Inhoud blog
  • Interview
  • Het leven van Ian Curtis
  • Film: 'Le temps qui reste'
  • 'Kristien Hemmerechts over 'levensafronding''
  • Twee gedichten
    Foto
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Filosofie - De Dood
    Hoe moeten we over de dood denken?
    'Heb geen angst voor de dood, want zolang wij er zijn is de dood er niet en als de dood er is zijn wij er niet meer.' Marcus Tullius Cicero (106 - 43 v.C.)
    26-04-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Twee gedichten

    Doodgaan is zowel voor diegene die sterft als voor diegenen die achterblijven een moeilijk moment en gaat gepaard met intens verdriet.

    Een manier om dit verdriet draaglijk te maken is het inzicht dat diegene die sterft niet weggaat maar aanwezig blijft bij zij die achterblijven. Deze gedachte kan zowel voor hij die sterft als voor zij die achterblijven een grote troost zijn. Zowel in het gedicht ‘Sta bij mijn graf’ van Mary Elizabeth Frye als in het gedicht ‘Weggaan’ van Rutger Kopland wordt deze troostende gedachte omschreven.

     

    Sta bij mijn graf

     

    Sta bij mijn graf zonder verdriet;

    Ik ben niet daar. Ik slaap er niet.

    Ik ben de wind in al zijn kracht,

    De najaarsregen, zoet en zacht,

    De glans op sneeuw onder de maan,

    Het zonlicht op het rijpend graan.

    Ik ben het snelle speels gerucht

    van vogels in hun cirkelvlucht

    Wanneer je ‘s ochtends vroeg ontwaakt.

    Het licht van sterren dat je raakt.

    Sta bij mijn graf en hou je groot.

    Ik ben niet daar. Ik ben niet dood.

     

    Mary Elizabeth Frye                      

    Uit: www.arthurtoran.punt.nl      

     

     

    Weggaan

     

    Weggaan is iets anders

    dan het huis uitsluipen

    zacht de deur dichttrekken

    achter je bestaan en niet

    terugkeren. Je blijft

    iemand op wie wordt gewacht.

     

    Weggaan kun je beschrijven als

    een soort van blijven. Niemand

    wacht want je bent er nog.

    Niemand neemt afscheid

    want je gaat niet weg.

     

    Rutger Kopland

    Uit: Het mooiste gedicht: De favoriete

    gedichten van Nederland en Vlaanderen

    26-04-2010 om 00:00 geschreven door Nina  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (10 Stemmen)
    31-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingstekst

    Inleiding


    De dood is voor ons, westerlingen van de eenentwintigste eeuw, een taboe waar we zo weinig mogelijk willen aan denken en zo weinig mogelijk willen mee geconfronteerd worden. Wat er precies gebeurt bij en na de dood weet niemand. We weten wel allemaal dat de dood onvermijdelijk en onomkeerbaar is en dat hij niemand ontziet. En bovenal vinden wij de dood iets negatiefs.

    Wanneer wij echter spreken over een ‘filosofische’ benadering van de dood dan roept dit beelden op van berusting, aanvaarding en sereniteit. Deze filosofische benadering hebben we in de eerste plaats te danken aan Plato, de vader van de filosofie. In Phaedo beschrijft hij hoe Socrates, die ter dood veroordeeld is, in tegenstelling tot zijn familie en vrienden, heel sereen blijft in zijn laatste uren. Voor Socrates is de mens onderverdeeld in een sterfelijk lichaam en een onsterfelijke ziel. Bij de dood worden beiden gescheiden en op voorwaarde dat men voldoende de filosofie heeft beoefend zal de ziel, verlost van het lichaam, de hemel kunnen bereiken.

    Ook voor christelijke denkers als Sint Augustinus (354-430) kan men maar het ware geluk vinden na de dood.

    De Epicuristen, zoals Lucretius (99-55 v.C.) aanvaarden de dood als een onvermijdelijke gebeurtenis die niet meer te vrezen is als de periode van voor het leven.

    Volgens de hedendaagse filosoof Thomas Nagel stappen Plato, Sint Augustinus en Lucretius nogal gemakkelijk over de dood heen omdat ze er geen rekening mee houden dat de dood ook het verlies betekent van alles wat het leven te bieden had.

    Een meer evenwichtige kijk op de dood vinden we bij Montaigne (1533-92) die stelt dat de dood wel te vrezen valt, maar dat we onze vrees kunnen in de hand houden door na te denken over de dood en er ons mentaal op voor te bereiden. Deze filosofische, want intellectueel eerlijke, benadering van de dood leert ons dat ook dit werkstuk – een filosofische kijk op de dood- zeker nuttig kan zijn om met de dood te leren omgaan.

     


    Richtlijnen om gelukkig te sterven

     

    Alhoewel er in de geschiedenis talrijke uitzonderingen te vinden zijn –denken we maar aan de opvattingen van Socrates, Sint-Augustinus en Lucretius- is het duidelijk dat in onze westerse hedendaagse wereld de dood door het overgrote deel van de bevolking als iets negatiefs wordt beschouwd. De vraag die wij ons hier zullen stellen is waarom wij de dood zozeer vrezen en waarom hij meestal samengaat met verdriet, wanhoop en andere negatieve gevoelens. Daarna kunnen wij ook nadenken over manieren om de dood meer positief te kunnen benaderen want een betere dood zal ook een beter leven betekenen.

    Een eerste reden waarom wij de dood vrezen bestaat erin dat de dood in de meeste gevallen onomstotelijk gepaard gaat met fysiek lijden. Bovendien wordt dood gaan veelal geassocieerd met ouder worden en ook dit gaat veelal samen met meer fysieke klachten. Wanneer men de dood wil verlossen van zijn negatief imago zal men dus in de eerste plaats een oplossing moeten vinden voor het lijden. Een eerste methode om het lijden te verzachten vinden we terug in verschillende godsdiensten, ondermeer in het christendom. God schakelt het lijden niet uit –hij laat zelfs zijn eigen zoon in sterke mate lijden- maar geeft een zin, een betekenis aan het lijden om op die manier het lijden zinvol en dus draaglijk te maken. In het christendom is het lijden een boetedoening voor begane zonden en in die zin een toegangskaart tot een gelukzalig eeuwig leven na de dood. In onze geseculariseerde wereld waar men bovendien niet uit is op een mooie verre toekomst, maar wel op onmiddellijk genot, kan men maar moeilijk leven met dergelijke zingeving van het lijden. Wij zijn dan ook op zoek gegaan naar andere manieren om het lijden dragelijk te maken. Het gebruik van pijnstillers is momenteel algemeen aanvaard om het lijden zoveel mogelijk te beperken. Een volgende, maar wel veel meer bekritiseerde stap is dan euthanasie. Het vrijwillig en doelbewust beëindigen van het leven kan ingegeven zijn door de wens om een einde te maken aan de pijn, die ook met pijnstillers niet meer onder controle kan worden gehouden, maar ook door het inzicht dat het leven dat men nu leidt niet meer de moeite waard is en men dus beter dood kan zijn. Vooral bij deze laatste situatie kan men heel wat vraagtekens plaatsen. Aan de ene kant van de discussie staat de gelovige die zegt dat wat God geschapen heeft niet door de mens mag vernietigd worden. Aan de andere kant staat iemand als Kristien Hemmerechts die in haar boek ‘De dood heeft mij een aanzoek gedaan’ stelt dat elk individu, lijdend of niet, de kans moet krijgen om via euthanasie uit het leven te stappen. De logische consequentie die zij daaraan verbindt is dat iedereen straffeloos iemand anders zou mogen helpen om die stap te zetten.

    Een dergelijke stelling is volgens mij alleen vol te houden wanneer men uitgaat van het totale individuele zelfbeschikkingsrecht: elk individu mag zelf in volledige onafhankelijkheid en zelfstandigheid oordelen of voor hem of haar het leven of de dood te verkiezen is. Een dergelijk onbeperkt zelfbeschikkingsrecht heeft een aantal belangrijke consequenties. Dat dit voor een deel het probleem van de overbevolking zou oplossen, zoals sommigen beweren, is enerzijds misschien een simplistisch idee, maar anderzijds een realistische mogelijkheid. Een veel belangrijkere consequentie is ook dat dit de voorstanders van euthanasie zelf een belangrijk wapen uit de hand neemt. Want dit totale zelfbeschikkingsrecht houdt ook in dat niemand het recht heeft om een einde te maken aan het leven van de andere. Niet door moord –wat algemeen aanvaard is- maar ook niet door een einde te maken aan het leven van de lijdende mens die niet meer in staat is om zelf die beslissing te nemen. Dus geen euthanasie, tenzij op basis van een vroegere wilsverklaring, voor dementen of voor personen in comateuze toestand. En evenmin euthanasie voor het ongeboren leven, met andere woorden geen recht op abortus. Een laatste consequentie van dit zelfbeschikkingsrecht is dat ook voor iedereen de mogelijkheid moet geschapen worden om op een onafhankelijke manier te beslissen een einde te maken aan zijn leven. Hiermee bedoelen wij niet dat de overheid aan elke burger een touw of revolver ter beschikking moet stellen, maar wel dat er morele ruimte moet geschapen worden om in alle vrijheid zijn beslissing te kunnen nemen. In die zin wordt zelfdoding of zelf over zijn dood beslissen, in onze huidige maatschappij te negatief beoordeeld. Vrijwillig uit het leven stappen wordt te vaak verbonden met vluchten, opgeven, zijn verantwoordelijkheid niet nemen, mislukken. Op die manier is er een grote sociale druk om niet tot beëindiging van zijn leven over te gaan. Het wegwerken van deze sociale druk is de opdracht van hen die pleiten voor een vrijheid tot euthanasie zoals Kristien Hemmerechts deze invult.

    Wanneer we stellen dat iedere mens op elk moment van zijn leven het recht heeft om te kiezen voor leven of dood, dan brengt ons dit bij een tweede reden waarom wij de dood zo vrezen: deze keuze is moeilijk omdat niemand weet wat dood zijn juist inhoudt. De vrees voor de dood is dus ook de vrees voor het onbekende. Ook op deze angst hebben vele godsdiensten een antwoord willen geven, van het opperste geluk in de hemel tot reïncarnatie, maar zeker weten doet niemand. Voor een niet-gelovige staat dit niet kennen van de dood eigenlijk gelijk met de vaststelling dat de dood het niets is, de leegte: iets niet weten betekent dat dit iets niets is, althans voor deze individuele persoon. Wanneer we dus op deze manier het dood zijn kunnen reduceren tot het niet zijn, dan is er ook geen enkele reden meer om het dood zijn te vrezen en verdwijnt een tweede reden waarom wij de dood als iets negatiefs zouden beschouwen. Bovendien is het kiezen tussen levend of dood zijn dan niet meer een afweging tussen twee vormen van bestaan –leven of dood zijn- maar wordt dit kiezen herleid tot een evaluatie van het persoonlijke leven, dat wel of niet de moeite waard is om mee verder te gaan. Wanneer wij op deze manier nadenken over wat de dood precies is, dan volgen wij in feite het advies van Montaigne die aanraadt om de dood niet buiten het leven te houden, maar om er ons op voor te bereiden door er op een intellectuele manier over na te denken. Misschien leidt ons nadenken niet tot hetzelfde besluit waartoe Montaigne kwam, maar de methode is in ieder geval dezelfde.

    Een derde reden waarom wij de dood als iets negatiefs zien, vindt zijn oorsprong in het feit dat dood gaan ook inhoudt dat men het leven verliest. Het is dit verlies waarover Thomas Nagel spreekt wanneer hij de opvatting van Lucretius bekritiseert wanneer deze stelt dat de dood best vergelijkbaar is met de periode voor onze geboorte: beiden zijn gehuld in duisternis, volslagen onbekend en dus niet te vrezen. Maar volgens Nagel is sterven vooral het leven verliezen. Men verliest de materiële wereld waarin men leeft, maar ook zijn gevoelens, ambities, verlangens en niet in het minst ook de mensen die ons omringen. De pijn van dit verlies kan men op twee manieren verzachten of zelfs wegnemen. In de eerste plaats door zoveel mogelijk van het leven te genieten zodat men een gevoel van voldaanheid creëert dat ons toelaat om niet meer te verlangen naar meer, maar tevreden te zijn met wat we hebben en dat ons vooral in staat stelt om op een voldane manier afscheid te kunnen nemen van dit levend zijn. Een tweede manier om de pijn om het verlies van het leven weg te vegen, bestaat in de intellectuele eerlijkheid van het besef dat het leven niets meer is dan een korte periode tussen twee eeuwigdurende periodes van niet zijn: de tijd van voor onze geboorte en de tijd van na onze dood. En zoals wij zonder enige persoonlijke verdienste van het niet zijn op het moment van onze geboorte overgegaan zijn naar het levend zijn, zo gaan wij ook van het levend zijn over naar het niet zijn na onze dood. Hier komen wij dus vrij dicht in de buurt van de epicuristen die de dood zien als een soort onvermijdelijk noodlot, maar die dit noodlot rustig tegemoet zien. Het levend zijn is dus een toevalligheid, een geschenk, echter zonder dat er een schenker is. Wanneer wij dit gaan beseffen moeten wij ook zonder spijt het einde van deze toevallige toestand kunnen aanvaarden.

    Een laatste reden tenslotte waarom wij opzien tegen dood zijn is wroeging. Wroeging of spijt over wat wij niet of niet goed hebben gedaan toen wij nog in leven waren. De oplossing voor dit probleem ligt natuurlijk voor de hand: leef op een dusdanige wijze dat wroeging of spijt niet nodig zijn.

    De pijn verzachten of wegnemen, nadenken over wat de dood en het leven eigenlijk zijn, intens en gelukkig leven en tenslotte moreel goed leven. Wanneer wij deze manieren bekijken waarop wij de dood aanvaardbaar kunnen maken dan is het duidelijk dat alle sleutels voor een gelukkige dood in het leven liggen. Enerzijds staat dit in tegenstelling tot de visie van Socrates en Sint-Augustinus die niet opzien tegen de dood, niet omdat zij logisch nadenken over de methodes om de dood dragelijker te maken zoals wij, maar omdat zij een beter ‘leven’ verwachten na de dood: de ziel die verlost van het lichaam opstijgt naar de hemel. Anderzijds is er ook een belangrijke parallel tussen onze visie en deze van deze twee grote filosofen: samen komen wij tot het besluit dat de dood niet te vrezen is wanneer wij goed –volgens Sint-Augustinus- en filosofisch –volgens Socrates- leven. Misschien is hier en daar wel een speld te krijgen tussen onze hersenspinsels, maar in ieder geval bevinden wij ons in goed gezelschap.

    31-03-2010 om 00:00 geschreven door Nina  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (33 Stemmen)


    Foto

    Laatste commentaren
  • obsessie voor de dood (thais)
        op Het leven van Ian Curtis
  • De dood als een vlucht (Lara)
        op Het leven van Ian Curtis
  • Twee verschillende keuzes (Lara)
        op Film: 'Le temps qui reste'
  • le temps qui reste (thais)
        op Film: 'Le temps qui reste'
  • De onenigheid op de thematiek verrijzenis. ( Etienne Vermeersh ) (Lara)
        op Twee gedichten

  • Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs