Regen tot 14 u Terwijl ik gisteren internette, zat Pieter nog met een biertje bij Gilbert. Hij zucht over zijn vrouwelijk gezelschap: Juliette en Yvette. Gilbert is erg vrijgevochten en Yvette weet goed wat ze wil... In de krant stond op de voorpagina een grote foto met vrolijke badgasten. Gisteren blijkbaar de 1ste zonnige dag sedert lang.
Vanmorgen fijne, aanhoudende regen. Pas vertrokken om 8.40 u , je kon maar ontbijten vanaf 8 u. We kunnen kiezen: de weg langs de kust: je ziet de zee, maar je hoort voortdurend auto's of de oude , middeleeuwse weg met hoogteverschillen, dan moet je wel de strijd aanbinden met de dalen en beken die van zuid naar noord lopen en die je dus moet oversteken. Rarara, wat doen we?
Langs wijngaarden naar omhoog. Txakoli is de naam van de plaatselijke wijnstruik ( voor een goede witte wijn). Na een tijd splitsen zich onze wegen. Pieter neemt de GR door het binnenland, ik volg de gele pijlen tot Getaria. Het loont de moeite af te dalen naar het stadje, de kerk is open en ik vind meteen de 4 roltrappen om weer boven te geraken. Hellende straatjes rond de gotische San Salvadorkerk. Die past zich wonderwel aan het ongelijke terrein aan, allemaal trappen rondom en binnen helt het schip naar boven naar het altaar toe. Een restauranthouder poseert fier met zijn piepschuimen bak vis: salmonitas ( kleine zalm, geen salmonella) en nog een andere vissoort, lenguado. Een meneer met een Baskische pet onder een zwarte paraplu wijst me terecht. " Ga jij naar Santiago, dan mag je niet mee met de roltrap!" Maar als ik uitleg dat ik van boven kwam met de trap en nog het kerkje binnen geweest ben, krijg ik toch nog zijn zegen.
De koeien staren me aan als ik hijgend voorbijkom. Ik let goed op aan de kruisingen. Soms is de gele pijl overgroeid door een wijnrank en de nevel komt op, het begint ook feller te regenen. Bij de afdaling naar Zumaia zoeven 3 bicigrinos ( pelgrims per fiets) mij voorbij. Zonder te remmen, durvers! Pieter heeft Zumaia bereikt voor de regen. Hij wacht me op aan een terrasje. We eten belegde broodjes in een bar, kwestie van wat op te drogen.
Regen tot na 14 u. De hemel klaart op. Net voor Elorragia kiezen we voor de GR langs de rotskust. dan hoeven we niet te klimmen naar het dorpje Itziar. Wat een grandioze natuur! Een witte wolkensliert blijft hangen net voorbij de horizon boven de Atlantische Oceaan. Bossen en weiden glooien af naar zee, dal na dal. door modderige weiden: hekjes open, hekjes dicht. Koeien: ik zie de uiers hangen... Pieter roept van de overkant van het dal: " Let op, modder beneden". Geen probleem met de stokken. Door een dennenbos met hoge varens. Bloeiende hondsroos. Geiten op het pad, bewaakt door een hond. Die laat het stuk argwanende pelgrim voor wat het is. Geitengemekker ook achter mij. Pieter loopt even op sandalen, trekt dan droge sokken aan, maar zijn schoenen zijn doorweekt. Een flyschwand, loodrecht op de kust, 50 miljoen jaar oud, nog van voor de Pyreneeën omhoog gestuwd werden. Paarden lopen wild een weide op. Misschien opgeschrikt door Pieter. Ik volg het paadje waar zij uitkwamen, beland in struikgewas. Ik roep. " Op je passen terugkeren, je hebt een hekje gemist". Inderdaad. Ik word meteen beloond met een prachtige orchidee. Volgende aanwijzing uit de verte: " je moet een beek oversteken". Ik geraak er droog over, maar blijf haperen aan een prikkeldraad: 2 winkelhaken in de regenhoes van mijn rugzak. En dan moet ik nog 2 meter over modderwater naar de GR. Ik hou er natte voeten aan over... Pieter wacht op me aan een parking. Blijkbaar was het 10 m stroomopwaarts veel gemakkelijker om over het beekje te geraken... Beter opletten dus! Een breed pad, misschien wel een vroegere spoorwegbedding. Een enkele eucalyptus. De Gr leidt ons via een waterzuiveringsstation naar de weg. Nog 4 km naar Deba. Pieter is verder gewandeld over de GR. Op het einde waren de stenen zelfs naar beneden gerold. Blij dat ik dat niet geriskeerd heb!
In het toeristisch bureau kun je je slaapplaats in de albergue regelen voor € 5. Daar zien we ze allemaal terug. Yvette en Juliette, Gilbert, Martine en haar man. Ook Francisco die we al in Irún ontmoet hadden. Slaap wel, peregrinos! ( 1 blaartje op mijn linkerhiel...)

|