Vervoer of transport is het verplaatsen van goederen of personen. Dit kan bijvoorbeeld met de fiets, de auto, het vliegtuig...
Bij transport kan het gaan om tastbare (bv. goederenvervoer), vloeistoffen (bv. olietransport), gassen (bv. aardgas), mensen (bv. personenvervoer), dieren (bv. veetransport), maar ook niet-tastbare producten zoals energie of informatie.
Voor het vervoer wordt gebruik gemaakt van vervoermiddelen. Het proces van verplaatsing wordt verkeer genoemd.Bij deze vormen van vervoer verandert het vervoermiddel van plaats en daarmee de zaken. Maar er is ook vervoer door middel van vervoermiddelen die op hun plaats blijven, zoals pijpleidingen, kabels...
Het woord "transport" is samengesteld uit het Latijnsetrans dat over betekent, en portare, wat dragen betekent.
Met een vervoermiddel, vaartuig, vliegtuig of transportmiddel worden mensen, goederen of dieren vervoerd. Vervoermiddelen kennen verschillende vervoerwijzen zoals varen, rijden of vliegen.
De term voertuig wordt over het algemeen gebruikt voor vervoermiddelen die over land gaan, zoals bijvoorbeeld fietsen,auto's, treinen, trams...
Vervoermiddelen over en door water worden vaartuigen genoemd.
Voor vervoermiddelen in de dampkring gebruikt men helikopters of vliegtuigen.
Buiten de dampkring gebruikt men ruimtevaartuigen.
Een vervoermiddel kan door mensenkracht, een trekdier of door windkracht voortbewogen worden.
Hefbomen verlichten voor ons het werk. Daardoor moeten wij minder KRACHT uitoefenen.
Het is een staaf ( een 'boom' ) die om een punt draait.
Er komen altijd drie zakken voor :
- kracht
- last
- draaipunt
katrollen
Katrollen verlichten ook werk voor ons. Wederom moeten wij minder kracht uitoefenen.
Een katrol is eigenlijk niet meer dan een geleidingswiel waarover een kabel of touw loopt. Je kunt er de richting van de krachten mee veranderen. Een systeem van losse en vaste katrollen samen heet een takel. Takels worden gebruikt om zware lasten te tillen.
tandwielen
Tandwielen zorgen voor overbrengen van beweging. In sommige gevallen helpen ze via beweging kracht over te brengen. Tandwielen worden vooral gebruikt om het zware werk van mensen te verlichten.
De afstand die goederen afleggen, is bepalend voor de keuze van het transportmiddel. Ook factoren zoals tijd, houdbaarheid van de vervoerde goederen... spelen een rol.
Bij het vervoer houdt men rekening met het soort goed.
Goederen die fris moeten blijven krijgen een 'koeltransport'.
Aantal voorbeelden :
- melk
- kaas
- yoghurt
Breekbare goederen krijgen ook een speciale behandeling. Dit zie je aan het pictogram onderaan.
Aantal voorbeelden :
- glazen
- vazen
- servies
DUS :
We kiezen de transportmiddelen afhankelijk van de aard van het goed en de af te leggen weg.
Iedere stof of voorwerp komt ook voor in een bepaalde vorm of toestand. Dit is de aggregatietoestand.
Er zijn drie toestanden :
- vast
- vloeibaar
- gas
Er is één stof die in alle toestanden voorkomt : water