Stap 4: Bronnen zoeken, lezen en verwerken (deel 1)
Bron 1: Tijd maken voor verdriet
Lenny Nauwelaerts
Bronvermelding:
Nauwelaerts, L. ( 2014 2015). Tijd
maken voor verdriet. Kleuters en ik, jrg. 31/2, 28 31.
Korte inhoud:
Lenny Nauwelaerts in een kleuterjuf in kleuterschool De puzzel in
Haacht. Ze geeft les in de tweede kleuterklas.Onverwacht krijgt ze het nieuws dat één van haar kleuters ernstig ziek
is. Met de hele klas hopen en wachten ze tot Fran weer terug komt naar de klas.
Maar heel onverwacht kreeg ze het nieuws dat Fran overleden was. Ze moest niet
alleen leren omgaan met haar eigen gevoelens maar ook de kleuters stelde
vragen, hadden moeite met hun gevoelens,
Voor Lenny was het een zware periode maar het einde van het schooljaar
was in zicht en ze had tijd nodig om dit te verwerken. Maar vanaf september had
Lenny, Pieter in de klas, de broer van Fran. Lenny bleef een tijdje weg van
school en ging in therapie. Hier ontdekte ze dat ze te veel angst had om zich
te binden met de nieuwe kleuters. Bang om weer iemand die ze liefheeft te verliezen.
Lenny leert hiermee omgaan en neemt toch alle moed bij elkaar om weer naar haar
klas te gaan. De ex-kleuters (klasgenootjes van Fran) snapte heel goed waarom
Juf Lenny zolang was weggebleven en gaven haar een knuffel. Lenny vond het zeer
belangrijk om veel met haar kleuters en ex-kleuters te praten of gewoon even
samen te zijn. Pieter, de broer van Fran, mocht enkele fotos meebrengen naar
de klas en deze werden omhoog gehangen in de boekenhoek. Zo kon iedereen die
dat wou altijd even bij Fran zijn. Pieter had hier heel veel aan. Ook op
momenten dat hij aangaf dat hij even over Fran wou praten of voor Fran wou
knutselen greep juf Lenny deze kans en werkten ze hier meestal samen als
klasgroep aan.
Juf Lenny had ook een herdenkingsplantje voor Fran gepland en samen
stuurden ze ook zeepbellenpost. Zo konden ze als (ex-)klasgroep, samen met juf
Lenny even naar Fran gaan. Soms praatten ze over Fran maar soms hadden ze ook
genoeg aan het samen stil zijn.
Onthouden:
Na het lezen van dit artikel was ik enorm emotioneel. Ik bleef maar
denken aan het feit dat mij dit even goed kan overkomen later als juf. Uit de
grond van mijn hart hoop ik dan ook dat ik zoiets verschrikkelijk nooit hoef
mee te maken. Maar ik hoop ook dat als ik dit meemaak ik evengoed reageer als
juf Lenny. Ik ben ervan overtuigd dat het heel normaal is dat zij er even
tussenuit moest en dat dit een situatie is waarmee je het zelf heel moeilijk
hebt, zeker als je dan het jaar nadien ook nog de broer in de klas hebt. Dit
maakt het zwaar omdat je nog steeds in dit verwerkingsproces zit maar maakt het
misschien ook mogelijk om op een rustige manier afscheid te nemen. Je bent er
in elk geval zeker van dat je niet de enige in de klas bent met deze gevoelens.
Ik denk dat die verwerkingsmomenten die Lenny beschrijft in haar artikel wel zeer
belangrijk zijn, zowel voor de kinderen als voor jezelf maar ook voor je
ex-kleuters. En dit artikel heeft mij er ook van overtuigd dat je niet altijd
moet praten met de kleuters maar dit ook op andere manieren kan aanbrengen in
de klas.
Bron 2: Afscheid van opa en van
Stefanie Anne Laeremans
Bronvermelding:
Laeremans,A. Afscheid van opa en
van Stefanie, kleuters en ik. Jrg. 15/3, 7 8
Korte inhoud:
Anne Laeremans is de mama van Jo (9jaar), Hanne (6jaar) en Stefanie
(3jaar). Stefanie is zwaar gehandicapt waardoor ze mentaal het niveau van een 5
maand oude baby heeft. Eind februari stierf hun grootvader. Ze wisten dat dit
ging komen en daarom bezochten Anne en de kinderen hun grootvader dagelijks. Hanne
stelde regelmatig vragen over wat er zou komen en ging gebeuren. Anne en haar
man hadden ook afgesproken om steeds een eerlijk antwoord te geven op de vragen
van hun kinderen. Hanne weende om het verlies nog voor haar grootvader
gestorven was. Terwijl Jo hier steeds stil over bleef. Om het moment dat hun
grootvader stierf was de reactie echter omgekeerd. Jo weende onophoudelijk en
was ontroostbaar terwijl Hanne heel stil was en niet weende. Anne en haar man
besloten om de kinderen het afscheid te geven da zij wilden. Ze gingen regelmatig
naar het lichaam, de kinderen hadden hier geen moeite mee en gaven hem ook
regelmatig een kus. De kinderen hadden de behoeften om opa aan te raken. Anne en haar
echtgenoot lieten dit ook toe. De kinderen maakten ook een tekening/briefje om
mee te geven in de kist van opa.
Enkele weken na de dood van hun grootvader werd Stefanie
opgenomen in het ziekenhuis. Jo en Hanne wisten dat er een kans was dat
Stefanie niet ouder zou worden dan 5 en wisten dus dat ze kon sterven. Op één
week tijd ging Stefanie erg achteruit en de dag voor ze stief lag ze in coma.
Jo en Hanne voelde zich niet bedrukt en keken vrolijk naar TV. Anne vroeg
hen om afscheid te komen nemen van hun zus Stefanie. Dit deden ze dan ook zeer
bewust. Toen Stefanie dan uiteindelijk stierf was hun eerste reactie dat petere
(hun grootvader) nu niet meer alleen zou zijn. In de kist van Stefanie gaven
Hanne en Jo enkele speelgoedjes mee en een beertje dat ze kochten voor de
geboorte van hun zus. De kinderen reageerden weer op een andere manier. Ze
stelde reële vragen over het ontbindingsproces en over wat er nu met Stefanie
gebeurden. Anne en haar echtgenoot geven hier steeds eerlijk antwoord op, dit
vonden ze belangrijk voor hun kinderen. 2 maanden later was het de verjaardag
van Stefanie. Anne en haar man wisten niet goed wat ze hiermee moesten doen maar
voor Hanne en Jo was het duidelijk. Het was feest, samen gingen ze naar het
graf en zongen er liedjes voor haar verjaardag. Voor Jo en Hanne is Stefanie
ook helemaal niet weg. Ze vinden dat Stefanie nog steeds thuis is maar dan als
geest. Ze praten regelmatig met haar in dromen en zien haar als een gezond
meisje dat bij opa leeft. Ze hebben ook elk op hun kamer een foto met een
gedroogde bloem, deze is heel belangrijk voor hen.
Onthouden:
Ik heb onthouden dat kinderen elk op hun eigen manier omgaan met het
verwerken van de dood. En dat het belangrijk is als ouders/opvoeders/ om zo
eerlijk mogelijk te antwoorden op hun vragen en hen niet stoppen bij hun initiatieven
(tekeningen maken voor in de kist, gaan zingen voor haar verjaardag op het
kerkhof, ). Kinderen zijn soms gemakkelijker in het verwerken omdat ze minder
nadenken dan ons. Wij gaan als volwassenen steeds het ergste denken maar vaak
gaan kinderen hier heel anders op in dan we eigenlijk denken.
Verplichte bron 1: Standpunt van 4 Vlaams politieke partijen ivm. multiculturaliteit
en/of de plaats van religie in het onderwijs.
N-VA:
De N-VA zet in op de talenkennis van de Vlaamse leerlingen.
Te beginnen met het Nederlands, zeker nu meer en meer leerlingen thuis een
andere taal spreken.
Ook voor vreemde talen moet de lat hoger liggen. Want naast een diploma is
talenkennis de beste garantie op een mooie toekomst.
CD&V:
Geen algemeen verbod op religieuze kentekenen. Dit verbod gaat vele te ver en
gaat jongeren beperken in hun schoolkeuze. Het gaat niet enkel om moslimmeisjes
die een hoofddoek willen dragen. Ook in de Sikhgemeenschap blijkt dat hun
kinderen door het algemene verbod vaak niet meer de opleiding van hun keuze
kunnen volgen, zeker niet op een redelijke afstand van huis.
Het inrichten van neutraal onderwijs waar leerlingen van alle
levensbeschouwingen welkom zijn is toch een grondwettelijke opdracht van het
gemeenschapsonderwijs?
Tussen een algemeen verbod en nooit een verbod zijn er veel schakeringen. Onze
samenleving heeft er alle belang bij om hier op een genuanceerde manier mee om
te gaan. Een algemeen verbod kan nooit recht doen aan de fundamentele vrijheid
en aan de concrete situatie en context.Wat in de ene stad of de ene school aan de orde is, is niet noodzakelijk
in een andere stad of school relevant.
Open vld:
Onze scholen zijn bij uitstek de plaats om democratische waarden en vrijheden
uit de dragen. Op de schoolbanken moeten jongeren kennis kunnen maken met de
verschillende erkende godsdiensten en levensbeschouwingen. Niet op een
theoretische en abstracte, maar actuele manier die rekening houdt met hun
concrete leefsituatie.
SP.A:
Scheiding van moskee en staat
De SPA.A wordt verscheurd door een ideologische breuklijn. De breuklijn gaat
over
1. Ons sociaal model
2. De scheiding tussen kerk / moskee en staat.
Wil SP.A zich ontwerpen als de passionara van het klassieke multiculturalisme
(de massale aanwezigheid van de hoofddoek op school moet kunnen, gescheiden
zwemmen moet kunnen als een opstap naar maatschappelijke participatie, ) Of
blijft de SP.A pal staan voor de scheiding tussen kerk / moskee en onze
instelling? De PS in Frankrijk heeft, onder leiding van de nieuwe premier,
recent alvast een duidelijke keuze gemaakt: voor een flinkse aanpak en voor een
strikte handhaving van de scheiding tussen kerk/ moskee en staat.
Voor het
jonge kind is de juf/meester een superheld. Zij weten alles en kunnen alles,
dat is toch wat zij denken. Voor de opvoeder in kwestie is dit niet altijd zo
gemakkelijk om deze gedachte te vervullen. Ik ben ervan overtuigd dat
kleuterjuffen en meesters een belangrijke rol spelen in het verwerkingsproces
bij een sterfgeval. Kleuters uiten hun ervaringen vaak in hun rollenspel en
tonen zo hun diepste gevoelens. Ik denk dat de kleuters zeker alle steun kunnen
gebruiken maar dat er in de klas niet de nadruk op gelegd moet worden. Kinderen
hebben nood aan iemand die achter hen staat en hen opvangt als het even niet
meer gaat. Ik ben van mening dat je zeker klassikaal hier even over kan praten
maar dat niet alles hierover hoeft te gaan. Je kan met het kind even alleen
zijn en het kind iets aanbieden dat hij/zij op dat moment nodig heeft. Ik denk
wel dat je als juf dit thema heel even kan aanhalen zonder aanleiding. Dat het
belangrijk is dat de kleuters wel eens even in aanraking komen met dit
onderwerp al is het via een verhaal, een filmpje, Ik denk dat dit onderwerp
bij kinderen op zn minst even moet worden aangehaald.
Wij hadden het al lang zien aankomen.
Maar voor Jo (9) was het een grote schok toen opa stierf. Ze heeft dagen
gehuild en vroeg zich af waar ze nu op woensdagnamiddag naartoe moest. Ze
blijft nu vragen stellen. Of ik ook ga sterven en wat er dan met haar moet
gebeuren. (Elise, moeder)
Wat is verdriet?
Slechte cijfers op een test, een
knuffel die stuk is, afscheid nemen van die superjuf, een klasgenootje
verongelukt, een dode poes Elke dag heeft zijn portie verdriet. Maar het ene
verdriet is het andere niet. Als je iemand (of iets) kwijtraakt die je dierbaar
is, spreken we van rouw. Dat kan dus evengoed bij een scheiding of verhuizing.
Deze bijdrage gaat vooral over verdriet na een overlijden.
Hoe ervaren kinderen de dood?
Kinderen tot drie jaar voelen duidelijk dat er iets mis is, maar
kunnen dat niet verwoorden. Sommigen huilen, anderen worden uitbundig, nog
anderen trekken zich terug. Het is voor ouders moeilijk om uit te leggen dat
dood zijn iets anders is dan slapen of op reis gaan.
Drie- tot vijfjarigen zijn duidelijk ontredderd. Ze beseffen
het verlies wel, maar denken nog altijd dat de dood iets tijdelijks is. Als de
overledene niet terugkomt, kan woede een manier van rouwen zijn. Voor altijd
en nooit meer zijn woorden die de kinderen moeilijk kunnen vatten. Ze hebben
meer dan ooit nood aan een vertrouwde omgeving en een vast ritme.
Zes- tot negenjarigen beseffen stilaan dat de dood onomkeerbaar
is en dat ze zelf ook kunnen doodgaan. Ze kunnen zich daardoor onveilig voelen.
Deze kinderen zijn nog sterk afhankelijk van hun omgeving. Laat ze voelen dat
je nabij bent.
Tien- tot twaalfjarigen willen vaak bij het stervensproces en de
begrafenis zijn. Soms beschermen ze anderen en onderdrukken ze hun eigen pijn
en verdriet. Tieners hebben vaak hulp nodig om hun gevoelens te uiten.
Dertien- tot
achttienjarigen
willen het liefst zelfstandig leven maar zoeken tegelijkertijd veiligheid en
bescherming. Ze praten niet gemakkelijk over hun gevoelens met een volwassene.
Wel met hun vrienden. Maar die weten ook niet altijd hoe je met iemands verdriet
kan omgaan.
Hoe vertel je slecht nieuws?
Hoe vertel je dat opa
overleden is, dat je gaat scheiden
Neem de kinderen dicht bij je. Toon
ze ook dat je ze niet alleen laat. Maak er een samen-moment van.
Zoek een aanknopingspunt voor
kinderen: Je weet dat papa en ik vaak ruzie hebben, Je weet dat oma de
voorbije maanden zo moe was
Wees duidelijk, zorg dat het bericht overkomt
(Vanmorgen heeft hij een ongeluk gehad, hij was onmiddellijk dood).
Gebruik geen ingewikkelde zinnen, hou het helder en duidelijk.
Je mag gerust je tranen laten zien.
Kinderen mogen zien dat jij het ook moeilijk hebt. Als je er maar voor
zorgt dat je jezelf en de situatie onder controle hebt.
Neem tijd om te luisteren naar de gevoelens
van je kind(eren). Zeg ze dat je bij hen blijft en voor hen zal zorgen.
Blijf ook letterlijk in de buurt. Laat ze voelen dat je van hen houdt.
Wat doe je zeker niet?
Je kind het slechte nieuws zelf laten
ontdekken.
Er zo weinig mogelijk over vertellen
(omdat je denkt dat het niet goed is voor hem).
Het nieuws op een verzachtende manier
brengen (Het is het beste voor oma).
Verdriet gaat niet vanzelf over: 4 TAKEN
Verdriet gaat niet vanzelf over.
Een rouwproces is voor iedereen anders. Wie iemand of iets verliest, moet vier
rouwtaken doorlopen:
TAAK 1:Het verlies onder ogen zien:
kinderen die rouwen, hebben nood aan aandacht, liefde en veiligheid. Pas als ze
zich veilig voelen, kunnen ze aanvaarden dat iemand die dood is niet zal
terugkeren. Lok vragen uit en probeer duidelijk te antwoorden. Soms lijkt een
kind op het eerste moment vooral bezorgd om zijn eigen gemak (Wie brengt me nu
naar de muziekschool?) Het lijkt alsof het gevoelloos is, maar eigenlijk stelt
het zijn rouwen uit tot het zich veilig genoeg voelt.
TAAK 2:De pijn van het verlies voelen:
als je verdriet verdrukt (Huil nu maar niet meer), komt dat later terug, in
de vorm van bv. hoofdpijn of slaapproblemen. Laat het kind verdrietig zijn, duw
het verdriet niet weg door alleen maar plezierige afleiders te verzinnen. Als
kinderen plotseling erg agressief worden, of de schoolresultaten gaan fel
achteruit, kunnen dat tekenen zijn van slecht verwerkt verdriet.
TAAK 3:Leren leven zonder: we
moeten de draad van het dagelijkse leven weer oppikken. We moeten leren leven
met de goede en de slechte herinneringen. Bekijk samen met je kind hoe je dat
de volgende weken/maanden kan doen.
TAAK 4: Nieuwe banden
smeden: soms denken
we dat we niet meer mogen lachen, ons niet meer mogen binden nadat iemand is
doodgegaan. We denken dat we anders ongevoelig zijn. Een kind moet ervaren dat
er na een tijd ruimte is voor nieuwe banden.
Wie het rouwproces heeft
doorgemaakt, is de dode niet vergeten. Iets van het verdriet gaat een heel
verder leven mee. Kinderen gaan zich wel opnieuw goed voelen. Ze kunnen opnieuw
afrekenen met de problemen van alledag.
Groot en klein verdriet: 7 tips
Kinderen worstelen op twee
niveaus met de dood: ze proberen te begrijpen wat de dood precies betekent
(Heeft oma het koud?) én ze proberen om te gaan met hun gevoelens. Hoe kan je
als ouder steunen? Vink aan wat klopt voor je gezin.
Ik praat thuis over
gevoelens. Wie
thuis een sfeer schept waar kinderen terechtkunnen met àl hun gevoelens
(blij, bang, boos, kleine verdrietjes), zorgt ervoor dat ze ook groot
verdriet makkelijker kunnen verwerken.
Ik praat over de
dood. Een dode
vogel in het park, bloemen die verwelken Er zijn veel aanleidingen om te tonen
dat de dood bij het leven hoort.
Ik toon mijn eigen
gevoelens (verdriet, boosheid, angst). Je kind spiegelt zich aan zijn ouders. Wat
jij doet, is normaal. Wees dus niet bang om te wenen waar je kind bij
is.
Ik antwoord op alle
vragen. Schrik
niet van vreemde vragen (Moet opa nu aarde eten, Heeft mama het nu
koud?). Vertel geen leugens. Geef toe dat je niet op alle vragen een
antwoord weet. Het is misschien moeilijk om iets als zelfmoord uit te
leggen, maar het is nog erger dat over te laten aan de verbeelding van
kinderen.
Ik luister naar de
gevoelens achter de vragen. Voelt mijn kind zich schuldig? Is het boos? Luister ik naar de
gevoelens of zeg ik mijn kind dat het maar flink moet zijn?
Ik geef mijn kinderen
de kans om afscheid te nemen. Wie een dood huisdier meteen vervangt, geeft
het kind geen kans om erover te rouwen. Goede vrienden zijn onvervangbaar.
Stel je kind vragen en luister naar wat het nodig heeft. Het kan een
tekening maken, een brief schrijven, meegaan naar de begrafenis. Spreek
erover, maar forceer niets. Vaak mogen kinderen niet mee naar het
stervensbed. Een laatste groet brengen kan nochtans helpen de realiteit te
aanvaarden.
We houden
herinneringen in stand. Doe niet alles weg wat aan het verdriet herinnert. Een foto in huis
is een gelegenheid om erover te praten. Het is ook een teken dat wie weg
is, niet vergeten is. Verdriet kan lang duren en verdwijnt nooit helemaal.
Verdriet op school
Kinderen brengen elke vorm van
verdriet mee naar school. Krijgen kinderen op school de kans om over hun
gevoelens te praten? Kinderen met verdriet hebben vooral aandacht nodig. Ze
willen ook begrip voelen voor hun verdriet en de kans krijgen om op school hun
verdriet te uiten en zo te verwerken. Leerkrachten zijn vaak bijzondere mensen
in het leven van kinderen. Gezien worden, aandacht krijgen van zulke mensen is
belangrijk. Als je kind verdriet heeft (bij overlijden, scheiding, dood van een
huisdier, kapotte knuffel) kan je dat beter melden aan de leerkracht. Zo kan
hij daar passend op inspelen.
Bron: De eerste lijn(2002).
Waar is opa nu?. Klasse voor ouders, Zoek de 13 verschillen(nr.63), p.4
5
2.Keuze motiveren
Ik heb voor
het onderwerp rouwen met kleuters gekozen omdat het een onderwerp is dat vaak
vermeden wordt in gesprekken. Ikzelf als kleuterjuf in wording heb geen idee
hoe ik zou moeten reageren als dit nieuws in mijn klas terecht komt en de kans
dat het gebeurt is toch redelijk groot. Ik zou graag als juf voorbereid zijn op
zulke situaties. Ik ben ervan overtuigd dat je als juf toch wel een grote rol
speelt in het verwerkingsproces van deze kinderen. Zeker jonge kinderen zien de
juf vaak als de persoon die alles weet en alles kan, het is dus belangrijk dat
je op zon momenten je kinderen niet teleurstelt. Zelf ben ik tot nu toe nog
niet in contact gekomen met het afscheid nemen van nabije familie. Ik heb enkel
ervaring met het afscheid nemen van mijn hond die ik 9 jaar kende.
Tegenwoordig
is er zeer veel diversiteit in de klas. Kinderen met een verschillend geloof
zitten in één klas. Maar elk kind binnen zijn/haar geloof verwerkt dit op een
eigen unieke manier. Maar hoe kan je als juf binnen deze unieke manier helpen
bij dit zware verwerkingsproces? Dit is iets dat ik heel graag zou weten.