Ik vind het moeilijk om het boek te quoteren omdat het me
eigenlijk een beetje koud liet. De schrijfstijl van het boek had meer iets weg
van een informatief boek en er werden bij mij geen emoties opgewekt die het
boek ten goede zouden zijn gekomen. Er zat echter wel wat in. Het boek schept
doormiddel van het personage Lin Ying een prachtig en zeer objectief beeld van
de revolutie op het plein van de Hemelse Vrede en hoe die revolutie werd
beleefd in intellectuele kringen. Lin Ying is een meisje dat komt uit een arm
gezin in een bergdorp, dat door haar slechte jeugd een soort van labiele
persoonlijkheid heeft gecreëerd waarin ze constant op zoek is naar ware liefde
en vertrouwen. Tijdens deze zoektocht laat ze zich makkelijk inpakken door
mannen met mooie woorden en cadeautjes. Bij elke man maakt ze voor zichzelf een
zeepbel en verteld ze zichzelf dat dit de ware moet zijn. Dit gebeurt ook bij
Chen Yu, een getrouwde man met wie ze een affaire heeft. Chen Yu is samen met
Lin Ying een van de studenten die deelnemen aan de revolutie. Wanneer Lin Ying
na het bloedbad op 4 juni naar Chen Yus appartement vlucht, vindt ze haar
minnaar met zijn vrouw in bed. Opnieuw barst de zeepbel die ze voor zichzelf
had opgeblazen. In haar instabiele positie na het incident, laat ze zich alweer
door een andere man verleiden, Jiangjiang. Hij blijkt later een goede vriend
van Chen Yu te zijn, die Lin Ying moest verleiden om haar de schuld in de
schoenen te schuiven. Lin Ying is het nu voor goed zat en beslist haar leven
opnieuw in eigen handen te nemen. Ze wordt in haar streven naar seksuele
autonomie bijgestaan door haar goede vriendin Hua Hua en diens feministische
aanhang. Lin Ying groeit uit tot een mature vrouw die zonder enige gène haar
lichaam laat zien, ze voelt zich nu echt helemaal vrij. Aan het einde van het
boek raakt ze samen met Hua Hua en diens vriendje in een heus seksfeest
betrokken. Lin Ying ontdekt nu pas echt wat ze wil, niets kan haar meer
schelen, haar lichaam neemt niemand haar af. De politie valt binnen tijdens het
feestje en terwijl alle anderen zich haastig aankleden danst Lin Ying
onverstoord naakt verder. Zonder enige vorm van verzet laat ze zich meenemen in
de politiewagen, volledig naakt, ze heeft haar seksuele autonomie eindelijk
voor zichzelf verworven.
Naast de innerlijke strijd die zelfs een vrije vrouw elke
dag moet voeren, geeft het boek ook erg goed de dynamieken weer die zich
tijdens een revolutie afspelen. Het boek geeft onrechtstreeks veel kritiek op
kunstenaars, maar toont ook hoe een revolutie zelden een weloverwogen
beslissing is. Het is eerder een mix van eigenbelangen die door een enorme
massahysterie wordt verenigd om uiteindelijk een bepaald doel te gaan dienen.
Zo slagen de leiders van een revolutie er vaak in door middel van de
troepenmacht die ze hebben verworven hun eigen belangen te dienen en zodra het
misgaat, zoals op 4 juni 1989, iedereen die hen die macht heeft verschaft in de
steek te laten. Door een dergelijke interventie door de overheid wordt trouwens
vaak de massahysterie verbroken en laaien er discussies op tussen de
verschillende leiders. Het boek schept ook duidelijk een beeld van
revolutieleiders als heethoofden die zelden worden gedreven door een
evenwichtig en rationeel idee, maar eerder door een allergie aan autoriteit en
vaststaande waarde. De drang om te rebeleren is bij hen sterker dan de ratio. Dit
maakt dat een revolutie vaak niet wordt gesteund door de verstandigsten in de
intellectuele kringen. De rol van kunstenaars is hierin heel duidelijk.
Kunstenaars, zoals het hoofdpersonage Lin Ying, zijn vaak emotionele, lichtjes
instabiele personen die allergisch zijn aan elk aanvaard idee. Ondertussen zijn
ze meestal wel erg goed in hun waar verkopen, ze roepen het hardst, maar zeggen
niet noodzakelijk de zinnigste dingen. Jammer genoeg wordt er, zoals in het
boek weergegeven, zelfs in intellectuele kringen vaak het meest geluisterd naar
de luidste stem in plaats van de evenwichtigste of de verstandigste.