KERSTMIS
MET VREDEDREIGING 3
(de
nachtmerrie van alle waanzinnige wapenhandelaars)
Het
gebeurde in 2015 toen Assa landvoogd in Syrië was. Alle vluchtelingen
wereldwijd moesten zich registreren. Zo ook Youssov, een heel gelovige en vrome
moslim die op de vlucht was omdat hij de waarheid durven zeggen had in het
openbaar. Namelijk dat een echte moslim vredelievend en verdraagzaam is en dus
nooit kan deelnemen aan een oorlogs- of terreurdaad of aan een marteling of
onthoofding. Hij had zelfs gezegd dat elke religie en levensbeschouwing gelijkwaardig
en universeel is en in essentie dezelfde éne waarheid inhoudt, gebaseerd op
onvoorwaardelijke, echte Liefde. Daarom werd hij vervolgd en ei zo na
terechtgesteld maar hij kon met zijn gezin het land ontvluchten. Helaas
verdronken zijn vrouw en kindje toen ze in een gammel bootje de Middellandse
zee overstaken. Hij had nog geprobeerd hen te redden maar moest machteloos zijn
geliefden aan de ruwe zee prijsgeven. Wel kon hij een andere vrouw nog net
vastgrijpen vooraleer ook zij verzwolgen zou worden door de woeste golven. Ze
was hoogzwanger en alleen. Ze kwam helemaal uit Afrika waar ze weggevlucht was
voor het rebellenleger dat haar dorp verwoest had en alle mannen uitgemoord. Ze
was gedwongen geweest de rebellenleider te dienen als een slavin. Zo was ze ook
in verwachting geraakt. Bij een treffen tussen de rebellen en een andere
rivaliserende bende kon ze ontsnappen in de chaos van de strijd. Aangezien ze
niet meer terug kon naar haar dorp was ze dan op eigen houtje de grote tocht
naar het Noorden begonnen. Een mensensmokkelaar had haar beloofd te zullen
helpen maar dan moest ze haar papieren aan hem geven en eenmaal in Europa
aangekomen voor hem werken. Toen de boot verging had de kustwacht die hen redde de
mensensmokkelaars kunnen vatten en zo kreeg ze haar papieren terug.
Vanaf
dat moment bleven Marika en Youssov samen op de helse tocht van vluchtelingen
doorheen Europa. Ze moesten heel wat hindernissen trotseren. Nergens waren ze
welkom en werden haast als misdadigers behandeld. Grenzen werden afgesloten,
tot met hekkens en prikkeldraad toe. Ze moesten dagen- en nachtenlang in regen,
wind en koude buiten wachten.
Uiteindelijk
belanden ze toch in Brussel en stonden in een lange rij hun beurt af te wachten
om geregistreerd te worden. Ze konden echter enkel een papier krijgen waarop
stond dat ze later moesten terugkomen. Er waren teveel vluchtelingen en de
administratie kon niet volgen. Alle opvangplaatsen waren volzet en ze trokken dan
maar naar de buitenrand van de stad. Aan een boerderij gekomen, vroeg Youssov
of ze daar konden overnachten. De boer wees hun nors af en zei dat hij geen
vreemden vertrouwde in deze bange tijden. De boerin had echter medelijden met de
zwangere Marika en overtuigde haar man deze mensen te helpen. Goed, zei de boer
uiteindelijk maar ik wil ze niet hier in huis hebben; ze kunnen daar op de wei
in het schuilhok van de dieren slapen. Er ligt vers hooi en enkel ons trekpaard
staat daar momenteel. Er is plaats genoeg en het is er droog en warm. De boerin
gaf Youssov nog stiekem wat eten en drinken mee.
Rond
middernacht scheen de volle maan feller dan ook. Marikas kindje werd geboren
en in wat doeken gewikkeld en in de voederbak gelegd. Verderop lag een schaapherder
één van de laatste in het land- op een heuvelrug naar de volle maan te staren
en te dromen van vrede. Ineens zag hij beneden zich ondanks de lichtgloed van
de volle maan- een nog grotere schittering boven het schuilhok naast de boerderij.
Hij riep zijn kudde bijeen en liep naar de plaats toe. Hij voelde zich sterk aangetrokken door die betoverende
lichtglans. Een innerlijke stem spoorde hem aan te juichen van vreugde want
zijn levensdroom te leven in een wereld van vrede, vrijheid en
verdraagzaamheid- zou nabij zijn. Toen hij het pasgeboren kindje aanschouwde
begreep hij dat hier een Prins van Vrede op de wereld was gekomen om eindelijk
orde op zaken te stellen en liefde,
vrede en rechtvaardigheid te brengen. Hij gaf de ouders wat boter en schapenkaas,
zowat alles wat hij bezat. Youssov wierp tegen dat hij dit niet kon aanvaarden
en dat hij in feite niet eens de vader was van dit kind. Maar David, de herder,
bleef stralend van geluk naar het kindje
kijken en had geen oor of oog voor iets anders.
Ondertussen
was voor de oprit van de boerderij een grote limousine gestopt en drie mannen
stapten uit. Ze waren rijkelijk gekleed, als koningen maar dat waren ze niet.
Het waren een christelijke, een joodse en een moslimgeestelijke die in een
hindoetempel in de hoofdstad een oecumenische vredesviering hadden geleid en gedreven
door een innerlijke stem naar deze plek waren geleid. De hindoegeestelijke had
hen verteld dat hij in zijn spirituele oog gezien had hoe die nacht een Redder
van alle volkeren zou geboren worden in de rand even buiten de stad en toen
waren deze drie mannen op zoek gegaan terwijl de hindoe in diepe meditatie
alles zag gebeuren en meemaakte. De drie geestelijken gaven een gouden ring,
wat wierook (een overschotje van de dienst) en een potje balsem dat één van hen
toevallig in zak had steken.
En
zie, die nacht zwegen overal ter wereld de wapens en de daaropvolgende dagen
werden overal vredesakkoorden gesmeed. Alle mensen en volkeren verbroederden
zich en beschouwden elk-een als gelijkwaardig. Elk individu, elk volk, elke
cultuur werd gerespecteerd. Er heerste een klimaat van eenheid in
verscheidenheid. Legers werden omgevormd tot burgerdiensten die zich inzetten
bij rampen en hongersnood. Een golf van solidariteit omhulde de hele aarde.
Slechts één schaduwzijde verduisterde even dit schitterend verhaal. De
landvoogd van Syrië had bevel gegeven het kind van Marika te doden. Hij zag
immers zijn macht teloorgaan door dit vredeskind. Maar Youssov werd tijdig
gewaarschuwd door OCAD en kon nog net op tijd de toegangsweg naar de
luchthaven werd geblokkeerd door vakbondsmilitanten- de vlucht naar Egypte
halen
De
rest is gewijde geschiedenis
Yogannes
|