We maakten van ons bezoek aan de Romario gebruik om deze prachtige stad te bezoeken. Er is een mooi park van waaruit je een prachtig zicht op de vallei en Puerto de la Cruz hebt. Voor het gemeentehuis worden wondermooie zandtapijten gemaakt (jammer genoeg waren ze al weg toen wij er waren).
Ook is er een prachtige gebouw dat deels als restaurant (zeer betaalbare prijzen) deels als tentoonstellingsruimte gebruikt wordt. Ook is de Casa de los Balcones zeker een bezoekje waard.
La Orotava ligt in het noorden van het eiland. Dit gedeelte is veel vochtiger dan het zuiden en het regent er vaker. Het landschap is veel groener waardoor en veel mensen in de landbouw actief zijn. Carnaval is een belangrijk feest voor deze eilandbewoners. Dit geldt ook voor de Romario of oogstfeest met zijn "baile de Mago" - boerendans die door jong en oud in lokale klederdracht gevierd wordt. Er loopt een stoet van een vijtigtal huifkarren die elkeen getrokken worden door ossen, gevolgd door muziekanten en dansers komende uit verschillende hoeken uit Spanje (op het vaste land wordt ook de Romario gevierd). Op de Romario wordt er aan de omstaanders of toeschouwers gratis drank en voeding verdeeld. Wanneer je als toeschouwer een glaasje in een leder omhulsel rond de nek draagt wordt dit automatisch met wijn gevuld.
Wij hebben deze kans niet gemist en hebben aan dit feest deelgenomen. Met dank aan Janine en Roland voor het uitlenen van hun glaasjes.
Op uitnodiging van Janine werden we getrakteerd in een typisch Canarisch restaurant, namelijk in "Subido Taucho". Dit dorp, Taucho genaamd, ligt op 800 m hoogte. Samen mochten we de verjaardag van Walter (alweer!) en van Roland vieren.
Van hieruit heb je een panoramisch zicht op buureiland La Gomera, het verder gelegen La Palma, Los Cristianos, Playa Paraiso en uiteraard op Playa de las Americas. Het vergezicht is onbetaalbaar terwijl de eenvoudige gerechten van kip (pollo) en konijn (conejo) om van je vingers af te likken zijn. Als digestief mochten we van een 'barraquito' genieten, dit is koffie met liquor 43 en melk. 'Barra' betekent lagen, we konden inderdaad de verschillende lagen tellen...LEKKER, LEKKER!
Taucho zelf is wereldbekend voor de parapente-sprongen, die op het lager gelegen Adeje landen. Jammer genoeg waren we wat te laat om van dit spektakel nog te kunnen genieten. Een fijne en gezellige dag gehad!
Bij het verjaardagsfeestje van Walter (foto 1) rond het zwembad hebben we geen kater overgehouden. Wel werden er zowat 17 flessen Cava geledigd onder 20 personen. Het was een aangename en prettige avond. Onze Spaanse buur José zorgde zelfs voor een verrassing: een speciale soort cake gevuld met geitenkaas, een specialiteit uit El Hierro, een Canarisch eiland in de buurt van La Palma.
Met veel moeite vonden we Abades op de kaart: het staat vermeld als Abona! Abades op zichtzelf stelt niet veel voor. Er staan witgekalkte huizen, die meestal door de Duitsers als vakantiewoning gekocht werden. Wel staan er onvergetelijke stranden die in het weekend nogal druk door de Spanjaarden bezocht worden. Je kan er terecht in enkele bars, een restaurant dat die naam waardig is was nergens te bespeuren. Vroeger werden er in dit oord de lepra patiënten in het sanatorium ondergebracht. Ook staat er een onafgewerkt militair oefenkamp dat nu echter helemaal verlaten is alsook een kerk waar San Lazaro aangebeden werd. San Lazaro zou de beschermheilige van de armen zijn. Nu is dit een verlaten oord dat er echt als een spookdorp kan beschouwd worden.
Wat verder staat er een vuurtoren die identiek is als de "onze" bij Palm-Mar gelegen is. We keerden langs de kuststrook terug. Onderweg mochten we genieten van mooie baaitjes met een klaarheldere blauwe zee. Onze wandeling duurde zowat 2 uur. We waren blij dat we deze rustige en prachtige omgeving hebben mogen ontdekken.
Morgen gaan we met de buren naar een restaurant dat in de bergen gelegen is waar we de echte Canarische specialiteiten zullen leren kennen. We zijn benieuwd...
Het is een prachtige dag, we beperken ons tot een uitstapje naar Las Galletas, een vissershaventje hier vlak in de buurt. Toen we dit plaatsje in 1979 bezochten betekende dit amper iets. Nu is dit fameus gegroeid met enkele mooie winkelstraten, enige restaurants rond het water. Kortom een plekje om echt van te genieten. Op aanraden van Janine bezochten we het restaurant "El Euro", vlak rechtover de zee. Naar verluidt zou een Vlaming er de eigenaar van zijn. We hebben hem alleszins niet ontmoet. Wel waren er een sympathieke ober en dienster die meer dan het Spaans spreken. We installeerden ons in de knusse stoelen op het terras en bestelden 'el plato del dia' - de dagschotel - wat soep, gepaneerde kiplapjes met roomsaus en champignons omvatte voor 6,25 . Aan die prijs kun je het thuis zelf niet niet klaarmaken! De borden waren zodanig copieus dat we ze niet volledig leeg kregen... Daarna wandelden we rond het haventje, heel netjes met enkele leuke visrestaurants. Het merkwaardige ervan is het ponton boven het water dat ze als terras gebruiken. We zullen hen beslist eens een bezoekje brengen. Leuk en ook niet duur, op het eerste gezicht dan wel. Op de foto's zie je enkele impressies van rond de haven. Merk op foto 4 de Pico del Teide in al zijn glorie op de achtergrond.
Vandaag vieren we de verjaardag van Walter, onze buurman. Ik vrees dat het vanavond wat later dan gewoonlijk zal worden...ik moet toch niet sturen en dus niet in het zakje blazen, SANTE Walter en nog vele jaren erbij!
Morgen denken we Abades te bezoeken en er een wandeling naar het spookdorp te maken. Hopelijk wel zonder kater...
Vilaflor - Pico del Teide - Santiago - Los Gigantes - Armenime
Vanmorgen vertrokken naar Vilaflor. Dit is het hoogst gelegen dorp van Tenerife, namelijk op 1500 meter hoogte. Er staat een bevallig kerkje en enkele charmante huisjes die allen een mozaieken steen op de gevel dragen met de afbeelding van "Hermano Pedro de Vilaflor". Wat de betekenis ervan is heb ik het raden naar. Letterlijk vertaald betekent dit "broeder Pedro van Vilaflor". zie foto's 1 & 2 Dit is ook de vertrekplaats naar "Los Paisajes lunar", de maanlandschappen. We hebben deze wandelweg maar links laten liggen omwille van de nogal lang te leggen afstand en de niet al te goede rijweg (12 km h/t). Vilaflor is ook gekend voor het mineraal water dat uit de bergen stroomt; het is de bevoorrader van het flessenwater voor het eiland. Wat hogerop, richting Pico del Teide, vind je "El Mirador" links van de baan. Dit is een bekend bar - restaurant vanwaar je een oneindig panoramisch vergezicht hebt tot voorbij El Medano! Ook zie je links de terrassen waarop aardappelen geteeld worden. Twee keer per jaar worden ze gerooid of met andere woorden geoogst. Deze streek is ook gekend voor zijn wijn. zie foto El Mirador is een oord waar je tot rust komt. Toen wij een plaastje op het terras zochten, werden we tot onze grootste verbazing en verwondering aangesproken in het Vlaams! De uitbater blijkt afkomstig te zijn uit Sint-Pieters-Leeuw. Hij woont zowat 15 jaar in Tenerife. De menukaart toont enkele specialiteiten zoals Canarische kip en konijn. Jammer genoeg is het voor ons wat te vroeg om nu ons buikje te vullen en beperken we ons tot een frisdrank en een vers geperst fruitsap. Als je het ons vraagt, een echte aanrader, alhoewel we er niets genuttigd hebben. zie foto
We vervolgen onze weg tot aan de voet van de Pico del Teide, de hoogste top van Spanje: 3718 m. Vandaag hebben we geluk omdat er niet al te veel volk in de buurt is. We bevinden ons in het nationaal park van de Teide waar er een bezoekers- en informatiecentrum gelegen is. Van hieruit kan je beroep doen op gidsen om de Teide te voet te bereiken (een heel lange en zware wandeling naar verluidt). Anderen verkiezen om te teleferiek te gebruiken om naar de top te gaan. We beslissen om de Teide niet te doen en ons enkel te bepekeren tot deze mooie plek vanwaar je een mooi zicht heb op de Roque (van hieruit maak ik het bekendste plaatje van Tenerife) en op het grandiose ronde plateau dat met lavastenen en rotsen met bizarre vormen bedekt is. Ook tref je hier een prachtige kegelvormige plant aan die bedekt is met honderden kleine rode bloemetjes (kan er de naam niet van terugvinden). In het bezoekerscentrum kiezen we voor een "Berlijnse bol" om onze maag wat tevreden te stellen. Veel te zoet! Neem wat anders maar zeker dit niet. Een echte teleurstelling, we rekenden erop dat het dezelfde bol smaak als bij ons zou zijn... zie foto's Nu loopt de weg steil naar beneden - een uitstekende baan met niet al te veel bochten - richting Puerto de Santiago. Dit is een heel charmante plaats met mooie villa's en prachtige hotels. Op de kleine promenade heb je een onvergetelijk zicht op Los Gigantes, enorme hoge rotsen die bijna loodrecht in de oceaan staan. In Puerto de Santiago ligt er ook een haventje waar rijkelui hun jacht aangemeerd hebben. zie laatste foto's
De terugweg naar Palm-Mar leidt ons via Playa Paraiso (de lelijke hoteltorens staan er nog) naar de autosnelweg. Onderweg houden we nog even halt in Armenime, bekend voor haar (cultuur)parels uit Tenerife. Ineske geeft haar ogen meer dan de kost!
Vandaag besluiten we het wat rustiger te doen en bezoeken we het nabij gelegen vakantie oord van Playa de Las Americas. Dit ligt vlak naast Los Cristianos. De ene plaats loopt over de andere. Niettegenstaande de zon volop van de partij is, staat er een zeer sterke wind en doet het zeker geen deugd om een fikse wandeling te maken. We blijven in de nabijheid van de hotels die in de buurt van het strand gelegen zijn. Het zijn allemaal torenhoge gebouwen met er tussenin grote shopping centra, net zoals in Los Christianos. We gaan op zoek naar het hotel "Iberostar Bougainville Playa" omdat onze buren Tania en Mario er een kamer hebben geboekt vanaf 24 juni. We hadden al voor ons vertrek al afgesproken elkaar zeker hier nog te ontmoeten. Hun hotel straalt luxe uit. Toch is het zeker niet onze smaak. Nu we voor een andere verblijfsformule hebben gekozen, lijkt deze laatste ons de beste keuze. Maar ja, over kleuren en smaken kan je nooit discuciëren! Een vlakke wandelpromenade net naast de kust, zoals in de buurgemeente Los Cristianos, is er niet: Wel loop je naast de kuststrook maar dan wel op een zeker hoogte verschil. Het hotel Jardin Tropical beviel ons enorm omwille van de prachtige tuin met een enorm zwembadencomplex. zie foto"s 1,2 en 3. Op het strand was er niet veel volk te bespeuren, zie bijlage 4 We verlaten Playa om ons terug naar Palm-Mar te begeven alwaar we nog de wind proberen te trotseren rond de plaatselijke strandpromenade dat ongeveer 300 meter van ons vakantiehuisje ligt. De zee is zeer woelig, de wind slaat hard tekeer en er is haast niemand te bespeuren. zie foto's.
Hopelijk is het morgen aangenamer weer zodat we weer enkele typische plaatsen, zoals onder meer Villaflor dat op 1500 m hoogte gelegen is, kunnen verkennen.
El Medano, Santa Cruz de Tenerife, San Andrès, Taganana, Roque de las Bodegas
Vandaag besluiten we het noorden van Tenerife te bezoeken. Eerst stoppen we in El Medano, zowat 20 kilometer van Palm-Mar, net ten noorden van de luchthaven. El Medano is een typisch vissersdorp dat door de modale toerist niet gekend is. Je treft er een mooi strand aan met merkwaardige rotsen alwaar je voor de wind kunt schuilen. Langs de strandpromenade kan je aan je conditie werken: je treft immers aan enkele zitbanken trappers zoals bij een fiets zonder echter vooruit te gaan! Dit vind je ook in Los Christianos... Een charmant plaatsje zonder meer waar de Spanjaarden hun vakantie doorbrengen. Door de sterke wind is dit een paradijs voor surfers. foto bijlage 1
We verlaten El Medano en nemen de snelweg naar Santa Cruz de Tenerife, de hoofdstad van deze provincie. Net voor je Santa Cruz binnenrijdt, zie je links een fantastisch bouwwerk dat door Santiago Calatrava ontworpen werd. Het is het auditorium of concerthal. foto bijlage 2.
Vlak er naast zie je een zwembadencomplex dat onze goede vriend uit Lanzarote, Cesare Manrique, gebouwd werd. Jammer genoeg was het gesloten en waren de zwembaden leeg! foto bijlage 3
Via de plaza de España laten we Santa Cruz links liggen om San Andrès en meer bepaald Playa de las Teresitas te bereiken. Dit prachtig aangelegd strand is omzoomd door grote palmbomen en omvat zand uit de Sahara. Je waant er je werkelijk aan de Caraïben! Om je dorst te lessen kan je gemakkelijk terecht aan de vele kraampjes die je aan het strand treft. foto bijlage 4
Om verder de noordoostkust van het eiland te verkennen gaan we terug naar San Andrès om langs de mooie Montañas de Anaga het bergdorpje Taganana te bereiken. Dit dorp heeft zijn naam te danken aan de taal van de oorspronkelijke bewoners, de Guanchen, en betekent "land in de rotsen". Is ook heel bekend voor zijn plaatselijke wijn. Wanneer je eventueel deze plaats wilt bezoeken, parkeer dan je wagen aan de zijkant van de baan, vlak voor de ingang van het dorp. De straten zijn er veel te smal; wij werden er bijna aangereden door een bromfietser die plotseling vanachter de hoek kwam! De tijd lijkt er stil te staan... her vind je een kerkje, wat verder een vervallen kapelletje. De huisjes staan er precies verlaten bij. foto bijlage 5
Het is nu 15h30 en we beginnen stilaan honger te krijgen. In Taganana is er werkelijk niets te vinden! Daarom rijden we enkele kilometers lager om deze keer de noordoost kust te bereiken, meer bepaald Roque de las Bodegas. Dit dorp heeft zijn naam te danken aan de kolossale rots in de zee die gemakkelijk begaanbaar is. Het omvat amper een straat: de kustweg die 12 kilometer verder noordwaarts doodloopt. Wat verder rechtover deze rots treft je er een heel eenvoudig "restaurant" aan, Casa Africa genaamd. We probeerden er de plaatselijke keuken en kozen voor een typische Canarische schotel, veel keuze is er trouwens niet. Deze bestond uit een gevarieerd slaatje, Canarische aardappelen met het verplichte "mojo rojo" (is een rood pikant sausje met veel look - bestaat eveneens in het groen - "mojo verde"), en een roodachtige vis met enorme stekels aan de staart en aan de vinnen - lijkt waarempel op een drakenvis - die de plaatselijke bevolking een "Cantarero" noemt. Nog nooit gezien maar LEKKER, LEKKER! Een echte aanrader. foto's bijlagen 6 en 7
Moe maar meer dan voldaan, keren we terug via de regenwolken in de bergen naar het zonovergoten Palm-Mar (gedurende de ganse terugweg reden we door de regen tot op 5 km van Palm-Mar!!!).