Ma 25/01/10
Sochtends krijgen we een korte briefing en vertrekken met een klein busje richting Wadi Rum woestijn. Onze medereizigers zijn 2 koppels met hun respectievelijk oogappel die verlof genomen hadden op school. Met zijn achten een gids en een chauffeur op weg. De gids ontpopt zich als een perfecte entertainer. Hij had Frans gestudeerd op universiteit en geperfectioneerd in een verblijf van een vijftal jaar in Parijs.
De gids vertelt onder weg dat ook de klimaatverandering hier te voelen is. De afgelopen week was de woestijn niet te bezoeken door de hevige regenval en een ondergelopen Woestijn. Stel je voor! Onder weg zien we een storm opsteken met veel opwaaiend zand. Het landschap wordt steeds meer bergachtig en rotsachtig. Aan de woestijn toegekomen kunnen we onze ogen niet geloven er zijn inderdaad plassen door water dat niet tijdig kon insijpelen. De passage naar het huis van Laurence of Arabië is daardoor onmogelijk. Om dit te compenseren kunnen overstappen in jeeps met 4x4 aandrijving. Die brengen ons verder de woestijn in naar een bedoeïenenkamp. De bedoeïententen op gebouwd uit een baren stel met ruw geweven donkere zeilen zijn her en der tegen een rots op gesteld. De zeilen zijn net als dakpannen aan één zijde vast gemaakt en de andere zijde fel overlappend. De wind jaagt er door waardoor ze flapperen maar stand houden. In een tent krijgen we een maaltijd geserveerd in buffetvorm; brochettes van kip en lam, gebraden op een barbecue, met vele soorten groenten typisch Jordaans. Na het eten, hoe dieper we de woestijn in rijden, hoe meer de wind gaat liggen. Het landschap wordt steeds maar mooier; felle bruine rotsen en mooie glooiingen gevormd in het zand. De overheersende kleur is roze. Op de rotsen worden we gewezen op gravures, aangebracht door de kameeldrijvers voor de nabatiaanse tijd VI eeuw v Chr.. Een van de chauffeurs heeft hout bijeen gesprokkeld maakt een vuur en wakkert het aan met zijn wit kleed. Wij worden allen getrakteerd op een the die hij zette in 2 zwart gerookte keteltjes. Wat een opwarmer. De tocht gaat verder op een zandheuvel worden we uitgenodigd naar boven te klimmen; Wat aanvankelijk niet zo hoog leek, bleek uiteindelijk een 30 tal meter te zijn en lastig door het losse zand. Eens boven is het zicht om te stelen. Tal van prachtig getekende zandheuvels. Op de terug weg worden we uitgenodigd door bedoeïen om een the te drinken in hun tent. Ze hadden net vers hout op het vuur gegooid waardoor we stikken in de rook. We worden aangeraden om te gaan zitten, waardoor er minder last is van de rooklaag binnen de tent. Het is een mooi afscheid van deze ruwe maar vriendelijke bevolking.
De sfeer wordt niet gebroken bij de aankomst aan ons hotel Ahlan wha Sahlan (huis uit het verleden). Het ligt in een van de buitenwijken van Petra en is opgetrokken op oude vestingen. Net een dorpje waar elke kamer een paviljoentje is op getrokken in een labyrint van hoge muren. Een duik in het verwarmde zwembad is zeer welgekomen.


|