'S ochtends
Weer opnieuw
de geur van je geliefde
herinneringen aan warme momenten
'S ochtends...
weer opnieuw
Voelen wat niet mocht zijn
weerom een leeg en bloedend hart
Niet zichtbaar
enkel in mezelf
mijn eigen verdriet
verstopt
achter een glimlach
Tot
de avond valt
tot er weer die stilte komt
om mij heen
en in mn hoofd
dat dagelijks gevecht
tegen die emoties
en dat verlangen
iedere dag opnieuw
daartegen verliezen
A fast-fooded life Fulfilled with consumptioned feeling Charging in my mind overruled by Chaos No more limits in the sky Friendship has ended No heart to love Only wind and smog Hides pieces of the past I see my castle Untouchable in a bubble Floating in the air The futures gone a long time ago On a journey With my only love my dream i ever dreamed Never to come true It all disappeared Together with you.
Rustig wandelend op de grens van mn toekomst Kijk ik naar links en zie mn verleden. K aanhoor de conversaties van mijn geest, huiverend bij wat die te vertellen heeft. Maar glimlach bij verschillende anekdotes.
Aan mijn rechterzijde is het stil tot ik die grens eventjes oversteek en hoor hoe gefluister me uitnodigt om verder te gaan.
Een pad bezaaid met stenen, klaar om over te struikelen, ligt lokkend voor me klaar. Toch blijf ik nog eventjes in die veilige zone van die grensstreek.
Ik kan die conversaties nog wat verder volgen. Herinneringen worden weer klaarder, duidelijker en met meer vorm komen ze uit de mist. Ooit alles verdoezelend, laat nu hun andere zijde zien.
Het was allemaal zo slecht niet, wel lang onzichtbaar. Niet langer twijfelend over wat ik al ken of wat ik nog kan leren Stap ik naar rechts en ga het onbekende tegemoet. Een nieuw leven, een groter avontuur neemt me in zich op
Stap voor stap ontwijk ik de grootste stenen nu duidelijker voor mn voeten liggend. Het zijn net dezelfde als in mijn verleden. Dus waarom nog langer schrik hebben om verder te gaan.
Ik werp nog een laatste blik op de grens van mijn verleden, mijn borderline. Zachtjes een vaarwel mompelend. Het was fijn om daar eventjes te zijn. De mist omhult weer alles, de herinneringen blijven.
Zacht fluweel streelt mn voeten Bij iedere stap die ik dichter zet. Naar je vragende ogen en je kussende lippen De koelte van het natte mos is nauwelijks voelbaar
Je neemt mn hand vastberaden niet meer los te laten en dwingt me met een zwoel smekende blik om neer te zitten.
In t licht van de maan genieten we van de nachtelijke stilte enkel je opgewonden ademhaling is nog hoorbaar Langzaam ga ik liggen
Je blonde haren geurend naar white musk strelen mn gezicht dansend op die lichte bries Ik laat me in vervoering brengen Genietend van jouw teder gestreel
Met ontbloot bovenlichaam vleien we tegen elkaar de koelte is niet voelbaar. Zweetdruppels zoeken zich een weg Tussen je zachte boezem
Jouw uitdagende spel voor een publiek van duizenden schitterende sterren geeft je nog meer magie Ik laat me betoveren heel graag
Heel ver hoor ik geluid en t laat me onberoerd mijn aanblik op je wulpse gedrag houd me vast De rest dringt niet meer door
Het nachtelijk leven is zo onrealistisch mooi jouw aanwezigheid, die mooie verschijning laat alle zorgen verdwijnen
Langzaam word ik wakker nog steeds zie ik je gezicht en ruik je haren k voel je zweet
Onze blikken kruisten elkaar heel toevallig en ik was op slag betoverd, mijn leeg hart begon spontaan te slaan. Je ogen glansden in een gloed van duizend parels en robijnen, verlicht door een gouden zonneschijn. Ze zijn zo mooi, diep in gedachten verzonken, ver voor je uitstarend. Het waren net pretlichtjes, glimmend van geluk.
Je perzikzachte wangen bloosden en lieten mn handen toe ze te strelen, je lichtjes te beroeren en in je oren fluisterend, warme woorden over onze reis naar mijn land. Een voor jou onbekende wereld werd ons paradijs.
Je zachte boezem bewoog op en neer van opwinding, je hart en ziel sloegen hun vleugels open en je vloog over ons betoverende land.
In die eeuwige bron dronken we samen van het genot onder het licht van de volle maan en de speelse sterren. Je nodigde me plagend uit om je te kussen op je zoet smakende lippen. Licht geurend naar een paarsgetinte zwoele geur verlegden we onze grenzen van intens genot.
Je omarmde mn ziel en voedde me met zoete woorden, beantwoorden deed ik spontaan. Betoverd door je innerlijke schoonheid was ik mezelf vergeten, en lokte je woede uit. Er vonkte vuur uit je ogen die altijd zo mooi schitterden, je warme stem sneed me de adem af.
Ik benam je alle ruimte en duwde je weg van mij. Onze betoverde wereld verviel in een donkere plaats, geen droomkasteel kon daar blijven bestaan. Ik creëerde mijn ergste nachtmerrie en moest je laten gaan
Geen fonkelende sterren meer, het maanlicht was verdwenen. Mijn zweetparels waren net hagelstenen, snijdend en ijskoud.
Ik pijnigde mezelf , bleef zoeken naar wat er nog was. Het lot plagend,wachtend op het kwaad. Diep in mij raasde een storm, riep ik nog je naam. Zoekend naar waar je vandaan kwam, waar onze reis begon.