Buiten het vage gebrom dat de eeuwige natuurmuziek lichtjes ondersteunde zag je alleen een minuscuul vlekje bewegen langs de vage halve maan, voorbij de zon, tot het verdween achter de steile bergwand. Ik stond even stil om te bevatten wat ik zag. Kan het echt dat er in dat vlekje mensen zitten? Geen idee, kennis is relatief. Eten en water vinden is nu de enige essentie in mijn brein. Mijn tong bewoog zich bij de gedachte moeizaam over mijn gebarsten lippen.
Alle herinneringen die bleven, zijn foto's van het verleden. Mijn ouders die me uitzwaaien tot ik een stipje ben. Een kermismolen die lachende rondjes draait met al mijn neefjes en nichtjes. Een uit de hand gelopen feestje, waar ik op tafel spring en mis. Mijn man die me zachtjes in slaap soest. Hmm slaap. Ik ga me even leggen. Zachtjes op de rotsen, met mijn hoofd in de wolken, vlieg ik mee met het vlekje.
Onder de hormonen zweven de dagen in een roes voorbij. Relax vergeten dromen. Slapend, starend, de tv een schrijn. Holle ogen die de avond een lichtbak van leegte laten zijn. Maar evengoed, wakker tot de toppen van 't hoofdhaar. Gevoelig voor elk woord, gebaar, gecharmeerd. Kijken naar ...alles, is muziek voor 't altaar.
Tot nu toe was de stofzuigerverkoper een stripfiguur, iemand uit sketches van op tv. Tot nu toe ... 'k Hoor een aarzelende deurbel en dan staat hij voor de deur. In een onberispelijk zwart maatpak, met 3 gigantische dozen vol stofzuiger en een toupetje op zijn hoofd bewijst hij dat strips en sketches enkel de waarheid tekenen. In mijn hoofd doop ik hem alvast Theofiel.
Ietwat teleurgesteld schud ik zijn slap handje. Met een macho met oorbel, een gladde surfer, een blonde vamp, een rasta-man of zelfs een nerd met brilletje was ik blij geweest. Maar deze stofzuigerverkoper had zo weinig fantasie dat hij zelfs geen originele outfit en look voor zichzelf kon kiezen.
"We wonen op de eerste verdieping, ik ga alvast voor", zeg ik half grinnikend. Steunend neemt hij doos per doos mee de trap op. Na de tweede doos hangt de onberispelijke maatbroek al vol stof. "Had ik u al gezegd dat we aan het verbouwen zijn?", is de tweede zin die ik hem zeg. Gelukkig is er nog doos 3, want daarin zit het magische apparaat dat alle stof zuivert en weghaalt. "Echt alle stof?", vraag ik met mijn meest onschuldige huisvrouwenblik. En ondertussen zie ik Theofiel zonder stof om het lijf en het enige dat ik kan doen is breed glimlachen.
Zoevend van de glijbaan val ik bij elke bocht zijdelings tegen de plastiek wand. Sneller dan ik bovenaan verwachtte snel ik naar beneden. Ik weet dat dit de beste keer is, de eerste keer waarbij je niet weet waar de glijbaan heen gaat, de keer dat je verrast wordt en je voor je het weet al beneden bent. Gillen van pret geeft nu het meeste voldoening. Hierna heeft het zwembad afgedaan.