Het vervolg laat niet lang op zich wachten, bij deze. Echter, het geheugen laat me sterk in de steek mits er stevig is door gedronken. En dit allemaal om het geluk van mijn vrouwtje. Ze heeft het dan ook allemaal gesmaakt en geklonken. De dag daarop was er eentje vanuit het draaiboek, volledig geautomatiseerd. Geen genade van de kleintjes die hun vrije tijd graag benutten met de nodige decibels en rommel. In het verlengde daarvan was het verjaardagsfeestje een aangename ontmoeting van vrijheid. Mijn fiets is die dag maagdelijk blijven treuren om het gemis van zijn bink. Het zij zo. Tommy
Vrijdagnamiddag zet ik de eerste stapjes van het weekend op de moto richting huiswaarts. De rit op zich is via het gekende parcours, namelijk van Zaventem, via de Brusselse ring naar Sint Denijs Westrem. Een rit van plm 45 minuten die door het klemmende vrijdagnamiddag gevoel intens wordt opgevoerd. Maw een instabiele gashendel en dito versnellingen. Weliswaar op een verantwoorde wijze door het fileleed maar met dat beetje extra dat de honger moet stillen voor het overvolle bord dat op mij staat te wachten, het weekend. Thuis tref ik de schoonouders samen met mijn 2 bijtgrage dochters aan. De gulle hand en woorden van opa en oma hebben reeds de 2 zieltjes een aantal versnellingen doen opvoeren. Een kroon wordt in allerijl afgewerkt voor de thuiskomst van het draaiend scharnier, El Mama, die vanavond een ton met gerstenat verdeeld onder de vrienden. Een daad die zij, in functie van haar 28 lentes op de aardse tijdlijn van het menselijk brein, wil etaleren in een bruine, oude kroeg. Een kroeg die door het team van Star Trek nog niet geëxploreerd is, where no men has come before. De gedateerde cafebazin en haar trouwe toog aanhang, de ware stormtroopers van de jaren 70 die een axioma van vertier hebben geijkt in de Gentse binnenstad, zijn de enigste elementen die hier het bestaansrecht afleveren, een regularisatie van dwazen in een veredeld spookschip. De Dulle Griet bakent hier met recht en rede het steven van dit geankerd schip gespierd af. De entering van vrienden heeft die avond alleszins zijn sporen achter gelaten. De aanhang was snel verdreven en de annexatie een feit. De binnenstad werd later ingenomen maar later daar meer over. Tommy
De ochtend rit, een mist van auto's en lucht, gewrongen en gemanoeuvreerd door het verkeer. Sommige zijn toch echt kiekens, idioten met een roze pull, verzwarend in hun grote auto's als de ultieme droge droom, slechts een schim van wat het leven is. Zij rijden daar ook en dat is altijd oppassen. Idioten, ze kweken als konijnen maar voor hun bestaat er geen jachtseizoen om de populatie daarvan in te dijken. In te tomen. Nu ja, ik ben er geraakt op mijn werk. De laatste dag van de week, de laatste uren, ze sluipen nu langzaam voorbij en treiteren mij voortdurend, spelen met de tijd en mijn humeur. Ik verzin dan maar werk dat ik vervolgens toch laat liggen tot de volgende week. Eigenlijk noemen we dat een planning opmaken. Laatst zei ik nog tegen mijn vrouw, het snoep en de koeken begin je nu toch wel te zien. Dat is plannen, anticiperen op wat gaat komen. De ruzie neem ik er graag bij. Eergisteren is ze gaan zwemmen en de planning is om dit elke maandag te gaan doen. Plannen, uitdenken, veilig stellen, vooruit zien, ik ben goed in die materie, het inschatten van zaken. Ik voorzie en anticipeer en had dus bijgevolg deze saaie dag op kantoor zien aankomen. En nu zit ik hier, gepland en geplant. Af en toe giet ik wat koffie in mijn levenloze lichaam opdat mijn frustraties weelderig verder groeien. Vanavond bestel ik gewoon een vat bier. Lap, weeral iets gepland. Ik ben goed! Tommy
Een hele dag op kantoor. De vakantie is nu echt wel finaal gedaan. Het najaar is ingezet en moet verkocht worden, exponentieel zonder marges. Net nu laat de zon van zich zien, een hele dag vrolijk beukend op het raam tegenover mijn bureau. Net nu wanneer de kranten berichten dat het nieuwe schooljaar zich definitief heeft in gang getrokken. Het ultieme bewijs dat de maatschappij terug in zijn plooien kruipt en de vakantiefoto's een geschiedenis herbergen van welzijn en overdaad. De telefoon hier is in volledige coma en laat enkel een flauwe hartslag zien door het groene oplichtende lampje. Op mijn moto heb ik ook een groen lampje, de indicatie dat hij in neutraal staat. Ik zit hier op mijn bureaustoel anders ook wel redelijk neutraal te wezen. Mijn hartslag probeert dezelfde cadans als die van mijn telefoon te volgen. Het lukt niet. Alhoewel hij in een diepe slaap is verzonken, heeft hij wel een zeer atletisch vermogen, merk ik op. Bon, die levert niets op. Geen minuut langer wordt mijn geest hier geduld in een lichaam dat naar m.i. ook wel mag toegeschreven worden als zijnde atletisch. Ruim bijna 16 kilo vermagerd in de laatste 5 maanden. Als een Grieks mythologisch wonder, uitgehouwen in de beste marmer, slinger ik mij weg van de rotsige stoel. Met ogen als Medussa, voor al wie ik tegenkom en iets te vertellen heeft, roep ik mijn Pegase, mijn tweebander uit de hel en verbindt mijn harnas, mijn goddelijke uitrusting met het wonder der schepping. Ik spring van twee verdiepingen hoog naar beneden, via de lift, en tref zo, via de deur, eigenlijk gewoon de straat, genaamd Kerkplein mits deze inderdaad grenst aan het kerkplein. Het wederzien is overweldigend. Waar ik boven op kantoor nog stuurloos uitkeek op de muur van Jos Van Der Loo, aanschouw ik nu mijn Hound of Bakersville, zwart als de nacht met één vurig Cycloon oog. Een rilling verraadt mijn aanwezigheid. Ik tem met mijn stem, een vertrouwde zware stem die hem nederig maakt en mij toelaat hem te bestijgen. De rest is niet vast te leggen op een foto. Dit is het moment waar de mens één wordt met zijn machine en samen klieven we de ruimte in. Een sonnet van tijd vergezeld het denken want 40 minuten later ben ik al thuis. Tommy
Voor velen vandaag is het de eerste schooldag, zo ook voor mijn 2 kleine dochters. Met hun nieuwe kleedjes, hun nieuwe botjes en de helemaal nieuwe boekentas zitten ze rond acht uur al klaar te wachten om het nieuwe schooljaar te betreden. Pipi Langkous houdt ze gezapig in het gareel. Tot dan nog geen traantjes te bespeuren. Voor mij het sein om mij klaar te maken voor de dagelijkse rit naar het werk. Ik haal het motopak van de haak, wurm mij in de zwarte Gore-Tex broek en vest en bevestig de laarzen om mijn voeten. Mijn ochtendritueel, zoals het zoetje bij de koffie. Ik hou ervan. Mijn fluo-gele helm nog vlug een beetje opfrissen en we kunnen vertrekken. Ik geef het gezin nog een dikke knuffel en loop naar buiten. Eindelijk, na een periode van wind en regen, verloopt een zacht briesje hand in hand met enkele zonnestralen, het ideale weer dus om te rijden. Het is nog wat fris, ik gok een graad of tien, maar ik ben goed ingepakt en ben er volledig klaar voor. Mijn moto, een BMW R 1100 GS, staat als een trouw ros te wachten. Ik loop naar hem toe en streel hem van top tot band met mijn ogen. Mijn hart klopt wat sneller als ik voor hem sta. Ik steek de sleutel in het contact en draai... en als een stampend paard, vol furie en overmoed, gromt en blaast hij zijn eerste tekenen van leven van de dag. Wederom een ochtendritueel waar ik eventjes stil van word. Ik laat hem eventjes roken en grommen terwijl ik ondertussen mijn helm opzet en vastmaak, de handschoenen deskundig aandoe en de buren begroet. Het is iets na de achten als ik mij op het zadel zet en de lichten ontsteek. De gashendel wordt een paar keer aangedraaid en ik voel onder mij de brute kracht zich storend inhouden. Het is tijd. Ik zet met mijn linkervoet mijn machine in eerste versnelling en draai de buffel weg van het huis, richting straat. Nog eventjes links en recht kijken voor opkomend verkeer. En dan stuw ik zachtjes het beton op, haal de gashendel open en brult hij de wereld toe. En heel af en toe brul ik mee. Tommy