Zo hier zijn we weer met ongetwijfeld wederom een
fantastische blog! Zet jullie maar schrap voor alweer geweldig leesvoer J!
Ik ben ondertussen al iets meer dan een maand in Buenos
Aires en op de stage loopt nog steeds alles prima naar mijn zin! Ik heb ondertussen
ook een paar keer gewerkt als barman tijdens de lunchshift. Er komen meer dan 100
mensen eten dus het is telkens een gezellige drukte in de ViaVia. Het is weer
een extra afwisseling voor de verschillende activiteiten van mijn stage en dat
maakt het er allemaal natuurlijk nog leuker op. Het is wel net iets drukker dan
de gemiddelde shift in De Mol maar uiteraard ben ik ook hier de fantastische
barman. Extra voordeel: telkens je in de keuken komt ontdek je wel een nieuwe
Argentijnse vloek. Tot zover het licht sarcastische relaas van de
stageactiviteiten.
Bij het beëindigen van mijn vorige blog had ik net het
nieuws vernomen dat de nieuwe paus een Argentijn is. Ik ben dan ook meteen gaan
kijken hoe dit gevierd werd in de stad. Op het centrale plein hebben er
verschillende dagen heel veel mensen gestaan om de verkiezing te vieren, maar
over het algemeen was er geen massahysterie. Er waren geen toeterende autos,
toch niet meer dan anders alleszins want ik ben ervan overtuigd dat een goed
werkende claxon de enige vereiste is om door de autokeuring te geraken. Uiteraard
was het wel het favoriete gespreksonderwerp van de Argentijnen gedurende iets
meer dan een week. Overal waar je liep, op alle terrasjes, in de supermarkt,
overal hoorde je de Argentijnen praten over hun paus.
Sinds de vorige blog heeft een aantal keren stevig geregend
en heb ik jammer genoeg ook al enkele keren een pull nodig gehad. Die dekselse
Murphy toch.. Bij de zware regen van vorige week was ik niet in de stad en heb
er dus ook amper iets van gemerkt. Ik had dankzij de combinatie van Pasen en
enkele Argentijnse feestdagen een verlengd weekend en hier heb ik dan ook van
geprofiteerd om een klein beetje van het immense land te leren kennen.
Zaterdagochtend ben ik heel vroeg vertrokken naar de
nationale luchthaven van Buenos Aires om van daar te vliegen naar El Calafate.
Een stadje in het zuiden van Argentinië, in Patagonië. Het stadje op zich heeft
niet zo veel te bieden naast een mooie ligging in het Patagonische landschap.
Door het vroege opstaan kon ik dan ook nagenoeg de hele vlucht slapen. Gelukkig
werd ik het laatste halfuur wakker en kon ik genieten van het prachtige
uitzicht over het gigantische Andesgebergete.
El Calafate is vooral
populair door de ligging op 80km van de Perito Moreno gletsjer. Dit is een van
de twee gletsjers ter wereld die nog groter worden. Momenteel is de gletsjer
zon 14km lang, meer dan 5km breed en
ongeveer 60 meter hoog. Het is werkelijk ongelooflijk om dit natuurfenomeen te
kunnen bekijken. En het gaat verder dan louter kijken naar de gletsjer, je
hoort het ijs voortdurend kraken en er vallen geregeld ijsblokken naar beneden
in het water. Dit maakt dan een oorverdovend geluid en is telkens weer
bijzonder indrukwekkend om mee te maken. Dit was nog niet alles, toen wij aan
de gletsjer stonden is er een gigantische stuk ijs afgebroken, van ongeveer
50meter op 30meter, en in het water gevallen. De ijsblok verbrokkelde deels
door het neerstorten in het water, maar een groot deel kwam na enkele minuten
bovendrijven als een felblauwe ijsberg. Het geluid dat de impact van het ijs in
het water maakte was werkelijk onvoorstelbaar, iedereen die hier getuige van
was besefte meteen dat we iets unieks hadden gezien. Na enkele uren genieten
van de prachtige gletsjer reden we terug met een minibusje naar El Calafate. De
rit duurt ongeveer anderhalf uur maar is voorbij voor je het weet. Het
landschap dat je doorkruist is een heel grote pleister op de kleine wonde van
1,5 uur bus.
De volgende ochtend vertrok ik met een nieuwe vlucht naar
Ushuaïa, de zuidelijkste stad ter wereld. De aanvliegroute naar de luchthaven
van Ushuaïa is bijzonder indrukwekkend. De combinatie van turbulentie, scherpe
bochten, vliegen tussen de bergtoppen en een prachtig uitzicht maakten dit een
fantastische ervaring. Ik had wel het gevoel dat ik op een vliegtuig vol
Japanners zat want het geluid van de motoren werd ruim overtroffen door het
geluid van fototoestellen.
Ushuaïa is werkelijk prachtig gelegen. Het is gelegen aan
het Beagle-kanaal en wordt aan de andere kant afgeschermd door ruwe bergen. De
stad is echt tegen de uitlopers van de bergen gevestigd en hierdoor moest ik s
avonds altijd redelijk veel omhoog stappen om terug aan de bed&breakfast te
komen. De eerste dag heb ik meteen een boottocht gemaakt op het kanaal. Naast
een onafgebroken adembenemend uitzicht zie je ook veel dieren in hun
natuurlijke omgeving. Zo waren er een eilanden met zeeleeuwen, zeehonden en een
overvloed aan vogels waar zelfs Dirk Draulans moeite mee zou hebben om ze uit
elkaar te houden. Een minpunt: zeeleeuwen stinken echt verschrikkelijk.
Dag twee ben ik naar een Estancia geweest op anderhalf uur
rijden met de bus. Deze bus was meer een omgebouwde Rally Dakar vrachtwagen
waarin de laadbak veranderd was door een bus. De chauffeur reed uiteraard wel
alsof hij in de echte Rally Dakar zat en dit zorgde er dan ook voor dat er
enkele mensen ziek werden. Ik had hier geen last van, hoewel het vrij tot zeer
onaangenaam werd toen bleek dat de buurvrouw wel wagenziek was, joepie! Van de
estancia vaarden we in een zodiak naar Pinguinera. Dit is een eiland waar er
duizenden pinguïns leven gedurende 6 maanden per jaar. Ze leven hier ongeveer
van oktober tot en met maart. Daarna trekken ze noordelijker om te ontsnappen
aan de koude temperaturen in Tierra del Fuego tijdens de winter. Wandelen op
ongeveer een meter afstand van pinguïns is echt geweldig. Het debiele loopje in
close-up te kunnen bekijken is bijzonder grappig. Ook hier hadden we het nodige
geluk, er was een verdwaalde koningspinguïn. Dat is de iets kleinere versie van
de keizerpinguïn. Er waren ook de nodige
condorachtige roofvogels die de dode pinguïns opeten. De geur van de zeeleeuwen
was Febreze in vergelijking met de geur van een rottende half-opgegeten
pinguïn.
Voorts heb ik nog een bezoek gebracht aan de nationale park
van Tierra del Fuego. Meren, bossen en besneeuwde bergen van de Andes op één
plaats maken dit een zeer mooie plaats. Ik heb o.a. gewandeld tot aan de
Chileense grens. Onderweg loop je langs real-life Woody Woodpeckers, ze maakten
helaas niet het lachende geluid van de Woody. Aan de Chileense grens staat er
enkel een grote kegel die aangeeft dat je aan de grens met Chili bent en dat je
hier niet voorbij mag gaan. Zoals een echte rebel heb ik dat dan toch even
gedaan. Ik ben toch nogal ne kerel he! Toen ik s avonds terug in de B&B
was las ik in de reisgids dat je absoluut niet over de grens mag gaan want dat
er hier heel vaak gecontroleerd wordt en mensen opgepakt. Gelukkig voor jullie
was er op het moment dat ik de grens overging geen patrouille want anders
hadden jullie nu misschien niet deze schitterende blog gelezen.
Het verblijf in Ushuaïa heb ik afgesloten met een bezoek aan
de oude gevangenis van Ushuaïa en natuurlijk met het eten van verrukkelijke
King Crab. In het Spaans noem je dat centolla en is absoluut dé specialiteit
van Ushuaïa. Als ik dit de eerste dag al had gegeten dan had ik waarschijnlijk
de rest van de dagen niets anders meer gegeten. Ik landde woensdag rond 23u in
Buenos Aires. Tijdens de landing kon je heel goed zien dat er nog steeds grote
delen van de stad zonder elektriciteit zaten. Dit was nog een gevolg van de
hevige reden van twee nachten eerder.
Vanavond ga ik met enkele collegas een voetbaltornooi
spelen. Ik zal de Argentijnen dan eens laten zien wat sambavoetbal is! Dat ze
zich almaar zorgen beginnen maken! Zo met deze heel realistische quote beëindig
ik dit meesterwerk!
Beste familieleden, vrienden, kennissen en anderen met te
veel vrije tijd!
To blog or
not to blog, that was the question. En na lang beraad heb ik toch maar
beslist om een blog bij te houden over mijn ervaringen in Buenos Aires.
Vrijdagochtend 1 maart werd ik afgezet door een chauffeur
van het taxibedrijf Taxi Jean. De chauffeur bleek de oprichter en enige
werknemer te zijn. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat zijn naam Jean, aka papa,
was. Iets voor 8 vertrok mijn vlucht met Iberia naar Madrid waar ik enkele
uurtjes later op het vliegtuig naar Buenos Aires stap. De plaatsen op de vlucht
Brussel-Madrid waren misschien nog iets kleiner dan we van Ryanair gewoon zijn,
dus ik hoopte dat de lange vlucht iets beter was. Rond 12 uur was iedereen
ingestapt en geïnstalleerd voor de vlucht naar Buenos Aires. We hebben dan nog
ongeveer een uur gewacht tot de heel vroege Spaanse siësta van de crew voorbij
was en we eindelijk konden vertrekken. Over die vlucht kan ik heel kort zijn: individuele
tv-schermen bestaan blijkbaar nog niet in Spanje, de beeldkwaliteit van de
schermen die vooraan hingen was te vergelijken met die op een Skikot-bus en tot
overmaat van ramp besliste Ricardo om ons te vermaken met de nieuwe
Twilight-film. Na nog eens anderhalf uur wachten aan de douane op Ezeiza, de
internationale luchthaven van BA, werd ik opgewacht door mensen van de ViaVia.
Het weekend moest ik nog niet werken en dus maakte ik daar
dankbaar gebruik van om de omgeving rond de ViaVia, San Telmo, eens te
verkennen. Zaterdagavond zijn we in een typisch Noord-Argentijns restaurantje
geweest, waar er een optreden was. Maandagmiddag ben ik mijn enorm grote
studio, let op het sarcasme, ingetrokken. Alles is wel heel proper en ik heb
een terrasje om van het goede weer te genieten. Even iedereen jaloers maken,
een pull heb ik hier nog niet nodig gehad. Dinsdag ben ik beginnen werken in
het hostel en werd me alles uitgelegd. De eerste week was vooral inwerken,
opzoeken en allerlei zaken bespreken. Iets waar ik nog wel even zal moeten aan wennen is om al het personeel te begroeten met een kus. Dat is hier de gewoonte en het wordt niet geapprecieerd als je dit niet doet.. Woensdagavond ben ik met Kaat, de
Belgische vennoot van de ViaVia, en een Nederlandse vriendin van haar iets gaan
drinken in de Congo Bar. Op weg naar daar besefte ik pas hoe immens deze stad
is. Je rijdt van de ene wijk naar de andere en er lijkt haast geen einde aan te
komen. Wat opvalt is dat elke barrio een totaal andere uitstraling heeft.
Tweede opvallend punt is dat er in de stad toch nog enorm veel grote parken zijn. Na de werkuren worden deze parken overspoeld met overijverige joggers en snelwandelaars. Een deel van de cultuur waar ik niet plan ben om me in te verdiepen..
Maar goed we zaten dus bij Congo bar, dit café/restaurant
staat bekend om de goede cocktails, dus dat moest dan ook getest worden. En
inderdaad, er viel niets op aan te merken. Woensdagvoormiddag zijn we voor de
ViaVia gaan winkelen bij de Vital, een enorme winkel waar de Colruyt en Makro
nog wel iets van kunnen leren. Op gebied van grootte dan toch, want efficiëntie
bestaat hier duidelijk niet. Nadat alles gescand en betaald werd aan de kassa,
werd aan de uitgang van elke klant nog eens de hele kar gecontroleerd.
Letterlijk elk artikel werd afgetekend op het ticket. In plaats van 1 keer
aanschuiven moet je dus 2 maal aanschuiven, zeer boeiend. Vanaf zaterdagmiddag
was ik het weekend vrij.
Zondag heb ik met de
fiets de wijken in het zuiden van Buenos Aires verkend. Het was zalig weer,
geen wolk te bespeuren en meer dan 30 graden. Minpunt: ik was me natuurlijk
vergeten in te smeren. We passeerden onder andere het beroemde stadion La
Bombonera, de thuishaven van de Boca Juniors. De wijk rond La Bombonera is La
Boca, een wijk met veel armoede, mooie graffiti en bijzondere huizen. s Middags
is het in La Boca toeristisch maar s avonds kan je hier best niet komen.
Na een wandeling door La Boca reden we via de nieuwste wijk
van de stad naar een groot natuurgebied. Nadat we dit hadden doorkruist kwamen
we aan bij de Río de la Plata, de breedste rivier ter wereld. Die met de boot
oversteken naar Colonia, Uruguay, staat zeker op mijn agenda. Zondagavond
afgesloten op het dakterras van enkele Franse studenten die hier 6 maand komen studeren.
Bijgevolg was het opstaan maandagochtend niet van harte. Ondertussen is het
hier woensdagnamiddag en las ik net op internet dat de nieuwe paus, iets wat me
anders volledig koud zou laten, de aartsbisschop van Buenos Aires is. Nu ben ik
uiteraard toch wel benieuwd wat dit gaat geven hier in de stad.
Voilà de inspiratie is nu echt wel op, ben halverwege helemaal
opnieuw moeten beginnen omdat ik per ongeluk alles had verwijderd. Ik ben
duidelijk nog geen blogpro.. Van al dat harde werk heb ik dorst gekregen, dus
ga ik op zoek naar een terrasje in de buurt.