Ik ben christelijk opgevoed, iets waar ik erg dankbaar voor ben. Op de basisschool heb ik niet echt in een leuke klas gezeten. Er werd veel gepest, en ik voelde me ook vaak buitengesloten. Bij de brugklas veranderde dat: leuke klas, erg gezellig met iedereen. We hadden veel lol met z’n allen. Sinds die tijd zit ik in een coole klas. Ondertussen raakte ik wel een beetje mijn geloof in God kwijt. 
Ik zat met allerlei vragen als: ‘Als God bestaat, waarom bewijst Hij Zich dan niet aan mij? Doe een wonder ofzo, laat Hij mij in ieder geval merken dat Hij er is.’ En: ‘Wat heb je eigenlijk aan een God? Volgens de Bijbel krijg je ook tegenstand de verduren als je juist gaat geloven. Wat moet je met zo Iemand?’ Maar echt het geloof opgeven, dat durfde ik ook niet. Dat ging net een stap te ver. Achteraf ben ik blij dat God mij zo heeft vastgehouden. Ook worstelde ik heel erg met mezelf. Ik voelde mezelf niet zo cool. Ik vond mezelf best wel dom, lelijk en wat al niet meer. Ik hield mijzelf voor dat niemand mij aardig vond. Dat laatste was min of meer gebaseerd op het feit dat mijn beste vriendin mij in de steek had gelaten. Echt een klap in mijn gezicht. Ik deed mijn best om haar terug te winnen, maar ze zei recht in mijn gezicht dat ik haar vriendin niet was. Een hele tijd heb ik zo rondgelopen.
‘Zo kan het niet langer,’ dacht ik. Voorzichtig ging ik een beetje positiever over mijzelf denken, maar de basis was nog vrij wankel. Ook ging ik naar Wervelweekenden en EO-Jongerendagen. Daar heb ik een blijdschap ervaren die voor mij heel nieuw was. Tijdens het zingen vooral ontdekte ik dat er iets was, iets wat ik niet kon plaatsen maar wat ik ook graag wilde hebben. Ik heb dus niet een speciaal “bekeringsmoment,” maar er groeide iets in mij. En ook begon ik te praten. Ik hield mijzelf altijd voor dat gesprekken niet hielpen, maar dat bleek absoluut niet waar te zijn. Gesprekken, zeker met mensen die al wel geloven in die God die kennelijk voor die vreemde blijdschap zorgde, helpen. Ik weet nu ook dat er al die tijd voor mij gebeden werd. Dat is geweldig om te weten: er zijn gewoon mensen over de hele wereld, mensen die je niet eens kennen, maar die gewoon bidden voor die personen die zo worstelen met God. 
En inderdaad, waar ik eerst zo bang voor was, gebeurde: als je gaat geloven krijg je tegenstand. Dat merk je. Een paar mensen van de basisschool begonnen vervelende opmerkingen te maken. En dat terwijl ze dat eerst nooit deden. Zo waren er nog meer dingen. Maar toch, er was iets veranderd. In plaats van dat ik God de schuld gaf van dit alles, legde ik al mijn angsten, zorgen, pijn en verdriet bij Hem neer. Ik praat nu regelmatig en overal met God. Op mijn kamer, op de fiets, en okey, niet verder vertellen, soms ook onder geschiedenis.
Op de laatste EO-Jongerendag heb ik een definitieve keuze gemaakt. Dat viel niet zo heel erg op; ik moest niet echt huilen, al stonden de tranen in mijn ogen, ik had ook geen gesprekken meer nodig: ik had alles al met God besproken. Zo’n relatie met Hem had ik al wel. Waarom dan toch nog zo’n definitieve keuze? Om dat ik daar iets heb ervaren wat nog nooit eerder zo is geweest.
Na de toespraak van Hans Eschbach zongen we het lied “Here I am to worship”. De tekst raakte mij zo diep. Zo diep als niemand kan komen, zo diep kwam God door dat nummer heen. Het was alsof God tegen mij zei: ‘Je bent teruggekomen bij Mij, Ik ben daar zo gelukkig mee. Je moest eens weten wat voor een feest we in de hemel vieren. Ik ken je volkomen en Ik hou helemaal van je. Jij bent voor Mij super. Omdat Ik jou zo goed ken, wil Ik graag met je meelopen.’ Het was alsof ik het met Gods ogen zag. En op dat moment besloot ik voor eens en voor altijd dat ik God wil dienen, no matter what.
Soms ben ik bang, voor de toekomst. Of ik zie ergens tegenop. En nog steeds heb ik het probleem dat ik soms minderwaardig over mijzelf denk. En ik kan heel goed dingen verbergen; ik ben dan heel vrolijk alleen ik voel me niet zo. Zulke dingen probeer ik te veranderen, en ik merk dat God me helpt. Het gaat haast al automatisch, alles bespreek ik met God. Daarna blijf ik nog een poosje stil zitten of lees ik in de Bijbel. Soms krijg ik direct al antwoord, door bijvoorbeeld een gedachte of een bijbeltekst, soms antwoordt God en zie ik achteraf hoe goed God alles in zijn hand heeft.
 
God bless!! – Anoniempje
 
(Van: www.eo.nl, 05/07/2004.)