De 'Lockdown
Light' - in allerijl opgetrokken om ons te beschermen tegen het coronavirus
COVID-19 - staat nu definitief op de helling in ons land. Tot hiertoe was het
zo dat weinig of niets mocht, behalve wat expliciet werd toegelaten. Vanaf komende maandag 8 juni wordt het geweer
echter van schouder veranderd. Vanaf dan
mag alles, behalve enkele uitzonderingen. Een drastische wending, die enige
tijd van aanpassing en gewenning vraagt. Ons leven ziet er plots weer heel
anders uit. Ruimer en vrijer. Na bijna drie maanden aan levensnoodzakelijke
regeltjes, worden de ketens afgeworpen. Resoluut, maar toch met enige
vertwijfeling en meerdere vraagtekens ...
Ondertussen hebben
we het virus blijkbaar bij het nekvel en onder controle. Ook al spartelt het
flink tegen en zal het nog geruime tijd tussen ons in leven, als een
sluipmoordenaar. Altijd op de loer. Klaar om opnieuw terrein te winnen, wanneer
wij er net iets te veel de kantjes af lopen. Een teveel aan dichterlijke
vrijheid kan soms dodelijk zijn. Dit alles in rekening genomen, vind ik het
precies toch niet onmiddellijk te tijd om nu alle remmen los te gooien. Het is
een beetje zoals wakker worden uit een diepe winterslaap of nare droom. Met
grote honger, maar klamme handjes. Kwetsbaar bijna.
Dus ... doet het
land beroep op ons 'gezond verstand', met de slogan 'Kom uit je kot, maar niet
te zot'. Natuurlijk wat voor sommigen normaal is, lijkt voor anderen al
redelijk 'zottekes'. En omgekeerd. Waar ligt nu de limiet om uit de val van een
dodelijk virus te blijven? Wat valt binnen de grenzen van een goeie beslissing
en wat is net die stap te ver? Gaat het niet te snel? Is het wel slim om op reis te
gaan naar het buitenland? Komt er een tweede golf? Ik stel mij veel vragen ...
Deze week werden
we eveneens getroffen door de uitloper van een andere pandemie, die reeds veel
langer tussen ons leeft en nog veel meer slachtoffers heeft gekost: wereldwijd
racisme. Aanleiding voor deze opflakkering was de dood van de zwarte Amerikaan
George Floyd, die bijna twee weken geleden stierf na extreem politiegeweld in
Minneapolis. Omgebracht door verstikking, onder de knie van een blanke
politieman. 'I can't breathe' ... waren zijn laatste woorden. Het kan niet
symbolischer. Amerika wordt al vierhonderd jaar verstikt door raciale ongelijkheid.
Wereldwijd is het niet anders en dus ook bij ons.
Het boek over onze
Belgische geschiedenis kent eveneens een aantal hele zwarte bladzijden. Tussen
1880 en 1910 kwamen in de voormalige 'Belgische Congo' ettelijke miljoenen
mensen om het leven als gevolg van de onderdrukking en uitbuiting door een
gruwelijke vorm van kolonialisme. Het verhaal van de 'De Congolese Holocaust' werd
in bloed geschreven, in ruil voor ivoor en rubber. Maar ook vandaag - met de
opmars van het extreemrechtse milieu en de verheerlijking van ideologieën over 'blanke superioriteit' - blijft het probleem
actueel.
Zelfs voor mensen die racisme
verwerpelijk vinden, ligt het te bewandelen pad soms bezaaid met
struikelstenen. Kijken wij niet door de
bril van de kleur waardoor we werden opgevoed, namelijk blank of wit? Is het
immers niet zo dat een minderheid, van wat een andere cultuur of 'kleur'
vertegenwoordigt, aanwezig is in onze samenleving? Als we onszelf niet als racist bestempelen,
hebben we dan al niet op zn minst eens vooroordelen vertoont op basis van
huidskleur? Ook al was het maar voor heel even. Ik stel mij veel vragen ...
Ik stel ook mezelf in vraag. De
enige manier om te veranderen en bij te leren. Een mens moet niet feilloos
zijn, maar het kan absoluut beter. Als deze corona-pandemie ons één ding heeft
geleerd, is het feit dat het voor iedereen een bedreiging vormt. Het virus
maakt geen onderscheid naar kleur, geslacht of religie. Mensen zouden dit evenmin
moeten doen. Als wij bereid gevonden kunnen worden om ons leven aan te passen
om onze medemens te redden van een virus, zouden wij dit eveneens moeten kunnen
doen voor het bereiken van elke vorm van gelijkheid.
Niettemin zullen we - te midden
van beide pandemieën - nog veel respect en wilskracht moeten tonen om er ons
gezond, samen en als één doorheen te slaan. (Silvy Van Osselaer)
|