Interview met een ingenieur gespecialiseerd in de Mosca de la fruta of fruitvlieg in SENASA (een overheidsinstituut voor de gezondheid van de landbouwpoductie). De belangrijkste plaag voor de chirimoya is namelijk deze fruitvlieg. Tot 80% van de vrucht wordt hierdoor onbruikbaar. Een oplossing voor dit probleem vinden is dus een heel belangrijke taak.
De enige ijswinkel die werkt met verse producten, vers fruit. Voor ons werk moesten we dat dan ook eens gaan checken. Na een bezoekje waren we veel wijzer. Ik toch. Hadden de beste ijswinkel ooit gevonden. En wees gerust, ik heb er al veel op verschillende plaatsen geproefd. Ongeloofelijk lekker. En iedereen die weet hoe zot ik van ijs ben, kan zich wel inbeelden dat ik maar moeilijk kon vertrekken.
Het enige probleem is dat het blijkbaar geen grote aankoper van cherimoya is. Hebben slechts één winkel in Lima. Dus een echt grote aankoper is het niet.
Paracas is quechua en betekent regen van zand, omdat hier rond midden augustuszandstormen plaatsvinden. Het
natuurreservaat Paracas bestaat voor het grootste deel uit kustwoestijn
met spectaculaire rotsformaties. Het heeft een oppervlakte van 335 000
hectare. Het landgedeelte heeft een extreem droog klimaat
en is volstrekt onbegroeid. Pas in 1925 werden er hier de eerste
opgravingen verricht door de bekende Peruaanse archeoloog J.C. Tello en
zijn Noord-Amerikaanse collega Samuel Lothdrop van deze cultuur die van
1200 tot 200 voor christus zijn bloeiperiode kende. Aan
de hand van vondsten kon Tello de Paracas-cultuur in perioden indelen:
De caveranasperiode van 1200 tot 700 voor Christus en de
Necropolisperiode van 700 tot 200 voor christus. In de Caveranasperiode
bouwden de mensen tot 7m onder het aardoppervlak liggende, flesvormige
familiegraven met een ommuring. De mummies zaten gehurkt en gewikkeld
in doeken in manden. Ze waren ongeven door muziekinstrumenten, gedecoreerde calebassen, aarden schalen, godsbeelden en kruiken.
De mensen
uit de Necropolisperiode lijken nog meer waarde te hebben gehecht aan
de begrafenis van hun doden. Ze bouwden echte onderaardse dodensteden
met houten daken. Ze tooiden hun mummies met parelcolliers en gouden
plaatjes op de mond en ogen en hulden ze in kunstrijk geweven kleding.
Heel sensationeelwas
de ontdekking van schedels die operatief werden geopend en nadien terug
werden dichtgemaakt met gouden palten. Al voor de Incaperiode bestonden
dus reeds gecompliceerde chirurgische ingrepen in Peru.
Er zijn er
diverse mooie stranden te bezoeken (die ik door tijdsgebrek niet
bezocht heb) Daarnaast is er een museum te bezoeken met een overzicht
van de Paracascultuur. Er zijn mummies, begrafenisbundels en het textiel
te vinden. De stoffen die gebruikt werden voor de begrafenisbuindels
behoren tot de best bewaarde voorbeelden van precolumbiaanse kunst.
Deze
cultuur heeft iets heel speciaals, want als je de omgeving bekijkt, is
het indrukwekkend dat de paracascultuur zich in dit extreem droog
gebied ontwikkelde.
Op de fotos van het eiland merk je de vele arken. Vandaar ook de naam van het eiland (Ballestas). Op de foto zie je de duivelsarc (omdat het zo donker is en geen uitgang heeft.
Naast de vogels leven er ook zo'n 25 000 zeeleeuwen en zeeberen. Volwassenen wegen tot zo´n 400 kg en worden zo'n 18 tot 20 jaar. Lomo´s zijn
11 maanden zwanger. Deze dieren jagen 's nachts.
´S morgens kan
je een boottocht maken tot aan de Islas Ballestas, enkele kleine eilandjes dicht bij Paracas. 's Middags is het niet meer mogelijk deze
te bezoeken door de wind die dan te sterk komt opzetten met als gevolg
dat de zee te woelig wordt. Op weg naar het eilandje varen we langs de kustlijn van Paracas, waar je de Candelabra terug vindt.
De Candelabra is een aan de noordkant van Paracas gelegen geoglyf van een kandelaar/cactus. He
reliëf is zo'n 130 meter hoog en 75 meter breed. Men weet niet uit
welke tijd de candelabra stamt, maar er zijn genoeg theorien over. Een
eerste is dat het een overblijfsel is van de Paracascultuur (hier later
meer over) en dat het de hallucigene San Pedro cactus symboliseert.
Volgens een andere theorie stamt de Candelabra uit de
Nazca-cultuur en vormt het dus een onderdeel van de Nazcalijnen. Een
derde theorie schrijft het toe aan de Incas en zegt dat het meest rechtse deel
katoen voorstelt, het midden mais en het meest linkse deel coca. Een
vierde schrijft het toe aan piraten, een vijfde meent dat het een
orientatiepunt is voor zeelui. Een tenslotte is er nog een zesde theorie die meent dat het van aliens
afkomstig is. Nog een grappige theorie is dat het van recente datum is en
voor de grap gemaakt is.
De
eilandjes zijn beladen met zeevogels (zoals de bruine pelikaan, de
zwarte scholekster, de Inca-stern, de roodpootaalscholver, de
Humboldtgent en de Humboldt-aalscholver) en pinguins: pinguins hebben twee soorten vel. Eentje die
waterdicht is en eentje om zich te beschermen tegen de koude. In de
zomer, dus momenteel hier, vervanderen ze van kleur.
De
zeevogels produceren grote hoeveelheden mest die zich tot dikke
paketten guano ophoopt door het ontbreken van neerslag. De nitraatrijke
guano kan als meststof worden gebruikt en de winning ervan vormde in het verleden een winstgevende bezigheid.
Door de economische waarde vormde de guano aanleiding tot
oorlogen tussen Chili, Peru en Bolivia. Chili veroverde gebied van
beide landen en Peru breidde zijn terrein uit. Bolivia verloor hier
zijn enige kustgebied aan Chili.
Deze
zaterdag ben ik terug richting zuiden getrokken, dit maal richting
Pisco. In Pisco, zowat het eerste stadje 240km ten zuiden van Lima van enige
betekenis (het is 4u rijden van Lima), is de
visserij de voornaamste economische activiteit (vooral ansjovis).
Pisco, met zijn 90 000 inwoners is een rustig stadje (in vergelijking met Lima)
met een aangenaam klimaat door de frisse zeewind. Het oudste gebouw is
de kerk van la Compaña. Met de bouw van deze barokke kerk werd begonnen
in 1689. Naast de kerk staat het uit 1932 stammende
gemeentehuis.