Heeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeey!!! Eerste blogberichtje ooit
woehooooe!!!
Okay, misschien eerst even beginnen met mij voor te stellen. Mijn naam
is Esmeralda, Esmée voor de vrienden Ik ben 16 jaar en
woon momenteel in Parijs. Ja, ik zeg momenteel vermits we nooit lang op een
plek blijven. Ik en mijn familie, wij zijn zigeuners. We reizen met de zon en
hebben Andalusisch bloed, of dat zegt Clopin toch ^^. We reizen rond met onze caravans en zien heel
wat van de wereld. Nu staan we al enkele dagen in Parijs... . Nu ja, in Parijs
is relatief. Men wil niet dat we in Parijs staan. We zijn slecht en
gevaarlijk...zogezegd. Blanke zijn gewoon bang van ons, daarom mogen we niet
binnen. Maar bon, ik ben zon reacties gewend.
Nu even over de reden waarom ik eigenlijk deze blog gestart ben. Vandaag
was ik het centrum van Parijs, op het Zandplein. Ik en Djali, mijn geitje,
waren bezig met onze act. Op straat dansen en kunstje doen is een leuke manier
van geld verdienen. Maar ik wijk af xD. Het was leuk geweest en we gingen s
avonds naar huis. Het was reeds donker omstreeks half zes, het is dan ook al
winter. Het straat was leeg, alhoewel er was die ene man die me leek te volgen.
Ze noemen hem de stadspoëet, de dichter. Maar hij telt niet echt mee in dit
verhaaltje. Ineens grepen twee mannen me vast. Ik was doodsbenauwd. De ene man
was helemaal kromgebogen en zijn gezicht vervormd. Ik voelde de angst over mijn
lijf kruipen. God weet wat voor gruwelen ze gepland hadden voor mij?? Ik
schreeuwde en probeerde me los te trekken. Tja, een zigeunerin is niet zomaar
een dame. Wij zijn vechters, we laten ons niet zomaar doen . De poëet schoot
met ter hulp. Nja hulp hij riep de stadswachters en bleef zelf op een veilige
afstand.
En daar was hij dan zucht. Laat haar los!, had hij geroepen. Op zijn
edele ros, ook gekend als paard, reed hij snel tot bij ons. Hij rukte mij los
in die enge man zijn armen, terwijl zijn vrienden de vervormde man vastgrepen.
De normale man ontsnapte. Daar zat ik dan, op zijn schoot, op zijn paard.
Wham! Bam! Boom! Coup de foudre, noemen de Fransen het. Ik was stomverbaasd. Enkele
tellen wist ik niet wat te zeggen en kon ik enkel verrukt in zijn ogen staren.
Uiteindelijk slaagde ik er toch ik er toch in van zijn naam te vragen. Phoebus
de Chateaupers, om u te dienen schone .zijn woorden niet de mijne :p Mijn hart
sloeg in mijn keel, maar niet langer van schrik. Zijn grote ogen keken mij vol
bewondering aan en ik wist niet meer wat te doen. Dus liep ik weg. DOM DOM
DOM!! Ik had bij hem moeten blijven, om zijn adres te vragen of zoiets. Maar
nee, mevrouw kon het niet aan en daarom liep ze weg.
Ach ja, we blijven nog even in Parijs, misschien kom ik hem nog wel eens
tegen? Laat ons hopen dat ik er dan wel in slaag van een normaal gesprek te
voeren.