Vanuit Quito met de bus (heel comfortabel) naar Lago Agrio, de startplaats voor de jungletours in het regenwoud. De volgende dag weer met bus en dan twee uur varen naar het Cuyabenoreservaat. We logeren in de Guacamayolodge, ver weg van de bewoonde wereld. En zo trekken we door de jungle naar een nederzetting van de Indianen. We maken en eten er een soort pannenkoeken van yucawortel en ontmoeten nog een echte sjamaan (5 dollar asjeblief p.p.) En dan snappen we waarom het hier regenwoud is. Gelukkig hebben we laarzen en poncho's van onze lodge gekregen.
Terug in Quito logeren we in de wijk Mariscal momenteel de hippe buurt van Quito. In het Museo National bewonderen we de Inca schatten en nadien omdat het zo'n zonnig weer is door het Parque La Carolina terug naar ons hotelletje. Morgen een lange busreis naar de "Oriente" .
In de namiddag met de bus naar Cotacachi en dan een taxi naar de Laguna Cuicocha op 3250 m hoogte en daar maken we een wandeling op de kraterrand. In de Laguna zelf liggen twee eilanden: Isla Teodoro Wolf en Isla Yerovi.
Op weg naar Otavalo rijden we door het prachtige Andesgebergte, daar aangekomen verkennen we de stad, op de Plaza Bolivar staat een prachtig stenen beeld van de Inka-generaal Ruminahul. Nadien nog een bezoek met de taxi naar het Condorpark en te voet terug naar beneden.
Nadat we onze lodge in het Amazonegebied hebben geregeld bezoeken we de "oude stad" een van Latijns-Amerika mooiste koloniale centrums.
De Compania de Jesuskerk is het hoogtepunt van chiaroscurostijl met een overdaad van goud en versieringen. Ook La Ronda -een straat met koloniale huizen en nu allemaal "artwinkeltjes" en restaurantjes maakt indruk. Besluit: Quito is tof en gezellig en hier zullen we op onze reis nog tweemaal terugkomen.
We geven het niet op, nog maar eens op avontuur met zijn vieren. Wie zijn het: van L naar R: Agnes, Cecilia, Georges en Dirk. Op de kaart zie je de route zoals voorlopig gepland. Naargelang de moeilijkheden die we ondervinden kan ze nog worden aangepast.