Het was inmiddels mooi weer geworden en we aten voor het eerst buiten. Nog eens oesters die ik bij de plaatselijke kweker 200m verderop was gaan halen met de fiets. 4 per dozijn. We voelden ons zo goed dat we besloten om hier de volgende dag te blijven. Een fietstochtje naar het plaatselijke haventje levert nog schitterende foto's op van de ondergaande zon.
Vrijdag 4/4 Locmariaquer.
We slapen uit, hangen wat rond, gaan veel te laat op gritseltocht naar lekkere schelpdieren, wandelen tot bij de plaatselijke menhirs...kortom het is een dagje zalig nietsdoen. We ontdekken wel de derde camperplaats, amper 300m van onze camping. Dit is een zeer mooie plek waar ik zeker zou gaan staan, maar de MH staan er nu bijna deur aan deur en het is eivol met langverblijvers...leve onze camping voor 21/nacht voor 4 personen all in. We willen opnieuw oesters gaan halen maar de oesterboer heeft blijkbaar vrijaf genomen... Vandaag 0 km
Zaterdag 5/4 Locmariaquer-Honfleur
We hadden goede herinneringen aan Honfleur. Het ligt precies halverwege op weg naar huis en er is gegarandeerd plaats op de camperplek. Na precies 400km en inkopen en tanken bij de Leclercq vinden we dit vertrouwde stadje terug. We wandelen naar de Vieux Bassin, eten een pannenkoek en zien dat de oesters die we gisteren kochten voor 4/dozijn hier in de viswinkel 20 (!) euro per dozijn kosten. De jongens blijven 's avonds in de camper en wij gaan uit eten in La Tortue, een restaurantje in de oude wijk dat Ingrid wel aansprak. En het was lekker, heerlijk zelfs. Niets te maken met de toeristenval rond Le Vieux Bassin. We raken aan de praat met een plaatselijk koppel dat ons wist te vertellen dat dit inderdaad één van de weinige restaurants is waar je aan toeristenkost tegen té dure prijzen ontsnapt. Goed gekozen Tine !
Zondag 6/4 Honfleur-Hamme
Over de Pont de Normandie terug naar huis. We rijden terug sneller en de probleempjes van de heenweg duiken weer op. Bij terugkomst toch maar een lijst opstellen ter herstelling door Vanomobil. Zal wel geen probleem zijn. Onderweg trotseren we nog regen en sneeuw en ik ben na goed 420km nog net op tijd thuis voor de finale van de Ronde Van Vlaanderen die gewonnen wordt door een Belg !
Veel meer dan dit allemaal heeft een mens niet nodig om gelukkig te zijn !
Het is gelukt. Onze Flash staat voor de deur en hij is al meteen gedoopt met een wit tapijt en een taart en een fleske op Robin zijn verjaardag.... Dit weekend nog wat inkopen doen (donsdekens voor de kids, nieuwe keggen, nieuw bestek...), nog wat knutselen (kapstokjes, wc-rol, klaptafeltje, schroeven aandraaien, extra isolatie...)zodat alles naar onze wens is en dan...hop naar Bretagne volgende woensdag ! Hopelijk is het daar wat minder wit !
Vorige week donderdag 13/3 is het ondertussen onmogelijk gewaande toch gelukt : ik ben geschikt verklaard voor het besturen van voertuigen met een MTM van meer dan 3500kg en minder dan 7500kg. In de volksmond : ik hem mijn C(1) gehaald ! Ik kan nog steeds niet schakelen, remmen, koppelen of ontkoppelen volgens mijn nieuwe examinator (zie eerder bericht hieronder) maar ik word toch niet meer als een gevaar op de weg beschouwd. Integendeel, ik rijd zelfs te traag , dixit het examenverslag.... Tja, beauty is in the eye of the beholder...
Mijn geluk duurde echter niet lang want een half uur na het slagen verneem ik dat de roze kaart van de DIV toegekomen is, maar....op een MTM van 3500kg....Ik zag de levering van onze Flash meteen al in rook opgaan, samen met onze vakantieplannen.
Na de nodige gedwongen actie van Ingrid op de FOD en de DIV beloofden die op hun plechtigecommuniezieltje om vrijdag, ten laatste maandag de vergissing recht te zetten.... En zie : op maandag om 08u30 (echt waar) kwam er een telefoontje van de FOD dat de documenten die dag nog buiten gingen. Omdat de post in Hamme Merchtem er wat langer over doet, lagen we pas woensdag op de loer....en....inderdaad een brief van de DIV mét een roze kaart op.......3500 kg Ingrid schoot uit haar slof en in haar auto en bij haar aankomst bij de DIV stonden de 2 afdelingshoofden al bibberend op haar te wachten. Tien minuten later was ze onderweg naar Vanomobil mét een roze kaart op 3850kg ! Derde keer goede keer.
Vandaag gaat Claude van Vanomobil naar de keuring en -eindelijk- als alles goed gaat (dat zal nu toch wel zekers ????) mogen we morgen, vrijdag 21/3 (Lente !) ons Flashken gaan halen !
Sinds 2 weken ben ik volop bezig met het "halen" van mijn C-rijbewijs voor de Flash... Kwestie van in orde te zijn met alle mogelijke wegingen enzovoort... Beslissing genomen op maandagnamiddag en op maandagavond zat ik -na betaling van de nodige duiten- al theorie "beroepschauffeur" te volgen bij Sanderus in Antwerpen. Zo ook dinsdag-en donderdagavond en na een nachtje blokken vrijdag om 07u30 maar direct theorie-examen. Geslaagd met 45/50 van de eerste keer. Medische test een paar dagen later : geen probleem. Aansluitend dan begonnen aan 8 uur praktijk met een Renault Mascotte van amper 6m lang. Na 8 uur samen rijden : dixit de symphatieke begeleidster : als ik zo rijd op het examen : geen probleem. Alleen wat letten op niet te snel ontkoppelen bij het "uitbollen".
Gisteren, 5/3 : praktijkexamen. Maneuvers : geen enkel probleem. We rijden buiten, de examinator is lustig aan het tateren met mijn instructrice en ik heb het moeilijk om me te concentreren. Heb ik na een tiental minuutjes toch verdomme een bord met verboden voor 3,5T niet gezien zeker...enfin de rit wordt voortgezet...maar ik merk algauw : terug richting examencentrum en effectief na amper 20' rijden we terug binnen. Ik zie de bui al hangen. Maar : groot is toch mijn verbazing want het volgende wordt mij gemeld (bijna letterlijk) :
"Ik heb slecht nieuws en ge gaat de reden voor het slecht nieuws ook niet plezant vinden : over het bord zwijgen we, maar ge moet terugkomen nadat ge nog heeeeeel veel hebt geoefend met de rijschool. Ge kunt namelijk niet rijden. Ge kunt niets. Ge kunt niet schakelen, niet remmen, niet ontkoppelen, geen bochten nemen, niet sturen....niets. Er is heeeeel veel werk aan u. Ik zou u alles kunnen uitleggen, maar uw instructrice weet evengoed waarover het gaat "
Alleen weet die instructrice het ook niet. Ik vraag haar letterlijk wanneer de examinator is verdwenen : moet ik nu nog 20 uren les komen volgen of zo en waarom hebt ge mij niet gezegd de voorgaande uren dat ik blijkbaar niet kan rijden ???? Waarop haar antwoord : het enige wat ik u kan aanraden is gewoon uw examen opnieuw komen doen....ik kan u echt niets meer vertellen...
Uit het examenverslag blijkt dat ik inderdaad niet gebuisd ben voor het niet zien van het bord (krijg een beoordeling "slecht"). Op al het andere (rijtechnieken, koppeltechnieken, schakeltechnieken, bochtentechnieken...) krijg ik een onvoldoende.
Ik rijd 27 jaar zonder noemenswaardige ongevallen in fout. Ik volg jaarlijks verplicht via mijn werkgever een slip-en rijstijlbijscholing. uit die evaluaties blijkt enkel dat ik wat te defensief rijd. Ik rijd 50.000km beroepsmatig per jaar en tussen de 12-en de 15000km met de motorhome. Ondanks die vele kilometers ligt mijn boetegemiddelde op minder dan 1 per jaar (hout vasthouden) en dan nog domme parkeerboetes of 2 tot 5 km te snel gereden...
Het enige wat ik dus blijkbaar dixit mijn begeleidster moet doen is volgende week teruggaan en -uiteraard- opnieuw meer dan 200euro ophoesten. Natuurlijk wordt mijn vorig rapport met de onvoldoendes ook meegegeven aan mijn nieuwe examinator. Denk je echt dat die al de onvoldoendes van zijn collega plots met een geslaagd gaat beoordelen ? Zou niet collegiaal zijn toch ????
Ik erger me blauw aan deze willekeur. Een bord niet zien is een bord niet zien. Een voorrang negeren is een voorrang negeren. Niet stoppen waar het moet is niet stoppen...en voor al deze redenen mogen ze mij terug laten komen. Maar omdat ik niet kan rijden terwijl een instructrice mij blijkbaar toch niks meer kan leren ????
22-24/02/2008 Westende : Afscheidstrip van onze Granduca
Klik op de foto hiernaast voor het fotoverslag
...A new episode is about to start... Het is nog tot half maart wachten op onze nieuwe Chausson Flash 09, maar volgende week al brengen we onze Granduca naar Vbil voor verkoop. Niet echter zonder een afscheidstoerneeke te maken met onze inmiddels zo vertrouwde Granduca. Maarten had een belangrijke voetbalwedstrijd en zijn vriendinnetje en bleef dus thuis.
We wilden graag terug naar de kust maar de op de radio aangekondigde files maakten van een trip naar Nederland een afrader. Westende, Sint Laureins leek ons wel leuk.
We vertrokken vroege avond....en reden uiteraard meteen na Groot-Bijgaarden al een file in. Ruim 2 uur later vonden we nog een plaatsje aan de dijk van Westende, waar windkracht zeven bleek te staan. Vermits we op dat moment op de kop van de hele lange rij stonden, hadden wind en zand vrijspel in en doorheen onze schoorsteenpijpen. Robin en ikzelf haalden onze beste McGyver imitatie boven en na wat knutselen waren onze "dakkapelletjes" toch wat beter beschut voor de geselende natuurelementen. Een uurtje later ging de wind liggen en kon Kyra doen wat hondjes altijd doen als ze 's avonds uitgelaten worden...
Na een vrij rustige nacht overschouwden we een verzameling van zeker meer dan 100 min of meer netjes opgelijnde campers. We stonden ook niet meer op kop van de rij want alle plaatsen voor ons waren inmiddels ook ingenomen, tot aan het begin van de dijk. Propvol dus en pech voor de tientallen MH 's die zich in de loop van de ochtend met de hoop op een weekendje aan zee nog zouden aanbieden.
In de voormiddag stond een verkenning gepland van Westende. Een typisch Belgische betonmuurbadstad met daarachter wat villatjes in min of meer vervallen staat en min of meer klaar om vervangen te worden door nieuw beton. 's Namiddags maakten we een prachtige strandwandeling, richting Lombardsijde en Nieuwpoort. Aan het einde kwamen we aan de Yzermonding waar we ons gedwee lieten overvaren naar Nieuwpoort. Een veerboot in België jawel en zowaar gratis en dat voor de Belgische exploitatiekust . Na het avondeten gingen we op bezoek bij onze Poolse campersitevrienden Jan en Irina die vandaag hun 24ste huwelijksverjaardag vierden. Het Poolse bier vermengde zich prettig met de Belgische trappist en voldaan legden we ons rond middernacht te slapen.
De zondagochtend bracht volop zon, en dus ook hele hordes surfers voor de nabijgelegen surfclub. En dus ook in de loop van de ochtend hele hordes MH-liefhebbers die er voor één dag op uittrokken maar hier geen plaats meer vonden. En dus tegen de middag aan ook hele hordes "gewone" frgioboxtoeristen die al die motorhomes als concurrenten beschouwden en er dus kriskras begonnen te parkeren rond, tussen, achter en voor die lange ondingen die HUN parkeerplaatsen innamen. Tja, dan zijn ze verbaasd dat er bij het uitstappen al eens een motorhomedeur tegen hun kanlgele Subaru aanknalt... En oooh...wat is het toch interessant wat die "zigeuners" eten en ooooh...het is toch normaal dat we ongegeneerd bij hen naar binnen kijken, dat mag in de Zoo van Antwerpen toch ook ???
We maakten ons dan maar snel uit de voeten, niet zonder dat onze verbale spierballen nog even moesten ingezet worden om een paar franstalige ongeschoren medemensen duidelijk te maken dat wij niet OVER hen heen konden rijden en dat ZIJ dus even moesten WACHTEN om onze parkeerplaats in te nemen tot WIJ WEG waren gereden...Elémentaire mon cher Einstein...
Oostduinkerke bleek ons wél nog voor een paar uurtjes te willen onthalen, net zoals op onze eerste dagtrip ooit met onze motorhome. Zo was de circel ook rond. We wandelden nog wat door de o zo bekende villawijk en de o zo bekende (en ondertussen behoorlijk verwaarloosde) stranddijk. Kochten nog een taart bij Espero die we thuis zouden opeten. Daar kwamen we aan rond acht uur. Maarten wachtte ons op. De frietjes smaakten, de taart nadien ook. En straks lees je hier nieuwe avonturen, niet meer met de Granduca, maar met onze Flash !
Het karnavalverlof vorig jaar was behoorlijk avontuurlijk. Het was toen onze eerste langere trip met de MH naar de Eifel en de Moezel. We reden van de regen naar de drop maar hadden toch mooie dagen. Dit jaar waren we na de woelige maanden en weken vooral aan rust toe. Die is er ten overvloede in Zeeland, zo wisten we van onze vroegere duiktrips, dus zo gezegd zo gedaan : Zeeland here we come ! Ingrid had last van een lumbago en ee kozen naast de rust dan ook maar voor het comfort van electro, douches en een subtropisch zwembad in De Roompot in Kamperland. Zeer mooie camperplaatsen : een perfect horizontale betonplaat met een grasstrook voor de stoeltjes en tafeltjes wanneer het weer het toelaat. En dat op amper 50 meter van de zee. Om een lang verhaal kort te maken : we genoten drie dagen van de zee, het zwembad, de wandelingen, de fietstocht en mekaar. En vrijdag kwam er een telefoontje van Vbil : we moesten dringend eens langskomen want er was een schitterende occasiemotorhome binnengekomen die ons zeker zou bevallen. Tja, de plannen voor een MH die beter aangepast was aan onze noden waren er al een paar weken, en onze contacten bij Vbil hadden dit blijkbaar goed onthouden ! Zaterdag vertrokken we dan ook van Kamperland via een tussenhalte in Middelburg (leuk stadje) naar Wgem. De occasiemotorhome bleek eigenlijk een luxueuze copie van de onze, en dus niet wat we zochten, maar....we waren nu ook in de gelegenheid om samen eens de Chausson Flash 09 te onderzoeken die mij bij de laatste motorhomologie al was opgevallen. Bleek die toch ook bij de kinderen en Ingrid in de smaak te vallen zeker.... Tja, we keerden terug naar huis met een heleboel zaken om over na te denken... Een paar dagen later (vrijdag) gingen we nog eens langs Wgem en Erpe-Mere. En we kwamen thuis met bestelbons voor een nieuwe motorhome en nieuwe trouwringen A new episode was about to start....
We gaan er voor het eerst een weekendje op uit zonder Kids en Kyra. Wandelen dus...
In het Noorden van het land gaat het regenen, zo melden de weermannen en -vrouwen, dus trekken wij naar het zuiden. Meerbepaald naar het hoogste deel van België, de Hoge Venen.
De eerste halte is gepland in Recht. In het pikkedonker stuurt Germien ons rond 20u00 regelrecht een bosweg in Recht in. Omdat we toch al effe op onverhard reden had ik het echter in het snuitje en kon nog net halthouden voor we ons onvermijdelijk zouden vast rijden in de modder. Want het regent. Overvloedig. Dan maar een adres in de buurt van Am Buchel ingegeven, rechtsomkeer en zie, we rijden het stuk onverhard uit en 200m verder komen we op het juiste adres : bij de pizzeria. We vinden ons een stekje, helemaal alleen en rustig aan de visvijvers en met kabbelende beekjes achter en naast ons. De jägerschnitzel in de pizzeria smaakt heerlijk. Nog een afzakkertje in de camper en : onder de wol.
's Ochtends regent het nog. Overvloedig. We besluiten toch maar een wandeling te maken rond Recht. Een echte wandelkaart hebben ze hier niet, dus volgen we maar de blauwe pijltjes van de leisteinroute. Die leiden ons door de straten van Recht, langs karretjes die vroeger gebruikt werden in de leisteenmijn. Halfweg de wandeling zijn we al kletsnat want we lopen onbeschut, door de straten. We slaan dan maar wat kleinere weggetjes in en komen zo toch in mooier gebied met enkele typische hoeves. Terug aan de vijvers gaat het wat minder regenen. We trekken nog effe de velden in om tegen de middag kletsnat weer bij de camper te zijn. We kleden ons (voor de tweede keer) om en besluiten verder te rijden naar S.
Germien kent de straat van de camperplek niet, maar we hebben gelukkig nog een plannetje van de website van Geo S. We geven een nabijgelegen straat in en, na een ommetje via het lokale containerpark bereiken we de schitterende plek, midden in de natuur, op een paar km. van de dichtstbijgelegen huizen. Het zal hier straks stilletjes zijn. We verorberen een hete kippensoep en besluiten de regen (nog steeds overvloedig) te trotseren. We nemen de rode wandeling (8km) en worden door bossen en vennen geleid, langs een voormalig krijgsgevangenkamp, het oude stationnetje van S. en een monument voor een in 1943 neergeschoten vliegtuigbemanning. Rond vieren zijn we terug bij de camper. We zijn druipnat maar omdat het wat minder regent zetten we ons nog effe in de zeteltjes, genietend van de natuur en de stilte om ons heen. Het is al snel aperitieftijd en we brengen een lange maar gezellige avond en nacht door in de camper.
Rond half zes worden we echter gewekt door hoefgetrappel. Een loslopend paard staat naast onze camper. Dat paard wordt gevolgd door nog een paard en nog een paard en nog een paard en.... Tenslotte lopen er een tiental paarden los rond onze camper. We hadden ons in deze bijzonder stille, afgelegen en donkere plek aan vanalles verwacht, maar dit.....?? Leven er wilde paarden op de Hoge Venen ? Een ongelooflijke herinnering wordt in ons geheugen gebrand.
De volgende ochtend ondernemen we een wanhoopspoging om de blauwe wandeling van 11 km te maken. Mijn wandelschoenen blijken echter echt kapot en trekken water. Na amper 1 km zijn we door en door nat, van boven tot onder en we keren terug naar de camper. We besluiten om met ons paardenverhaal naar het natuurcentrum Botrange te trekken.
Neen, er leven geen wilde paarden op de Hoge Venen en : neen paarden worden niet los en in groep uitgelaten en : neen er zijn geen uitgebroken paarden gemeld... Tja : seven horses in the sky was wel een liedje uit de psychedelische tijd, maar we hebben toch echt niet gehallucineerd. De brave dame neemt nota en weg zijn wij, nog effe naar Monschau, vermits het toch pijpestelen regent en wandelen er door gebrek aan kleding, schoenen en wandelweer niet meer inzit.
Het is een fijn weerzien met dit mooie stadje waar we ons, tegen de gewoonte in, een tweede keer op een lunch buitenshuis tracteren. We hebben het wel verdiend. Gelukkig is de soep niet al te waterig en de steak heerlijk. Zo hebben we toch moed om de terugweg aan te vatten naar het Noorden. Daar komen we aan rond zessen en guess what : sinds vijf uur regent het niet meer.
Het was toch een mooi weekend, met twee fantastische camperplekken waarvan we er eentje hier niet onder de volledige naam vernoemen. Dat is zo'n plekje wat je liever niet helemaal publiek maakt omdat het er dan straks misschien stikt van de campertoeristen. Wie echt wil weten waar het is, kan -mits wat speurwerk- natuurlijk uitvinden waar de paarden rond onze camper dansten. De echte liefhebber heeft dat er natuurlijk voor over...
De camper hadden we al op woensdag gehaald. Gelukkig zo bleek want ondanks het dak boven de loods waar onze MH is gestald blijkt deze allesbehalve vorstvrij. De loods bedoel ik, en -jammer genoeg- ook de motorhome. Met de nodige verwarmingstechnieken waarbij Ingrid zelfs met de haardroger plat op de buik ging, konden we onze leidingen ontvriezen. Gelukkig waren we er net niet te laat bij en was er geen permanente schade...in het vervolg toch maar het stoveke een beetje aanlaten tussen 2 trips door.
We moeten zowat de laatsten der moedige Belgen geweest zijn die nog niet aan het Duitse Kerstmarktvirus waren bezweken. Daar moest verandering gekomen. Gewapend met de nodige dosis scepsis vertrokken we vrijdag dan in de late namiddag met een volle camper en een lege maag (we hielden ruimte voor de befaamde duitse worstspecialiteiten) naar de camperplaats in Keulen. Daar hadden we een plaatsje gereserveerd wat in deze periode strikt noodzakelijk is. Germien geeft van Jetje en brengt ons langs de kortste weg moeiteloos ter plaatse. We vinden makkelijk onze gereserveerde plaats, steken netjes 8 euro in de betaalautomaat en 1 euro in de electricicteistkast en de eerste avond kan beginnen. Zoals gewoonlijk nemen we de bijeengesprokkelde documentatie door, leren dat er niet één maar zes kerstmarkten zijn in Köln en stippelen een route uit voor zaterdag.
Die dag brengt nog meer vrieskou maar een stralend zonnetje. Binnen blijft het lekker warm (en de leidigen nat en vloeibaar). Onze buur blijkt zich op amper een kleine halve meter van ons geparkeerd te hebben (de deur kan nog nauwelijks open) en wanneer we onze aversie voor dergelijke aso's laten blijken, levert ons dat volgende opmerking op : "jullie gaan toch geen stoeltjes buitenzetten hé, dus het kan toch geen kwaad..." Tja, mocht ik iets minder breed zijn kon ik misschien probleemloos door een half geopende deur, maar instant vermageren is wat te veel gevraagd van het goede. Tamelijk boos verplaats ik onze camper dan zelf maar, want tussen de MH is er toch mogelijkheid om een redelijke ruimte te laten.
En dan op weg naar de kerstmarkt(en). Met de metro die op 200 m van de camperplaats stopt. We willen wel betalen maar hebben niet genoeg kleingeld voor de automaat en iets anders vreet die niet. We rijden dus 10 minuutjes willens nillens zwart tot aan de Dom. Daar is de eerste kerstmarkt. Helemaal anders dan kerstmarkten bij ons : veel typischer soevenirs, veel groter en andere eet-en drankstandjes. We slagen erin ons niet te laten verleiden, tenzij dan door gluhwein uit de typische koppen, taco's, een bbq-steak; broodje speck ..........
Van de Dom gaat het een paar honderd meter verder naar de Altmarkt, de Nuhmarkt en de oevers van de Rein. Daar ligt ook nog een grote hotelboot met binnenin ook een kerstmarkt. We hebben het koud maar 2,5 pp om op een boot tussen duizenden anderen te gaan drummen vinden we van het goede teveel en we wandelen verder langs de oever naar de Mittelalterischer Weihnachtsmarkt bij het chocolademuseum. Daar is de markt zoals de naam het laat vermoeden min of meer opgezet rond het middeleeuwse thema. Er worden schouwspelen opgevoerd, de smid en de boogschutters zijn aan het werk en een harpspeler bepaalt bijna op zijn eentje de mooie, ietwat melancholische sfeer. We warmen ons op met wat hete mede en wandelen dan door de binnenstad naar de Neumarkt. Dit is een zeer grote en de oudste kerstmarkt. Het is ondertussen ruim vier uur geworden en het volk stroomt toe. Er is bijna geen doorkomen aan en Ingrid stelt voor stilletjes terug te keren en de volgende ochtend terug te komen. Zo gezegd zo gedaan. We lopen terug naar de Dom langs de heeeel lange winkelstraat en haar vele zijstraten (stuk voor stuk minimaal de Louisalaan waard). Ik vergaap me aan de etalage van nog echte high end muziek-en fotowinkels (ik ben nog wachtende op mijn nieuw speeltje, de Lumix FZ18 van Panasonic). Terug bij de Dom worden we, vanop het dak van de toeristische dienst, nog getracteerd op een alpenhoornconcert. Waarlijk sfeervol. We nemen deze keer wel tickets voor de tram, vergeten ze echter af te tikken en kunnen ze dus de volgende ochtend nog eens gebruiken. De uitgebreide Duitse specialiteiten blijven wat op de maag liggen en we houden het 's avonds dus sober. Maarten schiet in zijn leesbui...
's Ochtends is de zon verdwenen, de vrieskou echter nog niet. Het is nu echt grauw weer. De bestelde broodjes worden netjes om 09.00u geleverd en verorberd. Maarten wil zijn leesmarathon verder zetten en blijft met Kyra in de camper. Wij gaan terug naar de Dom met de tram en onze tickets. Eerst bezoeken we nu die indrukwekkende Dom langs binnen. De moeite. Vervolgens terug op weg naar de Neumarkt. Daar zijn we echt wel effe zoet. Even verderop ligt nog een Kerstmarkt en daar vinden we een andere versie van de bekende Gluhweinkopjes. Die moeten we natuurlijk ook hebben. Na een middagmaal van worst met stamppot houden we het voor bekeken. We gaan onze kerstballen en de nieuwe piek voor onze kerstboom ophalen en gaan terug naar de Dom, opnieuw langs de winkelstraten. Het verbaast ons dat ondanks de solden en ondanks de aanwezige massa ALLE winkels op zondag gesloten zijn. De alpenhoornblazers blazen ons ten afscheid, deze keer vanop de begane grond.
Terug aangekomen bij de camper is het tijd om in te pakken. Onze buur rijdt ook weg, druk ruzieënd met zijn vrouw en kinderen. Gelukkig is het opgehouden met miezeren en de nattigheid is niet aangevroren. Germien stuurt ons deze keer naar huis via Nederland, maar ook dat lukt wonderwel.
Alles wat we over de Duitse kerstmarkten dachten werd bevestigd. De scepsis is echter weg want als kitsch maar kitscherig genoeg gebracht wordt, kan het nog wel eens werken. Deze parodie op gemütlichkeit mag wat mij betreft dan ook in ieder geval één keer op een jaar op het programma blijven.
Weerom een campersitetreffen dat uit zijn voegen is gebarsten... Wat begon als een plan om samen met 7-8 campers samen te komen om een stukje vaderlandse geschiedenis op te snuiven, mondde uit in een treffen met zo'n 25 campers en ruim 60 deelnemers. Het past dan ook om te starten met een proficiat aan de organisatoren die er in geslaagd zijn om alles perfect in goede motorhomebanen te leiden...
Afspraak was vrijdagavond in Tongeren of meteen op de eindbestemming in Kanne, aan de jachthaven. Wij kwamen -door de opname in het ziekenhuis van mijn stiefvader- ruim na negenen aan in Kanne, waar we in de striemende regen nog makkelijk een plaatsje langs de waterkant van het Albertkanaal vonden. Na een slaapmutsje bij Ludovic en Karine was het tijd voor de verdiende nachtrust. De ochtendstond bracht geen goud aan de hemel. Het water bleef bij bakken uit de hemel komen en dat zou zo blijven voor de rest van het weekend.
Gelukkig was het maar kort wandelen van de camperplaats naar het fort van Eben-Emael. Hier werden we opgewacht door gidsen Bart en Guy die gedurende ruim drie uur op een bijzonder levendige wijze het beladen verleden van het fort Eben-Emael uit de doeken deden. Er heerst duidelijk nog een minderwaardigheidsgevoel bij deze mensen. De soldaten die indertijd dienst deden in het fort kapituleerden immers (vrij snel) als eerste Belgen en werden daarop nadien en zelfs nog na de oorlog aangesproken. Ons is het echter duidelijk dat het niet meer dan menselijk was om zich over te geven, gezien het verloop van de Duitse aanval en de omstandigheden in het fort. Een bezoek aan dit gigantische fort (150 voetbalvelden groot waarvan een flink deel onder de grond) is zeer indrukwekkend en zonder meer aan te raden. Gedurende het hele bezoek waren we drooggebleven en zowaar werden de druppels opgespaard tijdens de wandeling terug.
We hadden nog net tijd voor het aperitieven vooraleer we te voet vertrokken naar restaurant de Louvain in Kanne-dorp. Al bij het binnenkomen werden we vergast op redelijk oorverdovende seventies muziek van een fuif van een bende jolige twintigers die er hun vrijgezellenfeestje hielden. Niet getreurd. Het eten was meer dan smakelijk, de bediening uiteindelijk nog zeer vlot en onze wraak was zoet. Jong en minder jong besloten immers om een papieren versie te brengen van de aanval op het fort van Eben-Emael en de meest wonderlijke vliegers verschenen plotseling aan het firmament van de Louvain. We bedankten voor het opruimen nadien en wandelden terug naar onze huizen op wielen langs de schitterend verlichte brug van Kanne.
De volgende ochtend bracht nog steeds geen zon aan de hemel van deze Vlaams-Waals-Nederlandse grensstreek. Wel integendeel. Het leek wel of het Albertkanaal en de jachthaven van Kanne zeer dringend moesten gevuld worden met al het voorradige hemelwater. In een plenzende regenbui trok de paraplustoet naar de mergelgroeve van Kanne. Gelukkig was het daar "droog" (hoewel, 98% vochtigheid is toch nog redelijk nat) en gids Paul loodste ons vakkundig doorheen de 15km gangen, langs een champignonkwekerij, een feestzaal en meer of minder geslaagde "grottekeningen". We kregen van hem trouwens niet alleen een rondleiding maar ook nog een boeiende Limburgse visie op België en de Belgen en de aanhoudende conflicten bij de regeringsvorming... Tja, wie zei ook weer "Limburger, wereldburger ?".
Het was ondertussen namiddag geworden. Het aperitief en het middagmaal wachtten op ons in de camper en/of in de kantine van de jachthaven.
We besloten om niet al te laat te vertrekken en maakten nog een ommetje langs de nu vredige Voerstreek. Eindelijk kregen we ook beelden bij in het geheugen gegrifte namen als Moelingen, Sint-Martens en Sint-Pieters Voeren waar een paar tientallen jaren terug ook al zwaar communautair vuurwerk werd bovengehaald. Symbolischer kan haast niet in deze politiek droeve tijden.
Wat er ook uit de bus komt bij de regeringsvorming, of er nu een scheiding komt tussen Vlaanderen en Wallonië of niet, ons kan het niet schelen. We komen zeker nog terug naar deze mooie grensstreek. En de kans dat we terug logeren op deze mooie plek, bij de uitbaters van de jachthaven van Kanne is zeer groot...
Ons weekje aan zee in domein Westhoek was de afgelopen 7-8 jaar een (aller)heilige(n) traditie geworden. Voor het eerst braken we vorig jaar met die traditie door "op den dijk" in Oostduinkerke een appartementje te huren. Omdat we sinds januari dit jaar camperaars zijn, zou de traditie helemaal verbroken worden want iedere camperaar weet dat de Belgische kust niet de meest aantrekkelijke regio is voor ons.
Het toeval hielp ons een handje bij de samenstelling van ons weekprogramma. In Duinkerken had een wijnbeurs plaats, zodat het eerste weekend al gevuld was. Een bezoek aan Eric en Katia in domein Westhoek mocht ook niet ontbreken en Frank en Kristel hadden wel zin in frissen lucht in Noord-Frankrijk, zodat l'Escalles ook een mooi reisdoel werd.
Vrijdag in de late namiddag kwamen we aan in Duinkerken en met wat geluk vonden we nog een plekje met zicht op zee op de eerste rij van de overvolle camperplaats. De toon werd al meteen gezet met een welkomstdrankje met enkele oud-bekenden, maar voor een bezoek aan de wijnbeurs hadden we geen zin meer.
Dat maakten we de zaterdag meer dan goed. We besloten het bezoek te "beperken" tot twee wijnrondes, één in de voormiddag en één in de namiddag. Het uitzonderlijke aan deze wijnbeurs is dat de exposanten vrijwel uitsluitend zelf viniculteurs zijn en dus geen négociants, die enkel de wijn waarop ze het meeste marge hebben willen verkopen. Deze mensen zijn fier op hun product, en het concept (je krijgt bij het binnenkomen elk een wijnglas dat je overal voor het proeven mag aanbieden) nodigt uit om overal eens de neus aan het glas te steken en hetzelfde glas hoog te heffen. De prijzen zijn niet uitzonderlijk goedkoop (de stands zijn door het succes van de beurs peperduur geworden, tot 1200euro voor een klein standje, en dat wordt natuurlijk verrekend) maar je proeft op zijn minst wat je koopt ! We slaan onze eindejaarsvoorraad in en komen uit op anderhalf dozijn.
Zondag hielden we onze "sterke drank"-toer. Naast wijn en lokale specialiteiten is er immers ook een overvloedige keuze aan Calva, Arma-en Co-gnac, allerlei appel-en peerlikeurtjes, eau de vies en zelfs Franse whisky (?!?) Omdat je dat geen hele dag volhoudt, startten we wat later, en tegen de vooravond was onze oogst één fles uitstekende cognac, een paar flessen Pineau en een zeer plezant humeur.
De volgende ochtend (maandag) koesterden we onze rust (en Maarten herinneringen aan de uitstekende Ti-Punch) en gingen we enkel nog langs op de beurs om onze collectie glazen te vergroten.
We reden opnieuw richting België en brachten voor het eerst een bezoekje aan de camperplaats van Sint-Laureins. Lijkt ons best te doen om eens een weekendje door te brengen. Een paar kilometer verder mochten we, als voormalige trouwe gasten, voor 2 daagjes vertoeven op het domein Westhoek. Het was, na de moeilijk periode van de ziekte en het overlijden van Ingrid haar vader, een fijn weerzien in betere omstandigheden met Eric, Katja, Pieter-Jan, Simon en Alexandra. Het Haloweennachtspel was weer een succes en we sliepen heerlijk in deze rustige omgeving midden in de duinen.
Dinsdagnamiddag reden we opnieuw richting Frankrijk, naar Les Erables in Escalles. We vonden een plekje met zicht op de kust van Engeland en waren (weer eens) net te laat aan het strand voor de prachtige zonsondergang.
De volgende dag, woensdag, was het wachten op Frank en Kristel die tegen de middag arriveerden. Na de lunch was er een wandeling voorzien langs de hoogten van Escalles, naar Cap Blanc Nez. We besloten om 's avonds een restaurantje op te zoeken en reden naar het nabije Wissant. Ik herinner me de naam van het restaurant niet meer en probeer ook de herinneringen aan het eten weg te wissen. Mettertijd moet het wel lukken om niet meer aan de onfrisse garnalen en gambas te denken of aan het potje van de visser met onduidelijke inhoud.
Donderdagochtend 1 november gingen we met de Xantia op verkenning in de omgeving. Zo ontdekten we 2 (recente) camperplaatsen in Wissant, midden in de natuur. Niet iets om te overwinteren, maar het moet prachtig zijn in de zomer. We besloten onze tour de camps met een wandeling op de dijk van Wimereux, een flashback naar vroegere tijden met nostalgische villa's op de dijk en redelijk verstandige invulbouw/ Na het middagmaal vertrokken we richting Belgisch binnenland, naar huis. We deden niets speciaals maar kunnen toch de volgende weken bij een uitstekend flesje wijn terugdenken aan een fijne vakantieweek.
Het beeld dat het Zwarte Woud bij velen en ook bij mij oproept is er een van kneuterigheid, lederhosen en boertige Duitse romantiek. Het Zwarte Woud blijkt echter een bijzonder mooie bestemming te zijn voor alle liefhebbers van natuur en sport. Ook interessant dus voor jonge mensen (waaronder wij ons toch nog rekenen). Hieronder een verslag van een weekje Zwarte Woud, mét hond en zonder kinderen...
Woensdag 22/8 We beslissen nog vanavond te vertrekken en rijden probleemloos tot de bekende camperplaats van Han Sur Lesse. Na een rustige nacht slaan we nog een Ardense salami in voor onderweg en trekken naar Baden-Baden.
Donderdag 23/8 Daar komen we aan rond 14u30 en vinden probleemloos de camperplek bij de sportplaats. De officiële camperplek biedt plaats voor 12 motorhomes en is vol, de mixplaats ernaast heeft plek voor nog eens een tiental campers en daar vinden we nog net een plaatsje. De busparking (50m ervoor) staat ook al zo goed als vol met campers. Meteen daarnaast is een parking voor zeker 150 personenauto's, mét hoogtebeperkers (een leuk detail, zie verder) We trekken Baden Baden in, op een kwartierje wandelen. Onderweg liften we mee met het toeristische busje dat ons een stadsrondrit geeft. Baden Baden noemt zich de kleinste wereldstad. En dat hautaine zit er inderdaad in. Het is een mooie, verzorgde stad die blaakt van weelde met schitterende huizen, hotels en parken. Porsches ten overvloed. Tegen zevenen keren we terug naar de camperplaats en eten wat in het openluchtrestaurant aan de sportplaats. We keren terug naar ons iets bescheidener huis op wielen en gaan onder de wol voor een rustige nacht....
Vrijdag 24/8 ...denken we... Naar slechte gewoonte ben ik rond vijven al halfwakker en doezel ik nog wat door. Om 05u45 wordt ik opgeschrikt door rondspattende kiezels en een auto die vlak naast onze camper de remmen dichtgooit. Ik steek mijn hoofd uit de deur, nog net op tijd om een forse dame te zien wegspurten van haar fiat500 die ze pal tussen onze en de volgende camper heeft ingeprangd... Het bleek de verkenster te zijn voor een heel leger arbeidsters van de nabijgelegen wasserij wiens shift start om 06.00u. Natuurlijk komen de dames op het laatste moment aan en hebben ze niet de tijd om de 200m tussen de autoparking en de wasserij af te leggen. Vermits de camperparking 100 meter dichterbij ligt parkeren ze zich daar dus maar tussen, voor, achter en als het zou kunnen ook nog boven en onder de campers. Dat ze ons daarbij de uitgang volkomen blokeerden trokken ze zich heus niet aan. Deze jongen kon dus al om 05u55 Duitse matrones trotseren en proberen om ze met harde en zachte hand te overtuigen op de voor hun voorziene parking te gaan staan. Dat lukte met mate. Rond 08.00u, na 2 uur patrouilleren, waren er slechts 2 campers geblokeerd wiens eigenaars nog rustig aan het dutten waren. Ingrid was ondertussen van al de herrie wel al wakker en we besloten dan maar om zo snel mogelijk door te rijden, kwestie van geen hele dag geblokeerd te moeten blijven staan in deze stad waar zelfs de arbeidsters snobs zijn.
We rijden over de Schwarzwaldhochstrasse en de schitterende vergezichten doen ons al gauw de ochtendlijke ellende vergeten. Een pittige wandeling van een 4-tal km naar één van de Waldhutten, de Hertahütte bij Falkenfelsen harmoniseert ons terug met de Duitse natuur en cultuur. Ook de Mummelsee, een toeristisch uitgebaat meer dat ons wat tegenvalt, staat op het programma. We zijn al lang onderweg maar besluiten toch nog naar Allerheiligen te gaan en stoppen 2 kilometer voor het dorpje om nog een wandeling tot daar te maken. Fijn , het gaat alsmaar bergaf. De ruïnes zijn de moeite waard. We slepen ons nog 800m verder naar de watervallen van Allerheiligen en zijn blij dat we de moeite hebben gedaan wanneer we dit mooie mooie waterballet tussen de rotsen zien.
We moeten wel opnieuw 800+2000 meter afleggen naar de camper, stijl bergop deze keer... We zijn pompaf wanneer we bij ons huisje aankomen. Onderweg had ik een bordje gezien naar een camping. We wilden absoluut een rustige nacht hebben en begaven ons op weg naar....tja dat stond op de wegwijzer "camping" niet aangeduid. De camping "Murhof" bleek een tiental km verderop en bergaf in Ottenhöfen te liggen. We kregen van de boerin/campinguitbaatster een mooie plek, leerden dat het openluchtzwembad tegenover de camping nog tot 19.00u open was en namen nog een verfrissende duik. Kyra gaf geen kik en bleef in de camper slapen .Om 23.00u had de dag voor mij al 18 uren geteld en volgden we haar voorbeeld.
Zaterdag 25/8 Na een verkwikkende nachtrust en relatief lang uitslapen maken we gebruik van het gratis sanistation en gaan op weg naar het Vogtsbauernhof in Gutach, het Bokrijk van het Zwarte Woud. Een aantal typische oude boerderijen zijn hier heropgebouwd. Vooral de uitleg over het hoe en waarom en een bezoek aan de binnenkant is interessant. Op zich vind je immers onderweg nog behoorlijk veel gelijkaardige en even oude boerderijen overal ten velde. De randanimatie is op zijn Duits zeer grundlich organisiert. Overal is er mogelijkheid voor (kleinere) kinderen om wat te doen met oude ambachten. Triberg is het geografisch logische vervolg van onze tocht. De camperparkeerplaats is op de busparkeerplaats (je moet het maar weten want het staat enkel ter plaatse aangeduid met een bordje) en andermaal stappen we bergop, langs en over de hoogste watervallen van Duitsland. Indrukwekkend ! Met het oog op de zogezegd overal aanwezige eekhoorns worden er voor 0,50 euro ook walnoten verkocht om die beestjes te lokken. We zagen er -met veel geluk- welgeteld één. Wel was er een slimme specht die de nootjes ook wel zag zitten en zich heel dichtbij ons waagde. Ook leuk natuurlijk. We rijden door naar het nabijgelegen Schonach. Hier treffen we een mooie camperplaats aan. Er staan reeds een achttal campers waarvan heel wat Italianen. We plaatsen ons op de volgende rij parkeerplaatsen. Officieel zijn deze plaatsen niet voorbehouden voor campers, maw het zijn mixplaatsen. We zien nogal wat auto's komen en gaan. De schrik van Baden Baden zit er nog goed in en we gaan maar tussen het rijtje andere campers staan, aan het uiteinde van de parking. Hier kunnen we morgen zeker vertrekken. De plaats kost 5 euro die we betalen in het nabijgelegen cafetaria van het voetbalveld. We worden officieel geregistreerd, net zoals in een hotel en krijgen een gutschein voor gratis toegang tot de watervallen (pech), 5 zwembaden, minigolf en gratis gebruik van het openbaar vervoer. Jawel voor 5 euro. Hadden we dat eerder geweten... We maken nog een wandelingetje naar het mooie dorpscentrum, eten wat hartigs en trekken naar ons bedje.
Zondag 26/8 Om 06.00u roept de schelle kerkklok van een nabijgelegen kloostertje op tot het bijwonen van de mis. In het camperdorp ben ik de enige die dit hoort en ik besluit om me maar niet te laten lokken Een klok van een ander kaliber is de nabijgelegen "1ste grootste koekoeksklok ter wereld". Meteen erna bezoeken we -begrijpen wie begrijpen kan- de "grootste koekoeksklok ter wereld". Marketingtechnisch knap bekeken : de ene was de eerste grootste in de wereld en de andere is de opvolgster. En iedereen gaat natuurlijk naar allebei kijken en naar de eraan verbonden winkels. We rijden nu langs de Deutsche Uhrenstasse. Nog meer Heimatsgefuhl krijgen we in Glottertal waar we de enige echte Schwarzwaldklinik bezoeken. We laten Herr Doktor en zijn staf achter ons en via Sankt Peter en zijn kloosterabdij bereiken we Titisee en de Titisee (die ik meteen had herdoopt met een meer tot de verbeeldingsprekende naam... )
Camping Bankenhof die door www.campercontact.nl werd aanbevolen bleek het verst van het dorpje Titisee en niet aan de Titisee zelf te liggen. Er was inderdaad een voor 4 campers voorbehouden plek aan de ingang. We wilden echter aan het water staan en niet zij aan zij aan de ingang van een drukke camping en gingen dus verder op zoek en we vonden al snel Naturcamping Weiherhof (am Ufer) De afdaling naar die oever zag er nogal angstaanjagend uit (en vooral het idee van de klim bij het vertrek trok ons niet echt aan). Er stonden echter nog een heleboel campers beneden. Wat die kunnen, kunnen wij ook en gezwind reden we bergaf. We vonden ons een plaats met zicht op het meer en beslisten meteen om hier 2 nachtjes te blijven. 's Avonds zouden we naar Titisee wat gaan eten. De campinguitbaters raden ons aan om langs de overkant naar het dorpje te wandelen want dat was veel mooier dan langs de hoofdbaan. En veel verder...nog een goede 3 kilometer, een stevige wandeling wanneer je al behoorlijk moe en hongerig bent.µ Het restaurant, ook al met zicht op de Titisee valt gelukkig echt mee. Een "pianist" speelt Duitse schlagers maar het stoort niet, sterker nog : het hoort erbij. We blijken ons al helemaal ingepast te hebben. We wandelen langs de korte (toch nog 2 km lange) weg terug naar de camping en zijn moe, heeeel moe.
Maandag 27/8 Broodjes van de campingwinkel, een wandelkaart en een route...meer heb je niet nodig om een mooie wandeling uit te stippelen. 8km zou het volgens de campinguitbater zijn naar de Feldberg, met zijn 1493m de hoogste berg van het Schwarzwald. Dat moet heen en terug net kunnen dachten we zo. Alleen besloten wij om langs de linkerflank naar de Feldberg te gaan omdat daar een aantal zichtpunten waren. Om kort te gaan : het was een schitterende wandeling, alweer bergop. En toen we aan de Feldberg kwamen stond er in omgekeerde richting een bordje met een wandeling naar de Titisee en de vermelding : 17km ... Gelukkig waren de laatste 500m met een kabelbaan en was aan de voet daarvan een busstation. Kyra (niet wij...hm hm) was zo moe dat we dan maar die bus terug namen. Het water van de Titisee was aanlokkelijk en Kyra en ik gingen zwemmen tussen de eendjes.. Om te bewijzen dat het Kyra was die moe was en niet wij, trokken wij nog te voet naar Titisee-dorp en ons stamrestaurant, en terug ook uiteraard. Samen nog eens 4km bij op de teller. We slapen goed.
Dinsdag 28/8 Voor het eerst is het weer wat minder en de zon afwezig. Ideaal dus voor een citytrip. Freiburg ligt op de weg terug en dus houden we hier halt aan de schitterende camperplaats waar we ook nog eens hartelijk onthaald worden en alle documentatie over de stad krijgen. Die stad is "slechts" 2km verderop, een peulschil voor ons geoefende wandelaars natuurlijk. Freiburg valt wat tegen. Er is een goedbedoelde poging ondernomen om authentieke elementen terug op te bouwen na de vernietiging tijdens WOII. Neonreclame van Mc Donalds rijmt echter slecht met de historische gevels. De Munsterkathedraal is donker en dreigend (en onder restauratie). Het enige interessante aan de binnenkant is het feit dat er niet minder dan 5 (vijf) kerkorgels in zitten. Quadrofonie + 1 = kakafonie. Er is een mooi uitzichtspunt en liefhebbers van hoogtes die we zijn stappen we naar de kabelbaan die verondersteld wordt om ons naar dat punt te brengen. Deze blijkt niet meer in gebruik, officieel omdat er geen personeel is om ze open te houden.... Er is echter voorzien in een (betalende) vervangende shuttledienst om de 30minuten en 6 dagen op 7 en .... net niet vandaag natuurlijk. Ergens had ik gelezen dat het uitzichtpunt 30meter hoog was. Ach een berg van 30 meter beklim je toch zo ? En zie, daar, daarboven daar staat dat uitzichtspunt. Dat is toch niet ver ? Inderdaad niet. En evenmin was het al meer dan 1/3 van de uiteindelijke weg. Het bleek immers een oud uitzichtspunt te zijn, vanwaar nu doorheen de gegroeide bomen niets meer was te bespeuren van de stad. We waren nu toch al op weg. Doorstappen, helemaal naar boven dus maar. De 30m hoogte bleek een 30meter hoge toren te zijn, boven op de heuvel. En niet aan mij besteed dus (hoogtevrees weet je wel). Moedige Ingrid klauterde wel nog naar boven waar inderdaad een schitterend zicht wachtte en waar de nodige foto's als bewijsmateriaal van de wandeling en het bezoek aan Freiburg werden gemaakt. Op de terugweg naar de camperplaats maakten we een testrit met de Freiburgse tram. Niet omdat we moe waren uiteraard, maar omdat je dat ook eens moet gedaan hebben
Woensdag 29/8 Rond 10.00 gaan we op weg voor de terugrit. Die verloopt weeral probleemloos. Bij de thuiskomst wachten de kids en mijn moeder ons op. Het is een blij weerzien. We worden verzocht om het Duits dat we ondertussen spontaan hebben geadopteerd achterwege te laten en gewoon Nederlands te praten. Maarten verbaast zich erover dat we zo kwiek de trappen op en af spurten. "Hoe dat komt lees je nog wel in het reisverslag", sussen we hem....
Vorig weekend in Cap Blanc Nez was voor wandelaars. Niet echt iets voor Maarten en Robin dus, en zij verdienden dan ook een revanche.
Niets beter voor hun en mijn conditie dan een lange kanotocht, en om hun helemaal goed gehumeurd te krijgen mocht ook buurjongen en derde zoon des huizes Jason mee om de 21km lange afvaart van de Lesse uit te proberen.
We reserveerden bootjes voor zaterdagochtend, kregen toestemming om vrijdag te overnachten op de grote parking van Lesse Kayak en spraken ook nog af met Frank en Kristel dat die ons de zaterdag zouden komen vervoegen.
Voor Jason was het de eerste keer weg met een camper en na enig zacht aandringen van Ingrid besloten we dan maar om op de nabijgelegen camping Villatoile te gaan staan voor de 2 nachten. Kwestie van wat meer comfort te hebben en de stoeltjes te kunnen uithalen. Zijn we nog wel echte camperaars ?
Zonder problemen kwamen we rond 18u30 aan op Villatoile. De camping is schitterend gelegen in een meander van de Lesse, omringd door bossen en kliffen. We kregen een mooie, ruime plaats op een grasveldje en voelden ons meteen goed thuis. Het sanitair bleek wel verouderd maar mits enig zoeken was er altijd wel een redelijk schoon toilet te vinden.
Na een rustige nacht kwamen Frank en Kristel langs. Kristel was al even enthousiast over kayaken als Ingrid en de drie dames bleven dus thuis terwijl de vijf heren zich op het water gingen amuseren.
Een korte treinrit (in "eerste klasse") naar Houyet, een hyperkinetische inscheping, en : "loss geht's". Frank blijkt niet meteen de kneepjes van het kayaken beet te hebben en maakt een paar extra rondjes. Jason en Maarten zijn het sportiefst en kayaken steeds voorop, gevolgd door Robin en ik die in een gezapig tempo de stroomversnellinkjes en watervallen trotseren. Frank tuft wat trager maar meer en meer op zijn gemak achterop.
Eén zaak is onvermijdelijk bij het kayaken : je wordt nat ! De ene omdat hij omslaat, de andere omdat hij uitschuift bij het instappen, de anderen omdat ze wat zwaarder geladen zijn en dus water binnenpakken bij de watervalletjes. Het zonnetje is echter doorgebroken en we trekken ons daar niet veel van aan. Na een dikke vier uur varen zijn we terug in Anseremme. Op de camping wachten de dames ons op met een apero en kalfsblanquette mét balletjes. Dat gaat er vlotjes in. De jongens zijn "vrijwilliger" om de afwas te doen en de ouderlingen rijden richting Dinant waar we nog wat gaan terrassen.
De ochtendstond heeft voor onze buren goud in de mond. Rond 07.00u zijn zij al verwoede pogingen aan het doen om hun kleine Quechua-tent in te pakken. Vader en dochter proberen het ding te bedwingen terwijl moeder de gebruiksaanwijzing voorleest. Een hilarisch tafereeltje en ik vergeef hun dus het vroege wekken.
Na de pistoletjes gaan Ingrid en ik nog op pad voor een mooie boswandeling. We riskeren het om Kyra eens los te laten lopen. Wat een fantastisch gevoel : ons "beest" loopt 2/3 van de wandeling vlotjes met ons mee, weliswaar geholpen door de aanwezigheid van lekkere brokjes in Ingrid haar handtas, maar toch : ze heeft kansen genoeg om te ontsnappen en blijft vrijwillig in onze buurt. Eén keer slaan de stoppen door en spurt ze een paar rondjes rondom ons, om dan toch vrijwillig en met een blik van "ha ha : nu heb ik jullie doen schrikken hé" terug bij ons te komen. Gita, het beaglevrouwtje van de buren is op bezoek wanneer we terugkeren bij de camper. Het lijkt echt wel Kyra's jongere en zotte zusje.
Na de spagetti pakken we in en rijden richting de tuinen van Annevoie. Daar maken we nog een mooie wandeling en rond vijven keren we terug naar Hamme. Het zonnetje is ondertussen verdwenen en tegen thuiskomst valt de regen met bakken uit de hemel. Te laat echter om ons opnieuw nat te maken. Dit mooie weekend hebben we weer gehad !
Het zou een bijzonder zonnig en warm weekend worden, zo werd aangekondigd. En in één adem door werd gemeld dat het ongetwijfeld een topweekend zou zijn voor de toeristische plaatsen.
De Spaanse Laura had het in L'Escala wat laten afweten, dus besloten we om onze batterij te gaan opladen, bij voorkeur niet aan de Belgische mosselfrietkust.
Zo gezegd zo gedaan : we reserveerden een plaatsje op de minicamping Les Erables in Escalles, aan de voet van de imposante Cap Blanc Nez. Ik weet het : volgens de puristen onder de camperaars is dit "not done". Zwerven moet je doen, 's morgens niet weten waar je 's avonds gaat slapen. Maar : wij wilden gewoon een weekendje rusten en met het drukke weekend in het achterhoofd besloten we deze ongeschreven wet te overtreden (gelukkig zo zou blijken)
We kwamen vrijdagavond probleemloos (ja ja, u leest goed : probleemloos !!) aan rond 18u30. Een boterham achter de kiezen steken en toen wandelden we de kilometer van onze minicamping tot het strand. Precies op tijd om daar een schitterende zonsondergang mee te maken. De graandorsers in de omringende velden (het is immers volop oogstseizoen) hielden ons nog wakker tot middernacht en daarna was het heerlijk rusten.
Zaterdag werd wandeldag. In de ochtend een wandeling van naar schatting een zes kilometer over de heuvels van dit land net achter de kustlijn. De wandeling kreeg heel toepasselijk de naam "Les Balcons d'Escalles" en leidde ons uiteindelijk via veldweggetjes en langs schitterende uitzichtpunten naar de Cap Blanc Nez. Daar stond de autoparking vol met auto's en de busparking vol met...campers. Tja, sinds kort mag je hier met de camper eigenlijk niet meer staan maar wat moet je dan wel doen als je met de camper hier een bezoekje wil brengen ? (we zouden ons dit nog dikwijls afvragen dit weekend, dit is de 1x). Tip : probeer de restaurantparking links van de parking van de cap eens...(nogal steile weg)
Maarten en Robin besloten in de namiddag thuis te blijven en Kyra was ook uitgeteld na de ochtendwandeling. Ingrid en ik eigenlijk ook, maar op karakter zetten we ons in gang voor een wandeling door de velden, richting Wissant. Voor Wissant bogen we af naar de kustlijn om in een klein onooglijk dorpje met tientallen wagens dubbel geparkeerd langs de grote baan, even het strand op te gaan. Gelukkig waren we te voet want waar zou je hier de camper kwijt moeten ? (2x). Effe pootjebaden en dan langs de wandelroute die langs de kliffen loopt terug richting Escalles. Onvergetelijk eigenlijk : aan de ene kant de kust, het strand en bruinbrandende bodies. Direct daarnaast, weliswaar op respectabelijke hoogte, de grasgroene weiden met bruine koevachen (de lokale rundervariant). Langs vlas-gerst-en graanvelden die het landschap bont kleuren bereiken we terug Cap Blanc Nez waar inmiddels honderden kriskras door elkaar geparkeerde auto's de strandparking hebben ingepalmd. Waar...(3x)
Vermits we gisteren het fototoestel niet bijhadden sleuren we onze lichamen na de gebruikelijke spaghetti nog eenmaal richting strand om de zonsondergang nu ook te fotograferen. Op de terugweg merken we dat het verbodsbord voor campers aan de inrit naar de strandparking is losgevezen en omgekeerd tegen de paal aan staat. We zijn tegen vandalisme maar voelen toch enige sympathie voor de dader.
Voor de terugweg in het donker kiezen we voor de alternatieve wandelweg langs de velden. Even dachten we dat WO3 was losgebarsten want in de verte horen we doffe knallen. Dat bleek echter vuurwerk ergens in Engeland te zijn dat we vanop deze hoogte perfect konden gadeslaan, in het licht van de roodkleurende hemel boven het Kanaal. Een werkelijk onvergetelijk spektakel en al de tweede reis op rij dat we de laatste avond op een lichtspektakel in de verte worden getrakteerd (zie ook reis naar L'Escala).
Zondag brengt ons verse "petits pains" bij een laat ontbijt. Het loopt al tegen de middag wanneer Ingrid, Robin en ik naar het strand gaan. (Maarten zijn boek moet helemaal uit) Hoewel de parking andermaal vol staat -ook met campers want het bord is nu helemaal verdwenen- (waar zouden wij op dit uur...4x) is het erg rustig op het brede strand. Hier geen stapeltoestanden zoals aan de Belgische Kust, maar een hectare zand voor iedereen. Voor de eerste keer in wel twintig jaar wagen we ons in de Noordzee. Het strand en het zeewater zijn schoon. Het zoutbad aan de voet van Cap Blanc Nez doet meer dan deugd. We laten ons opdrogen en spelen met de frisbee. Even zijn we terug kind. Hier kan dit nog. We wandelen terug naar Les Erables en de politiewagen rijdt de parkeerplaats op, richting campers.
Na een heerlijke "salade maison" rijden we weg van de minicamping, richting Boulogne en Le Touquet-Paris Plage. We merken dat er geen campers meer op de parking staan. Was dit wat men een geslaagd politieoptreden noemt ?
De zo rustige weg die we vorig jaar namen naar Boulogne brengt ons langs toendertijd slaperige dorpjes : Wissant, Wimereux....en nu overal hetzelfde spektakel : honderden her en der langs de weg geparkeerde auto's en parkeerverbod voor moedeloos rondrijdende campers. (waar...5-7x) We dachten effe te stoppen bij Cap Gris Nez maar besloten wijselijk terug te keren toen we de situatie voor de top zagen : toeterende auto's, manoeuvrerende bijna geblokeerde campers (waar... 8x).
In Le Touquet-Paris Plage zochten we de plaatselijke gigacamperplaatsen. Geen succes aan de jachthaven waar iedere vierkante meter ingenomen was (waar...9x - officieel nochtans 60 plaatsen !). Aan de hippodroom was de paardenkoers net afgelopen en daar was dus wel meer dan voldoende plaats (officieel 100 plaatsen) en eigenlijk sta je hier best wel goed
We aten onze avondboterhammetjes en na een democratische stemming (ik wou liever blijven overnachten en de volgende ochtend vroeg doorrijden) besloten we rond half negen te vertrekken voor de rit van zo'n 260km. Kwestie van de grootste files te vermijden dachten we....
We reden nog maar net de camperplaats af of de villadreven in Le Touquet bleken oververzadigd door het masaal naar huis terugkerende publiek. Voor één keer deed Germien echter puik haar werk en via kleine alternatieve weggetje wonnen we toch zeker een half uur (ze kent die kleine weggetjes echt wel goed.. )
Probleemloos reden we langs Calais, Duinekerken en bij Veurne steken we de grens met België over. Ik moest dringend wat bijtanken. What the...het eerste Belgische tankstation bleek op dit avondlijke uur oververzadigd te zijn...gewoon geen plaats om te parkeren en fiiiiileees om te tanken (waar...9x). Verder tot in Jabeke dan maar.
Ook aan dit station hectische toestanden. Heel België leek wel de dag aan de kust doorgebracht te hebben en nu nodig te moeten bijtanken. Inmiddels was het al half elf en het ergste aan fileleed moest nog komen. Moeten al die mensen morgen niet werken ?
Uiteindelijk was het ruim na middernacht eer we thuis aankwamen. Gelukkig was er net voor onze deur nog een plaatsje vrij om te parkeren...