De Oudheid : Tijd van Grieken en Romeinen (800 v.C - 500)
Rond 800 v.C groeiden in Griekenland dorpen uit tot steden. De Grieken leefden van landbouw, maar ze dreven ook handel met verre streken. Zo verspreidde de Griekse cultuur zich in de streken rond de Middellandse Zee. Griekse burgers verbleven de meeste tijd buitenshuis. De woning diende enkel om te slapen en te eten. Om de warmte buiten te houden waren er weinig ramen. Griekenland bestond een een aantal autonome steden, met eigen bestuur en leger. De bekendste stadsstaten waren ongetwijfeld Athene en Sparta. Griekenland is bijna volledig omgeven door water. Daarom was de scheepvaart voor hen heel belangrijk. Ze bouwden dan ook stevige schepen met zeilen. Om nog sneller te varen moeten slaven roeien. Daarnaast bouwden de Grieken oorlogsschepen om nieuwe gebieden te veroveren of te verdedigen.
In Italië was Rome toen nog een klein dorp. Maar de Romeinen waren goede soldaten. In een paar eeuw bouwden ze een reusachtig rijk op. Ze veroverden de Griekse wereld en Egypte. Van West-Europa tot in Afrika en Azië legden de Romeinen uitstekende wegen (heerbanen) aan. Dankzij die brede wegen, belegd met platte stenen, konden het Romeinse leger en handelaars zich snel verplaatsen. Er waren zelfs mijlpalen die vertelden hoe ver het nog was. Aan de kruispunten van de heerbanen en andere gunstige plaatsen veranderden hun legerkampen na jaren in Romeinse steden.
De Romeinse veldheer Julius Caesar veroverde in de eerste eeuw voor Christus onze streken. De Gallische volksstammen werden 1 voor 1 verslagen door het Romeinse leger. De Romeinse provincie Belgica werd een deel van het Romeinse rijk. Een versterkte Romeinse stad in onze streken was Tongeren.
Rome was een wereldstad. 1 miljoen Romeinen binnen een stadsmuur zorgden voor veel problemen. : afval, werkloosheid, verkeersopstopping, .... Het water werd via aquaducten tot in de stad gebracht. Het eten werd aangevoerd vanuit het platteland. Op de markt (forum) van Rome werden producten verkocht die uit het hele Romeinse rijk afkomstig waren. De gewone man leefde in appartementsblokken (huurkazernes). Rijke Romeinen bouwen luxueuze villa's. Slaven doen er het meeste werk. De Romeinen hielden van paardenrennen ion het circus, toneel in de amfitheaters en gewelddadige spelen. In het colosseum knokten gladiatoren op leven en dood tegen elkaar of tegen dieren. Ook de badhuizen waren heel populair.
Romeinen en Grieken droegen tunica's Dat waren lange hemden met een touw om hun middel. Rijke belangrijke mensen droegen een toga.
Het is niet zo gemakkelijk voor de wetenschappers om het leven van de eerste mensen correct voor te stellen. Het is dan ook al heel lang geleden. De mensen uit die tijd lieten geen dagboeken of brieven na, want schrijven eden ze niet. Archeologen moeten dus op zoek nar voorwerpen ... Een bewerkte steen lijkt op het eerste gezicht niet zo belangrijk, maar archeologen kunnen er veel info uit halen. Zo kunnen ze bv. aan de rand van de steen afleiden waarvoor hij diende. - om vlees te snijden. - om iets op te graven - om dierenhuiden te bewerken - om een ander werktuig te maken - om vuur te maken
In Ethiopië ontdekten de archeologen Donald Johanson en Tom Gray Lucy. Zij is een aapmens, liep al rechtop, mar klom ook nog in bomen zoals een aap. Lucy is 3,2 miljoen jaar oud.
De Brit Howard Carter ontdekt het graf van de Egyptische farao Toetanchamon. Lord Carnarvon was z'n sponsor. Hij vond er meer dan 5000 waardevolle schatten, waaronder het gouden dodenmasker. Dankzij die vondsten konden de wetenschappers het leven van de Egyptenaren heel nauwkeurig voorstellen.
Wat een feest deze namiddag!
Onze mete- en petekindjes van het eerste leerjaar kwamen langs.
Omdat het lichtmis is, genoten we van een lekker pannenkoekje.
Wij schminkten de kinderen en keken samen naar een toffe film.
5 zintuigen geven info door aan onze hersenen. Die interpreteren wat we waarnemen. Onze 5 zintuigen zijn de huid (voelen), de neus (ruiken), het oor (luisteren) , de ogen (zien) en de tong (proeven).