De vordering van de werken en een beetje Tanzania cultuur
In de hoop dat het eerste gedeelte van mijn verslag jullie goed bereikt heeft, hier nog een aanvulling en een correctie:
BartC wil niet langer als BarC geboekstaafd staan , maar als de Claere.
Dus wordt BartF bij deze, gewoon Bart.
xml:namespace prefix = o />
En deze laatse (Bart, dus) laat weten dat hij welliswaar gezegd heeft dat hij niet uit zijn bed kon komen, maar dat de Claere vijf minuten vroeger dan afgesproken al op de deuren is gaan kloppen en dat hij dat anders toch echt wel gedaan zou hebben. Kunnen jullie je voorstellen wat voor een discussie dat hier gisteren geweest is?
De hond van de Meusjes heette niet Santos maar Santo en het teefje hier heet Sjanto en niet Sjantos
De rivierl ligt hier niet voor maar achter het dorp, maar dat zal jullie natuurlijk niet zoveel uitmaken.
Maar nu verder:
Maandag 19 januari
De nacht was rustig, op wat krekegetjielp en hondegestoei na.
De meesten van ons hebben goed geslapen, alleen Maggi niet.
Onze wekker loopt om 6:30 af en we zijn op tijd paraat. Onze kok echter niet, het is wachten op het ontbijt. Dat is weer zeer uitgebreid met pannenkoeken en al. Het is dan ook later dan gepland als we plaatsnemen in de twee Jeeps. Twintig minuten rijden we schommelen door een prachtig gebied, over zandgrond, langs en over grote ronde rotsblokken, tussen bosjes en langs akkers.
Als we boven op een heuvel komen op onze bouwplaats verrast me toch nog het geweldig mooi uitzicht. Maar wat nog veel verrassender is: Gisteren avond lag er alleen nog maar de gevloerde fundering, met verder helemaal niets om mee te werken. Nu ligt er een grote hoop zand, twee grote stapels bakstenen. Een tankwagen met tussen de 5000 en 10.000 liter water uit een rivier , een stapel zakken cement, een vijftal schoppen en het aller belangrijkste: Terwijl wij een uur te laat zijn, staan drie beroepsmetselaars en een zevental vrijwilligers uit dit district waar het klasje voor bedoeld is, al op ons te wachten. Dit is zeer onafricaans
In de jeep vroegen we ons af hoe lang het zou duren voor we echt aan het werk zouden kunnen, maar we kunnen vrijwel meteen aan de slag. We moeten even wachten tot dat de beroepsmetselaars alle muren en vooral hoeken uitgelijnd hebben. En dan kunnen wij ook beginnen. Naast het te bouwen klasje beginnen Hilde en Jackymeteenmet het graven voor de fundering voor de watertank die samen met twee toilletjes, door Borealis, het bedrijf waar Jacky voor werkt gesponsord wordt en die morgen geleverd zullen worden. De rest begint al stenen te schouwen naar de plek waar gemetseld moet worden. Diego die gebombardeerd is tot werfleider houdt het uitlijnen in het oog. De Claere assisteert hem daarbij en zal ook de rest van de werkdag niet van Diego`s zijde wijken.
En dan blijkt dat er geen bouwplan aanwezigis. Zowel de metselaars als wij zijn het vergeten mee te nemen. Dus moet John terug naar huis om het te gaan halen. Ondertussen beginnen Luc, Bart en Yves met het maken van cement. De eerste laag stenen wordt toch al ongeveer op de goede plek gelegd door de metselaars. Vier buitenmuren moeten er komen en een binnenmuur tussen het klasje enhet kamertje voor de juf, dat ook als opslagruimte zal dienen.
Diane Maggi en ik maken de bakstenen nat in emmers water, dat zou beter zijn.
Willy, Jacky en Hilde hebben hun handen vol aan het uitmeten, graven en met stenen vullen van een correcte cirkel en die dan ook nog waterpas te krijgen. Zodat het gewicht van het water de fundering niet uiteen kan duwen. Het is de bedoeling dat er in het regenseizoen via de dakgoten water opgevangen zal worden in de tank,
Als John terugkomt met het plan kan het werk echt goed beginnen.
Bart, Luc, DiegoendeClaere beginnen met cement tussen de eerste laag stenen die al ligt aan te brengen. De metselaars beginnen dan tweehoeken op te metselen en DiegoendeClaerebeginnen aan de derde hoek. Heel tervreden zijn ze met hun hoek en diep beledigd als een van de echte metsers hun hoek komt corrigeren. Zij vinden juist dat een van de hoeken van hencorrectie behoeft. Ze zwijgen echter wijselijk en verdragen deze belediging manmoedig. Ik waag me ook aan het cement en begin ook aan het vullen tussen de stenen en vind het heel leuk. Dit is even iets anders dan schrijven.
Yves bestudeerd ondertussen met argusogen het bouwplan en meet de muren op. Hij komt tot de ontdekking dat het klasje een halve meter te klein is uitgemeten en het rommelhok dus een halve meter te groot. En op zo`n klein gebouw is dat geen onaanzienlijke afwijking. Gelukkig ligt er nog maar één laag stenen en kan de aanzet van de binnenmuur nog herlegd worden.
Diane enMaggi hebben het druk met hand en spandiensten. Af met toe vormen we met velen een ketting om de stenen binnen handbereik van de metsers te leggen. Als een zuinige Hollanderhou ik me een tijdje bezig met verspilde cement bijeen vegen en terug in de emmers doen. Maar als ik zie dat het verspilde energie is geef ik de pijp aan Maarten. Ik maak tussendoor veel foto`s, vooral van de muren die groeien als kool. Ook maak ik even tijd om met steekwoorden mijn hoofd wat leeg te schrijven. Anders moet ik zoveel blijven onthouden.
En terwijl ik zo zit te schrijven realiseer ik me hoe bijzonder het eigenlijk is dat alles zo gesmeerd loopt en dat de nodige bouwmaterialen allemaal aanwezig zijn. Barbara vertelt me dat daar ook enorm veel werk aan vooraf is gegaan en dat het vooral aan de volharding en het doorzettingsvermogen van John te danken is dat alles tegelijk aanwezig is. Hij heeft heel veel mensen hiervoor op de huid moeten zitten. Het heeft ook veel energie gekost om de metselaars bereid te vinden om in veertien dagen tijd een gebouwtje neer te zetten. Normaal beginnen ze aan een bouw zoals het hen uitkomt. Komen de ene dag wel en de andere dag niet. Ze zien dan wel als ze bezig zijn hoe breed de ramen moeten zijn en bestellen ze dan. En hoe lang het dak moet worden zien ze ook wel als ze zover zijn en bestellen dan het houtwerk.
Nu moet alles volgens eenafgerond plan en in een afgebakende tijdspanne en daar hebben ze wel zéér hun bedenkingen over.
Steven en Barbara zijn op de werf vandaag vooral om te vertalen. Ze maken voor ons een woordenlijst van de relevante woorden, zodat er toch iets gecommuniceerd kan worden met de Tanzaniaanse werkers. Steven kan verder niet meewerken want hij loopt nog zeer mank, maar Barbara draagt menig steentje bij aan de kettingen die we vormen. En dat nog zonder werkhandschoenen ook. Wij kunnen niet zonder onze werkhandschoenen en om de haveklap moeten we ook even stoppen met werken om water te drinken en ons van een nieuwe laag zonnecreme te voorzien. We verbranden in deze zon waar we bij staan, ook al hebben we dat door het milde windje dat er staat niet zo in de gaten. Vlak naast het gebouwtje staat een struik, waar met een beetje passen en meten acht personen even in de schaduw kunnen gaan zitten bijkomen. Hoe later het op de ochtend wordt des te vaker moeten we er onze toevlucht nemen. En als de middag al een aantal uurtjes oud is, beginnen we zo langzaamaan om te vallen van de honger. Het is nog even zoeken wat het beste is, de kok hier ter plekke laten koken of in het huis en dan hier naar toe laten brengen. Vandaag zal het gebracht worden, voor ons duidelijk iets te laat. Maar als het er eindelijk is, smaakt het ons dan ook driedubbeldik. We hebben hard gewerkt. Twee van de vijf muren hebben al een aanzienlijke hoogte en de cirkel is ook bijna rond. Terwijl na het eten en wat rust iedereen weer aan het werk gaat, ga ik met de kok naar huis terug om verder te werken aan het verslag voor jullie. Ik trek mij weer terug in mijn prieeltje, deze keer vergezeld van Gabu, Godi en Katharina de drie kleintjes die hier rondlopen. Katharina is de enige die blijft en als ze ziet dat er op de computer geen leuke plaatjes verschijnen valt ze rechtop met haar hoofdje op de betonnen bank in slaap. Ik leg haar naast me op een kussentje neer en zo houdt ze me al slapend een uurtje gezelschap.
Het kost me een paar uur om het verslag van zondag te schrijven en ik ben net aan de laatste zin toe als de rest terugkeert van de bouw.
Bezweet en bestoft verdwijnt iedereen vlug naar binnen voor een douche of ploft buiten in de hangmat die er gisteren door ons is opgehangen.
Ik ben natuurlijk benieuwd hoe het verder is gegaan op de bouw, de rest van mijn relaas heb ik dus uit de tweede hand.
Neuspeuteren mag hier!!! Is het eerste dat Diego vertelt. Hier is neuspeuteren blijkbaar niet vies. Omdat je neus hier constant vol zit met een dikke laag stofvindt iedereen het heel normaal dat je die er uit haalt. Dat kan natuurlijk niet met een lepeltje en met een zakdoek gaat dat toch ook niet zo goed als met peuteren.
Dan is er nog het verhaal van de beroepsmetselaars. Ze hebben Steven ( die Kiswahili gestudeerd heeft in Leuven ) verteld dat ze het vanochtend helemaal niet zagen zitten om te werken met ons blanken. Toen ze ons en vooral Diego zagen dachten ze dat er nooit iets goeds uit onze handen zou kunnen komen. Maar gaande weg de ochtend zeiden ze, hadden ze toch hun mening over ons en speciaal hun mening over Diego drastisch moeten wijzigen. Ze waren verbaasd hoe hard en enthousiast we werkten en met hoeveel kennis van zaken. Ze doen hun petje voor ons af.
Maar omgekeerd geldt hetzelfde. Wij hebben ons beeld van de Africaanse man ook heel erg moeten bijstellen. Deze mannen en ook de vrijwilligers hebben keihard gewerkt. Ook wij doen ons petje voor hén af. Vanmiddag waren wij de luierikken en zij de harde werkers.
Diane vertelt verder dat het werken niet meer te doen was. Het was veel te warm, men schat zo`n 45 graden. Ze hebben dan ook niet veel meer gedaan. Toen de muren tot op vensterhoogte opgetrokken waren zijn ze gestopt. Maar de Tanzanianen zijn doorgegaan, ze wilden ook nog een van de langere muren optrekken, maar hadden er alle begrip voor dat het voor ons te zwaar werd. Zelfs zij vonden het erg warm.
De vrijwilligers- allemaal jongens- zijn ook doorgegaan. Zij vormen de afvaardiging van dit district. Het kleuterklasje wordt op die plaats gebouwd onder voorwaarde dat de bevolking zelf ook meehelpt. Zij worden dus niet betaald. Steven heeft ons wel getipt om een leren bal voor hen mee te brengen, daar zouden ze heel blij mee zijn. Die bal is hen vanmiddag gegeven en ze waren er heel heel blij mee. Het was mooi en ontroerend om te zien.
Jacky deelt nog mee dat we vandaag door God zijn gezegend.
Een van de vrijwilligers, had zijn duim verstuikt bij het werken. Ijs of koud water was er niet.
Maar wel enkele pijnstillers konden we hem geven uit onze EHBOtas. En dat is voor God reden genoeg om ons te zegen. Dat slaan wij natuurlijk niet af, een zegening overkomt ons ook niet iedere dag. De pijnstillers waren blijkbaar effectief, want na het werk zou er meteen gevoetbald worden en ook deze jongen zou van de partij zijn, reken maar.
En dan waren er behalve de zon nog een paar kindjes die hen deden smelten. Kindjes waarvan men wist te vertellen dat zij en hun ouders helemaal niets hebben. Nog nét geen honger lijden, maar verder helemaal niets het hunne kunnen noemen. Deze kindjes bleven bij de werf vanwege de tank met water voor de bouw die er staat en waar ze hunkerend naar bleven
staren. Ze waren dan ookdolgelukkig dat ze er van te drinken kregen, zonder dat ze er kilometers voor hadden moeten lopen en sjouwen.
Diego helpt mij nog met het overzetten van de tekst naar de stick zodat deze veilig opgeslagen is en hopelijk morgen verstuurd kan worden.Het plan om een kaart te kopen waarmee we rechtstreeks vanuit Endallah zouden kunnen mailen is niet gelukt. Morgen gaan Steven en John naar Karatu en Steven wil de mail wel voor ons opsturen. Hopelijk gaat er dan niets mis.
We kunnen aan tafel en krijgen frieten met vlees deze keer.Het vlees houdt onze kouwspieren een tijdje bezig en dat is niet verwonderlijk. De runderen die hier leven hebben immers een taai leven, ze moeten hard werken. Het vlees is vanuit Karatu per Jeep aangevoerd. Anderhalf uur zonder koeling onderweg geweest, dus het moet goed hard doorbakken worden.
Na het eten is Diane dan ook een heel deel van haar tandestokers aan ons kwijt geraakt.
John heeft buiten een kampvuur aangelegd, maar vreemd genoeg voelen we er ons vandaag niet zo toe aangetrokken. Maar om hem een plezier te doen gaan we er later op de avond toch nog bijzitten. Af en toe horen we een PIEP-PIEP uit de solarcooker komen. Het blijkt dat wanneer je de paraboolspiegel in de richting van de sateliet draait je ontvangst krijgt op je mobieltje. Normaal moeten we een eind van het huis vandaan naar ontvangst gaan zoeken. We keuvelen en wat,en bespreken de afspraken voor morgen. We beginnen morgen een uur eerder en houden op met werken om 2:00 uur, omdat het dan toch te heet voor ons
wordt. Een voor een trekt iedereen zich daarna terug om te gaan slapen. We zijn moe!!
Dinsdag 20 januari
Zoals afgesproken is iedereen vroeg uit de veren. Het ontbijt, op ons verzoek zonder pannekoeken deze keer staat al klaar. Dus kan er ook op tijd vertrokken worden naar de bouw.
Ik blijf achter om het verslag van gisteren voor jullie te schrijven. Barbara gaat nog een dagje mee om te tolken en Steven gaat met John naar een vergadering van Burgemeesters van verschillende omringende dorpen. Hij zit nog op de Jeep te wachten. Ik maak daar even gebruik van door hem vanalles te vragen. Zie hier wat ik heb opgestoken:
Eerst enkele leuke woordjes
ka ka = broer
da da = zus
pi pi = snoep
si si = wij
ba ba = papa
ma ma = mama
bi bi = grootmoeder, boma of oma
ba bu = grootvader, bompa of opa
kipilefti = rondpunt, rotonde ( van het Engelse keep left )
baicikeli = fiets ( van het Engels )
kabati = kast ( van het Engelse woord cubboard )
shule = school ( van het Duits )
meza =tafel ( van het Portugees )
bia = bier
De officiele taal die hier in Tanzania gesproken wordt is het Kiswahili. Tanzania kent echter nog 120 officiele stamtalen. Hier in deze regio spreekt men het Kiraqw, de bevolking heet de Wairaqw. De Belgen heten Wabelgiji, één Belg is een Mbelgiji.
Ma is het woord voor Taal. Masai wil dus zeggen Zij die Sai spreken, Sai is dus de taal van de Masai. En zo gaat ons gesprek over op de Masai. ( Jullie zouden eigenlijk eens in een boek of op het Internet iets moeten opzoeken over de Masai. Dan krijgen jullie een beeld van het volk en begrijpen jullie waarom er zoveel over gesproken en in mijn geval over geschreven wordt) De Masai beschouwen zichzelf niet als Tanzanianen en worden door de Tanzanianen ook niet als zodanig beschouwd. Zij worden gezien als vreemdelingen en zo gedragen ze zich ook.
Ze voelen zich ver verheven boven alle volkeren. Hun God heeft gezegd dat alle koeien van de wereld van hen zijn, maar dat ze nimmer de grond mogen breken. Dat wil zeggen dat ze niet aan landbouw mogen doen. Er is hier echter ook een volk, de Mangati die door hen Onze gerespecteerde vijand genoemd wordt. Zij lijken heel erg qau uiterlijk en leefwijze op de Masai, maar zijn veel vriendelijker, houden zich meer op de achtergrond en doen ook aan landbouw. Zij zijn niet zoals de Masai belust op aandacht van de toeristen en veel meer op zich zelf. Zij hebben ook zeer veel koeien. En de Masai stelen dan ook de meeste koeien van de Mangati. Bij zo`n strooptocht vallen er altijd doden.
Zowel de Wairaqw als de Mangati als de Masai komen oorspronkelijk uit het noordelijke Nijlgebied. 400 jaar geleden trokken ze naar het zuiden waarbij de Mangati de Wairaqw voor zich uitdreven naar steeds minder vruchtgbaar gebied en de Mangati op hun beurt weer door de Masai voortgedreven werden.
En dan zijn er nog de Bosjesmannen, dat is een heel ander verhaal waar ik verderop in dit verslag nog terug zal komen.
Als Steven naar de vergadering vertrekt kan ik weer beginnen met schrijven.
Ik zit deze keer in de huiskamer, het schrijft wat gemakkelijker aan een gewone tafel.
Rebecca, de huishoudster en moeder van Katharina is samen met Wandatu onze kok in de keuken bezig. Katharina zelf staat naast me te staren naar de muis van Diego`s laptopje waarop ik werk. Het licht in dit muisje verandert elke paar seconden van kleur, van rood, naar blauw, naar groen. En dat is voor een kind van twee natuurlijk zeer fascinerend. Uit de Radio schettert een voor mij onverstaanbaar gebrabbel afgewisseld met wilde muziek. Af en toe moet ik opstaan omdat er onder mijn voeten gedweild moet worden, maar verder kan ik rustig mijn gang gaan. Een lekker windje waait door de twee deuropeningen waar ik tussen zit. Vanmorgen toen ik in alle vroegte de computer ging ophalen was het zelfsfris. Men wacht hier echter op regen. Het heeft te lang niet geregend en het wordt voor veel mensen te moeilijk om nog aan water te komen.
Na een paar uur schrijven is de computer echter leeg en moet ik hem weer naar de middelbare school brengen om op te laden. De school ligt hiet maar twee minuten vandaan en midden op de dag is het lerwenlokaal open en hoef ik niet naar de sleutel te gaan zoeken. Bij de middelbare school is een grote groep Tanzanianen een eetzaal aan het bouwen. Ze zijn net bezig water vanuit een tank in een andere tank te hevelen. In eenwirwar van stekkers en verlengsnoeren zoek ik een vrij plekje om de computer in te pluggen. Overal liggen GSM van leraren en misschien ook studenten op te laden. Het contact is echter zeer labiel.(Als ik enkele uren later terug ga is de baterrij nog steeds niet opgeladen. Ik vraag een van de leraren een oogje in het zeil te houden. )
Ik maak dankbaar gebruik van de pauze door een half uurtje te lezen. Het is hier nog zo stil, de radio is uitgezet. Als de bouwers terugkomen staat het warme eten al twee uur t klaar in thermoskommen en kunnen we meteen aan tafel. Willy is heel blij dat er voor de derde dag op rij weer boontjes zijn bij de spaghetti en de zoeteaardappelpuree. Het eten is heerlijk, het smaakt
Waar we al een paar dagen bang voor zijn is uitgekomen. Er komt geen water meer uit de kranen, we zitten zonder. Er zal nieuw water uit de rivierbodem gehaald worden om de cisternes weer te vullen, maar men weet niet wanneer. In onze douche zak zit nog een beetje en ergens ligt ook nog een door ons gevulde fles in de zon. Bart houdt het niet langer uit met al dat plakkend stof op zijn lijf en springt meteen onder de douchezak. Hij weet nog genoeg water over te houden voor twee anderen en de rest wil wel wachten op de nieuwe lading water Ik hoef geen douche vandaag, van een kantoorjob wordt je niet zo vies. Wel stoffig zo te zien, ik kan na drie dagen dikke wolken stof tussen de toetsen uitblazen.
Op de werf is weer hard gewerkt vanochtend wordt me verteld, ik wordt bijgepraat:
Enkelen van de vrijwilligers zijn bij de bouw blijven slapen om te voorkomen dat er materiaal zou verdwijnen. Vooral het kostbare water zou wel eens een te grote verleiding kunnen zijn.
Er is vandaag weer vooral gemetseld en daarvoor zijn veel stenen verplaatst, steeds in een ketting. Dat is best zwaar, vooral degenen die als eerste en als laatste in de rij staan en steeds moeten bukken want de stenen zijn zeker dubbel zo groot als onze bakstenen. Alle vier de buitenmuren staan nu recht. Morgen zal er een betonnen band met ijzervlechtwerk op aangebracht worden om de muren te verbinden voor de stabiliteit.
Bart en Yves hebben op hun tanden moeten bijten. Bart omdat Safari, een van de chauffeurs van de Jeeps dacht zijn perfect gemetselde muur te moeten bijwerken, door er tegen te gaan staan kloppen. EnYves omdat de vandaag nieuw aangekomen timmerman zijn hoek van 45 graden voor de dakspanten wilde verbeteren. Nu zit er een veel te grote speling tussen de balken. Maar beiden hebben hun tanden netjes op elkaar gelaten zoals het beleefde gasten betaamt. En tot teleurtelling van Steven en John is de Borealiswatertank vandaag niet geleverd. De vrachtwagen die de raamkozijnen zou leveren staat n.l. halverwege Karatu en Endallah in panne en ze hadden gehoopt de ramen over te kunnen laden op de vrachtwagen met de watertank. Nu moeten ze een andere oplossing vinden want de ramen moeten overmorgen geplaatst worden.
Het aangepaste werkschema is iedereen goed bevallen, dus dat blijft gehandhaafd.
Na het eten gaat Barbara naar de lagere school in het dorp om foto`s te maken van de nieuwe schoolboeken die zijn aangekomen. Het geld voor deze boeken is geschonken door een lagere school in Mechelen. Als ze aankondigt met de Jeep te zullen gaan wil bijna iedereen wel mee.
Op het speelplein van de school houden de kinderen meteen op met spelen of werken als ze ons zien. Ze kijken nieuwsgierig naar ons en wij naar hen. Ze dragen allemaal een uniform, blauwe plooirok of broek, een wit hemd en een bordeaurode wollen trui. En sommigen nog een t-shirt onder het hemd. Ik weet niet hoe het komt dat zij zoveel kledingstukken kunnen verdragen bij deze temperatuur. (In het dorp lopen zelfs mensen met een wollen muts op. ) Sommige kinderen zijn nog bezig met een klusje, want de kinderen moeten van de regering allemaal helpen bij het onderhoud van de school. Er is geen geld voor een tuinman of wasvrouw, of iemand die de speelplaats opruimt. Heel af en toe moet er een kind dat iets misgedaan heeft zelf buiten op de speelplaats een stokje gaan zoeken waarmee het dan een tik op de vingers krijgt
Als de nodige foto`s gemaakt zijn bezoeken we kort een klasje. Normaal horen er 50 kinderen in deze klas, maar er zijn er meestal maar 20 aanwezig en dan ook nog iedere dag andere kinderen. Aan het voorste bankje zitten drie meisjes met hun rekenschriftje voor hen. Twee handen vol platgeslagen kroonkurken moet hen helpen de sommen uit te rekenen.
We laten hen vlug met rust, tekenen nog even het gastenboek, nemen nog een kijkje in het dorp en bezoeken de oom van onze kok Tandau.
Terug thuis heeft Luc de koffie voor ons klaar staan, met water gekookt in de Solarcooker.
1,5L water is in vijf minuten aan de kook. Tandau is zeer verbaasd en Luc belooft hem een keer met hem te zullen koken.
Na de koffie wordt de douchecabine geinstalleerd met behulp van balken, stenen en touw en een lange lap stof die voor dit doel in het dorp gekocht is. Onze douchezak wordt aan de balk gehangen een de rugleuning van een kapotte stoel dient als vloer. Alleen het water ontbreekt nog. Als dit dan een paar uur later arriveert is Hilde de eerste die gaat douchen. Als ze haar ogen opent en naar beneden kijkt ziet ze tot haar schrik dat ze nu nog bruiner is dan voor het douchen. Het water is knotsbruin, met een beetje bronwater spoelt ze de ergte ijzersporen uit haar haren en de rest gaat in haar handdoek. Maar gaande weg de avond als er meer gedouched is wordt het water lichter. Min of meer schoongewassen verzamelen we ons zittend op een muurtje en wachtend op ons avondmaal babbelen we er op los. John en Steven kome terug uit Karatu en hebben gekoelde dranken bij zich. Na anderhalf uur in de Jeep zijn ze inderdaad nog enkele graden koeler, dus lauw in plaats van lauw-warm. Steven vervoegt zich bij Barbera in de computerklas. Het is een grote dag vandaag voor menig cursist waaronder ook Roda de vrouw van John. Het examen wordt afgenomen en daarmee de cursus afgeslotenAls John ook bij ons zitten wordt het rond het muurtje helemaal gezellig. Hij begint te vertellen en wij hangen in een mum van tijd aan zijn lippen.
John vertelt:
Endallah was voorheen een erg geisoleerd dorp, een vergeten gebied. Nu de mensen uit Belgie ons vooruitgeholpen hebben, is het een plaats van betekenis geworden. We hebben nu o.a. scholen, die zijn erg belangrijk voor ons.
Ondanks dat er nu modernere middelen zijn om met elkaar te communiceren houden we de traditionele ook in ere. We hebben ze nodig.
Als ik dringend hulp nodig heb bijvoorbeeld dan roep ik. Ik zing dan heel hard een bepaalde zin. Mijn buurman hoort dat en herhaalt mijn gezang. En zo verspriedt mijn roep om hulp zich en binnen 30 minuten staan er 200 mannen op mijn erf, Klaar om me te komen helpen.
Wij:Hoe weten de mensen dan waar ze naar toe moeten komen?
Eerst gebruik ik een algemene zin Heeelp ik heb jullie nooodiiig!!!!
En dan zing ik waar het te doen is. B.v. Bij John en Roda`s huis
En in de laatste zin vertel ik wat er aan de hand is B.v.Mijn huis staat in brand
of De Masai zijn mijn koeien aan het stelen of Mijn kind is niet thuisgekomen, het is al donker en ik kan het niet vinden
Met deze informatie weten de mensen wat hen te doen staat. Als er iemand niet op deze oproep afkomt wordt hij na afloop door alle anderen opgezocht en afgeranseld en als diegene dan ooit zo`n noodkreet verstuurt gaat er niemand op af.
Wij:Kun je het eens voor ons zingen.
Goed, heel zachtjes dan want als iemand het hoort en er staan hier straks 200 mensen op mijn erf, dan dan heb ik een serieus probleem.
Enkele jaren geleden was er een grootvader met zijn kleinzoon de koeien aan het hoeden. De jongen was nog maar een baby van 8 jaar. Hij werd moe en viel ergens in slaap terwijl de grootvader stilletjes rondliep met zijn koeien, niet wetend dat de jongen hem niet meer volgde.
Toen de grootvader terug naar huis wilde gaan, miste hij de jongen en zocht hem tot het donker werd. Hij liep naar huis en riep om hulp. 200 mensen zochten de hele nacht, de volgende dag en de nacht die daarop volgde. Toen zonden ze hun noodkreet uit naar omliggende dorpen en in een mum van tijd waren ze met 2000 man. Ze zochten het hele gebied af, de kans dat de jongen nog zou leven was klein, maar misschien vonden ze een stuk kleding of sporen van een dier dat de jongen met zich meegesleept had. Ze vonden niets. Toen vroegen ze aan de regerende macht om in het beschermde wildpark rond Lake Manyana te mogen gaan zoeken. Alle wild, leeuwen, luipaarden, buffelshiyena`s, giraffen, het vluchtte allemaal het park uit van schrik voor zo`n mensenmassa.
Ze zochten de derde en de vierde dag in ieder bosje in iedere grot en in iedere spelonk, maar tot op vandaag is er geen spoor van de jongen gevonden.
Wij:We zuchten, we hadden zo op een Happy End gehoopt.
John vertelt verder:
Hier z`n honderd kilometer vandaan woont er nog een zeer opmerkelijke stam:
De Bosjesmannen. Ze dragen geen kleding, wonen in grotten en willen niets van de beschaving weten. Enkele jaren geleden wilde de regering tellen met hoevelen dat ze waren. Maar de Bosjesmannen weigerden om geteld te worden. Toen bedacht de regering een iets!
De Bosjesmannen eten heel graag rauw vlees. Nu lieten ze enkele jagers een paar Zebra`s schieten en die in het gebied van de Bosjesmannen leggen. Toen nodigden ze alle Bosjesmannen uit om gratis vlees te komen eten. Maar de jagers hadden het zachte vlees, zoals de lever en de maag voor zichzelf al uit de zebra`s gehaald. Toen de Bosjesmannen doorkregen dat hun favoriete stukken vlees er al niet meer waren verdwenen ze weer en heeft men ze nog niet kunnen tellen.
De Bosjesmannen leven enkel van de natuur en ze geloven in natuurgoden en vooral in een duivel die straffen uitdeelt. Ziekte is een straf, daar hoef je niet voor naar een dokter. De God heeft beslist dat je dood gaat en de medicijnman bevestigt dat, als hij je niet kan genezen. Als mensen een baby krijgen voor dat ze getrouwd zijn, worden ze vervloekt door de duivelen als een echtpaar een doodgeboren kindje krijgt dan is het vervloekt door de duivel. Ze worden dan tot een bepaalde tijd verbannen uit het dorp en zijn afhankelijk van de goodwil van mensen uit andere dorpen tot dat ze terug mogen naar hun eigen stam.
Als een moeder van een jonge baby sterft wordt de levende baby samen met de moeder in het bos gelegd voor de Hyena`s. Aan dit laatste hebben enkele missionarissen geleidelijk aan wat verandering weten te brengen. Ze laten zich waarschuwen als er een moeder overleden is en halen dan de baby vlug weer uit het bos. Door hun vertrouwen en vriendschap te winnen proberen ze de Bosjesmannen langzaamaan bij te brengen dat er niet zoiets als een duivel bestaat.
Steven vertelt ons na het eten een verhaal dat laat zien dat het nog niet zo gemakkelijk is om van deze primitieve opvattingen afstand te doen.
We praten even over John, we bewonderen vele van zijn eigenschappen en zien hem als een hardwerkend districthoofd van vijf dorpen. We vinden hem intelligent en zien dat hij een bepaald vermogen heeft tot logisch nadenken. Iets wat bij veel mensen in ontwikkelingslanden ontbreekt door gebrek aan goed onderwijs. Dat hij bij de praktische uitwerking van dit logisch nadenken de hulp nodig heeft van Steven en Barbara en anderen van de stichting is daarom geen schande.
Het verhaal van Steven:
John had een tijd geleden ( jaren? maanden? ik weet het niet ) midden in het dorp een stuk grond gekocht, naast dat van de Medicijnman. Nu wilde het dat de medicijnman ook zijn zinnen had gezet op dat stuk grond en John vroeg om het aan hem te verkopen. Roda John`s vrouw wilde dat echter niet, het was n.l. een mooi stuk grond waar ze graag wilde wonen.
John kocht alles wat nodig was om het huis te bouwen en huurde het nodige werkvolk in. Op de eerste werkdag gebeurde het echter dat er een grote slang tussen het bouwmateriaal uit gekropen kwam. Het werkvolk sloeg in paniek op de vlucht om nooit meer terug te komen.
John ervan overtuigd dat de medicijnman zijn stuk grond vervloekt had,gaf de grond vervolgens mét het bouwmateriaal aan de medicijnman cadeau.
Verdere wetenswaardigheden van deze dag en avond zijn:
Dat John en Steven een lange vergadering hebben bijgewoond van alle burgemeesters van de omringende dorpen en daarna in Karatu,Barak Obama`s installtie op T.V. hebben gezien.( In alle huizen hier hangt zijn foto )
Dat het eten weer heerlijk was, rijst met kip, met voldoende botjes voor de honden.
En dat alle cursiten geslaagd zijn voor hun computerexamen.
Het is een zeer vruchtbare dag geweest en iedereen gaat content slapen.
Woensdag 21 januari
Het is al 23:00 als ik vandaag nog over deze dag begin. De vorige dagen heb ik steeds de dag ervóór beschreven. Maar omdat ik morgen niet kan schrijven krijgen jullie over vandaag maar enkele zinnen. Morgen gaan we op safari naar Lake Manyara en zullen onderweg de gelegenheid hebben om te mailen. Diego is de hele avond bezig gweest de mooiste en meest sprekende foto`s uit onze collectie voor jullie te verzamelen. Het zijn deze keer dus de foto`s die zullen spreken.Iedereen begeeft zich nu langzaamaan naar bed. Nu ik weer kan beschikken over de computer geef ik jullie nog een kort verslag van vandaag.
De mannen en Hilde hebben de hele ochtend op de bouw gewerkt . De laatste binnenmuur is opgetrokken en er is begonnen met de betonnen verbindingsboord. Omdat er niet genoeg bekistingsmateriaal is moet het in drie etappes gebeuren. Dat betekent dat er vanmiddag nog teruggegaan moet worden . Als het eerste stuk drie uur gedroogd heeft kan er aan het tweede begonnen worden. Hilde vervoegt zich s`middags bij Diane Maggi en Barbara. Die zijn de hele ochtend in het computerlokaal bezig gewwest. De vloer hebben ze opgeschuurd en met een nagel van gemorst beton ontdaan. Deze middag wordt de vloer door hen geverfd. Een taaie klus waarbij ze heel wat verfdampen te verduren hebben. Ze zijn dan ook blij als de klus geklaard is. Luc is `s ochtends al teruggekomen van de bouw met hevige diarree. Hij verblijft de verdere dag op de bank op het toilet of in bed. Maar `savonds gaat het al een stuk beter.
Ik heb de hele dag geschreven, maar ben even op de bouw gaan kijken toen de mannen opgehaald moesten worden. Ik ben zeer onder de indruk van wat er in drie dagen aan gebouw gegroeid is.
Het is een uur geleden begonnen met regenen en nog niet zo zachtjes ook. In de verte rolt de donnder. Ik denk dat er nu heel veel mensen heel erg blij zijn.
Hierbij laat ik het voor vandaag.
De rest zal volgen zodra we de kans ertoe krijgen.
Het volgende vehaal zal over de sfafari gaan.
Heel veel groeten van ons allen
Helene
Reacties op bericht (3)
23-01-2009
knap knap!
Vanuit het sociaal huis volgen we jullie verhalen op de voet. Het moet er een ongelofelijk mooie omgeving zijn, zonder twijfel. De dagelijkse verhalen zorgen ervoor dat we precies ook even in Tanzania zijn. Ik ben zelfs een beetje jaloers hihi Diane, geniet ervan en tot binnenkort!
groetjes vanuit het sociaal huis
23-01-2009 om 14:14
geschreven door Ann
Ideaal!
Amai, de bouw lijkt in Afrika veel sneller te gaan dan hier in België... Regen hebben we hier ook wel, zon net dat ietsje minder :(
En voor de Cillen: ook mijn 2 examens van vandaag waren goed: puur punten binnenhalen!
Doe het nog goed daar, niet te veel flauwvallen en niet te veel muurtjes afbreken!
Sarah
23-01-2009 om 11:09
geschreven door Sarah
sjiekedinges !
Bewondering! Bewondering! Want van hieruit lijken al die dingen zo gewoon, maar ik kan me voorstellen dat het ginder helemaal niet zo evident is. In elk geval; héél veel respect voor wat jullie daar (letterlijk) opbouwen, en toch ook wel een beetje jalours voor wat jullie ervaren : ) Groeten aan allen die ik ken en allen die ik niet ken.