De aangekondigde mooie dag lokt ons halverwege de voormiddag naar buiten. Met de wagen rijden we langs ( op sommige plaatsen ) nog besneeuwde weg naar Mazée. We parkeren de wagen op het grote met bomen omrande Place du Bucq. We moeten meteen al bergop en krijgen weldra het gezelschap van de GR-125 route. Wanneer we de top van de heuvel bereiken biedt een uitkijktoren een enig zicht op de omgeving.
We trekken door een bos. De zon lostde mist (nevel ) op in waterdruppels die ons de indruk geven dat we in de regen lopen. We passeren verschillende ' bornes frontières ' en maken bij de grenspaal nr. 5 van de rustbank gebruik om van een opkikkertje te genieten.
We krijgen vaste grond ( asfalt ) onder de schoenen wanneer we de wijk Cité du Maroc op Franse bodem doortrekken. Voor niet lang echter want amper een kleine kilometer verder slaan we rechts af naar ' les points de vue ' met onder andere
Point de vue Molhain.
We beginnen aan een afdaling en komen langs een bosloperspad bij de Viroin.Van een gevelde boom maken we gebruik om een een halte te houden en een hapje te eten.
We trekken verder en aanvankelijk ligt de Viroin nog niet dichtbij maar uiteindelijk loopt ons pad vlak naast en op het einde ook door de gezwollen Viroin.Een stevige draadafsluiting belet uitwijkmogelijkheden.
Het wordt dus een zoek-, glij- en klauterpartij. Maar we geraken er ( met vuile voeten ) door, dus dan maar de schoenen proper maken. Het tracé van de vroegere spoorweg lijkt , in vergelijking met wat we zojuist meemaakten, een autosnelweg. De pijl " Mazée centrum " en een laatste klim brengen ons terug op de Place du Bucq bij de auto. We hebben er 8,5 km en een heerlijke dag opzitten.
De hevige windvlagen van gisterenavond voorspelden niet veel goeds voor vandaag en inderdaad we worden wakker van het gekletter van de regen tegen de ruiten.Halverwege de voormiddag gaat de regen over in sneeuwbuien, geen weer dus om er opuit te trekken. We blijven knusjes binnen en genieten van de gezellige warmte van het houvuur en de meegebrachte lektuur en tegen de middag van een lekker aperitiefje.
Na de middag is het opgehouden met regenen ( sneeuwen ) en dus trekken we maar onze wandelschoenen aan. We passeren langs de bakker en steken er een brood in de rugzak. Het asfalt van de Rue du Fumay is de laatste vaste grond die we onder de schoenen krijgen. We krijgen het gezelschap van de blauwe-kruiswandeling tot bij het bos.
Tussen de bomen ligt er nog vrij veel sneeuw. Ook de weg is niet volledig sneeuwvrij en ligt vol plassen. Door het gewicht van de sneeuw zijn veel takken doorgebogen en bemoeilijken de doorgang. Even verder gaat het bredere pad over in een smaller modderig bospad zodat we geregeld onze toevlucht moeten zoeken tussen de bomen willen we de voeten droog houden.
We krijgen terug het gezelschap van de bauw-kruiswandeling. Gelukkig ligt er een boomstambruggetje wanneer we de gezwollen Deluve moeten dwarsen. En zoals in zoveel gevallen wegen de laatste loodjes ook hier het zwaarst. De klim naar " huis " laat zich na die acht lastige kilometer duidelijk voelen.
Een lichte regen kan ons niet thuis houden dus rijden we naar Treignes het centrum van een waar wandelparadijs.We verlaten de dorpskom en krijgen van meetaf aan het gezelschap van de GR- route.
Voor ons rijst de enorme heuvel met het bos van Matignolle. Gelukkig moeten we er niet over want onze tocht loopt er volledig om heen. Het snel stromende heldere water van de Rau des Fonds loopt aanvankelijk rechts van ons maar weldra brengt een metalen bruggetje ons langs de andere oever.
Het pad klimt en daalt en een kleine kilometer verder trekken we terug naar de overzijde weeral langs een metalen bruggetje waarvan de leuning ons vertelt dat we een Compostella pad bewandelen. We verlaten het water en werken ons naar het gehucht Matignolle ( 220 m hoogte ).
Naast een tiental huizen telt het plaatsje ook enkele prachtige hoeven. We lopen nu afwisselend door bos en (akker)land en nog steeds is het zachtjes aan het regenen.. Eens voorbij het bois de Fays zeggen we de GR 125 vaarwel en slaan rechts af.
We lopen tot juist tegen de N99 maar gaan langs een evenwijdig lopende weg naar het centrum van Treignes waar we onze wagen, die we een drietal uur geleden achterlieten, terug vinden. Het regent nog steeds.
Het slechte weer ( trouwens over geheel België ) houdt ons binnen. Tijd dus om even te verpozen, een verslagje op de pc aan te passen en her en der een berichtje te versturen.
We laten het minder goede weer niet aan ons hart komen en profiteren van een (calorie)rijke maaltijd.
Wanneer het eventjes ophoudt met regenen is het tijd om naar buiten te trekken en enkele foto's van ons vakantieverblijf te maken
Als de buienradar meldt dat we het voor enkele uren droog zullen houden is het het moment om een tochtje van een paar uur te maken. We blijven in de omgeving van Oignies. Koud is het niet maar de jas wordt toch best dichtgeknoopt.
We sluiten onze tocht af met een picon in de bar van het restaurant " Le Sanglier des Ardennes " in Oignies.
Alvorens de wandeling aan te vatten willen we er ons eerst van vergewissen als deze ( wegens de overvloedige regens en overstromingen van de laatste dagen in de streek ) tocht wel te doen valt. Daarom even binnen wippen in de Dienst voor Toerisme van Nismes waar ze ons " aucun probléme " verzekeren. Dus steken we de Eau Noire over en trekken langs het gemeentehuis van Viroinval ( het vroegere kasteel Licot ) door het mooie gemeentepark.
Voorbij het kerkhof slaan we rechts af en passeren langs een zagerij en volgen dan geruime tijd de oude spoorweglijn Treignes- Marienbourg; Plots krijgen we wel een probléme, de weg staat volledig onder water en er is geen doorkomen aan. Dan maar uitwijken ( klimmen ) naar de spoorlijn en een poosje treintje spelen.
Wanneer de spoorlijn in een tunnel verdwijnt volgen we het pad langs de Viroin ( ondertussen ontstaan door de samenvloeing van de Eau Noire en de Eau Blanche )
Aanvankelijk gaat dat vrij vlot en kunnen we makkelijk het pad op de oever volgen, maar dan komen de zware problemen.
Over een afstand van zeker twee kilometer is het pad volledig overspoeld en moeten we uitwijken naar de uiterst gladde, steile en met omgevallen bomen en struiken versperde rechterflank.Een karwei waarbij we het zeer " warm " krijgen. Wanneer we tussen de bomen door Dourbes ontwaren wordt het pad terug begaanbaar.
Bij een rechtse bocht van de Viroin zeggen we de rivier vaarwel en beginnen aan een, in de kuitenbijtende klim tot we op een hoogte van 250 meter een plateau bereiken.
We blijven geruime tijd op deze hoogte en gaan op een omgevallen boom even verpozen en ondertussen pick-nicken
Lange tijd lopen we op de zoom van een bos met vruchtbaar akkerland aan ons linkerzijde. Hierbij passeren we enkele merkwaardige " abbanets" ". Samen met de GR 125 die ons intussen is komen vervoegen dalen we af naar Nismes en komen uit bij de brug over de Eau Noire waar we daarstraks onze tocht begonnen.
Alvorens in de wagen te stappen toch nog eerst de restanten van onze tocht " zonder problemen ? " van onze schoenen verwijderen.
We starten onze laatste wandeldag bij het schooltje van Olloy-sur-Viroin en lopen onmiddelijk evenwijdig met de oude spoorweglijn zo komen aan de achterzijde van de kerk terecht.
Langs een drietal groepjes corons ( = kleine werkmanshuisjes die getuigen van de vroegere industriele bedrijvigheid in de plaatselijke leisteen- groeven ) trekken we naar het bos. Links krijgen we eerst een goed zicht op de leisteenlagen en iets verder trekt het ruisen van de Rau de Nestri onze aandacht. We moeten er toch even naartoe voor een foto.
Er wacht ons rechts nu een hardnekkige lange klim die eindigt bij het dwarsen van de baan Oignies-Olloy. De afdaling die hierop volgt brengt ons bij een klein houten brugje.
Na het dwarsen van het beekje ontbreekt het ons niet aan bewegwijzering. Alleen kwestie van de juiste te kiezen.
Door de overvloedige sneeuwval en de hevige regens van de voorbije dagen sleuren vele riviertjes tronken en takken in hun loop mee.
Tientallen schuilhaagjes wijzen ons erop dat we door een rijk wildgebied en bijgevolg een uitgelezen jachtterrein trekken. Het wild zien we niet, maar hun sporen zijn er een duidelijk bewijs van.
Rechts van ons pad treffen we een rariteit op bosbouwkundig gebied : uit een eeuwenoude boomstronk zijn 7 eiken ontsproten, " Les Sept Fréres"
Het gaat nu verder, nog steeds door het bos, bergaf naar Olloy, waar we eens bij de baan gekomen, gebruik maken van het bushokje om een rustpauze in te lassen. Weg van het drukke verkeer, brengt een zijstraatje ons terug naar het centrum waar we de wagen terugvinden.
En hoe kunnen we beter deze schitterende vakantieweek afsluiten dan met het bijwonen van een Jachthoornconcert in de St.-Remykerk van Oignies.
Gisteren werden we verwelkomd door een nazaat van Dom Perrignon uit Hautvillers die ons vergastte op een bubbelende ontvangst. Om u direct thuis te voelen. Dat doet deugd.
Tegen de avond een korte dorpsverkenning ( alhoewel we nu stilaan het dorpje beginnen te kennen ).
Vandaag dan onder een mistige, betrokken hemel met de wagen naar Le Mesnil vertrokken waar we naast de kerk parkeren en de rue de Montigny intrekken. Bij een boom met maretakken blijven we een poosje vertoeven hopende op het geluk en de liefde waarvoor de takken gekend zijn.
We volgen het liggende groene rechthoekje dat ons tot bij de Rau de Deluve brengt. Het is er drassig en we moeten uitkijken om de voeten droog te houden. We volgen een tijd de kronkelende loop van het waterloopje om dan langs een klimmend bospad terug naar Le Mesnil te trekken.
We gaan er in het plaatselijke café-épicerie een aperitiefje drinken en vinden de uitbaatster bereid om samen met ons te poseren. Blijkbaar durft ze de fotograaf niet aan te kijken.
Een vlaklopend bospad brengt ons tenslotte bij de kerk van Oignies en de hemel is intussen helemaal opengetrokken en krijgen we een stralende zon te zien.
Het tochtje van een goede zes kilometer kan als " inlopertje " voor onze vakantieweek volstaan.
De dag kondigt zich net als gisteren aan maar niets belet ons om tegen 9.30 uur er op uit te trekken. We rijden tot buiten de dorpskom van Oignies tot aan de rue Pairière en parkeren er de wagen. Het pad voert ons tussen mooie ( meestal gesloten ) villa's en enkele malen dwarsen we een snel stromend watertje dat zich spoed om zich met de Deluve te verenigen. Enkele malen moeten we toch op dit eenzame pad plaats maken voor auto's die het bos intrekken of ervan terugkeren. Eenmaal zelfs duwt een " uitzonderlijk vervoer" ons in de grasberm.
Bij een kruispunt van vier wegen slaan we rechts af in de " grand percé du Mesnil " een pijlrechte weg van verschillende kilometers lang, dwars door het bos. Maar eerst dienen we nog het " convoi exceptionel " te passeren
Her en der waterplassen waar we ons makkelijk kunnen in spiegelen. Ondertussen probeert de zon met alle macht om in het bos te dringen. We krijgen er zowaar warm van.
Bij een open plek in het woud, " Risque Tout" genaamd, treffen we er een boshut aan. We moeten er een keuze maken, ofwel de tocht van 14 km ofwel deze van 9 km. We opteren voor deze laatste.
Nu volgen we geruime tijd de brede Chemin de Combes, maar de afslag naar het geografisch centrum is nergens aangeduid.
Dus dan maar verder de groene kruisjes volgen tot we , precies op het middaguur de grote baan Fumay-Oignies bereiken. Voor de enen het moment om even op adem te komen en een hapje te eten en voor de anderen om ( langs de grote weg ) naar het geografisch centrum te trekken. Dit kunstwerk van kunstenaar Bernard Tirtiaux is in stervorm gemaakt van blokken graniet en symboliseert de Europese eenheid van de 15 landen die toen ( in 1995 na de toetreding van Zweden-Finland en Oostenrijk ) samen de unie vormden. Deze plaats in Oignies was precies het geografisch centrum van de unie.
Het wordt tijd om richting Oignies te kiezen en langs de rue de Revin keren we terug naar het dorp waar we de geparkeerde wagen terugvinden.
De woensdag is de enige dag in de week dat we in de voormiddag met de bus naar Olloy/Viroin kunnen. We zijn ruimschoots op tijd zodat we nog het ritje, heen en terug over Le Mesnil, kunnen meepikken.
Zonder problemen geraken we door de kronkelende straatjes van Olloy en vinden er de aansluiting met de GR12 voor een tocht van een goede
8 km. Drie jaar terug maakten we precies dezelfde tocht maar dan in geheel andere weersomstandigheden. Er lag een laag sneeuw van 10 cm dik en het vroor -10° C. Nu genieten we van een aangename + 10° C en het is volledig droog.
We lopen evenwijdig met de RAVEL-weg, die aangelegd werd op de vroegere tramweg van Olloy naar Oignies. De waterplassen, restanten van de vele buien van verleden week zijn gemakkelijk te ontwijken. Eerst belanden we bij de aaneengerijgde vijvers du Grenadier om dan bij de rau de Nouée te komen.
Een wondermooie picknickplaats kunnen we toch niet voorbijgaan zonder er even halt te houden en er van een drankje te genieten.
Omgeven door groen vervolgen we onze weg en de rau de Nouée, eerst veraf, zoekt steeds maar toenadering tot we er zelfs vlak langs lopen.
En waar we drie jaar terug de steile helling ( met veel moeite ) gedeeltelijk op moesten wilden we de voeten droog houden, moeten we nu ook weer ( onverwacht ) op.Het water van het riviertje heeft het wandelpad zodanig onder water gezet dat uitwijken noodzakelijk wordt. Elkaar een hand(je) helpen is de boodschap.
Ondertussen is het middaguur verstreken en worden we door onze maag hieraan herinnerd. Dan maar een boomstam opgezocht waar we ( gemakkelijk) kunnen picknicken.
Het waterloopje komt nu eens dichterbij en loopt dan weer iets verder van ons af. Maar af en toe steken er toch nog probleempjes op.
Ondertussen klimt het pad uit de vallei en komen we op het RAVEL-pad waar we vaste ( beton ) grond onder de schoenen krijgen. En dan komt als toespijs nog een aardig klimmetje. Bij de merkpaal " Mary Fontaine- 290m" krijgen we een klim tussen een jonge aanplanting van dennen en komen aldus op een hoogte van 350 meter. We zijn gelukkig tussen de bomen " ons huis " te ontwaren.
We starten in het dorpje Olloy-sur -Viroin op 140 meter hoogte bij de oude stenen brug uit 1785 over de Viroin
Eens we de rivier en de grote baan N99 overgestoken hebben nemen we de klimmende rue de l' Autre Coté de l'Eau. Links merken we, lager, het dichtst de spoorweg Mariembourg-Treignes, daarachter de kronkelende Viroin en nog iets verder de baan N99. Rechts hoge rotspartijen tot we bij een steengroeve belanden.
Dat ze nog wordt uitgebaat bewijst de aanwezigheid van de op en af rijdende kraan en het volladen van een vrachtwagen met enorm grote rotsblokken.
We verlaten de spoorweg en de Viroin die ondertussen aardig dichtbij gekomen is en beginnen aan een lange steile klim naar de top van de Colinne des Sangles ou Cinkes. Onder een reeks hoge zwarte dennen bereiken we na 200 meter klimmen op 250 meter hoogte , de top.
Onze weg wordt afgesloten omdat er hier in samenwerking met de ULB geografische opgravingen gebeuren. Men vond er restanten van een oude keltische verdedigingstoren
Honderd meter verder leiden kleine paadjes naar de diepe rotswand van de steengroeve " Prosper ". De diepe vertikale flanken ogen indrukwekkend en zijn zeker het bezichtigen overwaard. Een gevaarlijk gebied met kinderen als je het ons vraagt.
We komen voorbij het " Croix Sauvage " dat herinnert aan een ongeval in 1862 waarbij ene Sauvage het leven liet in de steengroeve " Prosper "
We krijgen een poos het gezelschap van de GR-12 ( die we gisteren ook volgden ) en bij de volgende splitsing besluiten we er nog een ommetje van een goede twee kilometer bij te nemen. Rechts bos en links weiden en akkerland maar een wel erg modderig pad. Een bospad brengt ons uiteindelijk weer op de oorspronkelijke wandeling.
Langs een smal, zeer steil dalend en hobbelig pad moeten we , de bij het begin gemaakte hoogte, weer verliezen om de brug over de Viroin te bereiken, het punt waar we daarstraks onze tocht aanvatten.
We parkeren de wagen op Place Albert I in Vierves, een van de mooiste dorpen van Wallonië, langs de andere kant van de weg van de lange kalkstenen gevel van het klassieke prestigieuze kasteel van de Heren van Hamal, wellicht daterend uit de 2de helft van de 17de eeuw.
Langs kronkelende straatjes met zeer oude huizen trekken we naar de brug over de Viroin waar we aansluiting zoeken met de wandeling " Le Fond de Chaule " die vanuit Treignes vertrekt. We krijgen onmiddellijk gezelschap van de GR-125 en eens buiten de bebouwde kom hebben we uitzicht over de kalksteenheuvel Tienne des Elmonts. Ons pad wordt een aardeweg .
We lopen een tweetal kilometer door kreupelhout en krijgen het gezelschap van nog een derde wandeling, de " Villa Gallo-Romaine" gestart in Treignes. De weg loopt uit in een landbouwerszone met links en rechts vruchtbaar akkerland en we krijgen meteen zicht op het dorpje Treignes. We zoeken er het centrum op en verpozen bij de indrukwekkende geklasseerde kasteelhoeve waar het ecomuseum gehuisvest is..Benevens dit museum telt dit dorpje van amper 700 inwoners nog drie andere merkwaardige musea.
We steken bij de Vieux Pont ( dateert uit de 18de eeuw en is sedert 1986 geklasseerd ) de Viroin over.
Ook de oevers van de Viroin hier zijn geklasseerd.
Even voorbij de spoorweg vallen de minuskule kleine huisjes op. We slaan iets verder rechts af en bewandelen een goede weg langs de leisteenachtige flanken van de vallei.
Plots krijgen we het toch even benauwd wanneer de bekende jachtaffiche opduikt. Gelukkig ! De jacht is pas voor morgen gepland.
De spoorweg en de Viroin blijven nog een tijdje dichtbij, maar dan stijgt onze weg naar links en verliezen we beide uit het oog. Daar moeten die ergens te situeren zijn.
Gelukkig staan er bomen in een bos en worden er weleens enkele geveld. Ideaal om er een rustpauze te maken.
We dalen af en komen voorbij het prachtige residentieel park La Jussière. Temidden van de mooie gebouwen van Vierves, opgetrokken uit de kalksteen van de streek, troont het kasteel er bovenuit, zodat we probleemloos onze auto terugvinden
Onze laatste vakantiedag belooft een prachtdag te worden, dus wandelschoenen aan, rugzak in de wagen en de baan op. We proberen langs Vièrves naar Dourbes te geraken maar vinden er nergens een wegaanduiding. Dan maar langs Nismes gereden.
We vinden er alrap een geschikt plaatsje voor de auto en starten de wandeling Bayeumont, goed voor 5 km. We krijgen van bij het begin het gezelschap van de GR-12. Amper een paar honderd meter ver en de dames staan in bewondering voor de vier kapelletjes die netjes rond een gietijzeren kruis, gewijd aan St.-Antonius, aan vier lindebomen zijn vastgemaakt.
Enkele passen verder passeren we de hoofdingang van het Koninklijk Instituut voor Meteorologie dat hier in Dourbes sinds 1956 onderzoek verricht op gebied van geomagnetisme en de studie van de ionosfeer. We trekken verder bergop en komen in een loofbos terecht. Aan onze rechterzijde loopt voor een tweetal kilometer de enorme, groene omheining van het meteoreologisch instituut en links van ons, een zone met kultuur gewassen
We krijgen eveneens een mooi uitzicht over het heuvelend landschap
Wanneer we tussen weilanden komen verlaat de omheining ons voor een poos om ons straks weer te vervoegen. Iets verder ligt een zijingang van het domein en schiet een reusachtige antenne de hoogte in.
We nemen rechts de geasfalteerde weg Dourbes-Matagne en een boom vol maretakken trekt onmiddellijk de aandacht.
Het gaat nu dalend tot in het dorp Dourbes Op verschillende plaatsen heeft men er de oude dorpspompen in ere gehouden en in de bijhorende waterbak bloemen geplant.
Als slot van onze tocht toch nog even tot bij de ( kleine ) kerk waar we omheen draaien en worden gadegeslagen door een koppel ezelachtig kijkende viervoeters.
Mooie liedjes duren niet lang. En inderdaad de week in Oignies is voorbij gevlogen maar we hebben er tenvolle van genoten. We doorkruisten Viroinval van oost naar west en van noord naar zuid. Maar vandaag eerst opruimen en inpakken en dan tot slot nog een tochtje in de omgeving en genieten van het prachtig weer.
Naar jaarlijkse gewoonte houden we, op het middaguur nog even halt in Beaumont in het restaurant La Commanderie.
Met een lekker drankje en smakelijk etentje sluiten we hier de geslaagde vakantieweek af.
Door omstandigheden hebben we ons verblijf in Oignies en Thierache moeten verplaatsen van de eerste week van het nieuwe jaar naar de laatste week van juni.
Waar we gehoopt hadden op zomerse dagen zijn we vertrokken met een eerder sombere weersvoorspelling voor onze vakantieweek.
Van bij de eerste dag al viel niet alleen het weer tegen maar kregen we ook nog af te rekenen met autopech. Een takeldienst kwam erbij te pas en dus zaten we zonder vervoermiddel. Er zat bijgevolg niets anders op dan op het thuisfront een ander wagen te gaan ophalen en zo konden we dan maar pas op maandag aan onze geplande tochten beginnen
MAANDAG 24 juni . DOURBES Haute Roche
We starten vanuit het centrum van Dourbes ( waar men asfalteringswerken uitvoert ) en na enkele honderden meter krijgen we een reeks trapjes onder de schoenen en zitten we meteen op de vlakte van de Tiene van Delvaux
We lopen afwisselend door bos en open veld om uiteindelijk op een betonweg te belanden met links en rechts landbouwgrond. Na 500 meter terug het bos in langs een bospad dat ons bij de ruïnes van het kasteel de Haute Roche brengt, plaats om enkele foto's te schieten
Er volgt een steile afdaling die alle aandacht vraagt en bij de Viroin aanbeland treffen we er een ideale pick-nick plaats aan.
Terug in het centrum beginnen we aan het tweede deel van de tocht die heel wat minder spectaculair is dan het eerste deel.
Met de wagen rijden we naar Dailly ( iets ten westen van Couvin ) en parkeren er achter de kerk.
Net als gisteren zijn we in geen tijd uit het centrum en trekken langs een eenmanspad het bos Les Haies de Frasnes in en krijgen het gezelschap van de GR 125. Af en toe genieten we, tussen de bomen, van een prachtige uitkijk op de vallei van het Zwarte Water.
Eens de HS-lijnen gepasseerd komen we in een stukje open akkerland terecht dat bezaaid ligt met ongelooflijk veel stenen en daartussen groeit maïs ,tarwe en een verscheidenheid aan bloemen.
We krijgen eerst nog een lastige, glibberige weg onder de zolen en wanneer we het kerkje van Boussu-en-Fagne ontwaren zijn we precies halfweg en dus nemen we de tijd om even te pauzeren.
We krijgen nu een lichtlopende betonweg met geregeld doorkijkjes naar , nu, de vallei van het Witte Water. Wanneer we net een verlaten, alleenstaande hoeve gepasseerd zijn worden we getrakteerd op een fikse regenbui. We vinden aanvankelijk bescherming onder de bomen maar die laten uiteindelijk het water toch door en dus trekken we maar verder. Wanneer we bij de wagen onze vuile schoenen uittrekken schijnt de zon.
En ook 's avonds kunnen we op het terras, nog genieten van een laatste zonnestraaltje en van ... een lekker glaasje wijn.
WOENSDAG 26/06/2013 Langs het ravelpad van OLLOY-sur-VIROIN naar OIGNIES en THIERACHE
Het belooft een prachtige dag te worden maar we hebben weeral eens pech. Precies 10 minuten over zes valt de electriciteit uit. Dus geen scheerbeurt, geen koffie , geen warm water.Een kwartier voor we vertrekken dan toch stroom juist voldoende tijd om twee thermossen met koffie
te vullen. We trekken te voet naar het centrum van Oignies want vandaag reizen we met het openbaar vervoer. De Tec-bus brengt ons tot aan de kerk van Olloy
Vooraleer we het gr 12-pad inslaan nemen we even de tijd om in de plaatselijke beenhouwerij onze voorraad vlees op te slaan voor de geplande barbecue van deze avond.
Rustbanken vinden we in het begin in overvloed zelfs een goed ingerichte pick-nick plaats met barbecue. Hier laten we het GR-pad links liggen en volgen het gebetoneerde ravelpad
Wanneer we met het middaguur onze boterhammetjes en de koffie willen aanspreken zijn er nu toch geen banken meer zeker en moeten we dus rechtstaande ons middagmaal gebruiken.
De laatste twee kilometer verkiezen we terug het GR-pad boven de eentonigheid van het Ravelbeton en trekken een dichtbegroeid gebied binnen.
Klimmen is de boodschap.
En wanneer we uiteindelijk het bos verlaten zien we aan onze rechterzijde achter enkele struiken onze verblijfplaats opduiken
De barbecue wordt bovengehaald , klaargelegd en straks komt het vlees erop.
Na een vermoeiende tocht, op het terras met een lekker stukje vlees en een glaasje wijn. Wat kan vakantie toch heerlijk zijn.
Geen twee zonder drie. Ook hier zijn er in het centrum wegwerkzaamheden. Plots midden op de baan een doorgangsverbod met nergens een aanduiding van een omleidingsweg. Besluit: zelf de weg zoeken wil je in Doische geraken.
Ook in het dorpje zelf vinden we onze weg niet maar een politieman brengt redding. ' Het Kasteel ' dat uit 1573 dateert is een vroegere immense hoeve die nu stilaan gerestaureerd wordt. het De weg naast het beekje dat ons op de Place Quarante moet brengen valt nergens te bespeuren dus keren we op ons stappen terug tot bij de kerk
Dan volgt een lange eentonige weg ( 3,2 km ) langs een asfaltbaan die Doische met Vaucelles verbindt. De Rau de la Joncquière volgt ons trouw eerst langs rechts om later onder de baan door ons langs links gezelschap te houden. In de berm treffen we een mooi oud stenen kruis dat vraagt voor een verongelukte handelsreiziger uit Dinant te bidden. Bidden kunnen we ook bij de wegsplitsing naar Gennée waar we bij de O.L.Vrouw van Lourdes grot en een beeld van de H. Antonius een rustbank vinden.
Donkere wolken stapelen zich op en wanneer we de steile klim in de rue des Carrières aanvatten begint het te regenen. We ontmoeten twee Nederlandse dames , op weg naar Santiago de Compostella.
Onze pick nick moeten we weeral eens rechtstaande gebruiken en intussen schuilen ( onder de bomen ) voor de regen.
We lopen op amper 150 meter afstand van de Franse grens en belanden weldra bij het verlaten van het bos op een betonbaan tussen de akkerlanden. Nog tweemaal lopen we door een uitlopertje van een bos en weldra piept het kerktorentje van Doische boven de bomen.
Even nog een foto-halte alvorens we onze auto in het centrum gaan opzoeken.