Kinesitherapie: Roeselare: XAVIER VANDENBERGHE

Welkom op mijn kiné-blog

Met deze info wil ik U meehelpen vlotter te revalideren

Gebruik steeds de "zoeken in blog"-functie of kies via categorieën 

 


Xavier Vandenberghe

 
 


Foto

Zoeken in blog


Categorieën
  • Gewrichten (4294967295)
  • Pathologieën (aandoeningen) (9)
  • Skelet (0)
  • Spieren (3)

  • U hebt een vraag?

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Kinesitherapie / Voetreflextherapie / Lymfdrainage ad modum Vodder
    04-09-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Musculus sternocleidomastoideus
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De musculus sternocleidomastoideus (borstbeen-sleutelbeen-tepelspier) is een tweekoppige spier in het halsgebied, met aanhechtingen aan de schoudergordel. De spier is van buitenaf zeer goed zichtbaar. Eén kop ontspringt aan het borstbeen, de ander aan het sleutelbeen. De beide koppen hebben hun aanhechting gezamenlijk aan de processus mastoideus en de linea nuchea superior op de schedel (aan de achterzijde van het oor).

    De m. sternocleidomastoideus kan, indien eenzijdig geactiveerd, het hoofd buigen en draaien. Het is een homolaterale lateroflexor. Dat wil zeggen dat de buiging van het hoofd wordt veroorzaakt door de spier die aan de kant ligt waarheen de buiging gericht is. De spier is daarentegen een heterolaterale rotator. Dat wil zeggen dat de rotatie van het hoofd wordt veroorzaakt door de spier die aan de tegenovergestelde zijde ligt van waarheen de rotatie gericht is (eenvoudig gezegd: de rechterspier zorgt voor een buiging naar rechts en een rotatie naar links). De spier kan, indien zowel de linker als de rechter spier gelijktijdig geactiveerd wordt, het hoofd naar voren buigen. Tevens heeft de spier met de kop die aan het sleutelbeen aanhecht, een geringe functionaliteit op de schoudergordel. Hij helpt dan mee met elevatie. In die hoedanigheid wordt de spier ook wel gerekend tot de hulpademhalingsspieren (in-ademhalingsspier).

    Wanneer de li. of re. m. sternocleidomastoideus zich in kramptoestand bevindt, kan er een torticollis (zie pathologieën) of scheefstand van het hoofd ontstaan.

    04-09-2011, 19:27 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Categorie:Spieren
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Musculus trapezius
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De musculus trapezius of monnikskapspier is de ruitvormige spier bovenop de rug. De monnikskapspier loopt van de schedelbasis tot aan het midden van de rug.

    Ze bestaat uit

    • Bovenste vezels (pars descendens)
    • Middelste vezels (pars transversus)
    • Onderste vezels (pars ascendens)

    De naam "monnikskapspier" wijst op de vorm van de spier ten opzichte van de rest van de romp. Het doet denken aan een niet opgezette kap van een monnik.

    De musculus trapezius behoort tot de ademhalingsspieren, meerbepaald tot de IN – ademhalingsspieren.

    Wanneer de m. trapezius komt vast te zitten, dan spreken we over het ‘trapeziussyndroom’ (à zie pathologieën: trapeziussyndroom).

    04-09-2011, 19:25 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Categorie:Spieren
    01-09-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'Bulging disc' in de rug of de nek.

    Oorzaak van een 'Bulging disc'

    Een tussenwervelschijf is opgebouwd uit een vezelige en stevige ring (annulus fibrosus) en een zachte kern (nucleus pulposus) en vangt schokken op in de wervelkolom.

    Slijtage (of degeneratie) van een tussenwervelschijf is een proces dat bij iedereen in de loop van het leven in min of meerdere mate plaatsvindt. Dat kan aanleiding geven tot nek- en rugklachten, hoewel dat lang niet altijd gebeurt.

    Wanneer degeneratie van een tussenwervelschijf optreedt, kan deze gaan uitpuilen (= ‘’bulging discus’’).

    We spreken van een ‘bulging disc’, of discusprotrusie, wanneer de kern (de nucleus) van de tussenwervelschijf een klein beetje gaat uitpuilen (zie figuur onderaan).  Het is te vergelijken met  een ‘bobbel’ op een fietsband waarvan de buitenband nu toch wel erg dun aan het worden is. Door inwendige scheurtjes in de ring van de tussenwervelschijf (de annulus fibrosus: grijs op de figuur) dreigt de kern (nucleus pulposus: rood op de figuur) nu naar buiten te komen. Breekt de buitenband daadwerkelijk helemaal door en komt de binnenband echt naar buiten, dan spreken we meestal van een discusprolaps (of ‘discushernia’). Op de MRI kun je het uitpuilen of ‘bulging disc’ zien. De radioloog en de neuroloog zijn gewend om van een ‘bulging disc’ te zeggen dat dit géén hernia is, maar dat dit beetje uitpuilen nog wel kan. Toch vind ik een ‘bulging disc’ wél een passende diagnose, die aangeeft dat de tussenwervelschijf beschadigd is en op het punt staat om door te breken. Dit laatste hoeft natuurlijk niet te gebeuren, zeker niet wanneer de tussenwervelschijf en het balletje langzaam inzakken en uitdrogen. Vergeleken met een fietsband, kun je dan zeggen dat het niet zo erg is wanneer de binnenband langzaam wat meer leegloopt. Immers een slappe band zal niet gemakkelijk leiden tot een klapband. Bij het ontstaan van een hernia is het al net zo: de eerste klap is een daalder waard.

    Symptomen

           - pijn in de rug die kan uitstralen naar een been of arm

           - tintelingen, speldenprikken of voosheid in diezelfde regio

           - uitval van functies: krachtverlies, verlies van reflexen, zelfs    verlammingsverschijnselen in ernstige gevallen

    Behandeling

    -         Rust !!!!!

    -         kinesitherapie onder de vorm van:

    1)    relaxerende massage

    2)    bindweefselmassage

    3)    extensie – oefeningen in het bijzijn van de kinesitherapeut

    4)    TENS – applicatie (2 electroden)

    5)    Bekkenkantelingsoefeningen

    6)    In een verder stadium: stabilisatie – oefeningen rug – buikspiertonificatie – rugspiertonifiactie

    7)    Preventief: rugschooltechnieken

            

                Om de pijn te verzachten, kan je bepaalde vormen van pijnmedicatie gebruiken. Paracetamol en/of ontstekingsremmers kunnen aangewezen zijn. Ook infiltraties zijn eventueel een oplossing bij aanhoudende pijn. Verder kan ook rhizotomie een oplossing vormen wanneer de pijn blijft duren.





    01-09-2011, 17:53 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Categorie:Pathologieën (aandoeningen)
    27-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bursitis trochanterica
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De anatomie van de heupregio

    De kop van het bovenbeen vormt samen met de heupkom het heupgewricht. De trochanter

    major is een uitstekend botdeel t.h.v. de buitenzijde van het bovenbeen (op figuur aan de rechterzijde). Een deel van de bil- en bovenbeenspieren zit vast aan een peesplaat aan de buitenzijde van het bovenbeen (trochanter major). Tussen de trochanter major en de peesplaat zit een soort

    stootkussentje gevuld met slijm, de zogenaamde bursa.

    Bij een kortdurende (maar hevige) druk op de bursa, of bij een chronische (en minder hevige) druk erop, kan de slijmbeurs gaan ontsteken à de zogenaamde bursitis.

    è Een bursitis t.h.v. de heup wordt een ‘bursitis trochanterica’ genoemd.

    Bursitis trochanterica

    Wat is de oorzaak van bursitis trochanterica?

    Er kunnen verschillende oorzaken zijn:

    - door chronische beknelling

    - stoten, vallen (kortdurende hevige druk) op de heup

    - langdurig op de zij liggen op harde ondergrond (bijv. bij kamperen)

    - overgewicht

    - verschil in beenlengte

    - hyperlaxiteitssyndroom

    Wat zijn de klachten?

    Pijn in de heup, soms met uitstraling naar de bil, bovenbeen en knie bij:

    • fietsen
    • (trap)lopen
    • bukken of opstaan uit een stoel
    • op de aangedane zij liggen is onmogelijk

    (ook: een 'knappend' geluid bij het buigen van het been.)

    Behandeling:

    - kinesitherapie: hierbij wordt een ontstekingwerende gel in de huid gebracht via ultrasonoforese. Ook electrotherapie (middenfrequente stroomvorm) wordt toegepast om de doorbloeding lokaal te verhogen en een sneller genezingsproces te bekomen. Nadien mobiliseert de therapeut de heup om rigiditeit of het vast komen te zitten tegen te gaan.

    - Rust

    - Ontstekingswerende medicatie (op voorschrift van dokter)

    27-03-2011, 14:11 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Categorie:Pathologieën (aandoeningen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Whiplash
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Veel slachtoffers van een verkeersongeval lijden aan het whiplash – syndroom. Het whiplash – syndroom (letterlijk zweepslag – syndroom), is een versnellings – vertragingstrauma, wanneer de nek plots overstrekt wordt naar achteren en vervolgens overdreven naar voren buigt. Dit gebeurt o.a. bij auto – ongevallen, waarbij het slachtoffer de andere auto niet ziet aankomen.

    De aanrijding langs achter veroorzaakt een plotse, krachtige voorwaartse versnelling. De auto schiet naar voren en de gordel zorgt ervoor dat de rug één blijft met de zetel. Enkel het hoofd kan dus bewegen en het whiplash – syndroom wordt veroorzaakt.

    Letsels

    Meestal worden de gewrichtsbanden rondom de wervels beschadigd (verrekking of scheur), alsook de trapeziusspier of de monnikskapspier.

    Het zijn vooral de gewrichtsbanden die de verschillende nekwervels in de lengte bij elkaar houden die beschadigd kunnen worden. à in dit geval is er sprake van een ernstig whiplash – syndroom: door de beschadigde gewrichtsbanden t.h.v. de nekwervels kunnen de wervels beginnen te verschuiven, met alle gevolgen van dien (zeuwletsels,..). Gelukkig komt dit slechts in een uiterst klein aantal gevallen voor.

    Wat (bijna) altijd voorkomt na een whiplash is beschadiging aan de trapeziusspier.

    De 'Trapezium' is een skeletspier in het bovenlichaam, ter hoogte van de

    schouderbladen. De spier vertrekt aan het achterhoofd en loopt naar de beide schoudertoppen en daarna terug naar de wervels t.h.v. de rug. Een Nederlandse benaming is de ‘Monnikskapspier’, genoemd naar haar vorm.

    De spier zorgt voor de beweging van bovenrug, schouders en nek.

    De ‘whiplash’ brengt een verandering in de spierspanning teweeg,

    waardoor het lichaam te hard op deze spier inwerkt en de spier zich als

    het ware verrekt en overspannen geraakt. Het zachte (spier)weefsel gaat hierdoor soms zwellen.

    Hierdoor ontstaat een chronisch terugkerende pijn en ongemak, in

    tegenstelling tot eenmalige pijn. De mate en intensiteit is subjectief

    aan diens oorzaak en de capaciteit van elk individueel lichaam (à iedereen ervaart deze pijn anders, de ene heeft meer pijn dan de andere).

    Wat kunnen de gevolgen zijn?

    De volgende klachten treden meestal op bij patiënten met het whiplash - syndroom. Om die redenen wordt dan ook meestal de dokter geraadpleegd, die dan de diagnose stelt:

    - Nekstijfheid en bewegingsbeperking (moeilijk naar links en/of rechts kunnen kijken) en vermoeidheid

    - Nekpijn (uitstralend naar de schouder(s) en arm(en) toe). De pijn begint soms enkele dagen na het trauma.

    - Hoofdpijn (vooral naar het achterhoofd toe, omdat de spier daar aanhecht (zie fig.))

    - Rugpijn

    - oorzuizingen

    - duizeligheid

    -Spierspasme (kramp)

    -Hypergevoeligheid aan 'triggers' (à dit zijn zeer gevoelige en pijnlijke plaatsen op het verloop van de spier).

    Prognose:

    95% evolueert zeer gunstig met volledig herstel. Na enkele weken kunnen de meeste slachtoffers hun beroepsbezigheden hernemen. Binnen 3 maanden is meer dan 70% volledig klachtenvrij.

    (enkel de slachtoffers met wervelschade – schade aan tussenwervelschijven – hernia hebben een iets minder gunstige prognose en kunnen meer dan 3 maand last hebben van de whiplash).

    è Bij U = gunstige prognose

    Welke maatregelen kan U treffen?

    Men kan pas maatregelen treffen, als er diagnose gesteld is. De reden

    hiervoor is simpel: gezien elke aandoening een andere oorzaak heeft,

    moet men de oorzaak kunnen behandelen.

    -Kinestherapie (warmtepacking – iontoforese – ultrasonoforese – massage)

    -Massage

    -Spierontspanners (op voorschrift van de dokter!!)

    - leg ook zelf warmte op uw nek (kersenpitkussen)

    27-03-2011, 14:00 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Categorie:Pathologieën (aandoeningen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Piriformis
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Een klein, maar o zo belangrijk spiertje ter hoogte van het zitvlak. Eén van de vele spieren, ware het niet dat de grootste zenuw (nervus ischiadicus), verantwoordelijk voor de motoriek van het onderste lidmaat er net vóór passeert.

    Wanneer deze spier hyper tonis (m.a.w: overbelast en in kramptoestand ) is, geeft ze een bepaalde druk op de grote beenzenuw. Met als gevolg een tintelend gevoel over het ganse been, het onderbeen, de voet:  een "slapend" gevoel.
    Heel vaak komt dit voor bij mensen met een zittend beroep. Vb. een truckchauffeur, die uiteraard continue zit met de portefeuille in de achterzak. Het gebeurt wel eens dat na enkele uren rijden het rechterbeen volledig "slaapt".

    Dit is perfect te verhelpen mits goeie manuele therapie, diepe dwarse fricties en tractie van het heupgewricht.

    Uit ervaring weet ik dat, met een correcte behandeling (zie hierboven) de kans op hervallen minimaal.
     

    27-03-2011, 13:48 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Categorie:Spieren
    09-06-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Trapeziussyndroom door whiplash
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Whiplash-syndroom

    Veel slachtoffers van een verkeersongeval lijden aan het whiplash – syndroom. Het whiplash – syndroom (letterlijk zweepslag – syndroom), is een versnellings – vertragingstrauma, wanneer de nek plots overstrekt wordt naar achteren en vervolgens overdreven naar voren buigt. à dit gebeurt o.a. bij auto – ongevallen, waarbij het slachtoffer de andere auto niet ziet aankomen.

    De aanrijding langs achter veroorzaakt een plotse, krachtige voorwaartse versnelling. De auto schiet naar voren en de gordel zorgt ervoor dat de rug één blijft met de zetel. Enkel het hoofd kan dus bewegen en het whiplash – syndroom wordt veroorzaakt.


    Letsels

    Meestal worden de gewrichtsbanden rondom de wervels beschadigd (verrekking of scheur), alsook de trapeziusspier of de monnikskapspier.

    Het zijn vooral de gewrichtsbanden die de verschillende nekwervels in de lengte bij elkaar houden die beschadigd kunnen worden. à in dit geval is er sprake van een ernstig whiplash – syndroom: door de beschadigde gewrichtsbanden t.h.v. de nekwervels kunnen de wervels beginnen te verschuiven, met alle gevolgen van dien (zeuwletsels,..). Gelukkig komt dit slechts in een uiterst klein aantal gevallen voor.

    Wat (bijna) altijd voorkomt na een whiplash is beschadiging aan de trapeziusspier.

    De 'Trapezium' is een skeletspier in het bovenlichaam, ter hoogte van de schouderbladen. De spier vertrekt aan het achterhoofd en loopt naar de beide schoudertoppen en daarna terug naar de wervels t.h.v. de rug. Een Nederlandse benaming is de ‘Monnikskapspier’, genoemd naar haar vorm.

    De spier zorgt voor de beweging van bovenrug, schouders en nek.

    De ‘whiplash’ brengt een verandering in de spierspanning teweeg, waardoor het lichaam te hard op deze spier inwerkt en de spier zich als het ware verrekt en overspannen geraakt. Het zachte (spier)weefsel gaat hierdoor soms zwellen.

    Hierdoor ontstaat een chronisch terugkerende pijn en ongemak, in tegenstelling tot eenmalige pijn. De mate en intensiteit is subjectief aan diens oorzaak en de capaciteit van elk individueel lichaam ( iedereen ervaart deze pijn anders, de ene heeft meer pijn dan de andere).

    Wat kunnen de gevolgen zijn?

    De volgende klachten treden meestal op bij patiënten met het whiplash - syndroom. Om die redenen wordt dan ook meestal de dokter geraadpleegd, die dan de diagnose stelt:

    - Nekstijfheid en bewegingsbeperking (moeilijk naar links en/of rechts kunnen kijken) en vermoeidheid

    - Nekpijn (uitstralend naar de schouder(s) en arm(en) toe). De pijn begint soms enkele dagen na het trauma.

    - Hoofdpijn (vooral naar het achterhoofd toe, omdat de spier daar aanhecht)

    - Rugpijn

    - oorzuizingen

    - duizeligheid

    -Spierspasme (kramp)

    -Hypergevoeligheid aan 'triggers' (Dit zijn zeer gevoelige en pijnlijke plaatsen op het verloop van de spier).

    Prognose:

    95% evolueert zeer gunstig met volledig herstel. Na enkele weken kunnen de meeste slachtoffers hun beroepsbezigheden hernemen. Binnen 3 maanden is meer dan 70% volledig klachtenvrij.

    (enkel de slachtoffers met wervelschade – schade aan tussenwervelschijven – hernia hebben een iets minder gunstige prognose en kunnen meer dan 3 maand last hebben van de whiplash).

    Welke maatregelen kan U treffen?

    Men kan pas maatregelen treffen, als er diagnose gesteld is. De reden

    hiervoor is simpel: gezien elke aandoening een andere oorzaak heeft,

    moet men de oorzaak kunnen behandelen.

    - Kinestherapie (warmtepacking – iontoforese – ultrasonoforese – massage)

    - Massage

    - Spierontspanners (op voorschrift van de dokter!!)

    - Leg ook zelf warmte op uw nek (kersenpitkussen)






    09-06-2010, 22:12 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Categorie:Pathologieën (aandoeningen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Voorste kruisbandletsel
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Anatomie

    De kruisbanden zijn aan de buitenkant van de knie niet zicht- of voelbaar. Ze bevinden zich dus binnenin de knie en hebben een kruislings verloop (vandaar de benaming). De voorste kruisband gaat voor de achterste kruisband (zie figuur). Beide vormen ze een verbinding tussen het bovenbeen en het onderbeen. à door die dubbele verbinding tussen boven- en onderbeen wordt de stabiliteit van de knie verzekerd. De functie van de kruisbanden is dus stabiliteit geven aan het kniegewricht (verbinding verstevigen tussen boven- en onderbeen en voorkomen van draaibewegingen).

    Symptomen van een kruisband – letsel

    wanneer na een opgelopen (sport)trauma de volgende symptomen optreden, is er een veel kans op een kruisbandletsel:

    - De knie kan niet meer volledig gestrekt worden (zit dus op ‘slot’)

    - het is nog nauwelijks mogelijk om op het been te steunen of te lopen

    - je zakt tijdens het staan of gaan door de knie (stabiliteit is verminderd of weg)

    - 80% van de slachtoffers hoort een ‘knap’

    - Door het scheuren van de voorste kruisband, ontstaat er meestal een bloeding in de knie, zodat er na een uur of enkele uren een serieuze zwelling kan ontstaan.

    - De therapeut zal een positieve ‘Lachman’ en ‘schuifladetest uitvoeren.

    - Positief beeld op MRI-scan of NMR-scan

    09-06-2010, 22:02 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Categorie:Pathologieën (aandoeningen)
    08-06-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Torticollis - Trapeziussyndroom
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Torticollis - Trapeziussyndroom

    Wat is ‘torticollis’?

    Torticollis spasmodica gaat gepaard met een ongewilde contractuur (spier die vastzit) van een

    of meerdere spieren van de nek en hals waardoor er een abnormale stand

    en/of abnormale bewegingen van het hoofd ontstaan (scheefstand hoofd, niet goed kunnen draaien met het hoofd naar links of rechts).

    De aandoening kan op elke leeftijd optreden en zowel bij mannen als bij

    vrouwen.

    De belangrijkste spier die de problemen veroorzaakt is de

    *sternocleidomastoïd*, de spier die instaat voor de rotaties van het hoofd en de

    bewegingen van de nek. Het samentrekken van de spier is de oorzaak van

    de afwijkende positie van het hoofd (altijd aan één enkele kant) die de

    bewegingen behoorlijk bemoeilijken. Ook de *monnikskapspier of de trapezius*kan voor

    nekproblemen zorgen en voor hinder bij arm- en schouderbewegingen.

    In elk geval veroorzaakt torticollis pijn en bemoeilijkt de aandoening

    de lichaamsbeweging.

    Wat is ‘trapeziussyndroom’?

    De 'Trapezium' is een skeletspier in het bovenlichaam, ter hoogte van de

    schouderbladen. De spier vertrekt aan het achterhoofd en loopt naar de beide schoudertoppen en daarna terug naar de wervels t.h.v. de rug. Een Nederlandse benaming is de ‘Monnikskapspier’, genoemd naar haar vorm.

    De spier zorgt voor de beweging van bovenrug, schouders en nek.

    Een aantal oorzaken brengt een verandering in de spierspanning teweeg,

    waardoor het lichaam te hard op deze spier inwerkt en de spier zich als

    het ware verrekt en overspannen geraakt. Het zachte (spier)weefsel gaat hierdoor soms zwellen.

    Hierdoor ontstaat een chronisch terugkerende pijn en ongemak, in

    tegenstelling tot eenmalige pijn. De mate en intensiteit is subjectief

    aan diens oorzaak en de capaciteit van elk individueel lichaam (à iedereen ervaart deze pijn anders, de ene heeft meer pijn dan de andere).

    Wat zijn mogelijke oorzaken van Trapeziussyndroom - torticollis?

    Nekstijfheid kan het resultaat zijn van een groot aantal factoren,

    inclusief het aannemen van een statische positie (te weinig beweging). De oorzaken kunnen onderverdeeld worden in autonome en niet-autonome oorzaken van de aandoening. Belangrijk is, niet zelf uit te gaan van diagnoses. Laat uw dokter constateren wat er precies fout gaat. Naast al deze factoren mogen we ook niet vergeten dat het ene lichaam nu eenmaal een betere

    spierwerking heeft als het ander en het belasten van de trapeziusspier

    soms onbewust gebeurt.

    -Plots trauma aan het weefsel van de skeletspier (spieren, ligamenten, ..), bijv bij een auto-ongeluk.

    -Een kwetsuur aan de wervelkolomschijven

    -Herhaalde bewegingen (overdreven belasting: de spier verrekt zich), bijv. bij breien, etc..

    -Gebrek aan activiteit (bijv bij bedlegerigheid, verlammingen, ziekte, armbreuk,..)

    -Tocht, Airco, plotse blootstelling aan koude

    - stress

    - Een lichaamspositie waarbij het hoofd langdurig naar achteren gebogen wordt (bij het wassen of schilderen van een plafond bijv.)

    - Een slechte *slaaphouding*

    Wat zijn de gevolgen van het trapeziussyndroom en van torticollis?

    De volgende klachten treden meestal op bij patiënten met deze syndromen. Om die redenen wordt dan ook meestal de dokter geraadpleegd, die dan de diagnose stelt:

    - Nekstijfheid (moeilijk naar links en/of rechts kunnen kijken) en vermoeidheid

    - Nekpijn (uitstralend naar de schouder(s) toe).

    - Hoofdpijn (vooral naar het achterhoofd toe, omdat de spier daar aanhecht (zie fig.))

    - Rugpijn

    -Spierspasme (kramp)

    -Hypergevoeligheid aan 'triggers' (à dit zijn zeer gevoelige en pijnlijke plaatsen op het verloop van de spier).

    - vertigo of draaierigheid (evenwichtsstorrnissen, voornamelijk bij het neerliggen)

    Welke maatregelen kan je treffen?

    Men kan pas maatregelen treffen, als er diagnose gesteld is. De reden

    hiervoor is simpel; gezien elke aandoening een andere oorzaak heeft,

    moet men de oorzaak kunnen behandelen. Natuurlijk kan men preventief ook

    maatregelen treffen om uw lichaam in een gezonde conditie te behouden.

    + Preventieve maatregelen

    -Zorg voor een correcte sta-houding (schouders niet laten zakken, hoofd rechtop)

    -Werk in de juiste ergonomische zithouding (vooral bureelwerk aan pc)

    -Zorg voor een duidelijk slaappatroon op een aangepaste matras. Verander

    die matras ook regelmatig (draaien)

    -Let op je voeding

    -Doe regelmatig aan sport

    -Vermijd stress

    - Vermijd koude tocht op de nekspieren

    + Maatregelen na de diagnose van trapeziussyndroom / torticollis

    Alle preventieve maatregelen gelden ook hier terug. Wie last heeft van

    de rug-en/of nek heeft iets verkeerd gedaan of doet het nog steeds. Pas

    ook bovenstaande maatregelen dus hier toe.

    -Kinestherapie (warmtepacking – iontoforese – ultrasonoforese – massage)

    -Massage

    -Spierontspanners (op voorschrift van de dokter!!)

    08-06-2010, 00:00 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Categorie:Pathologieën (aandoeningen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Patellapeestendinitis
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Patellapeestendinitis = onsteking van de kniepees.

    Oorzaak van het letsel

    Patellapeestendinitis is frequent een sportletsel o.a. bij springsporten (volleybal, basket, trampoline, voetbal, ..). Vandaar ‘Jumpers knee’.

    De dijspier (quadriceps), knieschijf (patella) en de patellapees vormen het strekapparaat van de knie (zie figuur). De patellapees loopt over de knieschijf naar het onderbeen richting zijn aanhechting, de ‘tuberositas tibiae’ (een beenderige knobbel juist onder de knie).

    Het is 1 van de dikste en sterkste pezen van het lichaam.

    Een pees is een levende structuur, maar heeft een beperkte bloedvoorziening en een beperkte aanwezigheid van levende cellen waardoor de mogelijkheid tot genezing (helingscapaciteit) beperkter is dan bijv. de huid (die wel goed doorbloed is).

    Door het normaal dagelijks gebruik, maar nog meer door te intensieve training van bovengenoemde sporttakken, kunnen ‘microscheurtjes’ in de pees ontstaan. Normaal genezen die vlot. Wanneer de overtraining echter aanhoudt, kunnen deze scheurtjes niet rap genoeg genezen en kan de natuurlijke heling niet volgen. Het lichaam reageert dan met een ontstekingsreactie (die in feite een fel overdreven helingsreactie is). Deze ontsteking kan fel en hevig zijn ( = acuut) of langzaam en zeurend (= chronisch).

    Symptomen

    Symptomen zijn vooral pijn die gelocaliseerd is onder de knieschijf en op de aanhechting van de pees (de beenderige knobbel). Soms is er zwelling zichtbaar van de pees. Onderscheid dient gemaakt te worden met een ontsteking van de slijmbeurs (bursitis infrapatellair), die tussen de pees en de huid ligt, en veelvuldig voorkomt bij veel zitten op de knieën (‘ vloerdersknie’).

    We onderscheiden 3 graden van sportgerelateerde tendinitis:

    1) Pijn bij opwarming, die verdwijnt tijdens de verdere inspanning.

    2) Pijn bij opwarming, die verdwijnt maar terugkomt bij een zekere inspanningsduur of na de inspanning.

    3) Continue pijn, voor, tijdens en na de inspanning.

    Diagnose en onderzoeken

    Deze wordt gesteld door het klinisch verhaal en onderzoek. Echografie en NMR-scan bevestigen altijd de diagnose.

    Radiografie (RX) kan steeds een verkalking t.h.v. de aanhechting (de beenderige knobbel op het onderbeen) uitsluiten.

    Behandeling

    Niet operatief:

    - Rust

    - Ijs

    - Ontstekingsremmende medicatie

    - Kinesitherapie: stretchingsoefeningen – anti-inflammatoire behandeling.

    - Kniebandage (specifiek ‘Jumpersknee’)

    Operatief:

    Als de niet-operatieve fase faalt, kan een operatie soelaas brengen.

    Hierbij wordt de verziekte zonde in de pees verwijderd. Revalidatie duurt dan wel 6 weken tot 12 weken.

    Mogelijke complicaties zoals infectie, wondprobleem, zenuwletsels,… komen heel zelden voor bij dergelijke operatieve ingrepen (< 1%).

    08-06-2010, 00:00 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Categorie:Pathologieën (aandoeningen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Meniscusletsel
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    1. DE MENISCUS:

    De meniscus is een zeer belangrijke schokbreker in de knie en is gemaakt van een speciaal soort kraakbeen, fibrocartilago genoemd.
    Er bevindt zich een meniscus aan de binnenzijde (Nr. 1 op de foto) en één aan de buitenzijde (Nr.2 op de foto) van de knie.
    Het beschermt het kraakbeen in de knie, zodat het niet te snel afslijt en een vroegtijdige arthrose zou doen ontstaan.
    Een groot percentage van ons gewicht en de bijhorende krachten die ontstaan bij stappen,lopen en springen wordt door de menisci opgevangen.
    Bijkomend zorgt de meniscus mee voor de stabiliteit van de knie :door zijn vorm zorgt hij voor een betere aanpassing van de vorm van het bovenbeen dat afgerond is,met de vorm van het onderbeen dat vlak is.
    Verder heeft de meniscus een rol in de voeding van het kraakbeen dat de gewrichtsoppervlakken bedekt.

    2. MOGELIJKE OORZAKEN VOOR HET SCHEUREN VAN DE MENISCUS:
    Heel wat mogelijke oorzaken zijn verantwoordelijk voor het eventuele scheuren van een meniscus.
    Bij jonge mensen is de meniscus stevig en ‘rubberachtig’, zodat de meest frequente oorzaak een draai of rotatiebeweging is waarbij de meniscus gekneld geraakt tussen boven en onderbeen. Dit soort beweging kan soms ook bijkomend een letsel van een gewrichtsband veroorzaken. Klassiek is de "krak" die gehoord wordt bij het scheuren van de meniscus.
    Soms kan het letsel ook ontstaan bij het rechtkomen uit hurkzit, het is dus niet noodzakelijk dat er een grote kracht op de knie wordt uitgeoefend om een scheur te veroorzaken (zeker bij oudere mensen waar de meniscus broos en fragiel wordt).
    Naarmate er slijtage optreedt in het gewricht worden de kraakbeenoppervlaktes ruwer, de meniscus die er dan tussen zit gaat ook langzaam een rafelig aspect vertonen, de zogenaamde slijtage scheur van de meniscus.

    3. DE SYMPTOMEN VAN EEN MENISCUSSCHEUR:
    De volgende symptomen komen het meest voor bij een meniscusscheur, ze kunnen echter bij iedere patiënt individueel verschillend zijn.
    -  Pijn, vnl. bij volledig buigen en volledig strekken van de knie. Deze is initieel sterk aanwezig maar kan dan geleidelijk weer afnemen in intensiteit.
    -  Zwelling,deze treedt snel op en kan het gevolg zijn van een bloeding in de knie (een scheur impliceert altijd de aanwezigheid van een bloeding).
    -  De knie voelt "zwak" aan en geeft de indruk om door te zakken.
    -  Er is een voel of hoorbare klik in de knie.
    -  Er verspringt iets in de knie.
    -  In zeer uitgesproken gevallen is er een echte blockage van de knie, de knie kan niet meer gebogen of gestrekt worden.
    De symptomen van een meniscusscheur kunnen evenwel ook lijken op de symptomen van andere aandoeningen in de knie.
    4. HOE WORDT DE DIAGNOSE GESTELD VAN EEN MENISCUSSCHEUR?
    Naast een grondig gesprek met de patiënt en een grondig klinisch onderzoek moeten soms technische investigaties worden uitgevoerd om definitieve diagnose te kunnen stellen.
    • RX opnames, voornamelijk voor het uitsluiten van slijtage, fracturen of andere letsels van de knie.
    • NMR: dit is een diagnostische procedure die gebruik maakt van een combinatie van radiofrekwente golven en computer om gedetailleerde beelden te krijgen van                 het kniegewricht (fig).
    • CT scan maakt door een combinatie van RX stralen en computer doorsnede beelden van de knie.
    • Botscan: zeer kleine hoeveelheden radioactief materiaal worden via een ader ingebracht en gaan zich vastzetten op die plaatsen in het lichaam waar er een                                    verhoogde celactiviteit is.

    08-06-2010, 00:00 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Categorie:Pathologieën (aandoeningen)
    01-06-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Roeselare: Kinesitherapie: XAVIER VANDENBERGHE
    Roeselare Kinesitherapeut:

    Xavier Vandenberghe
    Beversesteenweg 447
    8800 Roeselare
    Tel. 051/203874
    GSM: 0476288761

    Mail gerust indien u vragen hebt: xavier.vandenberghe1@telenet.be

    Behandeling dagelijks mogelijk na afspraak

    01-06-2010, 00:00 geschreven door Xavier Vandenberghe


    Xavier Vandenberghe
    Beversesteenweg 447
    8800 Roeselare
    Tel. 051/203874
    GSM: 0476/288761

    Kinesitherapie
    Lymfedrainage ad Modum Vodder
    Voetreflextherapie

    Behandeling mogelijk na afspraak 

     

    Dank voor uw vertrouwen





    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs