In deze tekst wordt onderzoek
verricht naar de term kunsteducatie. Educatie benadrukt dat men het kan leren,
iets van kunst leren en daarvoor is er een educatieve aanpak nodig. Hillaert
benadrukt vier verschillende types van organisatie die deelnemen aan
cultuureducatie: jeugdorganisaties, educatieve diensten, deeltijds
kunstonderwijs en kunst educatieve organisaties gesubsidieerd door het
Kunstendecreet. Deze types vergelijkt hij met elkaar en hij vindt dat iedere
organisatie zijn eigen stek moet vinden, ondanks de verwantschap. De
vergelijking van Hillaert mist complexiteit. Er wordt onbewust of bewust de
vele nuances tussen deze instellingen genegeerd. Naast de verschillen tussen de
organisatietypes, zijn er ook gelijkenissen. De vergelijking blijft onvolledig
doordat Hillaert zich beperkt tot vier types. Naast de kunsteducatie over de
vrije tijd, wordt er ook binnen het leerplichtonderwijs stilgestaan bij kunst.
Binnen de schooluren komen kinderen vaak in contact met kunst en cultuur.
Bij kunsteducatie buiten de
schoolmuren zijn er ook verschillen. Hillaert stelt dat binnen het
kunstendecreet meer kunstenaars en professionals aangewezen worden om
kunsteducatie te bepalen dan andere kunstorganisaties.
Kunst moet zorgen voor een
betekenis. Men richt zich niet zomaar over het kunstwerk met zijn intrinsieke
kenmerken, maar ook wat er zich afspeelt tussen het kunstwerk en de omgeving,
context, publiek en individu. Dat proces noemt men een leerproces.
Hillaert heeft het blijkbaar niet
zo voor de term educatie. Hij gebruikt vaak synoniemen van educatie. Het
ontwijken van educatie staat gelijk met de tijdsgeest. Men focust zich meer
op het individuele standpunt en minder op het institutionele standpunt. Op die
manier wijst men het individu aan tot verantwoordelijkheid. Kunst educatief
proces in scholen en culturele organisaties gaan gepaard met risicos, wanneer
men teveel focust op het aanbod en weinig oog heeft voor de lerende.
Hillaert ziet kunsteducatie als
een wit blad. Hij stelt dat men steeds vertrekt vanuit een wit blad, een
sprong in het onbekende, maar dat zou tijdrovend zijn. Men stelt de vraag of
het aangewezen is om een begeleider aan te stellen zonder kennis of ervaring. Iedereen
wil toch een begeleider die een planning kan voorleggen en weet hoe men een
opdracht succesvol kan bereiken?
Cultuureducatie wordt als
vernieuwde term gebruikt voor kunsteducatie. Onder meer omdat kunsteducatie
zich enkel richt op de kunsten zelf. Cultuureducatie is een breder pad.
Kunsteducatie mag zich ten slotte
niet terugtrekken op een eiland, maar moet in de wereld staan. Dit wil zeggen
dat men moet nagaan welke vaardigheden er ook buiten een artistieke context
bruikbaar kan zijn. Ook legt men de nadruk op de fundamentele betekenis van het
leren met en over kunst. Kunsteducatie is namelijk belangrijk voor het omgaan
met de kunst zelf. Daarnaast is kunst ook een deel van de samenleving.
Referentie: Vermeersch, L. (2013). Kunsteducatie: het dubbele van de helft. Rekto verso, 57.
|