Ik had nog wat filmpjes staan van wat 'werk' aan de longe met m'n paardje. Voor de newbies: longeren is je paard gymnastiseren of laten werken op een grote cirkel. Hiervoor gebruik je een lang touw, de longe of het longeertouw, je stemhulpen en de longeerzweep. Op deze manier kan je je paard onbelast (zonder ruiter) trainen. Je vormt een driehoek met volgende punten: de longeerder, het paardenhoofd en de achterhand van het paard. De zijdes lopen van de longeerder naar het paardenhoofd via de longe, van de longeerder via de zweep naar de achterhand van het paard en de derde zijde is het paardenlichaam van hoofd tot achterhand.
1) Zoals met elke sport, moet je eerst even opwarmen. In dit geval laat je je paard rustig instappen gedurende een vijftal minuten. Als je paard ontspannen loopt, dan brengt hij z'n hoofd naar beneden in een natuurlijke houding en maakt hij ruime passen. Zo maakt hij z'n spieren lekker los. De hoeven van de achterbenen worden één of twee hoeven verder geplaatst dan de sporen van de voorhoeven, dit noemt men 'overstappen'. (Niet echt het sterkste punt van mijn paardje, niet erg constant.) Het is ook erg belangrijk dat je paard rustig is, je paard wat aan een lijntje laten crossen heeft absoluut geen zin en kan zelfs schadelijk zijn.
2) Na de opwarming kan het echte werk beginnen. Ik heb ervoor gekozen om m'n paardje vrij diep en rond in te stellen met de bijzetteugels. Ze komt nu wel iets achter de loodlijn (als je een loodje zou laten zakken naar de grond langs haar voorhoofd moet dat haaks met de grond lopen) en ik zie ook dat m'n paardje een beetje op de voorhand loopt. Daar zal ik in het vervolg beter op letten door haar wat actiever te laten lopen ofwel iets hoger in te stellen (probeer maar eens op alles te letten met een camera in de hand!), maar in principe kan het geen kwaad als je je paard niet 'overvraagt'. Je kan ook elke keer net iets anders longeren om op andere dingen te trainen. Ik maak gewoonlijk veel overgangen om haar achterhand actief te krijgen en om de gehoorzaamheid te trainen. Een enkele stemhulp en het licht opheffen van de zweep volstaan gewoonlijk. Normaal gezien moet je paard in draf (minstens) 'sporen', d.w.z. dat de hoeven van de achterbenen daar landen waar de voorbenen net stonden.
3) Na het werk moet er natuurlijk uitgestapt worden. De spanning die is opgebouwd in de spieren moet weer kunnen afvloeien en je paard moet ook met een lekker ontspannen gevoel het werk beëindigen. De hals laten strekken is ook een goede beloning die zeker geapprecieerd wordt. Hier zie je dat het hoofd netjes op de loodlijn komt en dat ze haar hals goed laat 'vallen'. Op deze manier kunnen de rugspieren goed ontspannen. Ook nu nog even werken op de overgangen en zien dat ze haar hoofd niet naar boven brengt. Een overgang hoeft trouwens niet altijd lang te duren, je kan je paard meteen weer in draf zetten. Normaal gezien stap je uit totdat de ademhaling weer normaal verloopt of dat het zweet is opgedroogd (hangt een beetje van het seizoen af, in de winter kan je best minder lang uitstappen maar wel een zweetdeken opleggen).
|