Vanmiddag zei Cas, drie jaar oud, op weg van school naar huis: 'Oma, ik zie u graag'. We waren al een paar minuten aan het lopen, hij aan het handje en we hadden het nergens over. Zo, out of the blue, zegt zo'n kind dat dan. We gingen een ijsje eten op een terras op de Grote Markt en tegenover ons zat een dame die we niet kenden. Cas vroeg waar die mevrouw woonde en hoe ze heette. Hij stelt zo'n vragen geregeld over mensen die we op straat voorbijlopen. Hij merkt dingen, mensen en situaties op die ik niet gezien heb. Zo zag hij in de verte, achter het stadhuis, de bewegingen van een bouwkraan. Hij hield hem in de gaten en wou er van alles over weten. Echt veel kon ik hem er niet over vertellen.
Op zijn kinderijsje zat een stokje met glinsterende, felgroene sliertjes. Dat was een palmboom en hij 'plantte' hem in het ijs. Thuisgekomen 'plantte' hij de boom in het tapijt. Soms valt hij in de buggy gewoon in slaap, maar als hij niet te moe is praat hij honderduit. Vaak versta ik hem niet, want hij zit met zijn gezichtje weg van mij. Soms leun ik voorover of ga ik voor hem staan om naar hem te luisteren. Ik vrees dat ik al veel gemist heb.
Weekend Knack bestaat 25 jaar en daarom werden er vorige week een aantal 25-jarigen geinterviewd. Interessant en verfrissend.
Kristof zei over 'spijt': 'spijt komt te laat, als je je les geleerd hebt, neem je ze mee.' Een gezonde redenering, optimistisch en wijs. Van jonge mensen kan je iets leren.
Anne heeft op 25-jarige leeftijd al twee dochtertjes en ze verwacht nu een tweeling. Ze werkt als medisch afgevaardigde en ze klaagt niet. Ik snap niet hoe ze het klaarspeelt.
De meeste jongeren uit de reeks kopen hun lakens bij Ikea, ze dragen duurdere jeans en kwaliteitsondergoed. Ze kopen schoenen van een bepaald merk. Ze kijken weinig TV, leiden een druk professioneel en sociaal leven en zitten vol ambitie. Mij lijkt dit een prima generatie, al ben ik niet zo naïef om te denken dat de jongeren uit Knack representatief zijn.
Al een lange tijd zit ik ermee in mijn kop om een weblog te starten. Het is er uiteindelijk toch van gekomen, op een druilerige zondagnamiddag in april, alhoewel: vandaag heeft het geregend, gewaaid, de zon scheen, kortom een typisch Belgische dag. Wat ik vooral hoop is plezier te beleven aan het intikken van flauwekul, kattebelletjes, gedachten die door mijn hoofd spoken. En in mijn hoofd is het zelden stil.