We deden een aantal proefjes rond drijven en zinken. Eerst moesten de kinderen voorspellen of bepaalde voorwerpen in water gaan zinken of blijven drijven. Daarna konden ze zelf aan de slag met een vriendje. Dit mocht het water in: een muntstuk, een noot, een spons, een spijker, een pluim, een balletje, een paperclip, een kroonkurk, een slijper, een kurk, een steen, een blaadje.
10-02-2011 om 20:45
geschreven door juf Lindsay
|