In mijn
tweede post ga ik het hebben over de resterende differentiatievormen die minder
worden toegepast door de leerkrachten die ik heb geënquêteerd.
Differentiëren naar meervoudige intelligenties
Een van de
resterende differentiatievormen is Differentiëren naar meervoudige intelligenties.
Ik moet erbij zeggen dat dit wel één van de resterende vormen is maar wel nog
altijd vrij veel gebruikte vorm.
4/5 van de
leerkrachten doen dit onder andere gebruik te maken van afbeeldingen en/of
grafieken om de visuele ingesteldheid te bevorderen. Daarnaast gaan ze de
leerlingen die de les ritmisch en/of muzisch beter begrijpen geluidsfragmenten
laten horen. Tot slot kan men dit ook doen door gebruik te maken van
communicatieve en/of samenwerkingsopdrachten te laten maken om het sociaal
vaardigheid te bevorderen.
Differentiatie naar belangstelling
De tweede
resterende differentiatievorm is Differentiëren naar belangstelling. Hierbij
geven de leerkrachten hun leerlingen keuzevrijheid in taken die zij tijdens de
les uitvoeren. Soms mogen de leerlingen zelfs nadat de verplichte leerstof is
behandeld zelf een onderwerp kiezen waarmee ze verder willen gaan.
Differentiëren naar voorkennis
Ten slotte
is de laatste differentiatievorm Differentiëren naar voorkennis. Hierbij kan
ik vermelden dat de meeste leerkrachten dit doen door de leerlingen met weinig
voorkennis extra informatie en taken geven om hen op het gewenste niveau te
brengen.
|