In de tijd van de ridders en hun kastelen kende men uiteraard geen televisie of radio. Plezier werd er gemaakt door de nar of de rondtrekkende muzikanten en toneelspelers. Onze meisjes en jongens wilden ook wel eens een gedicht voordragen zoals men dat in de kastelen ook deed. De ene is al gedrevener dan de andere, weet de taal goed te bespelen of vindt het best grappig... Maar iedereen deed het op zijn manier heel goed!!!