Aldaar werden werden mijn echtgenote en ikzelf gezegend door een priester. We kregen onder het uitspreken van gebeden een armbandje aangeknoopt dat ons geluk en voorspoed beloofd. Het armbandje moet vanzelf afvallen, tot dan zijn wij beschermd tegen alle onheil, zo werd ons gezegd. Vandaag, tweede dag na onze thuiskomst viel een aanslag in de onroerende voorheffing in de bus. Blijkbaar is de fiscus niet gevoelig voor onheil. Mijn echtgenote had de dag voordien haar armbandje afgedaan.