Het puntensysteem van 2010 blijft behouden. Enkel de voorwaarde om
recht te hebben op bonuspunten is een klein beetje aangepast (zie onderaan in het rood).
A) ALGEMEEN
1) In de eindrangschikking van de M&U CUP worden
alle atleten opgenomen die minstens 3 wedstrijden liepen.
2) De punten van de 4 beste prestaties worden voor
100% in rekening gebracht, de volgende voor
20%. De 4 beste prestaties mogen niet van hetzelfde
wedstrijdtype (marathon,6u,...) zijn. Indien dat toch het geval is,
wordt de 4de prestatie slechts aan 20 % in rekening gebracht. Alleen als bij de
5de of volgende prestaties een ander wedstrijdtype is, wordt die prestatie in de
plaats aan 100 % gerekend.
3) De punten voor iedere prestatie worden
bepaald door a) de basispunten op basis van de
eindtijd of de gelopen afstand b) de
handicappunten op basis van de leeftijd en het geslacht
van de loper. Voor het overzicht van de basispunten en de
handicappunten zie de tabellen op http://www.ultraned.org/N_item/f5206.php .
4) Atleten die aan 8 wedstrijden
deelgenomen hebben ontvangen 25 bonuspunten. *
5)
Atleten die aan 12 wedstrijden deelgenomen hebben ontvangen een
tweede maal 25 bonuspunten. *
6)
Atleten die aan 4 ultralopen deelgenomen hebben ontvangen een
derde maal 25 bonuspunten. *
7)
Enkel de 12 beste prestaties worden in
rekening gebracht volgens het in punt 2 beschreven systeem. Een 13de
prestatie levert dus enkel nog punten op als die beter is dan 1 van de eerste
12.
*Lopers hebben enkel recht op de bonuspunten als ze de onderstaande
prestaties geleverd hebben in de 8 wedstrijden, 12 wedstrijden of 4
ultralopen: Marathon < 6u ("<" = sneller dan) 50K <
7u30' 60K < 9u30' 80K < 13u 100K < 18u 6U : minstens een
marathon afgelegd 12U : minstens 75km afgelegd 24U : minstens 100km
afgelegd
1. Voor 2011 worden de bedragen
van 2010 behouden (zie onderstaande tabel).
2. Lopers die in 12
wedstrijden finishen komen gratis naar de activiteiten en het etentje ter
gelegenheid van de prijsuitreiking in het begin van 2012. (Waarde minstens
25)
3. Lopers die een plaats in de top 25 behalen komen gratis naar de
activiteiten en het etentje ter gelegenheid van de prijsuitreiking in het
begin van 2012. (Waarde minstens 25)
4. Lopers die een plaats in de top 25 behalen en in 12 wedstrijden finishen mogen hun partner meebrengen naar het etentje ter gelegenheid van de prijsuitreiking in het begin van 2012 en betalen hiervoor slechts 10.
Door het beperkte
aantal wedstrijdweekends dit jaar slaagden er slechts 183 lopers in een plaatsje
in het eindklassement te behalen. Exact 1 derde van de cuplopers (61 van
de 183 geklasseerden) kwam nog in actie op de laatste wedstrijddag in
Spijkenisse.
We wensen alle 183 geklasseerden van harte proficiat!!! En bedanken hen in
naam van de organisatoren voor hun deelname aan de verschillende
wedstrijden.
In 2011 waren er uiteindelijk 30 deelnemende wedstrijden. 28 daarvan zaten ook
in 2010 in de M&U Cup. In die 28 wedstrijden finishten in totaal 6093
lopers. Dit waren er 243 of 3,84% minder dan in
2010. De belangrijkste verklaring hiervoor
is de opmerkelijke daling van het finishercijfer van
de Brussels Marathon. De spectaculaire stijging
met 437 finishers uit 2010 wordt in 2011 volledig teniet gedaan met een
daling van 453 finishers. Zonder Brussel zou het
finishercijfer met bijna 5% gestegen zijn.
Limburgs Zwaarste is zowel in absolute als in
relatieve cijfers de grootste
stijger. Ondanks de zwaarte van deze wedstrijd of misschien
net daarom steeg het aantal finishers explosief van 80 naar
145. Assen kende een
sterke groei omwille van de finale
van de IAU 50K Trophy die er dit
jaar georganiseerd werd. Daarnaast waren er nog mooie groeicijfers voor Apeldoorn, Steenbergen, Maas en Waalse Rabomarathon,
Beekse Marathon, Child Learn, 6u Amsterdamse Bos, Geldrop en
Spijkenisse. Bottrop kende een logische daling aangezien daar vorig jaar het
Duitse kampioenschap 50K georganiseerd werd. Hulshout en de 6u van de Haarlemmermeer waren
naast Brussel de enige wedstrijden die een duidelijke daling kenden. Dit ondanks het feit
dat deze organisaties zeer goede punten scoren op organisatorisch vlak! De
overige wedstrijden kenden een lichte stijging of een lichte daling.
Wedstrijd
Finishers 2010
Finishers 2011
Verschil
% verschil
Midwintermarathon
Apeldoorn
454
498
44
9,69
Binnenmaas
46
45
-1
-2,17
6u van Stein (NL)
180
178
-2
-1,11
Limburgs Zwaarste
60K/80K/100K
80
145
65
81,25
6 uur Loos
47
48
1
2,13
Antwerp Marathon
1453
1433
-20
-1,38
Steenbergen Marathon/6u/24u
101
129
28
27,72
6u van de Haarlemmermeer
42
26
-16
-38,10
Self Transcendance 50K/100K
35
38
3
8,57
Child Learn Marathon
28
34
6
21,43
50 km Assen
57
101
44
77,19
Hulshout Marathon/100K
50
38
-12
-24,00
Maas en Waalse
Rabomarathon
78
97
19
24,36
Beekse Marathon
55
70
15
27,27
6 uur Amsterdam
27
45
18
66,67
Marathon Brussel
2005
1552
-453
-22,59
BerenloopTerschelling
557
571
14
2,51
Bottroper Ultramarathon
277
256
-21
-7,58
6U Troisdorf
161
165
4
2,48
Marathon Kasterlee
307
298
-9
-2,93
t Is voor niks Geldrop
115
130
15
13,04
Spijkenisse Marathon
181
196
15
8,29
Totaal
6336
6093
-243
-3,84
De Marathon
Zeeuws-Vlaanderen deed voor het eerst mee in de M&U Cup en zag het
finishercijfer met meer dan 16% aangroeien. De
tweejaarlijkse IJsselsteinse Marathon kon spijtig genoeg
maar weinig lopers bekoren. Het lopen van meer dan 130
rondjes op een skeelerpiste spreekt de meeste lopers blijkbaar niet echt aan,
hoewel de organisatoren voor een goeie ambiance gezorgd hadden!
Het blijkt duidelijk dat de cuplopers (=
de 183 lopers die in het eindklassement van de Marathon- en Ultracup 2011
staan) zowel voor kwaliteit als kwantiteit zorgen.
1. Kwaliteit: De cuplopers behaalden niet
minder dan 75 van de 169 podiumplaatsen of 44,5%. Vooral bij de ultralopen
en bij de kleinere marathons kruiden de cuplopers dewedstrijd. Tegen het
Keniaanse geweld in de grote marathons kunnen ze uiteraard niet
opboksen. Op sommige plaatsen werden er meerdere wedstrijden georganiseerd
(bijv. Steenbergen) vandaar dat er soms meer dan 6 podiumplaatsen door cuplopers
behaald werden.
2. Kwantiteit: Bij 9 van de 24
organisaties maakten zij meer dan 50% van het deelnemersveld uit. Bij nog
eens 6 andere meer dan 25%. Enkel bij de grote organisaties ligt dit cijfer
door het grote deelnemersaantal fors lager.
Antwerpen had duidelijk te lijden onder
de concurrentie van Zeeuws-Vlaanderen de dag voordien. Samen telden deze twee
wedstrijden wel 68 cuplopers en met Loos erbij komen we voor dat weekend aan
78 cuplopers, het tweedehoogste aantal in één wedstrijdweekend van 2011.
Apeldoorn blijft de absolute topper met 84 cuplopers, Steenbergen staat op
plaats 2 met 75 lopers (Steenbergen telt wel 3 wedstrijden op 2 dagen) en op
de 3de plaats staat de ultraklassieker in Stein met maar liefst
72 cuplopers. Apeldoorn en Stein worden telkens
bij de start van het nieuwe seizoen georganiseerd en dat is duidelijk een
grote troef om veel cuplopers aan te trekken.
Dit jaar scoorden ook de wedstrijden op
het einde van het seizoen erg hoog. Geldrop, Spijkenisse en Kasterlee mochten
recordcijfers cuplopers noteren. Limburgs Zwaarste is met 59 cuplopers ook
erg populair bij de cuplopers. Het enthousiasme van organisator Willem Mütze
en de uitzonderlijk mooie parcours die hij telkens weer weet uit te
stippelen zijn hier uiteraard niet vreemd aan. De Duitse organisaties
zagen het aantal cuplopers verdubbelen tot meer dan 10% van hun totaal
aantal lopers.
Elke wedstrijddag kwam gemiddeld iets
minder dan 22,5% van de cuplopers in actie.
De uitvallers bij een
marathon, een 50K of 100K staan niet in deze statistieken. Dus bij deze
wedstrijden stonden er vaak nog heel wat meer cuplopers aan de start.