Het virus is terug. Zoals een 'Terminator',
waarvan we nu dus ongewild in het vervolg - de sequel - belanden. Eigenlijk is
het nooit weggeweest, maar een heel aantal mensen heeft toch die indruk gewekt.
Of op z'n minst zichzelf iets wijsgemaakt. Zijn in een tijdelijke roes gekropen
van feestjes, afspraakjes en reisjes, gevierd met steeds groter wordende
bubbels vol knuffels, kusjes en andere uitspattingen van intimiteit. Een
tijdelijke oase van zomerse vreugde en elkaar graag zien. 'Hasta la vista, baby!'
Wie heeft daar trouwens geen zin in?
Het is meestal geen goed idee om
te staan dansen op een graf. Zeker wanneer wat begraven werd niet echt
verslagen is en de danser niet echt de overwinnaar. Minachting voor kan heel
snel omslaan in vergelding tegen. En in deze fase zijn we nu, veel sneller dan
verwacht en met een harde klap in het gezicht, weer beland. De besmettingscijfers
stijgen terug dag na dag, nu reeds zeventien stuks op een rij en exponentieel.
Ook het aantal hospitalisaties neemt toe. Het aantal sterfgevallen volgt ongetwijfeld op de voet. Het moment van 'Rise of the Machines'
is nu wel degelijk aangebroken. Tijd om ons weer nederig terug te trekken, recht 'ons kot' binnen. Wegduiken, de wonden likken en hopen op een kleine
tweede golf en geen tsunami. Onze oase zal toch op zijn minst weer voor een
tijdje onder water komen te staan. En de mensen in de zorgsector zullen ons heel
binnenkort opnieuw - fysiek nog steeds uitgeput en mentaal nog niet bekomen - recht moeten
houden. Hopelijk komt ons moment van 'Salvation' snel.
Waar we - tijdens de eerste golf - letterlijk overspoeld werden, zonder bescherming of voorbereiding en
voornamelijk de politici de schuld en dus ook onze volle laag aan toorn en
verwijten kregen, hebben we het deze keer voor een groot deel aan onszelf te
danken. Eens je de teugels zelf in handen krijgt, is het niet gemakkelijk om ze
strak te houden. Toch niet voor een lange tijd. Zeker na een zware periode van
ultieme beheersing. De verleiding is dan groot om het leidsel een klein beetje
te vieren, het rechte pad te verlaten en een kleine omzwerving te maken. Daar waren
we dus - met de neus zwaar op de huidige feiten gedrukt - niet klaar voor. Onze 'Genisys' is niet echt geslaagd. Maar beseffen we dat allemaal al en snel
genoeg? Van 'Terminator' zijn er ondertussen ook al zes films gemaakt. En de
laatste was met 'Dark Fate' als titel niet echt bemoedigend en vol zonnige
verwachtingen.
Het is ook te gemakkelijk om
elkaar nu met de beschuldigende vinger te wijzen. Trouwfeesten die te intiem
werden. Evenementen waarbij de regels aan kriebelende dansbenen werden gelapt.
Reizigers die in hun valies meer mee naar huis brachten dan verwacht.
Allochtone gemeenschappen die het te gezellig en jongeren die het te bont hebben gemaakt. Clusters en
brandhaarden duiken ondertussen overal op. België kleurt weer oranje en rood. Voor dit virus zijn wij één pot nat en
allemaal even verleidelijk om te besmetten. Het maakt geen onderscheid in wie het
wil infecteren. Het maakt COVID-19 echt niet uit wie ziek zal worden en wie sterft.
Het wil veel en liefst steeds meer en iedereen volstaat. Wij - alle Belgen
samen - zijn op dit moment nog de enigen die het verschil kunnen maken tussen wie
het te pakken krijgt en wie de dans ontspringt. Enkel verenigd zullen we hierin
slagen. Net omdat we elkaar graag zien, moeten we weer afstand nemen. Nu,
onmiddellijk en niet morgen. Het is ons enige wapen. Vandaag is het 'Judgment
Day'. Elk uur betekent meer winst voor het virus en meer verlies voor ons. Als
je je eigen geliefden wil beschermen, moet je die van een andere even graag
zien en vrijwaren. Want zij zullen hetzelfde moeten doen voor die van jou. 'Ill
be back', mag niet het motto worden van dit virus. (Silvy Van Osselaer)
|