opbouw 't kakelnest

05-06-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.MIJN WAGENS deel 3

Mijn wagens :  deel 3





Ook trokken we met de Daf 33 naar South Rhodesia (nu Zimbabwe).

Soms moesten we riviertjes doorwaden.





Een vriend collega had een Dodge stationwagen – ik geloof model 1957 - om te verkopen

meegegeven aan een Griek. De wagen kwam zwaar beschadigd, onverkocht terug.

Waarschijnlijk hadden ze hem  gewoon gebruikt als taxi en gereden met te weinig olie.

’n Technieker zou de wagen herstellen na zijn uren.



Die tijd hadden de vele Amerikaanse wagens vinnen.

Dat hielp bij het parkeren.





Om de achterklep te openen moest men eerst de achterruit elektrisch laten zakken.



Na een meningsverschil met de technieker kwam de wagen met

gedeeltelijk open motor terug. Later zou blijken dat de motor kwaadwillig

gesaboteerd was. Ik heb heel veel geleerd om de motor terug aan de praat te krijgen.

Uitzoeken wat de ontstekingsvolgorde was van deze 8-cilinder . 

 De aandrijving van de benzinepomp was er niet meer. Later bleek dat in sommige

zuigers de splitpinnen ontbraken zodat de zuiger as de cilinderwand kraste, wat olie verlies

 tot gevolg had. Ook het stuurhuis was onvolledig, zodat de wagen tijdens een rit plots

onbestuurbaar werd. Gelukkig was er toen in deze grote wagens nog geen airco, servo stuur en dito remmen.

Anders was ik niet aan de herstelling begonnen.

N.B. de foto toont een 8 cilinder Chevrolet, iets kleineer dan de  8 cilinder Dodge




Al bij al waren dat indrukwekkende voertuigen.




Tijdens het grootverlof 1966 kocht ik mijn eerste totaal nieuwe auto: een NSU Prinz 4.




Achterliggende luchtgekoelde 2 cilinder 750 cc.    4 liter op 100 km.

Het was voor mij de ideale wagen.





Het model leek afgekeken van de Chevrolet Corvair.




Ik had de NSU in de blauwe kleur besteld. Maar bij levering was het een grijze.



Binnen zicht.




De kofferruimte volstond voor mij. Voordeel een koffer vooraan kun je niet overladen.





Talrijke keren zijn we in de broes rond Lubumbashi gaan kamperen tijdens de weekenden.



De aarden wegen konden we aardig wat stof maken in het droog seizoen.





Tijdens de weekends kampeerden we dikwijls aan het meer van de familie Staquet, een kleine 30 km buiten Lubumbashi.



In Zambia werd het zicht op de hoofdweg beperkt door "olifantengras". Een Amerkaanse Ford ontweek me niet..

De Prinz 4 werd hersteld, doch ik voelde me niet meer goed in de wagen. Ik besloot tijdens het verlof '66 de grotere

NSU Type 110 te kopen.  Tijden de herstelling leende ik deze Vauxhall cresta, die ik later als 2de wagen zou kopen.


05-06-2015 om 00:00 geschreven door bertus  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
01-06-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.MIJN WAGENS. Deel 2

MIJN WAGENS.   Deel 2





Met mijn scooter was ik de koning te rijk. Nu kon ik zelfs de broes in trekken langs onbegane wegen.





Het was wel oppassen voor slangen. Met een scooter ben je niet zo beschermd als in een wagen.





Kerstmis 1962, nieuwjaar 1963, kreeg ik een uitnodiging van een collega om mee te gaan kamperen

en vissen in Kasenga. Dat is op 250 km van Lubumbashi (Katanga).

We zouden reizen met zijn “Thames”busje.





We deden er 6 uur over. Het was in het regenseizoen en de aarden weg veranderde soms in een kleine rivier.





Plots lag er een gekantelde kraan op de weg. Van de baan geschoven

door het glibberige wegdek. Even wachten tot er een oplossing komt.





’s Avonds was het te laat om nog te gaan vissen.  De volgende morgen konden we de hele dag vissen op katvis.





Bij ons zijn katvissen te houden met goudvisjes. Ze worden 10 tot 15 cm. In Afrika kunnen ze meer

dan een meter lang worden en tussen 40 tot 60 kg wegen. We konden er 7 vangen van dat kaliber.





Tijdens het paasverlof 1963 vroeg mijn collega om met enkele van zijn zonen en hun vriendjes te gaan

kamperen aan het Kariba meer. Dat kunstmatig stuwmeer ligt tussen het huidige Zambia en Zimbabwe

op ongeveer 1000 km van Lubumbashi.





We vertrokken om 6 uur en waren ter plaatse rond 21 uur. De hele baan was geasfalteerd van Lubumbashi

 tot Siavonga.  Uitgezonderd de laatste 50 km. Dat was gravel weg.





Een bijkomende moeilijkheid was in het begin ”Linksrijden”.  Maar het went vlug.





Hier de stuwdam op de Zambezi rivier.




Na het grootverlof 1963 bracht een vriend een Daf 33 mee.





Daf wagentjes hadden een Variomatic. Fanatisch praktisch.

 Alleen oppassen dat er geen water bij de aandrijfriemen komt.

Anders slippen ze en geven geen kracht meer door.





De motor was een luchtgekoelde 2 cilinder boxer, zoals de vroeger gekende 2 PK van Citroën.





De bediening was heel eenvoudig: vooruit – neutraal – achteruit.


Een gas- en rempedaal.





Tijdens een lang weekend reden naar de Victoria falls.

We deden 2200 km op 4 dagen. Het grootste gedeelte waren

Asfalt wegen. Maar soms ook niet.




De Victoriawatervallen zijn de breedste watervallen van Afrika. Zij vormen een watergordijn van

1708 meter breed en 100 meter hoog en hebben een maximale valhoogte van 128 meter.

 Per minuut valt er 500 miljoen liter water over de rotswand. Ze zijn gelegen in de Zambezi,

 op de grens tussen Zambia en Zimbabwe. (Wikipedia)

De wegen in Afrika zijn soms heel speciaal. Heel avontuurlijk.


01-06-2015 om 20:06 geschreven door bertus  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)


Inhoud blog
  • MIJN WAGENS deel 3
  • MIJN WAGENS. Deel 2
  • Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Archief per week
  • 01/06-07/06 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 09/03-15/03 2015

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs