Vleeskroketten /
Bitterballen
Nodig? Voor ± 12 vleeskroketten / 40
bitterballen
Vleeskroketten
|
Panade
|
Frituurolie
|
100g boter
|
150g bloem
|
2L frituurolie
|
100g bloem
|
2 eieren
|
|
500mL bruine fond
|
2el water
|
|
7,5g gelatine
|
2el olijfolie
|
|
250g gaar rundstoofvlees (in
draadjes)
|
100g paneermeel
|
|
2,5el gehakte peterselie
|
|
|
zwarte peper
|
|
|
zout
|
|
|
Bereiding?
-
Week
de gelatineblaadjes in koud water
-
Maak
een roux met de boter en de bloem volgens het basisrecept
-
Voeg
de bruine fond toe aan de wat afgekoelde roux en laat op zacht vuur tot een
dikke saus indikken
-
Zet
van het vuur, knijp de gelatine goed uit en voeg bij de saus
-
Meng
het soepvlees en de gehakte peterselie onder de saus
-
Kruid
naar smaak met peper en zout
-
Stort
het beslag in een met vershoudfolie beklede ovenschaal en laat gedurende 3u
opstijven in de koelkast
-
Verdeel
het beslag in 12 repen of 40 blokjes, rol er met de hand kroketten of
bitterballen van
-
Paneer
ze op zn Engels (zie basisrecept): eerst door de bloem, dan door het eimengsel,
dan door het paneermeel
-
Laat
minstens 1 uur opstijven in de koelkast
-
Verhit
de frituurolie tot 180°C en bak de vleeskroketten/bitterballen goudbruin
-
Dien
op met wat mosterd
Verhoudingen
-
Het
beslag is in feite een dikke veloutésaus. Normaal gebruiken we 10% boter en
bloem voor een veloutésaus, hier is deze verhouding verhoogd naar 20%
-
We
gebruiken 1.5% van de bruine fond aan gelatine, dus 7,5 gram (of ongeveer 4
gelatineblaadjes van 2g)
-
We
gebruiken de helft van de hoeveelheid fond aan vlees
-
We
gebruiken 1% van de hoeveelheid vlees aan gehakte peterselie
Technieken: tips en tricks
-
Vleeskroketten
zijn een ideale manier om restjes stoofvlees te verwerken.
-
In
plaats van het rundstoofvlees kan je ook varkensvlees of kipfilet heel klein
snijden en bakken, en eventueel wat blokjes champignon toevoegen. Snijd alles
zéér klein, grote stukken zullen straks uit de panade steken en ervoor zorgen
dat de kroket barst tijdens het frituren! Houd ook steeds rekening met de
verhoudingen om alles tot een goed einde te brengen!
-
Gelatine
wordt steeds aan een warme, maar niet kokende vloeistof toegevoegd.
Temperaturen rond het kookpunt breken het gelatine af en dan verliest het al
zijn bindkracht. De saus mag na het toevoegen van de gelatine dus ook niet meer
aan de kook worden gebracht!
-
Waarom
gebruiken we gelatine? We zouden ook enkel roux kunnen gebruiken voor het
beslag, maar dan moet de hoeveelheid bloem nog meer verhoogd worden om het
beslag in te dikken. Dat zal onvermijdelijk resulteren in een bloemsmaak in het
beslag. Gelatine is een perfect bindmiddel voor kroketten omdat het bij hoge
temperaturen smelt. Daardoor blijft de saus lekker smeuïg.
-
We
gebruiken een grote hoeveelheid bloem voor de saus. Het zetmeel in de bloem zal
de smaak van de fond wat temperen. Voeg nadien gewoon wat zout toe om de smaak
terug op te krikken.
-
De
vershoudfolie in de schaal vermijdt dat het beslag aan de ovenschaal kleeft en
maakt het makkelijker hanteerbaar.
-
Misschien
wel de belangrijkste stap bij het maken van vleeskroketten of bitterballen is
het uurtje rusten in de koelkast na het paneren! Hierdoor hecht de panade beter
aan de kroket, wat scheuren tijdens het frituren vermijdt. Niets zo erg als een
kroket die openbarst tijdens het frituren!
Nota: Ik had eigenlijk 75g boter en bloem
gebruikt, maar dan wordt het beslag zeer vloeibaar tijdens het bakken en barst
de kroket alsnog open. 20% roux is een beter alternatief, dan is de vulling
iets dikker.
|