Op mijn eenendertigste, mijn bankdirecteur noemde mij toen graag zijn brute bronstige brontosaurus - ik noemde hem gewoon mijn zwakzinnige steenpuist -, toog ik met mijn scheepsanker naar zijn kantoor om hem te overhalen mij een gunstige schuldsaldoverzekering aan te smeren.
Mijn zestien jaar oudere rosse madelief had me daags voordien gedumpt wegens ijzertekort. (Kan ik eraan doen dat het zevengranenbrood niet meer is zoals vroeger, toen de dieren nog spraken en een pneumatische zuivelproduktpenetrator nog gewoon kaasboor heette.)
Dat moest gevierd worden tijdens een kroegentocht met veel vloeiends calorierijks, mijn bmi was toch al naar de knoppen en mijn x-factor was bijgevolg van dien aard dat de bankdirecteur mij stante pede naar een geneesdame doorverwees.
Terstond begonnen mijn winterhanden te zweten en flashbackte ik naar de tijd dat er op mijn ballen werd geblazen, in mijn handen werd geknepen en speedy mij nog niet op de hoge utilitariteitsgraad van vaseline had gewezen. Straf eigenlijk, voorheen kende ik vaseline enkel als gulpmiddel in de pornohoek van mijn videotheek in de Tolpoortstraat. Een mens leert wat bij door te bloggen, het woord 'steevast' bijvoorbeeld en vooral hoe collegabloggers mij hic et nunc in het gekscherend ootje nemen, maar er zeker van zijn dat ik het hen kan vergeven.
Maar ik was dus op weg naar de heelteef. Ik vorderde maar moeizaam en vroeg me af waarom ik in godsnaam al de hele reactie een loodzwaar scheepsanker meezeulde. Misschien zou Menck het antwoord hierop wel kunnen bedenken? Iets met 'blote konten' erin, kunnen we niet weerhouden, eilaas.
Mevrouw de dokteres bleek niet aanwezig in haar kabinet. Ik was toch echt wel gebrand op mijn medische acceptatie en sluw als ik was, besloot ik te verzwijgen dat ik een parachutespringend, duikend en motorrijdend verleden heb. Mijn scheepsanker gebruikte ik als inbrekersgerief (TE LAAT MENCK!!!) en via het luik van de kruipkelder, verschafte ik me toegang tot de woning. Zo ben ik dan wel weer : vastberaden en onverschrokken!
Op de tast zocht ik me mijn tocht doorheen een donker krocht met veel hartstocht knalde ik in een bocht tegen een gedrocht vol vocht. Ik heb te vroeg gepocht! Bezeten van achterdocht blies ik de aftocht en ik docht : "Mijn handen worden vuil! Mijn handen worden vuil!" "Had ik nu maar bij mijn uitdagende vijftien woordjes 'handschoenen' gezet ipv 'euthanasie'."
(Overeenkomsten met bestaande personen berusten op louter toeval.)
18-11-2006 om 09:27
geschreven door zapmoose
|