Ik
ben nu één dag op aarde. Vreemd
om zoiets te zeggen, waarschijnlijk. In mijn hoofd klinkt dit logisch, maar het
lichaam zelf begrijpt het niet. Mijn lichaam nu, bedoel ik. Ik
heb honderden jaren in hibernatie gezeten om van de ene planeet naar de andere
te reizen, dus moe ben ik niet. Al is het wel een hoop informatie om in één dag
te verwerken. Misschien dat een blog helpt om alles op een rijtje te zetten. Te
beginnen van het begin.
Mijn
naam is Wandelaar. Ik ben een Ziel. Parasieten, noemen de mensen ons, maar zo
mogen ze het niet bekijken. Parasieten maken het organisme waar ze van
profiteren kapot, wij doen net het omgekeerde. Wij maken de mensen weer beter. Want
elke Ziel is van nature vriendelijk, eerlijk en behulpzaam. Kwaliteiten die de
mensen blijkbaar al lang niet meer bezitten, want toen wij hier aankwamen was
er niet meer dan oorlog, moord, de gruwelijkste zaken in een klein kadertje in
de krant. Niemand keek nog van vreselijke vormen van agressie op, het was iets
normaals, iets alledaags geworden. Zelfs de aarde zelf, die grote blauwe bol
met onschadelijke witte dampen, liep gevaar door hun toedoen en
onverantwoordelijkheid. De Zielen helpen alleen maar het mensenras en de aarde
te beschermen. Mensen kunnen dat niet, daarvoor zijn ze te gevoelloos en te
gewelddadig. We
zijn nu al zo ver met de kolonisatie dat er bijna geen mensen meer zijn. We nemen
hun lichaam zachthandig over, met hun herinneringen en kennis, en leven hun
leven verder. Maar bedachtzaam, vriendelijk en geweldloos. Een aards paradijs,
maar dan echt.
Ik
heb al op zeven van onze gekoloniseerde planeten gewoond. De aarde is iets
volledig nieuws, zeker talloze jaren op een waterplaneet. Dit leven is zo
verschillend: zintuigen die ik nog nooit heb gehad, gevoelens die zo
overweldigend zijn. De eerste keer dat ik buiten kwam, moest ik een paar tellen
op adem komen. Geur! Wat een vreemd zintuig! Het went snel, maar informatie
krijgen via je neus is iets vreemd en ongewoon voor mij. En gevoelens,
duizenden keren uitvergroot dan op mijn andere planeten. Ik huil voor het
minste, en voor iemand die redelijk koel blijft, wat ongewoon is voor een Ziel,
vind ik het onprettig. Maar dat zou eveneens snel wennen, werd me verteld.
Ik moet nog aan zoveel wennen op deze nieuwe planeet. En iets zegt me dat het niet zo makkelijk zal worden als ik gehoopt had.