o Kruise den Vlaming, door moeders hand
Op 't voorhoofd gedrukt en in 't harte geplant !
o Kruis voor de nachtrust, o Kruis voor het werk,
o Kruis aan de haardstee, o Kruis op de Kerk!
Geen hand zal U schenden, geen storremgeweld,
Dat 't Kruisbeeld in Vlaand'ren ooit nedervelt ! (bis)
Eens velde de vijand het kruisbeeld ter neer.
Toen grepen ons jongens naar vaders geweer,
En moeder verborg hun haar vliemende smart;
En spelde hun bevend het kruis op het hart.
"0 gaat nu, m'n kind'ren, en strijdt voor Gods kruis !
Het voer' u ten zege, en breng' u weer thuis !" (bis)
Niet één heeft het hoofd voor den kogel gebukt,
Ze vielen, het kruis op hun lippen gedrukt;
Het kruis op hun borst was wel rood van hun bloed,
Maar sterven voor 't Kruis, dat is Vlamingen moed !
"En ween niet, 0 moeder, in 't eenzame huis,
Uw kind is gestorven in d'armen van 't kruis!" (bis)
o kruise, dat rijst aan den kant van het woud,
o kruise van hardsteen , met letters van goud,
Gij zijt met den Vlaming ten grave gedaald,
Ge rijst u it zijn graf nu en zegepraalt!
o Kruis in het bloed onzer helden geplant,
Bewaar steeds en zegen ons Vlaanderland ! (bis)
|