releasedatum: 02/07/2006
definitief doorgebroken, zo zou je muse op dit ogenblik kunnen betitelen. dat dit al sinds 'absolution' zo is, het vorige album van 2003, en niet sinds deze plaat, werpt de vraag op: wat voegt dit album er aan toe? scoort het opnieuw?
met de eerste seconden van take a bow ben je meteen zeker: je hebt muse gekocht, en niet per ongeluk iets anders. hoe kan het ook anders met elementen als de dreigende opbouw waarin keyboard en zanger typische muse-melodieën doen opwellen. de eerste twee minuten beloven een megatrip naar één of ander galactisch stelsel met muse aan het roer. als de drum invalt wordt het allemaal nog wat krachtiger en dreigender. geen zwakke inzet voor het eerste nummer van een album waar iedereen drie jaar naar uitkeek. maar kijk: na drie minuten verwacht je een duidelijke richting om de song héél te maken, en die komt er niet. het blijft een beetje eentonig dreunen en dreigen. resultaat: het is een intro, een goeie zelfs, maar geen volwassen song op zich. het had dus korter gekund en dan miste dit nog minder zijn doel: de plaat openen en beloven wat nog komt.
nee, als fan ben je nog steeds niet verrast als je de eerste klanken van starlight hoort. dit is absoluut muse. de zang doet herinneren aan oudere nummers als endlessly. de toetsen een verfrissend melodietje dat meteen goed zit, om herhaling vraagt. het refrein sluit goed aan op de strofes. de extra gitaar vanaf de tweede strofe is een fijne verrijking zonder overbodig te zijn. dan komt er het rustmoment met een edge-achtig gitaartje. dik in orde, het zwelt aan, maar valt dan niet zo bombastisch in als je zou verwachten. het bouwt opnieuw van onderuit op, sleept mee. starlight is toegankelijk en makkelijk verteerbaar voor een breed radiopubliek (dan weet je meteen waarom dit als single gekozen werd) ondanks de zwaardere stukken die het grote publiek misschien wel wat doen fronsen (en de radio ietsje zachter zetten).
het is wachten op vernieuwing met het derde nummer. dit hadden we nog niet echt gehad. wel al gelijkaardig geluid, maar nog niet zo strak, zo stoer als in dit supermassive black hole. de liefhebbers die muse vooral graag hoorden om nummers als absolution zijn gewaarschuwd: ze willen het ruige niet te gauw in de kast steken. plug in baby deed het destijds goed als hit, dit nummer is daarvoor te eentonig en gek genoeg ook te rustig.
map of the problematique begint erg aardig. die toetsen, misschien wel hét wapen waarmee muse zich van anderen onderscheidt, zitten zeer netjes in een dance-achtig vestje. mooie mix van verschillende stijlen. er wordt weer flink doorgerockt (mama wie klopt daar zo zwaar op de deur?), en als Matthew begint te zingen, zijn we goed vertrokken. ik kan me van het beeld van een föhn die je haar strak achteruit blaast, niet ontdoen. muse verenigt het gepeperde met het warme, het zoete met het zure. minder als 'luisterliedje' en meer als freak-out-geluid, is het gedaan voor je er erg in hebt.
soldier of poem. eens kijken of die titel enigszins de muziek dekt. we gaan naar een soort " i can't help falling in love feat. elvis & muse". of dat lukt? nee. het begint smooth en eindigt zo. het is een stom tussendoortje, geen mooie, stevige ballad. het laat de oren even rusten. de zang is weinig spectaculair, ook al mag die meestal in samenzang overgaan.
wie van unintended hield, proeft invincible misschien als een onoverwinnelijk nummer. ikzelf vind het een beetje zeurderig. ok, instrumentaal zit het dik in orde. de tekst is weinig relevant. ok, wat ik uiterst genietbaar vind is dat gitaaropbouwwerk op 3:44. maar meer dan een aardigheidje kun je het niet noemen. toch denk ik dat dit nummer live nog kan uitgroeien tot publieksverleider nummer één. er zit veel energie in, misschien is het een tikkeltje onaf te noemen.
assassin is helemaal muse zoals steeds, teveel zelfs. het doet me denken: dit hebben we wel al gehad op vorige platen. de heerlijke drum weegt niet op tegen het flauwe refrein.
eigenlijk is er niet eens zoveel overgang naar exo-politics dat uitblinkt in lelijkheid. spoel het door (in alle opzichten).
city of delusion heeft een geweldige bass, een warm laagje waarop het zuiderse keyboard-toontje op ligt. we volgen de stem en worden weggecatapulteerd naar één of andere oosterse muse-oase. zonder twijfel: dit is experiment, vertrouwde stijl en kracht ineen gebald. de cd had meer van dit mogen hebben. hier ook denken aan plug in baby bij het refrein. de akoestische gitaar is hier vriend van de elektrische en van het trompetlawaai dat uiterst geslaagd solo gaat. let vooral op de agressieve drum. van kordate mokerslagen gaat het over in heerlijk onderhoudend gemep op alles wat beweegt: een cymbaaltje meer of minder blijft niet gespaard.
u dacht dat dit alles was op vlak van oriëntaalse inslag? nee, het loopt door in hoodoo. de zachte, tedere teneur is onvoorspelbaar. ook de piano in dit overigens duidelijk moeilijkere lied is een goed idee. het eindigt zacht en duister. nee, vervoering brengt het niet. wel rust die niet verveelt.
ok, maar laten we nog één keer eindigen met bruut geweld, denkt muse en zet knights of cydonia als afsluiter. mijn bloed begint te koken. de intro laat nerveuze paarden horen tegen een koor van middeleeuwers die wereldoorlog III aankondigen of zoiets. dit is filmmuziek die niet zo bedoeld is. een beetje jammer van de samenzang: gezeur. als knaller lukt het wel om de plaat af te sluiten.
toch zeg je na deze song: goed, het is nu even wel geweest, plaat in de kast, iets anders nu. stilte bijvoorbeeld. want er is veel lawaai geweest, de voorbije drie kwartier, en soms te weinig afwerking in melodie, teweinig investering in vernieuwing, in zoeken naar hét kippenvelmoment. het album is zeker geen neergang, het zet voort wat al was, maar ook niet veel meer dan dat. muse-fans lusten het vast en zeker. een nieuw publiek trekken zal het niet doen. daarvoor moet je eerder bij absolution of origin of symmetry zijn. bijvoorbeeld: de diversiteit van de songs op het absolution is ronduit groter. elk nummer is een nieuw juweel, enkele uitzonderingen buiten beschouwing gelaten. deze band gaat voort, laat geen steek vallen. het volgende album kan alleen maar in deze trend gaan. er is teveel talent om muse al te laten bezwijken na een paar platen. of het ook nog blijft verbazen of status quo handhaaft, dat is nu de vraag die nog rest.
7,5/10
rijmbrandt, 23/11/2006
http://www.muse.mu/index.php
23-11-2006, 00:00 geschreven door rijmbrandt 
|