De meeste boottochten naar de Whitsundays vertrekken vanuit Airlie Beach. En onze zeilboot -Freight Train- dus ook. Onze gastheer en kok was steve, de duikinstructeur was Chris en de kapitein Max. We vertrokken rond de middag en na een leuke zeiltocht van een paar uurtjes arriveerden we aan de eerste snorkelplaats. Omdat er in de zomer gevaarlijke kwallen in het water rond de Whitsundays zitten moesten we stingersuits dragen maar dat was niet zo heel erg omdat we op die manier langer in het water konden blijven. De vissen en het koraal waren adembenemend en ik was dan ook gemakkelijk te overtuigen om de volgende dag te duiken. `s Avonds was er goon op de boot en een medepassagier -Jordan- die een gitaar had meegebracht zorgde voor de sfeer. We sliepen op het dek en konden daar genieten van de mooiste sterrenhemel die ik ooit gezien heb. Veel slaap was er niet want `s ochtends moesten we al snel vertrekken naar de duikspot. Daar aangekomen zagen we dat het water vol zat met, gelukkig ongevaarlijke, kwallen. De passagiers die enkel wouden snorkelen bleven dan ook niet te lang in het water maar aangezien de kwallen vooral aan het oppervlak zaten hadden de duikers er niet veel last van. Chris legde ons uit waar we allemaal op moesten letten en voor we het wisten waren we 10 meter diep. Ik wil zeker nog eens opnieuw duiken, het is echt een speciale ervaring. Na de lunch vertrokken we naar Whitehaven Beach. Dat is het mooiste strand dat ik ooit gezien heb! Het zand is bijna wit en het water is het felste blauw dat je je kan voorstellen. Na een kleine wandeltocht gingen we terug naar de boot waar we de zon konden zie ondergaan achter 1 van de eilanden met klassieke muziek op de achtergrond. Daarna deden we nog eens hetzelfde als de avond voordien. De tweede nacht was het wel iets frisser om te slapen op het dek maar dat hield ons zeker niet tegen. De volgende dag rond de middag kwamen we terug aan in Airlie Beach en gingen de meeste onder ons na een verfrissende douche een beetje ontspannen aan de lagoon. `s Avonds werd de uitstap afgesloten met een feestje. Wat kan een mens meer verlangen in het leven.
De oorsprong van de naam Rainbow Beach is vrij letterlijk. Het zand op Rainbow Beach heeft namelijk enorm veel verschillende tinten door het ijzer dat in het zand zit maar de aboriginals hebben zoals voor de meeste dingen een verklaring die iets romantischer klinkt. De Aboriginals geloven dat er in dreamtime een grote regenboog boven Rainbow Beach hing. Een meisje dat daar woonde ging elke dag op het strand zingen en dansen voor de regenboog en werd uiteindelijk verliefd op de regenboog. Op een dag kreeg een slechterik met een magische boomerang kreeg het idee om het meisje te ontvoeren en als slaaf te gebruiken. Maar het meisje kon ontsnappen en ging terug naar de regenboog. Toen de slechterik ontdekte dat het meisje weg was gooide hij de magische boomerang naar het meisje waarop de regenboog zich op het meisje gooide om haar te beschermen. Op die manier kreeg het strand de kleuren van de regenboog.
De belangrijkste bestaansreden van Rainbow Beach is de Fraser Island. Na 20 minnuutjes op de ferry ben je op Fraser. Dat was dan ook mijn reden om er te zijn. Omdat de meeste mensen de briefing in de hostel `s middags gemist hadden was `s avonds een tweede briefing gepland. Degenen die deze briefing moesten doen hadden daar echter duidelijk geen zin in en handelden alles snel af. We kregen amper de tijd om te lezen wat we tekenden. `s Ochtends moesten we om 5 uur aan de receptie zijn om een paar veiligheidsvideos te bekijken. Je kan je voorstellen hoe geconcenteerd iedereen was...Ook op het verhuurbedrijf moest alles heel snel gebeuren want we moesten op Fraser zijn voor het tij opkwam. We kregen 2 kaarten en er werd gezegd dat we die gewoon moesten volgen en dat het heel eenvoudig was. Aangekomen op het eiland bleek het natuurlijk helemaal niet zo simpel te zijn omdat de 2 kaarten een andere route aangaven. Daarom vroegen we aan iemand op het strand welke weg we moesten volgen en die zei dat we gewoon het strand moesten volgen en dat we er zo wel zouden geraken. Zo gezegd, zo gedaan. Maar na 10 minuutjes rijden ontplofte er iets onder de motorkap. Iedereen stapte vlug uit en we probeerden zo veel mogelijk van ons gerief weg te halen bij de auto. Omdat het tij nog steeds aan het opkomen was moesten we ook een manier vinden om de 4x4 hogerop te krijgen. Duwen ging maar helemaal niet snel genoeg. Gelukkig kwam er een andere jeep voorbij die een touw had en ons kon helpen. In nog een andere jeep was er iemand die een gsm bijhad met ontvangst waarmee we konden bellen om hulp. Na een uurtje of twee wachten arriveerde de mechanieker van het verhuurbedrijf. Die wist ons echter te vertellen dat de 100 dollar die we als borg gegeven hadden -en volgens ons de franchise was van de verzekering- enkel geldig was voor de buitenkant van de wagen en dat de motor helemaal niet verzekerd was! Toen we terugkwamen op Rainbow Beach kregen we een nieuwe jeep en konden we terug vertrekken maar iedereen wou natuurlijk eerst weten hoe alles nu juist in elkaar zat en wat we moesten betalen en waarom niemand ons deftig verteld had dat we niet verzekerd waren. De mensen van het verhuurbedrijf vertelden ons dat ze de volledige motor moesten vervangen en dat dat ongeveer 8000 dollar zou kosten en dat ze die kosten van onze creditcard gingen halen want blijkbaar had iedereen een papier getekend waar op stond dat ze dat mochten doen. Ik heb al veel moeilijkheden gehad omdat ik geen creditcard heb maar dat was het allemaal waard want ik hoorde later van Remo dat ze van ieders rekening meer dan 500 dollar hadden gehaald. Een paar mensen zijn zo slim geweest om voor ze opnieuw vertrokken hun creditcard op te zeggen. Na gehoord te hebben dat we helemaal niet verzekerd waren voelde ik me echt niet meer veilig en ik ben samen met kira dan ook in Rainbow Beach gebleven. Maar uiteraard niet in dezelfde hostel (Fraser on Rainbow Beach). Toen ik in de andere hostel (Pipies) zag hoe de mensen daar werden voorbereid op hun uitstap was ik er nog meer van overtuigd dat de hostel en 4x4safari bedriegers zijn. In Pipies kreeg iedereen een deftige briefing van maar liefst 2 uur, op een menselijk uur! Als ik ooit beslis om toch nog naar Fraser te gaan -want het is volgens iedereen meer dan de moeite- zal het toch met een guided tour zijn.
De volgende 2 dagen heb ik doorgebracht in Hervey Bay waar absoluut niets te doen is en waar ik dan ook echt niets over te vertellen heb buiten het feit dat de YHAhostel daar dik in orde was.
Noosa is een klein maar gezellig stadje. Het national park is prachtig en je kan er koalas in het wild zien als je erg je best doet.
De atractie in Noosa is Australia Zoo. Dat is het park dat de ouders van Steve Irwin -The crocodile hunter- hebben opgestart en dat Irwin heeft verdergezet en uitgebreid. De verering van Irwin en zijn gezin is een beetje overdreven -er zijn zelfs actionfigures gemaakt van zijn dochtertje- maar als je daar niet te veel aandacht aan schenkt is het een aangenaam park. Er is een groot stuk waar je de kangeroos eten mag geven en in het koalapark kan je onder begeleiding de koalas strelen.