Vrijdag 14 juni: check, deze rit behoort ook weer tot de analen.
Een gemakkelijk aangekondigde rit, geen al te grote afstand en niet teveel klimmen. Meer dan 50 km gravelwegen, ja! Waarvan een stuk van 18 km dat vers geschaafd was en waar nog geen wagen over gereden had. Los zand opgevuld met keien. Mijn voorwiel sprong van kei naar kei en het spoor dat ik getrokken heb was er eentje van ene zatlap. Eindeloos heeft dat geduurd.
In Zweden staan de brievenbussen echt volledig tegen de straatkant. De postbesteller moet dan niet uit zijn wagen komen of over de oprit rijden, hij kan de post vanuit de wagen in de bus steken. Zijn stuur staat trouwens aan de rechterkant zodat hij niet moet spookrijden. En sommige Zweden hebben wel erg originele ideeën met betrekking tot hun brievenbus (foto).
Zaterdag 15 juni: ik begin aan mijn laatste week.
Vandaag passeer ik de poolcirkel. Niks speciaals, enkel een bord. Eerst nog het dorp Polcirkeln binnengereden en halverwege het dorp staat dan het officiële bord.
Met betrekking tot de volgende lange ritten doe ik het nu rustig aan. Een gezapig tempo, tijd genoeg.
En dan zie ik plots in de verte een kudde rendieren. Ik fiets dichterbij, een deel van de kudde vertrouwt het niet en vlucht weg, een ander deel steekt rustig de weg over. Zou Rudolf erbij zijn? Een jong bokje loopt in een wijde bocht om me heen en keert dan terug op zijn stappen om mij langs achter te observeren. Hij staat daar met een air van "ik ben toch niet bang van jou". Toch een unieke ervaring, zo'n ontmoeting.
Tijdens het verder verloop van de rit zal ik nog meerdere rendieren spotten.
Aangekomen op de camping blijkt hier een treffen te zijn van Amerikaanse oldtimers. Chique bakken!




|