Onzekerheid evolueerde uit schaamte
Een mug werd een olifant
en openheid verdween
de olifant stond in de kamer
maar we probeerden hem niet te zien
met onze gekende strategieën hebben we hem lang ontweken
de kamer werd een porseleinkast
lompigheid maakte me meester
de porseleinkast viel
op blote voeten liepen we over de scherven
ik weet niet wie er het meeste bloedde
maar er vormde zich een rivier van gevoelens
op drijfhoutjes dobberden we verder, grijpend naar grassprietjes langs de kant
Jij zwaait, maar ik wil het niet zien
Ik roep, maar jij verstaat me niet
Er blaast een sterke wind door mijn haren
Ik weet niet of wij elkaar nog op dezelfde manier zullen vinden.
|