Ik ben driege kimberly, en gebruik soms ook wel de schuilnaam coockie.
Ik ben een vrouw en woon in ninove (belgie) en mijn beroep is schoolbanken verslijten.
Ik ben geboren op 21/02/1994 en ben nu dus 31 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: dieren.
Dit is een eeuwenoude langharige kat, volgens sommigen de voorouder van alle moderne langharige katten, waaronder de Turkse Angora en de Perzische Kat. Hij is vrij gewoon in noordelijk Rusland, onder andere in de omgeving van Sint-Petersburg, ook al ligt( dat niet in Siberië. Zijn dichte vacht beschermt hem tegen de hevige kou. Soms wordt hij ook de Siberische Boskat genoemd. Uiterlijk Een stoer gebouwde kat met een middellang lichaam en een brede, ronde kop en krachtige poten. De vacht is lang en dicht, met een zware ondervacht. Hij heeft een dichte kraag en een overvloedig behaarde staart. Vooral voor leken lijkt hij in veel opzichten op de Noorse Boskat, waarmee hij mogelijk direct verwant is. Geschiedenis Het schijnt dat deze kat al eeuwen in Rusland aanwezig is. In de negentiende eeuw, toen hij voor het eerst in het Westen opdook, stond hij bekend als de Russische Langhaar. Hij werd met andere langharige katten gekruist, die indertijd populair waren, zoals de Angora en de Perzische Kat, zodat hij zijn afzonderlijke status snel kwijt was. Begin de twintigste eeuw werd hij verdrongen door de Perzen met hun zachtere vachten en het duurde niet lang voor hij geheel uit de cat fancy verdween. In het land van herkomst bleef hij echter even populair, maar hij werd door de plaatselijke bewoners als zo vanzelfsprekend ervaren dat niemand de moeite nam om hem als een raskat te beschouwen. Het gevolg was dat hij bij de kattenshows een vergeten kat was. Zelfs tegenwoordig is hij zeldzaam buiten zijn land van herkomst. Daar schijnt echter verandering in te komen. In 1987 werden een jong katertje en poesje afkomstig uit de streek rond Sint-Petersburg door liefhebbers uitgebracht op een kattenshow te Berlijn. Zij bedachten de nieuwe naam Siberische Kat en begonnen een serieus fokprogramma. Het katertje werd Tima genoemd en het poesje Mussa. De poes was gekocht op een markt in de stad. Binnen een paar maanden kregen ze hun eerste nestje. Tegen 1990 was een aantal van deze katten in Duitsland en elders in Europa onder de naam Siberische Kat geregistreerd, soms onder de naam Siberische Boskat. Deze katten werden voor het eerst in 1990 naar Amerika geëxporteerd en het eerste nestje werd in oktober geboren. Het werd geshowd op de International Cat Show van New York in 1991. Ook in Rusland zelf ontstond steeds meer belangstelling voor het aloude ras, zodat de fokkerij van Siberische Katten geleidelijk aan opbloeide. Persoonlijkheid De oorspronkelijke katten in Rusland zijn volgens zeggen uitzonderlijk gehard. Ze brengen hun dag graag buitenshuis door, zelfs tijdens het koudste weer. Ze zijn weinig beweeglijk en zijn minder toeschietelijk in het betonen van hun aanhankelijkheid ten opzichte van de mens dan andere katten. De tegenwoordige Siberische Kat wordt vaak beschreven als charmant, stil, zacht, ietwat verlegen, slim, kalm, stoer, enz. Ze hebben een zachte stem, net als Perzen. Kleurslagen Alle kleurslagen zijn erkend, inclusief alle kleurslagen met wit. Niet toegestaan zijn Siamese aftekening en Burmeeskleur, en de kleuren Chocolate, Cinnamon, Lilac en Fawn. Elke hoeveelheid wit is toegestaan.
Een nieuwe Britse raskat, het gevolg van een toevallige kruising tussen een Perzisch Chinchilla kater en een Lilac Burmese poes. Uiterlijk Deze kat heeft het uiterlijk van een zilveren Burmees. De combinatie van de Burmese lichaamsbouw met de zachte, dichte, kortharige vacht met tere tipping op zilver is bijzonder aantrekkelijk. Bovendien heeft hij zwarte randjes om zijn ogen, alsof hij mascara draagt. Geschiedenis De Burmilla werd in 1981 per ongeluk gefokt door Miranda, baronesse Von Kirchberg. Een Chinchilla kater genaamd Sanquist en een Burmese poes luisterend naar de naam Fabergé, wachtten op partners van hun eigen ras maar hadden intussen belangstelling voor elkaar. Toen Fabergé krols werd, werd onmiddellijk apart gezet ter voorbereiding op haar vertrek naar een Burmese kater. Voor ze de deur uit was kreeg Sanquist echter de gelegenheid om haar warmpjes gedag te zeggen. Dat had opmerkelijke gevolgen. Het nest bleek niet uit Burmeesjes te bestaan, zoals verwacht. Uit hun uiterlijk viel duidelijk af te leiden dat alleen Sanquist de vader kon zijn, die daarop zijn vaderlijke rol serieus ter hand nam en de kittens verzorgde en beschermde. Het nest bestond uit vier aantrekkelijke poesjes die niet werden gesteriliseerd en van de hand gedaan, wat meestal gebeurt bij ongelukjes. De baronesse besloot om deze katjes te houden om er een nieuw ras mee te fokken. Ze werden met Burmezen gekruist, waarbij bleek dat hun aantrekkelijke uiterlijk ook in de volgende generatie behouden bleef. Na latere generaties bleek de Burmilla een populair nieuw ras te worden. De baroness richtte al snel de Burmilla Association op om de belangen van het ras te behartigen. De Burmilla kreeg in 1990 voorlopige kampioenschapsstatus in Groot-Brittannië en werd door de FIFe officeel erkend. Persoonlijkheid Deze katten worden vaak beschreven als speels, vlot, sociaal, vriendelijk, aanhankelijk, goedgehumeurd en zacht.
De Mexican Hairless Een waarschijnlijk al uitgestorven raskat, die leefde in het vroege begin van de twintigste eeuw. Uiterlijk Leek sterk op de moderne Sphynx : een lang lichaam, lange staart, een wigvormige kop en grote oren Ze verschilden echter op twee punten van de Sphynx : in de winter bleken ze in staat enig haar op hun rug en staart te laten groeien en ze hadden zeer lange snorharen. Geschiedenis In 1902 kreeg een Amerikaans echtpaar, Mr. en Mrs. F.J. Shinick van de plaatselijke Pueblo-indianen een paartje van deze katten cadeau. Van een jezuïet kregen ze te horen dat deze katten de laatste overlevenden waren van een oud, oorspronkelijk Azteeks kattenras. De kater werd Dick genoemd en de poes heette Nellie. Dick werd echter door een groep honden gedood, voordat hij seksueel actief was. Om de één of andere reden kwam ze niet op het idee om Nellie te laten dekken door een normaal behaarde kat en dan één van de nakomelingen op haar terug te paren, om zodoende te proberen deze merkwaardige katten in stand te houden. Ook is het niet duidelijk wat er verder met Nellie is gebeurd, hoewel een brief uit het volgende jaar, 1903, doet vermoeden dat ze de poes eventueel heeft verkocht aan een Engelse kattenliefhebber.
Dit is de langharige versie van de Siamees. In de Verenigde Staten worden sommige variëteiten Javanese Cats genoemd; bij de FIFe wordt die naam echter gereserveerd voor de Oosters Halflanghaar of Javanees. De allereerste naam van het ras luidde Langhaar Siamees maar fokkers van Siamezen verzetten zich daar sterk tegen en er werd een nieuwe naam gezocht. Balinees werd om twee redenen gekozen. Ten eerste ligt Bali niet ver van Siam (het tegenwoordige Thailand) en ten tweede deden de elegante bewegingen van deze katten sterk denken aan die van Balinese danseressen. In Frankrijk is hij Balinais en in Duitsland Balinese. Uiterlijk Beschreven als slank en elegant, wordt hij wel gezien als de top-mannequin van de kattenwereld. Het lange, soepele, goed gespierde lichaam, met de Siamese aftekening en de diepblauwe ogen is geheel identiek aan dat van de Siamees. Het enige verschil is de zachte, zijdeachtige, halflange vacht. Geschiedenis De Balinees begon als een toeval. Siamese kittens bleken een veel langere vacht te krijgen dan gebruikelijk. In het begin werden ze als rariteiten beschouwd en werden ze van de fokkerij uitgesloten. Tot een Californische fokster besloot om deze pech als iets positiefs op te vatten en de afwijking ontwikkelde tot een opvallend nieuw ras. Marion Dorset zou er al in de jaren veertig belangstelling voor hebben getoond en in de jaren vijftig startte ze een fokprogramma. In het begin van de jaren zestig werden haar inspanningen ondersteund door de New Yorkse fokster Helen Smith. Zij zou uiteindelijk voorstellen de naam van deze katten in Balinese om te zetten. Andere fokkers kregen al snel belangstelling. Binnen enkele jaren wist de Balinees binnen alle Amerikaanse kattenverenigingen kampioenschapsstatus te verwerven. Hij veroverde in de jaren zeventig Europa en kreeg daar kampioenschapsstatus tegen de jaren tachtig. Persoonlijkheid Katten van dit ras worden vaak beschreven als extravert en levendig, intelligent, ontstuimig, enthousiast, actief, atletisch, trouw, vriendelijk, nieuwsgierig en aanhankelijk. Net als hun Siamese voorouders zijn ze zeer vocaal.
Deze Amerikaanse raskat mag niet worden verward met de Tiffanie, een raskat die in Engeland werd gefokt. In een poging om verwarring te voorkomen is bij sommige organisaties op raskattengebied de Tiffany omgedoopt in Chantilly. Uiterlijk Een middelgrote kat met gouden ogen en een intens glanzende bruine vacht die lang en zijdeachtig is. Hij heeft een opvallende kraag en een pluimstaart. Geschiedenis De genetische achtergrond van het Amerikaanse ras dat Tiffany wordt genoemd is een soort van mysterie. De stamouders waren een paartje chocoladekleurige, langharige katten met gouden ogen van onbekende herkomst. Ze werden in 1967 bij de verkoop van een huis gekocht door de Amerikaanse fokster Jennie Robinson uit New York. De kater, Thomas, was iets ouder dan een jaar en het poesje, Shirley, was ongeveer zes maanden oud. Het leek waarschijnlijk dat ze dezelfde ouders hadden, maar ze waren duidelijk geen nestgenootjes. Twee jaar later, in mei 1969, kregen ze hun eerste nestje. Tot verrassing van de fokster hadden alle zes kittens dezelfde intens chocoladebruine vacht, waardoor zij besloot ze verder te gaan fokken. In de vroege jaren zeventig werden katten uit dit fokprogramma geregistreerd bij de Amerikaanse ACA onder de naam Foreign Longhairs. Diverse fokkers vermoedden dat Tiffany's langharige Burmezen waren of tenminste dat hun voorouders iets aan de Burmees hadden ontleend. Nauwkeurig onderzoek van de kleinste details van hun vachtkleur en hun voetkussentjes (die roze waren in plaats van bruin) bracht aan het licht dat ze niet uit Burmezen waren ontstaan, noch met Burmezen waren gekruist. De geschiedenis van het ras kreeg daarop een misleidende loop. Een paar van Robinsons kittens werden verkocht aan een fokster uit Florida, Sigyn Lund, die beroemd was om haar Burmezen. Zij werd de nieuwe voorvechter van de Foreign Longhairs en zij bedacht er een nieuwe naam voor : Tiffany. Persoonlijkheid Deze katten worden vaak beschreven als trouw, aanhankelijk, zacht, sociaal, extravert, nieuwsgierig en vriendelijk. Kleurslagen Van oorsprong is de effengekleurde vacht van de Tiffany intens donkerbruin, maar er bestaan inmiddels een aantal verdunningen en variaties hierop.
Een Amerikaanse raskat met een extreem plat gezicht; zijn kop lijkt sterk op die van de Pekingees of Peke, zoals de Amerikaanse koosnaam luidt. De korte, wijkende neus geeft hem een bijzondere uitdrukking; critici beweren echter dat dit gepaard gaat met ademhalingsmoeilijkheden. Uiterlijk De Peke-face is in wezen een Perzische Kat, maar de botstructuur van zijn gezicht wijkt er sterk van af. Volgens de standaard van deze variëteit moet de neus kort, en ingedeukt tussen de ogen zijn geplaatst en de snuit moet gerimpeld zijn. De Peke-face wordt alleen in de kleur rood-tabby gefokt, in classic (gemarmerd) en mackerel (gestreept). Geschiedenis Deze uiterst extreme versie van de Pers verscheen spontaan in nestjes van gewone Rode Perzen. De eerste berichten van Peke-face Cats dateren van de jaren dertig in de twintigste eeuw; Amerikaanse en Canadese fokkers waren er dol op. Ze wonnen vaak op kattenshows en werden ooit beschouwd als een soort Super-Perzen. In Europa zijn deze katten altijd weinig populair gebleken, vanwege de lichamelijke afwijkingen waarmee ze in verband werden gebracht. Peke-face Perzen zijn niet populair en worden weinig gefokt, in Europa al helemaal niet. Dat komt waarschijnlijk doordat de winnende Perzen ook al zeer extreem van type zijn. I n tegenstelling tot de Peke-face, richt de fokkerij van extreme Perzen zich op een weliswaar zo kort mogelijke, brede neus, maar tegelijk ook op een zo open mogelijk gezicht, wat betekent dat de neuspartij beslist niet ingedeukt mag zijn. Bovendien mag de bovenrand van de neus niet hoger zijn geplaatst dan de onderste oogleden. Problemen Het extreem verkorte aangezichtsgedeelte wordt in verband gebracht met problemen zoals verstopte traanbuizen, waardoor de ogen steeds tranen, een gebit dat niet goed schaart bij gesloten mond en ademhalingsproblemen nemen naarmate de kat ouder wordt toe. Fokkers proberen deze fouten binnen de perken te houden, maar dat lukt niet zonder dat ze het extreem platte gezicht opgeven en dat is juist het verschijnsel waardoor deze katten antropomorfisch zo'n aantrekkingskracht zouden uitoefenen. Persoonlijkheid Deze katten worden vaak beschreven als rustig, aanhankelijk, goedgemanierd, vriendelijk en sociaal.
Dit oude Franse ras zou al uit de twaalfde eeuw of nog eerder stammen. De naam Chartreux werd voor het eerst in schrift gebruikt in het jaar 1723. In het Nederlands wordt hij ook wel Karthuizer of Kartuizer genoemd, in het Italiaans Certosino en in het Duits Kartäuser, maar deze namen kunnen verwarring zaaien omdat ze ook als fancy-naam voor de Brits Korthaar Blauw werden of worden gebruikt. Uiterlijk Een krachtige, zwaargebouwde, kortharige kat met een brede kop die de vorm van een omgekeerd trapezium heeft, een blauwe vacht en oranje ogen. Hij is iets hoger van bouw dan de Brits Korthaar, die zijn gedrongen gestalte aan de invloed van de Perzische Kat dankt. Geschiedenis Een kat met een verleden uit vervlogen tijden. Als bij alle zeer oude rassen doet een aantal tegengestelde verhalen over zijn herkomst de ronde. Welk van deze verhalen juist is, in ieder geval weten we zeker dat deze kat al is beschreven, benoemd en afgebeeld door de beroemde Buffon in zijn achttiende eeuwse Histoire naturelle. Zelfs negentiende eeuwse Britse acteurs waren zich al bewust van zijn bestaan, ook al schijnt hij vervolgens minder populair te zijn geworden. 'Blauwachtig grijs is geen gebruikelijke kleur; deze soort wordt Chartreux kat genoemd en is zeer gezocht vanwege de zeldzaamheid'(Charles Ross,1868). Tegen de jaren twintig van de twintigste eeuw begonnen Franse fokkers zich serieus voor de Chartreux te interesseren. In 1928 besloten twee dames, de gezusters Leger, onder de catterynaam Guerveur tot een gericht selectief fokprogramma op het eilandje Belle Ile voor de kust van Bretagne. Hun oorspronkelijk fokpaartje bestond uit een kater die Coquito en een poes die Marquire werd genoemd. Ze maakten goede vorderingen en konden deze raskat in 1931 in Parijs op een kattenshow laten zien. Hun werk werd echter onderbroken door de chaos van de Tweede Wereldoorlog. De Chartreux overleefden de oorlog nauwelijks en na de oorlog werd besloten om het ras weer op de been te helpen met inbreng van gewone Franse huiskatten met een blauwgrijze vacht. Op die manier werd er verder gefokt totdat de oorspronkelijke bouw en het type van de Chartreux weer waren gestabiliseerd. Dit vormde op zich het uitgangspunt voor de huidige Chartreux. Deze kat heeft namelijk een geheel eigen type en mag beslist niet worden verward met de British Blue en de Europees Korthaar. Persoonlijkheid Deze katten worden vaak beschreven als vriendelijk, goedaardig, meegaand, speels, zelfverzekerd, gehard, stil, toegewijd, zacht en kalm. Kleurslag Slechts één kleur is erkend : blauw.
Een kat die sterk lijkt op een vroege, nog niet erg gestroomlijnde Abessijn, afkomstig van Ceylon (het huidige Sri Lanka). Uiterlijk Hij heeft de typische ticked tabby vacht van de moderne Abessijn, maar hij heeft nog steeds strepen op de poten zoals die voor dat ras tegen het einde van de negentiende eeuw gewoon waren. In die zin lijkt hij wel op de zogenaamde Wilde Abessijn die in de jaren tachtig werd ontwikkeld uit zwerfkatten die van Singapore afkomstig waren. Geschiedenis Sinds enkele jaren is hij vooral populair onder Italiaanse fokkers. In januari 1984 bracht de Milanese dierenarts Paolo Pellegatta een bezoek aan Sri Lanka. Zo stuitte hij op een ongewone en aantrekkelijke plaatselijke kat. Hoewel het zwerfkatten betrof, waren ze opvallend vriendelijk en hij besloot een kleine groep mee terug te nemen naar Italië. Eest waren dat twee katers, Tisa en Serendib, en twee poezen, Taranga en Aralyia. Daar kwamen er later nog wat katten bij en samen vormden ze de Europese kern van het ras. Ze maakten een paar maanden later, in mei 1984, hun eerste publieke verschijning op de Coma Cat Show in Italië en waren een succes. Er volgden vier jaar van geplande fokkerij, waarna in mei 1988 de Gatto di Ceylon aan de FIFe werd voorgesteld. Officiële erkenning is bij de FIFe nooit een feit geworden, wel bij een onafhankelijke Italiaanse organisatie. Kleurslagen Een traditionele warm zandkleurige grondkleur met zwarte tabby tekening.
De sinds kort ontwikkelde langharige versie van de Russisch Blauw. Uiterlijk In alle opzichten identiek aan de Russisch Blauw, met uitzondering van de vacht, die lang is en zacht aanvoelt. De blauwgrijze dubbele vacht heeft dekharen die een zilveren puntje dragen, waardoor de kat er schitterend uitziet. Geschiedenis Deze langhaar werd in de jaren tachtig gefokt door de Amerikaanse fokster Cora Cobb. De eerste twee langharige Blauwe Russen heetten Siegfried en Brünhilde. Ze stamden af van een zwarte poes, die Teri werd genoemd en een nestje wierp waaruit bleek dat ze het langhaar-gen droeg. Eén van haar dochters, Elsa, werd gekruist met een Russisch Blauwe kater. Ze kregen twee nesten; in het eerste nestje werd het katertje Siegfried geboren en in het tweede nestje het poesje Brünhilde. Deze twee werden door Cora Cobb gekocht en ingezet bij een zeer zorgvuldig fokprogramma om de nieuwe Longhaired Blue te fokken. In 1987 werd hij door TICA officieel erkend en hij lijkt klaar voor een toekomst met succes. Persoonlijkheid Deze katten worden vaak beschreven als kalm, terughoudend, zacht, rustig, aanhankelijk, lief, vriendelijk en intelligent. Kleurslagen Tot zover zijn er slechts twee erkend : Blue en White.
de De Nebelung is een langharige raskat en vraag dus ook extra verzorging !
Land van herkomst : Verenigde Staten Andere namen : Oosters Langhaar, Oosterse langharige kat, Oriental Longhair, Javanees (F.I.Fe)
Een Oosterse langharige charme
Deze Oosterse halflangharige kat is onlangs ontwikkeld uit kruisingen tussen Oosterse katten en Balinezen (langharige Siamezen). Nog steeds gaan Amerikaanse fokkers door met kruisingen tussen Oosterse katten, Balinezen en Siamezen om de eigenschappen van het ras beter vast te leggen of te stabiliseren. De Mandarin werd in 1994 door de C.F.A. op voorlopige basis erkend. De T.I.C.A. heeft in 1998 een rasstandaard opgesteld. Dit ras is nog vrij opbekend in Europa. In Nederland wordt het ras vanaf 1970 gefokt. De allereerste Mandarins ontstonden ook hier uit kruisingen van Balinezen en Oosters Kortharen.
Algemene kenmerken Slanke, verfijnde, erg lenige maar stevige en gespierde kat. Zijn lichaam is breder dan dat van de Oosters Korthaar. Gewicht van 4,5 tot 6 kg. Karakter/bijzonderheden Een levendige, energieke, speelse kat met een sterke persoonlijkheid. Rustiger en bedaarder dan de Oosters Korthaar. Sociaal, kan goed met andere katten overweg, maar afstandelijk tegenover vreemden. Zeer vriendelijk en erg gehecht aan zijn eigenaar, erg spraakzaam met een harmonieuze stem. Ze worden niet graag alleen gelaten. Makkelijke verzorging.
De Turks Van is een halflanghaarkat met een uniek patroon.Het is een grote goedgespierde kat met een stevige botstructuur en dit ras heeft 3 tot 5 jaar nodig om volledig uit te groeien.
KOP Stevige, brede wigvormige kop met afgeronde contouren, opvallende jukbeenderen en afgerond snuitje, een stevige kin. In profiel gezien een rechte neus met een bijna onzichtbare dip bij de neusbrug .
OREN Vrij grote, goed behaarde oren. De oren staan tamelijk rechtop en nogal dicht bij elkaar. De achterkant van de oren is goed behaard.
OGEN Grote ovale ogen, iets schuin geplaatst met een alerte blik.Oogkleur: licht tot middel amber kleurig en/of blauw.
OOGKLEUR Amber, blauw of odd-eyed (een amber en een blauw oog)
LICHAAM, POTEN EN VOETEN Lang en stevig, goed gespierd lichaam met een brede, diepe borst. Middellange, goed gespierde poten en ronde voetjes. Stevige botstructuur.
STAART Goed behaarde staart in goede verhouding met het lichaam.
VACHTSTRUCTUUR Lange, zachte zijdeachtige vacht zonder wollige ondervacht.
BEHARING Lange kraag vanaf de ooraanzet en bef, volle dichtbehaarde staart.
AFTEKENING De Turks Van heeft één gekleurde vlek op de kop: deze vlek komt niet aan de ogen toe en reikt niet voorbij de achterkant van de oren; de vlek wordt in tweeën gedeeld door een verticale witte bles. De staart is totaal gekleurd.
Het gekleurde gedeelte mag iets doorlopen op de rug, de staart mag enige ghostmarking vertonen. De rest van de vacht is krijtwit zonder gele zweem. Op de rug zijn bij een uitmuntend dier enige kleine willekeurige geplaatste vlekjes toegestaan. Het neusleer is bij alle kleuren roze: de zoolkussentjes en oogleden zijn roze.
NIET TOEGESTAAN 1-oosters of cobby type 2-fijne botstructuur 3-te kleine volwassen katten 4-oranje of koperkleurige ogen 5-ontbreken van kopvlek of bles 6-gedeeltelijk witte staart
VACHTSTRUCTUUR Zacht en fijn van structuur, dicht ingeplant, maar sluik langs de ruggengraat vallend De halflange vacht is overal even lang, behalve op de schouders waar hij korter mag zijn. Bij twee katten van hetzelfde type en kleur wordt de voorkeur gegeven aan een kat met een kraag en broek.Kraag en broek hoeven nog niet aanwezig te zijn bij kittens. Pluimpjes in en bovenop de oren en haarplukjes tussen de tenen. Volle pluimstaart.
AFTEKENING Ticking is het belangrijkste van de Somali vacht. Door de langere vacht heeft de Somali tenminste zes contrasterend gekleurde banden van de haarwortel tot de haarpunt (3dubbele ticking) De ticking ontwikkelt zich langzaam maar moet bij kittens echter tenminste op de schouders aanwezig zijn. Oorpluimpjes, tekening in het gezicht,bovenkant en punt van de staart en laarsjes hebben dezelfde kleur als de ticking. Een donkerder ticking op de bovenkant van de ruggengraat en de bovenkant van de staart is wenselijk. Borst, buik, staartonderkant, binnenkant van de poten en de broek hebben de effen grondkleur.
De diepe warme tint van de geslachtsgebonden kleuren rood en crème ontwikkelt zich pas bij het volwassen worden en zal bij kittens en jonge katten meestal nog ontbreken.
Beoordeling GOED Wit medaillon of witte vlekken behalve rond kin, lippen en neusvleugels Gesloten halsband
Beoordeling ZEER GOED Afwezigheid van ticking bij volwassen dieren
NIET TOEGESTAAN 1. Gedrongen of oosters type 2. Pinch (geknepen snuitje) 3. Recht profiel of stop 4. Ontbreken van tabby tekening op de kop 5. Onjuist gekleurde laarsjes; bij zilvers mogen de laarsjes korter zijn 6. Duidelijke strepen op poten, lichaam of staart 7. Koude, bleke grondkleur bij wildkleur 8. Grauwe haarbasis bij groot deel van de vacht 9. Onvoldoende contrast tussen grondkleur en ticking 10. Voor blauw: bijna witte grondkleur in het bijzonder op de rug 11. Eenkleurige poot bij torties 12. Opvallende taankleur bij zilvers (hele kleine plekjes taan in een overigens goed duidelijke zilver toegestaan). Nb: Bij rode, crème en tortie Somalis mogen enige sproeten op neus, lippen,oogleden, oren en voetzoolkussentjes niet fout gerekend worden
TORTIES Voor de torties geldt: De beide kleuren van de vacht zijn gemêleerd of komen in kleine vlekjes voor, bij voorkeur gelijkmatig over het lichaam verdeeld. Aan- of afwezigheid van een bles is onbelangrijk.
ZILVERS alle toegestane kleuren
Voor de zilvers geldt De grondkleur is zilverwit. De ticking heeft de genetische kleur. Het geheel geeft een sprankelend effect. N.B. Bij tortie zilvers kan weinig rood aanwezig zijn.
Oorspronkelijk uit Turkije afkomstig en door Italiaanse kooplui naar Europa gebracht. Omdat ze er luxe uitzagen dikwijls als kostbaar geschenk aangeboden aan hooggeplaatste personen en edellieden. Ze waren enorm in trek aan het Franse hof en daardoor ook de Franse Kat genoemd.
KARAKTER
Actief, extrovert met een uitgesproken sociaal karakter. ze zijn intelligent en nieuwsgierig, alles wordt gekeurd en besnuffeld. Ze zijn enorm speels en gesteld op gezelschap en kunnen zich hechten vaak aan een uitverkoren gezinslid die zacht overkomt. Ze zijn niet graag alleen, laat ze daarom niet vaak alleen thuis, een goede oplossing is twee Angora's aanschaffen zodat ze iets aan elkaar hebben. Ze kunnen goed opschieten met kinderen, andere katten en honden. Ze kunnen hun baas wel moeilijk delen met anderen.
VERZORGING
Minimale verzorging, waardoor een wekelijkse borstelbeurt voldoende is om de vacht in een goede conditie te houden. In de rui dode en losse haren verwijderen met een rubberen borsteltje. Oren reinigen met een oorcleaner en de scherpe nagelpunten regelmatig bijknippen met een goede nageltang.
VACHT
Aansluitende, halflange vacht, fijn, zijdeachtig van structuur. Volbehaarde staart, kraag en broek.
LICHAAM
Stevig, gespierd, lenig en elegant. Klein tot middelgroot lichaam dat relatief lang is met achterpoten die wat hoger staan dan de voorpoten. Kleine, ronde voetjes met pluimpjes tussen de tenen. Slanke, middellange, sierlijke hals. Volbehaarde, brede staart, spits toelopend naar het einde.
KLEUREN
Oorspronkelijk wit, heden elke kleur wanneer het gaat om natuurlijke kleuren. Meest voorkomende kleuren zijn rood, zwart, crème en blauw. effen of met agouti waardoor gemarmerde (blotched tabby), gestreepte (mackerel tabby) of gevlekte (spotted tabby) vachten ontstaan. Ook tortie of tortietabby komt veel voor.
KOP
Wigvormige kop, klein tot middelgroot. Lange puntige oren hoog op de kop geplaatst. Grote amandelvormige ogen, enigszins schuin geplaatst. Middelmatig lange neusrug met lichte welving.
BIJZONDERHEDEN
Mag niet verward worden met de Engelse Angora, de Oosterse Halflanghaar
In het noorden van de Verenigde Staten ontstaan uit kruising tussen Siamezen en bicoloured American Shorthairs en huiskatten.
KARAKTER
Aanhankelijke huiskat die enorm gesteld is op de mensen in hun omgeving. Ze zijn speels en kunnen het goed vinden met hun soortgenoten en hebben een goede omgang met honden. Het zijn eveneens goede speelkameraadjes voor kinderen.
VERZORGING
Wekelijks borstelen is voldoende. Oren reinigen met een speciale oorcleaner. Nagelpunten regelmatig bijknippen.
VACHT
Zacht, ondervacht vrijwel afwezig.
LICHAAM
Middelgroot, iets langer dan hoog. Goed gespierd. De poten in verhouding tot het lichaam en de voetjes ovaal. Staart van gemiddelde lengte, breed aan de basis, naar de punt toe smaller.
KLEUREN
Komt voor in de klassieke Siamese kleuren zoals seal, blue, chocolate en lilacpoint. Twee verschillende kleurpatronen: Mitteds en bicolour.
KOP
Korte, wigvormige kop met afgeronde vormen en een stevige kin. Oren naar voor gericht, breed aan de basis met afgeronde oortoppen. Ovale ogen.
BIJZONDERHEDEN
Worden geheel wit geboren, de points komen pas op later leeftijd.
De naam is afgeleid van Singapore in Zuidoost Azië. De kat met een ticked tabbypatroon is meegenomen naar de Verenigde Staten waar een fokprogramma opgesteld werd om de speciale eigenschappen van deze kat vast te leggen.
KARAKTER
Het zijn vriendelijke, aanhankelijke katten die verlegen overkomen naar mensen die ze niet kennen. Ze zij rustig en speels tot op hoge leeftijd.
VERZORGING
Vraagt weinig vachtverzorging, wekelijks kammen en na wrijven met een zeem is voldoende. Oren enkel reinigen met een speciale oorcleaner wanneer nodig. Nagelpunten regelmatig bijknippen.
VACHT
Kortharig, zacht en aanliggend.
LICHAAM
Klein tot middelgroot met gespierde poten en kleine ovale voetjes. Compact lichaam. Slanke staart van gemiddelde tot lange lengte met afgeronde staartpunt.
KLEUREN
Alleen erkend in het donkerbruine ticked tabbypatroon met ivoorkleurige ondergrond. Strepen aan de voor- en achterpoten zijn toegestaan.
KOP
Korte, gepierde nek en kop met afgeronde vormen. Opvallend grote oren die rechtop staan en daardoor een alerte uitdrukking geven. Grote, groene amandelvormige ogen met donkerbruine randen. Neus is donkerbruin omrand.
In Schotland is spontaan een nest boerenkatjes met gevouwen oortjes ontstaan. Door middel van geschikte huiskatten en Britse-Korthaarkatten werd een de Scottish Fold of Schotse Vouwoorkat gekweekt.
KARAKTER
Het is een vriendelijke, rustige kat. Ze kunnen goed omgaan met andere katten en ook met honden. Ze zijn uitstekende speelkameraadjes voor kinderen en worden graag geknuffeld. Ze stellen aanwezigheid enorm op prijs, maar kunnen ook een dagje alleen blijven.
VERZORGING
Een minimale verzorging, enkel in de ruiperiode met een rubberen massagehandschoen de losse haren uit de vacht verwijderen. De vouworen hebben niet meer aandacht nodig dan bij andere katten, regelmatig reinigen met een speciale oorcleaner is voldoende. Scherpe nagelpunten regelmatig bijknippen.
VACHT
Dubbele, zachte vacht die veerkrachtig aanvoelt.
LICHAAM
Middelgroot, gespierd en een middelzwaar beendergestel. Geronde romp en korte tot middellange poten. Ronde, sierlijke voeten. Staart is middellang tot lang. Lange spitse staart.
KLEUREN
De vacht mag alle kleuren hebben, als ze maar natuurlijk zijn. Himalaya patroon zoals bij de Siamezen is uit den boze. Chocolate, cinnamon en lilac komen niet voor. Veel voorkomende kleuren zijn blauw, rood, zwart en crème. De oogkleur komt overeen met de vachtkleur, meestal is hij koperkleurig of oranje.
KOP
Relatief korte nek met ronde kop en sterk ontwikkelde kaak. Grote, ronde ogen die vrij ver uit elkaar staan en er vriendelijk uitzien. Vrij korte neus met lichte stop. De oren zijn naar voren en beneden gevouwen.
BIJZONDERHEDEN
Uit gezondheidsoverwegingen worden de Scottish Folds nooit met elkaar gepaard om het risico voor afwijkingen aan het kraakbeenstelsel te voorkomen.
De Ragdoll kreeg zijn naam omdat hij zich als een lappenpop (Ragdoll) ontspant, wanneer hij opgetild wordt. De voorouders van de Ragdoll zouden ontstaan zijn uit een Perzische Langhaar. Ze hebben ook het bloed van Heilige Birmanen, Perzen, Burmezen en huiskatten door hun aderen stromen.
KARAKTER
Typisch is het rustige, zachte, meegaande karakter en zijn enorme vertrouwen in mensen. Opgelet, ze laten zich dan ook gemakkelijk meenemen door een vreemde die aardig tegen ze is. Ze zijn sociaal, evenwichtig en passen zich enorm goed aan, zijn gesteld op gezelschap en houden ervan om geknuffeld en verzorgd te worden. Ze zijn enorm nieuwsgierig en altijd vrolijk.
VERZORGING
De vacht is halflangharig en zijdezacht en heeft betrekkelijk weigig verzorging nodig. Wekelijks borstelen is voldoende. Oren reinigen met een speciaal daarvoor bestemde oorcleaner en de nagels regelmatig bijknippen.
VACHT
Zijdezacht, middellang met langer haar rond de kraag en op de staart. In de zomer gedeeltelijke rui.
LICHAAM
Groot, gepierd, zeer elegant met een lang lichaam. Korte, krachtige hals en een goed gebouwde borst. Middellange poten met zware botten. Goed behaarde staart.
KLEUREN
Drie variëteiten die voorkomen in Seal, Lilac, Chocolate en Lilacpoint: Colourpoint: Crèmekleurig lichaam met donkerder gekleurde extremiteiten - Mitted: met wanten - Bicolour.
KOP
Wigvormig, van gemiddelde grote met goed ontwikkelde wangen en een stevige kin. Middelgrote oren die ver uit elkaar staan en afgeronde punten hebben. Neus met licht welving en grote, ovale, blauwe ogen.
BIJZONDERHEDEN
Kittens worden wit geboren, later krijgen zen hun gekleurde points aan het gezicht, oren, staart en poten.
Ontstaan uit een kruising van de Costal Red Bobcat en een huiskat. Kenmerkend was dat de eerste kittens polydactyl (meerdere tenen aan de voeten) en een korte staart hadden. Uit een kater en een poes met dezelfde kenmerken ontstond een nieuw ras 'Legendcats'. Uit dit nest werd een kat gehouden, Pixie genaamd, een ware schoonheid met de wilde gelaatsuitdrukking van de Noorse Bobcat. Met Pixie werd toen doorgefokt met legendarische soortgenoten en zo ontstond uiteindelijk het ras Pixie Bob.
KARAKTER
De Pixie Bob is intelligent, actief en nieuwsgierig. Ze kunnen zich goed bezighouden en zorgen ervoor dat het huis vrij is van vliegen, muggen en spinnen. Ze komen goed overeen met kinderen en anderen dieren. Het is een echte familie kat en echte familie beschermers, ze alarmeren het gezin bij elke vorm van onraad!
VERZORGING
Wekelijks borstelen en tijdens de ruiperiode de vacht voorzichtig uitkammen met een borstel van echt haar. Wassen van de vacht wordt afgeraden.
VACHT
Komt zowel in korthaar als in langhaar voor. Het patroon in de vacht bestaat uit kleine vlekjes, met of zonder rozetten.
LICHAAM
Stevig en lang. Poten met een stevige botstructuur, voorpoten korte dan de achterpoten. Lange, ronde voeten. De staart is kort en buigzaam.
KLEUREN
De vachtkeur is middelbruin met warme rode tinten.
KOP
Middel tot grote kop, middelgrote oren met lichte beharing en op de achterzijde eye-spots (vlekken op de oren die van achteraan bekeken de indruk geven dat de kat ogen op de oren heeft). Middelgrote ogen, goudbruin of groenkleurig. Vooruitstekende wenkbrauwen.
De Oosterse Korthaar is het resultaat van kruisingen tussen Siamezen en huiskatten en andere rassen zoals Abessijnen.
KARAKTER
Het karakter van de Oosterse Korthaar is in grote lijnen te vergelijken met dat van de Siamees. Ze kunnen goed opschieten met andere katten en ook met honden, ze kunnen ook goed met kinderen overweg.
VERZORGING
De Oosterse Korthaar heeft relatief weinig verzorging nodig. De zachte, glanzende vacht wordt niet snel vuil. Eenmaal per week borstelen met een zachte bostel is voldoende. Wassen mag alleen met een speciaal voor katten bestemde shampoo. Knip de nagelpunten regelmatig en de oren reinigen met een speciale oorcleaner.
VACHT
Zijdezachte vacht die kort en fijn van structuur is. Weinig ondervacht.
LICHAAM
Middelgroot met een slanke bouw en fijne botten. De kat moet lenig, sierlijk en elegant zijn en mag geen grofheid vertonen. De achterhand is grote dan de voorhand en ze heeft slanke, lange poten, ovale voetjes en de staart is lang en loopt naar het einde smaller toe.
KLEUREN
Kenmerkend zijn groene ogen, met voorkeur diepgroen. Vachtkleur mag in ontelbaar veel kleuren, met uitzondering van het Siamese himalyapatroon. De meest geliefde kleuren zijn ebony (zwart) en blauw, maar ook tabby is populair.
KOP
Wigvormige kop met grote schuingeplaatste oren, die samen een perfecte driehoek vormen. Amandelvormige ogen die schuin in de kop staan met een levendige, expressieve uitdrukking. Lange neus en een neusrug zonder stop.
De naam is afgeleid van een Zuid-Amerikaanse wilde kat "Ocelot", bekend om zijn opvallend vlekkenpatroon, ontstaan uit een toevallige kruising van een Chocolatepoint Siamese kater en een poes uit Siamese en Abessijnse ouders.
KARAKTER
Ze zijn open, spontaan, actief, speels, intelligent en hebben veel behoefte aan gezelschap. Ze hebben veel aandacht nodig en kunnen moeilijk alleen zijn. Ze kunnen goed omgaan met andere katten en honden.
VERZORGING
Minimum aan verzorging, wekelijks borstelen en de vacht met een zeem nawrijven is voldoende. Scherpe nagelpunten regelmatig bijknippen.
VACHT
Glanzend en glad aanliggend, tamelijk kort en voelt zacht aan. Typisch is het vlekkenpatroon.
LICHAAM
Groot, gespierd, elegant. Een volwassen Ocicat weegt ongeveer 5 a 7 kg. Lange poten met middelgrote en ovale voeten. Lange staart die naar een punt toeloopt.
KLEUREN
Komen in verschillende kleuren voor, waaronder zwart, chocolate, cinnamon, blauw, lilac en fawngevlekt. De vlekken moeten scherp afgetekend zijn en mogen niet in elkaar overlopen. De ogen zijn meestal groen of amberkleurig. Elke kleur is toegestaan met uitzondering van blauw.
KOP
Gematigd wigvormig. Ogen zijn groot en amandelvormig een zien er oosters uit. Ze staan vrij ver uit elkaar. Oren breed aan de basis.