2000 jaar geleden was Gallië bezet door de Romeinen. In de Ardense wouden woonden toen de Trevieren, een Gallisch volk. Zij vonden goudschilvers. Goud zoeken was geen eenvoudig karwei. De goudzoekers moesten enorme hoeveelheden grond uit de rivierbedding halen, wassen en zeven.En dat voor enkele schilfertjes... Nu nog zie je in de Ardennen honderden heuveltjes van 2 tot 3m hoog, met het gruis dat overbleef na het wassen en zeven. Aan het einde van de vorige eeuw schreven kranten over de oude goudzoekers. Enkele nieuwsgierigen gingen in de Amblève zoeken en ... ze vonden een paar goudschilfers. Het was het begin van een echte goudwedloop! Heel wat boeren lieten hun kippen, schapen, varkens en aardappelen in de steek om goud te zoeken in de rivier. Op veel plaatsen vonden ze wat van dit kostbare materiaal, maar in zulke kleine hoeveelheden dat het echt niet de moeite loonde. Bovendien was het verboden. Men was bang dat de goudzoekers de streek zouden vernielen. Zo kwam er een einde aan de goudkoorts. Of er nu nog goudschilfers liggen? Misschien... Wie weet komen we wel als miljonairs terug na de la roche-klassen...
Hallo nogeens, Misschien hoorde je weleens
vertellen over het feestje (lees: fuif) dat we donderdagavond doen tijdens de
openluchtklassen. Het speciale van deze avond is niet alleen jullie aanwezigheid,
maar ook dat we dat - zoals de traditie het voorschrijft - in een bepaald thema doen. Thema's zoals piraten,
etiquette, beroemdheden, stripfiguren, monsters, glamour, ... zijn al aan bod gekomen.
Misschien vinden jullie wel een leuker thema, waarin we ons kunnen
verkleden. Alle haalbare voorstellen zijn welkom. Schrijf gerust je voorstel
in het gastenboek of stuur een mailtje. Groetjes, meester Wilfried
We zullen ook een voettochtje maken naar 'le cheslé'. Le Cheslé is een Keltisch kamp even ten zuidwesten van het dorpje Bérismenil. Het kamp is moeilijk bereikbaar en ligt op een rotsachtig voorgebergte die 80 meter boven het riviertje de Ourthe uitsteekt in de beekvallei. In het oosten, zuiden en westen wordt de rots omgeven door de Ourthe die om het hoogplateau heen kronkelt. Aan de noordkant is de enige toegang die oorspronkelijk slechts via een smal pad op een heuvelrug bereikbaar was. Het terrein van het fort omvat 14 hectare. Voor een groot deel wordt het fort beschermd door de steile wanden en op de minder steile stukken heeft men een dubbele wal aangelegd van aarde, leisteen en hout van meer dan 1750 meter lang. Tussen de achtste en de zesde eeuw v.Chr. is het fort waarschijnlijk niet continu bewoond geweest, maar werd het gebruikt als schuilplaats voor de inwoners van de nabijgelegen dorpen. Sinds 1960 wordt het gebied diepgaand archeologisch onderzocht. Over dit opmerkelijke en moeilijk bereikbare oord vertelt een volkslegende dat het de schuilplaats zou zijn van sylfen. Sylfen zijn mythologische figuren. Ze zijn sierlijk en vrouwelijk, wild als de wind die ze oproepen,
net zo vrij als de vogels die ze de lucht in tillen en net zo grillig als het
weer dat zij helpen scheppen.
Ik heb een beetje de indruk dat iedereen wel wil weten hoe de kamers er zullen uitzien. Ik kan jullie al wel enkele zaken vertellen: Er zijn gewone bedden, kingsize bedden, stapelbedden, babybedden. In elke kamer is een lavabo, maar er zijn natuurlijk ook douches en een ligbad, er zijn kastjes waar je al je spullen in kwijt kan...Er zijn kinderen die zullen slapen op -1 en op +1. Is dit allemaal een beetje te geheimzinnig voor jullie? Ik beloof op mijn plechtige communiezieltje dat jullie maandag de echte foto's van het huis te zien zullen krijgen. Ondertussen ben ik de centjes nog aan 't tellen (ik ben al bezig van vrijdagavond) van onze reuze-mini-maxi-onderneming. Nogmaals allemaal een dikke pluim en een dikke merci voor al het werk en al de tijd die jullie in onze onderneming hebben gestoken. Het was de moeite waard!! Ik kan jullie nu al zeggen dat de La Roche-klassen hysterisch, euhm, historisch gaan worden... Groetjes, meester Wilfried
Voor het oog van
de aanwezige ridders en dames ving toen een ongelijke strijd
aan.
De graaf van
Montaigue spoorde zijn strijdros aan tot een snelle galop en onder een immens
gekletter van ijzer stortte hij zich op zijn zwakke tegenstander. Die was
slechts gewapend met een licht harnas en geen enkele uitrusting bood bescherming
aan zijn paard. Met een wonderbaarlijke handigheid en geleid door een vlugge
hand kon het rijdier de hevige stoot van de graaf
ontwijken.
De graaf draaide
zich vliegensvlug om en stormde opnieuw, iets trager nu en wat bedachtzamer, op
zijn handige rivaal af. Maar hoeveel slagen hij ook uitdeelde, enig resultaat
bleef uit en hij kreeg het nu toch wel erg warm. De kleine ridder toomde
vervolgens zijn springende paard in, stopte en nam een afwachtende, rechte en
uitdagende houding aan.
De graaf maakte
gebruik van dit moment en kwam toegesneld. Het zwaard van de kolos draaide in de
lucht en, in een stalen flits, kwam het met een fluitend geluid neer op de
onvoorzichtige knaap...
Maar de kleine
ridder was al verdwenen, terwijl het zware gewicht van de graaf, meegesleurd
door zijn vaart, het evenwicht verloor en uit het zadel werd gelicht. Onder een
kletterend lawaai van brekend ijzer, stortte de graaf neer op de grond.
De kleine ridder
stak het smalle lemmet van zijn lichte zwaard onder de helm van de gevaarlijke
graaf en sneed in een ruk zijn keel over.
Een ogenblik later
zag men de gelukkige vader bovenaan de slottoren het nieuwe paar begeleiden naar
de bruidskamer.
De volgende dag,
zeer vroeg, was de vader ongeduldig om het geluk van het jonge koppel te
aanschouwen, en hij wachtte hen op in het hof van het kasteel. Maar de zon kwam
steeds hoger te staan aan de hemel en nog steeds zag de vader hen niet
verschijnen. Toen hij het lange en vergeefse wachten uiteindelijk moe was,
beklom hij de treden van de toren, liep naar de deur van de bruidskamer en
klopte aan. Het antwoord bleef uit...
Hij kon zijn
bezorgdheid niet langer onderdrukken en duwde de deur open; nadat
deze was bezweken zag hij dat de kamer leeg was en het raam openstond. De
radeloze vader haastte zich met een sprong naar het raam en keek met afgrijzen
naar de lege diepte: in de afgrond, op de rots aan de oever van de Ourthe, staken twee
stippen af: de ene was zwart, de andere wit.
De mysterieuze
ridder was niemand minder dan de vermomde gravin Alix de Salm, die een verbond
had gesloten met de duivel om zich te wreken op de graaf van Montaigu en de
mooie Berthe van La Roche.
En nog steeds verschijnt Berthe op het kasteel ... als spook...
Misschien bezoeken we wel het kasteel in La Roche. Ik moet jullie wel vooraf waarschuwen voor een spook dat er nog steeds ronddoolt. Het betreft Berthe.
Maar wie is
Berthe eigenlijk ?
Een edelman van La
Roche had als enige erfgename voor zijn fortuin slechts zijn uitzonderlijk mooie dochter Berthe en
organiseerde een groot tornooi in zijn kasteel. De hand van de rijke erfgename
zou toebehoren aan de ridder die in een eerlijke strijd al zijn rivalen zou
overwinnen.
De eerste ridder die
zich aanbood was de Graaf van Montaigu, een kolos, fier op zijn kracht, die geen
enkele tegenstander ooit uit het veld had kunnen slaan. Kortom helemaal meester Wilfried.
Zodoende bood zich
geen enkele andere strijder aan.
Nochtans had de
graaf zijn trouw beloofd aan gravin Alix de Salm of was het juffrouw Tanja?
De tijdslimiet was
bijna verstreken toen een ridder het kasteelhof binnenkwam. Wat een speciale
tegenstander! Het was een hele kleine ridder, bijna een kind, en bij het zien
van deze schichtige vechter barstte de graaf van Montaigu uit in een daverende
lach.
Voor het ongelooflijke vervolg, kijk morgen op deze blog...
... van de heuveltoppen naar het fraaie grasland bij de Ourthe. Dit wordt een sportieve dag, want tot de oevers van de Ourthe moeten we een aanzienlijk hoogteverschil overbruggen. 's Ochtends vroeg hangt er nog dauw boven de Près Balthazard. De wandeling trekt om Le Cheslé, een vestiging van Keltische oorsprong die tot de 5de eeuw v.C. bewoond was. We lopen door via een brede weg die snel versmalt tot pad en dan tot visserspaadje. Het is lastig en we raken moeilijk vooruit. We moeten over boomstronken en rotsen klauteren. Maar het landschap loont de moeite... Zo ... dit zou helemaal uit ons dagboek kunnen komen. Wat denken jullie? Ziet iedereen het nog zitten?? Vinden jullie de La Roche-klassen wel een goede naam? Ik vind persoonlijk de Bérismenil-klassen niet zo geslaagd. Wie een beter voorstel heeft, laat gerust weten.
We zitten vlakbij La Roche-en-Ardenne in Bérismenil. Daar zullen we logeren in een groot huis dat speciaal is ingericht voor 30 personen. De eigenaar heeft net een gigantisch terras rondom het huis gemaakt. Dus ... laat het maar lekker regenen! Wij zitten toch droog. Neenee, ik heb net met Frank Deboosere getelefoneerd en hij zal voor een heerlijk zonnetje zorgen. Ik heb wel moeten dreigen met zijn banden plat te zetten. Morgen meer nieuws en misschien de échte foto's van jullie kamers...
Hallo beste (b)engeltjes, dit is dan de blog over onze komende uitstap naar de Ardennen. Zijn jullie even benieuwd als ik?? Stilaan zullen jullie meer en meer te weten komen over de plek waar we naar toe gaan, de avonturen die we zullen beleven, de kamerverdeling, of er een bamba zal zijn tijdens onze laatste avond, wat een bamba is, of er een echt kasteel staat, of we elke dag gewekt worden om 6 u30, ...
Hier zien jullie al een foto van jullie kamers:
Het wordt fantastisch!!!! Groetjes, meester Wilfried