Sinds 2001 zijn bloggers zowel op als naast hun blog in toenemende mate beginnen reflecteren over 'de weblog'. Zowel bloggers in een academische context, als zij die het bloggen louter als hobby beoefenen, stellen zich de vraag wat het medium precies betekent. Daarnaast wordt onderzocht hoe blogs ingezet kunnen worden in bepaalde disciplines en proberen enkelingen de geschiedenis van het genre 'weblog' te beschrijven. Interessant in dat opzicht is alvast het werk van softwareontwikkelaar Dave Winer, die op zijn website Userland Software omschrijvingen van het genre verzamelt en stilstaat bij het ontstaan van de blog.
Bovendien beginnen bepaalde communities prijzen uit te reiken voor de 'beste' blog van de maand of van het jaar en gaan ze op die manier de criteria bepalen waaraan een goede blog moet voldoen. Onlangs (1 maart 2008) werden in Antwerpen de Bwards - de Vlaamse oscars van de blogosfeer - uitgereikt. Zatte Madammen, een weblog voor en door vrouwen, kreeg de wissel-award voor beste blog. De blogs Tales from the Crib en Asfaltkonijn belandden respectievelijk op de tweede en op de derde plaats. Ook in Nederland worden jaarlijks prijzen uitgereikt voor de beste blogs. Zo wordt op 19 maart 2008 voor de achtste keer de Dutch Bloggies georganiseerd, de jaarlijkse verkiezingen voor de beste Nederlandse blog. Dit jaar gaat het evenement door in het Atrium in Den Haag. Wie er graag bij wil zijn kan zich nog tot 18 maart gratis aanmelden.
Mede dankzij dergelijke prijzen wordt het medium geleidelijk aan vormgegeven en worden de contouren vastgelegd van wat een weblog wel is en wat niet, van wat kan en wat niet, etc. Precies wanneer gebruikers codes en praktijken met elkaar delen, ontstaat er een nieuw genre.
Van een alternatief genre is de blog dus geleidelijk aan het uitgroeien tot een volwaardig en legitiem genre dat een plaatsje weet te veroveren in onze cultuur.
Geletterdheid wordt nog al te vaak eng benaderd als de kunde van het lezen en schrijven, als een technische vaardigheid die men al dan niet beheerst. Nochtans doet een dergelijke invulling van dit begrip tekort aan wat in onze maatschappij van geletterde mensen verwacht wordt. Zo moeten ze, naast de vaardigheden lezen en schrijven, ook beschikken over sociale vaardigheden en over een aantal communicatietechnieken. Bovendien verwacht de huidige kennismaatschappij dat ze zich weten aan te passen aan de specifieke situatie/context waarin ze zich bevinden. We pleiten er dan ook voor om geletterdheid te definiëren in termen van een sociale of culturele praktijk - een 'tool' - die niet losstaat van de specifieke context waarin de taalgebruiker zich bevindt.
Volgens Barton & Hamilton is geletterdheid "something people do; [...] an activity, located in the space between thought and text. Literacy does not reside in people's head as a set of skills to be learned, and it does not just reside on paper, captured as texts to be analysed. Like all human activity, literacy is essentially social, and it is located in the interaction between people". En aangezien die interactie in toenemende mate virtueel en digitaal gebeurt, is ze pas mogelijk wanneer mensen over heel specifieke ICT-vaardigheden beschikken. Geletterd zijn in de huidige digitale kennismaatschappij betekent dus onvermijdelijk ook digitaal geletterd zijn, wat volgens sommigen neerkomt op kennis hebben van ICT in het algemeen en van omgaan met computers en het internet in het bijzonder.
Over wat het concept 'digitale geletterdheid' exact betekent, wordt momenteel duchtig gereflecteerd en gedebatteerd. Voor wie hier interesse in heeft, is de blog Digital Literacy alvast een bezoekje waard: "This is the weblog for the digital literacy class. Along with the postings you make in response to course assignments, please also feel free to discuss subjects of general interest to the class". De blog wordt geschreven voor en door studenten en sluit aan bij een cursus waarin de relatie tussen geletterdheid en digitalisering centraal staat.
Zoals terecht wordt opgemerkt in een reactie op onze bijdrage over de digitale kennismaatschappij, moeten we ons er blijvend van bewust zijn dat deelname aan één of meerdere digitale kenniscommunities toegang tot en kennis van het internet vereist. En dat blijkt lang niet voor iedereen evident.
Een recente studie van FOD economie wees uit dat vandaag nog steeds 33% van de Vlaamse huishoudens niet over een computer beschikt en dat 40% geen internetverbinding heeft.
In het rapport Internet et inégalités tonen Vendramin en Valenduc aan dat er ongelijkheid ontstaat tussen mensen die het internet gebruiken en anderen die dat niet doen. En ze gaan nog verder: "Les inégalités face à Internet ne concernent pas seulement l'accès, mais aussi les usages et les contenus, et par conséquent les compétences requises des utilisateurs". Onlangs (3 maart 2008) werd de vaststelling van Vendramin en Valenduc bevestigd in De Morgen: de gemiddelde Belg kan niet goed overweg met het internet.
In zijn beleidsplan ICT erkent Vlaams minister van Onderwijs en Vorming, Frank Vandenbroucke, dit probleem. Tijdens zijn toespraak op de Vlaamse Onderwijsdagen in Gent vatte hij de kern van zijn beleidsplan als volgt samen: "jongeren gaan niet altijd op een correcte wijze om met ICT. Ze gebruiken het niet altijd kritisch en efficiënt, en niet altijd op een verantwoorde en veilige manier. [...] Weinig jongeren die niet snel informatie over een bepaald onderwerp kunnen vinden op het internet. Maar hoe ze op een gepaste manier kunnen omgaan met deze democratisering van de informatiemarkt, weten ze niet. Want de kwantiteit aan informatie lijkt oeverloos, maar de kwaliteit en de betrouwbaarheid laten sterk te wensen. [...] En er is nog een tweede punt. Het lijkt alsof alle jongeren vlot met ICT overweg kunnen, maar dat is niet zo. De fameuze digitale kloof in onze samenleving tussen zij die wel goed met ICT overweg kunnen en zij die dat niet kunnen, loopt niet alleen tussen jongeren en ouderen". Vandenbroucke wil de komende jaren hoog inzetten op het bijbrengen van ICT-vaardigheden in het onderwijs door ze integraal deel te laten uitmaken van de eindtermen. Hij heeft hierbij eveneens oog voor de professionalisering van leerkrachten.
Ook in het veld worden allerlei nascholingen georganiseerd waarbij aandacht uitgaat naar aspecten die betrekking hebben op ICT in het algemeen en de relatie tussen ICT en onderwijs in het bijzonder. Interessant voor mensen die zich professioneel met het Nederlands bezighouden is Dag van... ICT Nederlands, een initiatief van het Eeckhoutcentrum dat op 23 april 2008 plaatsvindt in Ieper. Dergelijke initiatieven hebben steeds één doel voor ogen: bijdragen tot de dichting van de huidige digitale kloof - in de mate van het mogelijke.
We kunnen er niet omheen: elke dag opnieuw worden we geconfronteerd met toepassingen van informatie- en communicatietechnologie. Van gps tot elektronisch bankieren en van skypen tot het bijhouden van een digitale agenda. De ontwikkeling van dergelijke applicaties neemt een hoge vlucht en tal van evoluties volgen elkaar alsmaar sneller op. Hoewel het lijkt alsof die toepassingen altijd al hebben bestaan, zijn ze het resultaat van een jarenlang proces.
Neem nu bijvoorbeeld het ontstaan van de computer. Daarvoor moeten we teruggaan naar de jaren veertig. Machines, ter grootte van een huis, boden een antwoord op de vraag naar decentralisatie en automatisering. De toepassing en het gebruiksnut ervan waren op dat ogenblik nog lokaal. Dat veranderde in de jaren zestig toen computers aan elkaar gelinkt werden en datatransmissie mogelijk werd: het ontstaan van het internet; Pas in de jaren negentig werd het net ook toegankelijk gemaakt voor het grote publiek. Sindsdien is er veel veranderd.
Momenteel zijn technici en informatici voortdurend in de weer met de ontwikkeling van nieuwe toepassingen en nieuwe media en met de verfijning van eerder applicaties. Hierdoor wordt het mogelijk om kennis en informatie steeds sneller en eenvoudiger op te slaan en digitaal ter beschikking te stellen. En precies die veranderingen vormen de basis van onze digitale kennismaatschappij.
Door het feit dat computers via een netwerk verbonden zijn, kunnen mensen eenvoudig kennis en informatie met elkaar delen. De software om dat te doen, wordt steeds gebruiksvriendelijker en stimuleert de ontwikkeling van sociale informatie- en kennisnetwerken. Door middel van toepassingen als MySpace, Del.icio.us en LinkedIn worden zelfs specifieke 'communities' gevormd waarbinnen gespecialiseerde kennisinhouden circuleren.
Zowel de technologische vernieuwingen als de implementatie ervan bij de ontsluiting van kennis vragen van de informatieverwerker een nieuwe vorm van omgaan met die kennis. Niet alleen moet hij overweg kunnen met de nieuwe technologieën, hij moet ook zijn weg vinden in het grote informatieaanbod.
Deze blog schrijven we in opdracht van de Vlaamse Overheid als een inleiding op het rapport Boek versus Web: de literaire blog.
In onze blog staan we stil bij de kansen en bedreigingen van digitalisering voor kunst en cultuur in het algemeen en voor literatuur in het bijzonder. We belichten een aantal trends die, naar aanleiding van de digitalisering, binnen de literaire communicatie, productie, consumptie en bemiddeling ontstaan. Heel specifiek focussen we op het medium van de weblog. Uiteraard proberen we aan te sluiten op de actualiteit en staan we open voor kritiek, problematiseringen en debat. Daarnaast maakt deze blog deel uit van een educatief experiment aan de lerarenopleiding van de Universiteit Gent. Via deze blog willen we onze studenten (leraren moedertaal in opleiding) op een alternatieve manier lesinhouden aanbieden en willen we hen confronteren met de mogelijkheden van digitale media - en dan vooral: blogs - in het onderwijs.
Wie zijn 'wij'? Steven Vanhooren en Peter Vanbrabant zorgen voor de berichten op de blog. Ze brengen een aantal recente ontwikkelingen in kaart, problematiseren bestaande inzichten, zetten redeneringen verder en staan stil bij noodzakelijke aandachtspunten. Kris Rutten, Ronald Soetaert, André Mottart en Geert Vandermeersche werken mee aan de blog.
We hopen met deze blog een 'plek' te creëren om te praten over digitalisering en cultuur - en uiteraard over blogs en literatuur. Een gesprek tussen lezers en schrijvers, tussen 'hobbyisten' en critici, tussen het boek en het net, etc.
Neen, uw blog moet niet dagelijks worden bijgewerkt. Het is gewoon zoals je het zélf wenst. Indien je geen tijd hebt om dit dagelijks te doen, maar bvb. enkele keren per week, is dit ook goed. Het is op jouw eigen tempo, met andere woorden: vele keren per dag mag dus ook zeker en vast, 1 keer per week ook.
Er hangt geen echte verplichting aan de regelmaat. Enkel is het zo hoe regelmatiger je het blog bijwerkt, hoe meer je bezoekers zullen terugkomen en hoe meer bezoekers je krijgt uiteraard.